• No results found

Dimensie van een deelruimte en rang van een matrix

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Dimensie van een deelruimte en rang van een matrix"

Copied!
21
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Dimensie van een deelruimte en rang van een

matrix

(2)

Definitie (Herinnering)

Een basis voor een deelruimte H van Rnis een lineair onafhankelijke verzameling vectoren die H opspant.

Notatie

Een basis van een deelruimte wordt vaak, ter afkorting, weergegeven door een ‘sierletter’ bijvoorbeeld B.

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 1

(3)

Met deze notatie kan de definitie van basis ook als volgt worden geformuleerd:

Definitie

Een basis voor een deelruimte H van Rnis een verzameling vectoren B met de volgende eigenschappen:

1. B is lineair onafhankelijk en 2. H = Span(B).

Vraag

Wat is een basis voor R2, R3? En Rn?

De n eenheidsvectoren in Rn vormen een basis voor Rn. Dus: B = {e1, e2, . . . , en} is een basis voor Rn

(4)

Vraag

Heeft een deelruimte H van Rn maar ´e´en basis?

Nee, kijk maar eens naar dit plaatje. B1= {e1, e2} is een basis voor R2 maar B2= {b1, b2} ook.

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 3

(5)

En, kijk maar eens naar dit plaatje waarin twee bases van R3 zijn getekend (paars en rood).

Vraag

Hoeveel vectoren heeft een basis van R2? En van R3?

(6)

Stel H is een lijn door 0 in het platte vlak of de ruimte. Hoeveel vectoren bevat een basis van H?

Dezelfde vraag wanneer H een vlak is door 0 in de ruimte.

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 5

(7)

Stelling

Als H een deelruimte is van Rn dan bevat elke basis van H evenveel vectoren.

Gevolg

Een basis van H bevat ten hoogste n vectoren.

(8)

Definitie

Als H een deelruimte is van Rn dan heet het aantal vectoren in een basis van H, de dimensie van H.

{0} is de enige deelruimte van Rnzonder basis. De afspraak dat de dimensie van H gelijk is aan 0.

Notatie

dim(H)

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 7

(9)

Stelling

Laat H een deelruimte zijn van Rn met basis B = {v1, v2, . . . , vp}.

Dan is iedere x ∈ H op precies ´e´en manier te schrijven als lineaire combinatie van v1, v2, . . . , vp.

Bewijs.

Laat x een vector zijn in H.

Omdat H = Span(B) bestaan er scalairen c1, c2, . . . , cpzodat x = c1v1+ c2v2+ . . . + cpvp

Stel dat er ook nog scalairen d1, d2, . . . , dpbestaan zodat x = d1v1+ d2v2+ . . . + dpvp

.

(10)

Bewijs.

Dan x = c1v1+ c2v2+ . . . + cpvp= d1v1+ d2v2+ . . . + dpvp. Maar dan

(c1− d1)v1+ (c2− d2)v2+ . . . + (cp− dp)vp= 0

Omdat B een verzameling lineair onafhankelijke vectoren is kan dit alleen wanneer c1− d1= 0, c2− d2= 0, . . . , cp− dp= 0 zodat

c1= d1, c2= d2, . . . , cp= dp.

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 9

(11)

Definitie

Laat H een deelruimte zijn van Rn met basis B = {v1, v2, . . . , vp}.

Bij x ∈ H bestaan ´e´enduidig bepaalde scalairen c1, c2, . . . , cp zodat x = c1v1+ c2v2+ . . . + cpvp.

c1, c2, . . . , cp heten de co¨ordinaten of kentallen van x ten opzichte van de basis B.

De vector

 c1

c2 ... cp

heet de co¨ordinaatvector van x ten op zichte van B.

Deze vector (in Rp!) wordt genoteerd als [x]B

(12)

Opgave

§2.9, opgave 3

Laat b1=

"

1

−4

# , b2=

"

−2 7

# en x =

"

−3 7

# .

B = {b1, b2} is een basis voor R2.

Bepaal de co¨ordinaatvector van x ten opzichte van B.

x = c1b1+ c2b2 ⇔ x = [b1b2]

| {z }

A

c waarbij c =

"

c1

c2

#

Oplossen van deze matrixvergelijking Ac = x geeft [x]B= c =

"

7 5

# .

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 11

(13)

Voorbeeld (§2.9, opgave 8)

Laat b1=

"

0 2

# , b2=

"

2 1

# , x =

"

−2 3

# ,y =

"

2 4

# en

z =

"

−1

−2.5

# .

Lees [x]B, [y]B en [z]B af uit het plaatje. Controleer de antwoorden!

(14)

Opgaven

§2.8, opgave 25

Hieronder staan A en een echelonmatrix bij A.

1 4 8 −3 −7

−1 2 7 3 4

−2 2 9 5 5

3 6 9 −5 −2

1 4 8 0 5

0 2 5 0 −1

0 0 0 1 4

0 0 0 0 0

Bepaal een basis voor Col(A) en Nul(A).

