Vraag nr. 4
van 30 september 1999
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Vlaamse Rand – Taalgebruik Dienst 100
In het verleden is al herhaaldelijk gewezen op ge-vaarlijke situaties ten gevolge van het inzetten van Nederlandsonkundige hulpdiensten van de Dienst 100 in de Vlaams-Brabantse gordel.
Een recent voorbeeld toont aan dat deze situatie nog altijd ongewijzigd is gebleven. Een interventie-ploeg van de UCL (Université Catholique de Lou-vain) geraakte op 19 september verdwaald in Leef-daal (in het arrondissement Leuven, maar voor een deel onder de 02-telefoonzone) en bleek niet in staat om in het Nederlands de weg te vragen. H i e r-door gingen allicht kostbare minuten verloren. Zoals gezegd, is dit geen unicum.
Aangezien dit wel degelijk het welzijn en de ge-zondheid van de plaatselijke Vlaamse bevolking aanbelangt en aangezien in het actieplan van de vorige regering voor de Vlaamse rand rond Brussel duidelijk te kennen werd gegeven dat de V l a m i n-gen uit de V l a a m s-Brabantse gordel geen nadeel mogen ondervinden van de situatie waarin ze zich bevinden (punt 3.7.4 – klachten over taalkennis en taalgebruik van personeel dat ingeschakeld wordt in het urgentiesysteem (Dienst 100) dat de Vlaamse Rand bedient), had ik graag vernomen welke stappen de Vlaamse regering tot op heden heeft gezet om dit dossier te behartigen.
Antwoord
Tijdens de vorige zittingsperiode heeft het aandrin-gen van de administratie Gezondheidszorg en van het kabinet-Demeester op interkabinettenvergade-ringen met het federale kabinet van toenmalig mi-nister van Volksgezondheid Marcel Colla in de loop van de winterperiode 1997-1998 geresulteerd in volgend artikel van het ontwerpbesluit houden-de houden-de vaststelling van houden-de normen waaraan een functie "mobiele urgentiegroep" (MUG) moet vol-doen om erkend te worden (versie van 13 februari 1998):
"Artikel 10 § 2 : Bij elke interventiezone van de M U G-functie dient tenminste één van de leden van het interventieteam de taal of talen van het t a a l g e b i e d , bedoeld in de artikelen 2 tot 6 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuursza-k e n , gecoördineerd op 18 juli 1966, waarin de inter-ventie plaatsvindt, te beheersen.