Vraag nr. 163 van 8 mei 1998
van de heer FRANCIS VERMEIREN
CAO lokale besturen – Betrokkenheid gemeenten In het Comité C werden de onderhandelingen opgestart voor het personeel van de lagere bestu-ren voor de periode 1997-1998.
Bij deze onderhandelingen zijn de provincies, d o c h ook de gemeenten ongetwijfeld van zeer dichtbij b e t r o k k e n , aangezien zij zullen moeten instaan voor de financiële en andere gevolgen van de bereikte akkoorden.
In het licht van de gemeentelijke autonomie zou elke beslissing die hiertegen zou indruisen zeker moeilijk te verantwoorden zijn.
1. Welke rol wordt bij deze onderhandelingen gespeeld door de Vereniging van Vlaamse Ste-den en Gemeenten (VVSG) en de Ve r e n i g i n g van Vlaamse Provincies (VVP) ?
2. Worden de gemeenten op de hoogte gehouden van het verloop van de onderhandelingen en op welke wijze gebeurt dit ?
3. Krijgen de gemeenten de gelegenheid om hun standpunt te laten kennen over de tussentijdse en eindresultaten van de bovenvermelde onder-handelingen ?
Wordt met het standpunt van de gemeenten tegenover de bereikte resultaten rekening gehouden ? Zal dit nog gebeuren alvorens het akkoord na afloop van de onderhandelingen in een definitieve vorm wordt gegoten ?
Antwoord
Ik verwijs in grote mate naar de gelijklopende schriftelijke vraag nr. 145 die de Vlaamse volksver-tegenwoordiger stelde op 8 april 1998 (Bulletin van Vragen en A n t w o o rden nr. 15 van 12 juni 1998, b l z . 2041 – red.).
Ik benadruk nogmaals dat de organisatiestructuur van de onderhandelingen tot de federale bevoegd-heid behoort. Het is de federale overbevoegd-heid die bevoegd is initiatieven in deze materie te nemen. Toch heeft de Vlaamse regering de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten rechtstreeks bij de onderhandelingen betrokken door ze als technicus
aan de besprekingen te laten deelnemen. Dat is inzonderheid het geval sinds de besprekingen over de zogenaamde gemeenschappelijke krachtlijnen voor een samenhangend personeelsbeleid in de lokale en regionale besturen, bepaald in het secto-raal akkoord van 18 juni 1993. Ik wijs erop dat de directeur van de VVSG het verslag van de techni-sche werkgroep, dat de basis vormde voor het late-re akkoord, voor goedkeuring mee heeft onderte-kend.
De VVSG geldt als de spreekbuis van de gemeen-t e n . Deze vereniging krijggemeen-t alle ruimgemeen-te om de gemeenschappelijke standpunten van de gemeen-ten in technische werkgroepen naar voren te bren-gen.
Gelet op de samenstelling van haar bestuursorga-nen en haar doelstelling, ga ik ervan uit dat de VVSG voldoende ruggespraak heeft met de gemeenten.