Vraag nr. 3
van 26 oktober 1995
van de heer MARC OLIVIER
Subsidiedossiers DIGO – Behandelingsduur
Scholen die bij de Dienst voor Infrastructuurwerken van het Gesubsidieerd Onderwijs (DIGO) een aan-vraag voor subsidie hebben ingediend, zouden een gemiddelde wachttijd van achttien maanden moeten doormaken voor de principiële goedkeuring van hun dossier. De dienst zou kampen met een toevloed van aanvragen voor een totaal bedrag van 8,6 miljard frank. Begin deze maand zouden bij de dienst 339 aanvragen tot bouwtoelage voor het vrij gesubsidieerd onderwijs binnengekomen zijn, ten bedrage van 6,9 miljard frank. Voor het officieel gesubsidieerd onderwijs zouden dit 86 dossiers zijn, samen goed voor 2,15 miljard frank. 1. Zijn de hier vermelde cijfers correct ?
2. Zo ja, wat is de oorzaak van deze lange wachttij-den ?
3. Wat heeft de minister reeds ondernomen om deze structurele achterstand weg te werken ?
Antwoord
1. Begin oktober stonden op de wachtlijst van aanvra-gen tot subsidiëring bij de DIGO :
– voor het gesubsidieerd vrij onderwijs 346 dos-siers voor een gezamenlijk bedrag aan subsidies van 6.617.130.066 frank ;
– voor het gesubsidieerd officieel onderwijs 87 dossiers voor een gezamenlijk bedrag aan subsi-dies van 2.174.320.005 frank.
2. De wachttijd om, na de indiening van de aanvraag, het principieel akkoord van de raad van bestuur inzake de subsidiëring te verkrijgen, beloopt inder-daad minstens achttien maanden. Dit is het gevolg van de beperkte financiële middelen waarover de DIGO beschikt. In 1995 werden vastleggingsmachti-gingen aan de DIGO toegekend voor het gesubsi-dieerd vrij onderwijs ten bedrage van 2.460.400.000 frank en voor het gesubsidieerd officieel onderwijs ten bedrage van 588.700.000 frank. De vergelijking van voormelde vastleggingsmachtigingen met de bedragen voorkomend op de wachtlijst, verklaart de lange wachttijd.
3. Er kan bezwaarlijk sprake zijn van een structurele achterstand, vermits alle subsidies worden gegeven overeenkomstig en binnen de perken van de beschikbare financiële middelen. Alleen een drasti-sche verhoging van de financiële middelen kan de wachttijd inkorten ; in het kader van de opgelegde bezuinigingen is zulks evenwel vooralsnog niet mogelijk.