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 13

(15)

Een echelonmatrix bij de matrix A is al gegeven. Met een klein beetje moeite kan daar een gereduceerde echelonmatrix van worden gemaakt.

1 4 8 −3 −7

−1 2 7 3 4

−2 2 9 5 5

3 6 9 −5 −2

1 4 8 0 5

0 2 5 0 −1

0 0 0 1 4

0 0 0 0 0

1 0 −2 0 7

0 2 5 0 −1

0 0 0 1 4

0 0 0 0 0

1 0 −2 0 7

0 1 52 0 −12

0 0 0 1 4

0 0 0 0 0

 Voor elk van deze matrices geldt:

‘derde kolom = -2 (eerste kolom) + 52 (tweede kolom)’ en

‘vijfde kolom = 7 (eerste kolom) − 12 (tweede kolom) + 4 (vierde kolom)’.

(16)

Rij-operaties be¨ınvloeden de relaties tussen de kolommen niet.

De matrix

1 0 −2 0 7

0 1 52 0 −12

0 0 0 1 4

0 0 0 0 0

maakt duidelijk dat elke vector in

de kolomruimte niet alleen een lineaire combinatie is van de vijf kolommen maar ook een lineaire combinatie van de eerste, tweede en vierde, die lineair onafhankelijk zijn. En dus is B = {a1, a2, a4} een basis voor Col(A) en dim(Col(A)) = 3.

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 15

(17)

De gereduceerde echelonmatrix

1 0 −2 0 7

0 1 52 0 −12

0 0 0 1 4

0 0 0 0 0

geeft ook dat

wanneer Nul(A) moet worden bepaald x3en x5vrije variabelen zijn en dat

Nul(A) =

























 x1

x2

x3

x4

x5

= t

 2

52 1 0 0

| {z }

b1

+s

−7

1 2

0

−4 1

| {z }

b2

| (t, s ∈ R)

























Omdat C = {b1, b2} een verzameling lineair onafhankelijke vectoren is moet C een basis zijn voor Nul(A) en dus is dim(Nul(A)) = 2

Merk op dat dim(Col(A)) + dim(Nul(A)) = 5 .

(18)

Opgaven

§2.9, opgave 9

Hieronder staan A en een echelonmatrix bij A.

1 −3 2 −4

−3 9 −1 5

2 −6 4 −3

−4 12 2 7

1 −3 2 −4

0 0 5 −7

0 0 0 5

0 0 0 0

Bepaal een basis voor Col(A) en Nul(A) evenals hun dimensies.

Tip: Kijk eens naar het laatste voorbeeld.

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 17

(19)

§2.9, opgave 13

Gegeven zijn de vectoren

 1

−3 2

−4

 ,

−3 9

−6 12

 ,

 2

−1 4 2

 en

−4 5

−3 7

 .

Bepaal een basis van de deelruimte die deze vectoren opspannen.

Wat is de dimensie van deze deelruimte?

Tip: Laat de gegeven vectoren kolommen zijn van een matrix A. Dan is de deelruimte opgespannen door deze vectoren Col(A).

(20)

Definitie

De rang van een m × n matrix A is gelijk aan dim(Col(A)) en wordt genoteerd als rank(A) of rang(A)

Stelling

Als A een m × n matrix is dan

dim(Col(A)) + dim(Nul(A)) = n of

rank(A) + dim(Nul(A)) = n

I.A.M. Goddijn Faculteit EWI

29 september 2016 19

(21)

Voorbeeld

Gegeven is een homogeen stelsel van 40 lineaire vergelijkingen in 42 onbekenden dat geschreven kan worden als Ax = 0.

Veronderstel dat de algemene oplossing een lineaire combinatie is van twee lineair onafhankelijke oplossingen.

Toon aan dat het inhomogene stelsel vergelijkingen dat geschreven kan worden als Ax = b voor elke b consistent is.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De kolomruimte van matrix A, aangegeven met Kol(A), is de line- aire ruimte die wordt voortgebracht door de kolommen van A; de rijruimte, aangegeven met Rij(A), is de lineaire

Maar omdat we het hier over een homogeen stelsel hebben is dit het geval dan en slechts dan als de rijtrapvorm van A een vrije parameter laat zien (minder pivots dan kolommen heeft).

2 Een kwalitatief idee krijgen van de oplossingen van een stelsel lineaire differentiaalvergelijkingen door het fasevlak te tekenen met daarin eventueel banen... Deze vector geeft

Hiermee valt het plaatje waarmee we begonnen

Matrices A en B zijn rij-equivalent alleen maar als ze door het toepassen van rijoperaties in dezelfde rij-echelon vorm kunnen worden

De oplossingsverzameling van een stelsel lineaire

Een verzameling van twee vectoren { v 1 , v 2 } is lineair afhankelijk dan en slechts dan als tenminste ´ e´ en vector een veelvoud is van de andere.. De verzameling is

matrixvergelijking Ax = 0 heeft niet-triviale oplossingen alleen maar als het stelsel tenminste ´ e´ en vrije variabele heeft (de matrix A tenminste ´ e´ en kolom heeft die