Vraag nr. 266 van 19 maart 1997
van de heer JOHAN MALCORPS
Tramlijn Antwerpen-regio Ko n t i ch / B o e chout – Stand van zaken
Er is dringend nood aan een versteviging van het voorstedelijk vervoer tussen Antwerpen en de regio Edegem-Mortsel-Kontich met onder meer s n e l t r a m v e r b i n d i n g e n . Hierover bestaan verschil-lende ideeën.
Vanuit De Lijn wordt voorgesteld op de noord-zuidas de tramlijnen 7 en 15 door te trekken, i n eerste instantie tot aan het station Mortsel-Oude God en nadien richting Lier, tot in Broechem (cf. hoorzitting verkeersproblematiek regio A n t w e r-p e n ) . Ook de gemeente Mortsel is terzake vragen-de partij. In het gemeentelijk verkeersleefbaar-heidsplan Edegem wordt gepleit voor een snel-tramverbinding (doortrekken tramlijnen 7 en 15) via de Mechelsesteenweg richting Ko n t i c h . N o g een andere mogelijkheid is een verbinding via de Prins Boudewijnlaan richting Ko n t i c h . H i e r d o o r zou echter de middenberm van deze laan (een brede groenstrook met prachtige bomen) verloren gaan.
1. Welke concrete plannen liggen in dit verband op tafel ? Zijn er al definitieve keuzes gemaakt ? Of zijn er opties die definitief verlaten zijn ? 2. Is er een prijsraming en meerjarenplanning
gemaakt voor de realisatie van een van deze verbindingen ? Wordt in dit verband naar extra middelen gezocht om op kortere termijn tot resultaten te komen ?
3. Op welke wijze worden de gemeentebesturen of bewoners betrokken bij de plannen ?
Antwoord
1. De verlenging van de tramlijn 7 of 15 vanaf Mortsel werd in de uitgevoerde Dimarsostudie bij de eerste prioriteiten vermeld. Voor het gedeelte over de Statielei tot in de omgeving van het gemeentehuis zijn er meerdere volledig uitgewerkte tracéstudies beschikbaar, doch tot op heden werd nog geen consensus bereikt over het definitieve dwarsprofiel van de nieuw aan te leggen wegen. Deze beperkte verlenging werd aangevuld met principeplans tot Boechout (niet Broechem).
Deze laatste plans zijn binnen de huidige con-text de enige zinvolle ; een doortrekking enkel tot het Gemeenteplein biedt te weinig poten-tieel aan de reizigers.
De verlenging naar Kontich geniet in de boven-vermelde studie eveneens een vrij hoge priori-teit. De studie verkeert momenteel in fase voor-o n t w e r p, waarbij drie mvoor-ogelijke trajecten wvoor-or- wor-den bestudeerd, namelijk :
– vanaf de Grote Steenweg te Berchem via de Elisabethlaan-Prins Boudewijnlaan ;
– vanaf Gemeenteplein Mortsel over Mechel-sesteenweg-Boniverlei ;
– idem over Mechelsesteenweg-Antwerpses-teenweg tot Kontich-centrum.
Vanzelfsprekend dient, vooraleer een beslissing kan worden genomen over een definitief tracé, een studie naar haalbaarheid en kosten te wor-den uitgevoerd. Een dergelijke studie wordt op korte termijn gestart.
2. Op dit ogenblik wordt voorrang verleend aan de uitbouw van de tramverlenging van de Ant-werpse Linkeroever tot Zwijndrecht, wat een zeer belangrijk aandeel van de aan De Lijn ter beschikking gestelde subsidies vertegenwoor-digt.
Naast een aantal belangrijke spoorvernieu-wingswerken – in het kader van de instandhou-ding van het bestaande net – wordt in de eerst-volgende jaren daarnaast eveneens voorzien in de verlenging van de tramlijn 3 over de Breda-baan tot aan de geplande Grote Ring.
Als een eerste fase in onderhavige tramverlen-gingen werd in het investeringsprogramma voor 1999 voorzien in de verlenging van de tramlijn 7 of 15 tot aan het gemeentehuis van Mortsel. 3. Door De Lijn wordt geen enkele
trajectwijzi-ging doorgevoerd zonder voorafgaandelijk overleg met en akkoord van de betrokken g e m e e n t e b e s t u r e n . Hiertoe worden de nodige afspraken gemaakt in het kader van het conve-nantenbeleid.