Vraag nr. 80 van 4 januari 1999
van de heer FRANCIS VERMEIREN
Milieureglementering – Assimilatie door bedrijven De bedrijven in het Vlaamse gewest worden voort-durend geconfronteerd met nieuwe decreten, wijzi-gingen in de decreten of nieuwe Europese richtlij-nen, die heel wat administratieve beslommeringen met zich meebrengen.
Eerlang wordt de richtlijn 96/82/EG van kracht. Deze dient te worden omgezet in onze wetgeving, wat het opstellen van een veiligheidsrapport (VR) kan omvatten. Ook moet tegen maart van volgend jaar de richtlijn 97/11/EG inzake het milieueffect-rapport (MER) in de wetgeving worden opgeno-men.
Verder is er nog voor alle inrichtingen waarvoor een MER of VR vereist is, de nieuwe periodieke verplichting om een decretale milieu-audit uit te voeren.
Studienamiddagen om de nieuwe regelgeving te verduidelijken, kunnen waardevol zijn, maar toch kan men zich afvragen of de bedrijven de nieuwe reglementeringen in een zeer kort tijdsbestek zul-len kunnen assimileren.
1. Waren er veel bedrijven op deze studienamid-dagen vertegenwoordigd ?
2. In welke mate is de nieuwe reglementering in-zake VR en MER in overeenstemming te bren-gen met de poginbren-gen van de Vlaamse regering om nieuwe activiteiten aan te trekken ? Worden investeerders wel voldoende ingelicht aangaan-de alle verplichtingen waaraan zij zich zullen moeten houden ?
N.B. Een gelijkaardige vraag werd gesteld aan de heer Eric Van Rompuy, Vlaams minister van Economie, KMO, Landbouw en Media.
Gecoördineerd antwoord
1. Naar aanleiding van de verplichte omzetting van de MER-richtlijn 97/11/EG en de Seveso II-richtlijn 96/82/EG, zal de Vlaamse MER-regel-geving worden vernieuwd. Het uitgangspunt voor de nieuwe MER/VR-regelgeving zijn de voorstellen in het eindrapport van de indertijd door de Vlaamse regering ingestelde Interuni-versitaire Commissie tot Herziening van het Mi-lieurecht. Deze voorstellen werden aangepast, onder meer op basis van de opeenvolgende
ad-viezen van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) en de Milieu- en Natuur-raad van Vlaanderen (MINA-Natuur-raad), waarin de bedrijfswereld is vertegenwoordigd.
Tevens wordt in de nieuwe regelgeving rekening gehouden met de resultaten van de technische comités MER en VR van de Commissie Evalu-atie Milieu-uitvoeringsreglementering, waarin onder meer ook vertegenwoordigers van de SERV en de MINA-raad zetelden.
In de communicatieplanning van de administra-tie Milieu, Natuur-, Land- en Waterbeheer (Aminal) zijn reeds initiatieven opgenomen om de nieuwe regelgeving op ruime schaal bekend te maken, onder meer door de organisatie van studiedagen. Uiteraard zal de bedrijfswereld op deze activiteiten worden uitgenodigd. Voorts zal deze nieuwe regelgeving kunnen worden ge-raadpleegd op de Aminal-Internetsite.
De ambtenaren van de afdeling Algemeen Mi-lieu- en Natuurbeleid (Aminabel) gingen in het verleden steeds in op elke vraag om te komen spreken over de op stapel staande reglemente-ring. Zo is er al gesproken voor organisaties die instaan voor opleiding, voor beroepsverenigin-gen, voor universitaire instellingen.
Deze studiedagen om de nieuwe regelgeving te verduidelijken, worden georganiseerd door di-verse organisaties. Over de aanwezigheid van vertegenwoordigers van de bedrijven op derge-lijke studiedagen kunnen dus enkel de organisa-toren exacte informatie verschaffen.
2. De vernieuwde reglementering bestaat niet al-leen in het Vlaams Gewest, maar voor geheel Europa. De aangetrokken investeerders zullen dus elders in Europa hetzelfde wettelijk kader vinden. Dat is juist het voordeel en de bedoeling van de Europese wetgeving terzake.
