Vraag nr. 148 van 27 januari 1997
van mevrouw VERA DUA
Aankoop natuurgebieden – A d v i e zen Inspectie van Financiën
Bij de aankoop van natuurgebieden kunnen de betrokken diensten van de Vlaamse Gemeenschap enkel onderhandelen over de verkoopintenties van de eigenaar. Wanneer er perspectief is op een akkoord met de eigenaar, kunnen de noodzakelijke kredieten worden vastgelegd op basis van het schattingsverslag van de comités van aankoop. De vastlegging kan maar gebeuren indien de Inspectie van Financiën haar fiat heeft gegeven. Pas daarna kunnen door de comités van aankoop de effectieve prijsonderhandelingen worden gestart.
Door deze omslachtige procedure, waarbij diverse diensten betrokken zijn, verloopt de aankoop van een natuurgebied door het Vlaams Gewest dikwijls zeer moeilijk.
De laatste tijd zijn er nog bijkomende problemen in deze aankoopdossiers omdat de inspecteur-generaal van Financiën veelal negatief advies geeft op de aankoopvoorstellen.
Zo blijkt dat bepaalde aankoopdossiers door Financiën worden afgewezen omdat de voorgestel-de prijs als te hoog wordt beschouwd, n i e t t e g e n-staande die gebaseerd is op het schattingsverslag van het comité van aankoop.
Daarbij worden niet alleen financiële redenen aan-g e h a a l d , maar ook opportuniteitsredenen, wat nor-malerwijze niet behoort tot het beoordelingsveld van deze instantie.
1. Hoeveel kredieten werden er in 1996 specifiek uitgetrokken voor aankoop van natuurgebieden en hoeveel van deze kredieten werden effectief vastgelegd ?
2. Hoeveel kredieten worden in 1997 specifiek ingeschreven voor aankoop van natuurgebie-den ?
3. In hoeveel aankoopdossiers konden geen kre-dieten worden vastgelegd wegens ongunstig advies van de inspecteur-generaal van Financiën en wat zijn de overeenkomstige bedragen ? In hoeveel dossiers werden opportuniteitsredenen aangehaald ?
4. Acht de minister het normaal dat de Inspectie van Financiën in bepaalde dossiers maximum-aankoopbedragen vooropstelt die beduidend
lager liggen dan de schattingen van het aan-koopcomité, en dit niettegenstaande de Inspec-tie van Financiën niet bekend is met de terrein-situatie ?
5. Werd over deze materie reeds overleg gepleegd met de verantwoordelijke federale minister ? Is er uitzicht op het doorbreken van de impasse ? Zo ja, op welke manier ?
Antwoord
1. Het oorspronkelijk bedrag voorbehouden voor de verwerving van terreinen door de afdeling Natuur beliep 278.650.000 frank.
In totaal werd in 1996 effectief 276.652.100 frank vastgelegd voor verwerving van natuurge-b i e d e n , waarvan 227.110.000 frank in de eerste helft van het jaar.
2. Voor 1997 is in een krediet van 350.000.000 frank ingeschreven voor de aankoop van natuurgebieden.
3. In de eerste helft van het jaar 1996 waren er 22 d o s s i e r s, die alle werden vastgelegd overeen-komstig de schattingsbedragen. In de tweede helft van het jaar, na wijziging van de bevoegd-heid binnen de Inspectie van Financiën, werden 26 dossiers ingediend voor een totaal schattings-bedrag van 177.233.600 frank. Hiervan werden uiteindelijk 9 dossiers, als aanvaardbaar erva-r e n , vastgelegd vooerva-r een totaal bederva-rag van 49.449.748 frank tegenover een totaal schat-tingsbedrag van 62.325.800 frank.
Van 25 dossiers werd de al dan niet vermeende pachtvergoeding afgetrokken, voor 12 dossiers werd niet akkoord gegaan met de schattings-prijs en 8 dossiers dienden volledig te worden hernieuwd.
4. In het protocol tussen het federaal ministerie van Financiën en het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap is bepaald dat de schattingen worden opgesteld door de bevoegde ambtena-ren van de comités van aankoop. Het lijkt mij dan ook evident dat deze schattingen door het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap wor-den gerespecteerd.
5. Gezien deze onduidelijke toestand is een over-leg met het bevoegde federale ministerie in
deze materie zeker gewenst. De administratie zal worden gevraagd dit overleg te organiseren.