• No results found

Vraag nr. 4van 26 oktober 1995van de heer MARC OLIVIER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 4van 26 oktober 1995van de heer MARC OLIVIER"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 4

van 26 oktober 1995

van de heer MARC OLIVIER Studiebeurzen – Kadastraal inkomen

Volgens het kadastraal systeem ingebouwd in het stel-sel van studietoelagen, wordt geen studiebeurs toege-kend aan een gezin waarvan het kadastraal inkomen hoger is dan 20 % van het reële gezinsinkomen.

Het Leuvense Hoger Instituut van de Arbeid onder-zocht de sociale effecten van deze kadastrale ingreep. In zijn conclusie stelt het instituut dat het stelsel resul-teert in de uitzuivering van heel wat onterecht hulpbe-hoevenden, maar dat het ook enkele perverse nevenef-fecten vertoont.

Een aantal mensen heeft immers zo'n laag gezinsinko-men, dat hun kadastraal inkomen sowieso hoger ligt van 20 % van dit gezinsinkomen. Een kleine groep echte kansarmen, volgens de studie 1 tot 5 %, wordt aldus onterecht een studiebeurs ontzegd.

Kent de minister de resultaten van deze studie ? Zo ja, welke maatregelen heeft hij reeds genomen om aan de vermelde perverse neveneffecten een einde te stellen ?

Antwoord

Bij de vaststelling van een oneigenlijk gebruik van de studietoelagen door fiscaal onderlegde hogere inko-menscategorieën, werd beslist de factor kadastraal inkomen te kiezen als welvaartsindicator en in te voe-ren als uitsluitingsfactor bij het bepalen van het recht op studietoelage.

Het kadastraal inkomen als bijkomende financiële voorwaarde voor het verkrijgen van een studietoelage, wordt omschreven in artikel 3 van het koninklijk besluit van 23 augustus 1972 tot vaststelling van de min-vermogendheid van de kandidaten voor een studietoe-lage en in artikel 12, § 2, van het besluit van de Vlaam-se regering van 13 juli 1983 betreffende de studietoela-gen voor hoger onderwijs.

Indien het kadastraal inkomen ongewoon hoog is in verhouding tot het in de personenbelasting gekende inkomen, namelijk meer dan 20 %, wordt er geen stu-dietoelage toegekend.

Een aantal aanvullingen aan deze basisregel heeft ook echte minvermogende kandidaten opgevangen (BVR 31 augustus 1992, BVR 17 december 1992).

Zo kunnen personen die getroffen worden door een tij-delijke daling van het belastbaar inkomen zich beroe-pen op de regel van het aansluitend referentiejaar : indien zij afgewezen worden omdat het kadastraal inkomen te hoog is in verhouding tot het inkomen van het normaal in aanmerking te nemen jaar, kan dit kada-straal inkomen vergeleken worden met het inkomen van een aansluitend jaar.

Daarenboven is de uitsluitingsfactor kadastraal inko-men niet toepasselijk op kandidaten waarvan het in aanmerking te nemen inkomen geheel of gedeeltelijk is

samengesteld uit het bestaansminimum of voor min-stens 70 % bestaat uit alimentatiegelden, uit vervan-gingsinkomsten en uit tegemoetkomingen aan minder-validen.

Deze uitsluitingsfactor is evenmin van toepassing op gehuwde studenten, zelfstandige studenten en alleen-staande studenten die door niemand kunnen worden onderhouden.

Indien de kadastraal-inkomentest wel moet toegepast worden, worden vervangingsinkomens, alimentatiegel-den en pensioenen (voor hoger onderwijs enkel indien lager dan de minimumgrens), vervat in het belastbaar inkomen, verdubbeld vooraleer dit belastbaar inkomen wordt getoetst aan het kadastraal inkomen.

De reglementering werd dus sinds de HIVA-studie, die mij bekend is, reeds voldoende aangepast om anoma-lieën op te vangen.

De invoering van de uitsluitingsfactor kadastraal inko-men heeft een positief herverdelend effect gehad en geleid tot een rechtvaardiger verdeling van de studie-toelagen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het onroerend goed dat voorheen door gesubsi- dieerde inrichtende machten voor onderwijsdoel- einden werd aangewend en dat per definitie niet tot het patrimonium van de Vlaamse

1. In de omzendbrief RO 97/4 wordt aangegeven dat omzendbrief V-1 van 1 oktober 1975 achter- haald was door de opeenvolgende wijzigingen van het

In het kader van een nieuw decreet op het lande- lijk jeugdwerk, waarvan de ontwerpteksten bij de Vlaamse regering eerstdaags zullen worden inge- d i e n d , wens ik echter van

De komende maanden zal ik wel intensief over- leg plegen met alle universiteiten over een opti- malisering van het aanbod van universitaire opleidingen op basis van

Het jaarverslag van de inspectie secundair onderwijs schooljaar 1995-1996 geeft in hoofd- stuk II specifieke bevindingen van de inspectie weer met betrekking tot een

Dit bedrag behelst het ter beschik- king stellen van de technicus en het interventie- voertuig gedurende 12 maanden voor 1.500.000 frank (exclusief BTW) en de vergoeding tegen 200

Aangezien de aanvragen naar hun inhoud en hun adviezen op grond van de specifieke werkvorm geen selectie toelieten, w e r d er voor geopteerd bijkomende capaciteit toe te

192 van 31 juli 1997 kon minister Leo Peeters mij melden dat er met betrekking tot examens georganiseerd door gemeenten geen wettelijke verplichting bestaat om al deze documenten