Vraag nr. 19 van 2 oktober 1996
van mevrouw NELLY MAES
Franstalige scholen faciliteitengemeenten – Pe d a-gogische inspectie
Het Franstalig onderwijs in de faciliteitengemeen-ten rond Brussel wordt bekostigd door V l a a n d e-r e n . Een akkooe-rd tussen Vlaamse en Fe-r a n s t a l i g e autoriteiten in 1970 en 1973 voorzag in pedagogi-sche inspectie door de Franstalige Gemeenschap. Daardoor is het onderwijs de facto ingeschakeld in het Franstalig onderwijs en weinig of niet gericht op de integratie van de leerlingen in de V l a a m s e gemeenschap.
Kan deze inspectieopdracht niet worden toever-trouwd aan de pedagogische diensten van de Vlaamse Gemeenschap ?
Welke afspraken bestaan er tussen de huidige inspectie en de subsidiërende overheid ?
Antwoord
De overeenkomsten die in het verleden werden gesloten tussen de toenmalige federale ministers van Onderwijs zijn een bestaand gegeven. Er werd onder andere vastgelegd dat de pedagogisch-didac-tische bevoegdheid bij de inspectie van de taalrol van de school ligt en de controle op het materiële-organisatorische bij de inspectie van het departe-ment van het grondgebied waar de school gelegen is.
De afspraken wijzigen dient het voorwerp uit te maken van een samenwerkingsakkoord V l a a n d e-r e n - Wa l l o n i ë . De Fe-ranstalige scholen in de facilitei-tengemeenten worden thans niet doorgelicht door de inspectie georganiseerd door de V l a a m s e G e m e e n s c h a p. Wel controleert de inspectie de materiële toestand van de scholen en verifieert de verificatie het aantal leerlingen.
Er zijn geen pedagogische diensten van de V l a a m-se Gemeenschap. Sedert het decreet van 17 juli 1991 is er een splitsing in inspectie, g e o r g a n i s e e r d door de Vlaamse Gemeenschap, en de pedagogi-sche begeleidingsdiensten van de verschillende onderwijsnetten.
Zoals ik in de Commissie voor Onderwijs, Vo r m i n g en Wetenschapsbeleid op 19 september jongstleden heb meegedeeld, heb ik er bij mijn Franstalige col-lega op 15 september 1996 schriftelijk op
aange-drongen om over de pedagogische inspectie en de eindtermen en ontwikkelingsdoelen in de Fr a n s t a-lige basisscholen overleg te plegen. Dit in het kader van de actualisering van de in juni 1970 en in mei 1973 afgesloten protocollen. Tijdens dit overleg zal ik ook de kwestie van de kwaliteit van de lesuren Nederlands te berde brengen. Daarvoor moeten sluitende garanties worden gegeven door mijn Franstalige collega.