• No results found

Vraag nr.12van 7 september 1999van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.12van 7 september 1999van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 12

van 7 september 1999

van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Luchthaven Zaventem – Spoorverbindingen De vorige Vlaamse regering zou van de NMBS de toezegging hebben gekregen dat het station op de luchthaven van Zaventem rechtstreeks zou worden verbonden met Antwerpen en Leuven.

Die toezegging vanwege de spoorwegmaatschappij zou er evenwel gekomen zijn ter compensatie van het feit dat de luchthaven geen rechtstreekse ver-binding zou krijgen met de hogesnelheidstrein (HST).

Voelt de huidige regering zich door bovenvermeld compromis verbonden ? Is het voor haar aanvaard-b a a r, of streeft zij naar een rechtstreekse veraanvaard-bin- verbin-ding van de luchthaven met de HST ?

Welke initiatieven heeft zij in dit dossier reeds ge-nomen ?

Antwoord

Op 30 maart 1999 ondertekenden de vier ministers die op dat ogenblik bevoegd waren voor verkeer en vervoer in het kader van de Interministeriële Conferentie voor Verkeer en Infrastructuur (ICVI) een overeenkomst betreffende de uitbouw van de spoorwegen in en om Brussel.

In deze overeenkomst spreekt de Conferentie zich onder meer uit voor :

– de verbinding Leuven-Zaventem (de lijn 36 vanuit Nossegem verbinden met de luchthaven) ; – de verbinding Antwerpen-Zaventem (de lijnen

25 en 27 verbinden met de luchthaven).

Het gaat om de investeringen in de infrastructuur die noodzakelijk zijn om de luchthaven volledig en volwaardig in het spoorwegnetwerk te kunnen in-tegreren.

Er is nog geen uitsluitsel over de treindiensten die van deze nieuwe verbindingen zullen gebruikma-k e n . Momenteel is de NMBS wel bezig met een aantal denkoefeningen voor een mogelijke trein-d i e n s t . Deze oefeningen hebben echter vooral tot doel om na te gaan of de infrastructuurwerken in en om Brussel voldoende zijn om een substantiële verhoging van het treinaanbod (zowel in het

IC/IR-net als door de uitbouw van een GEN-voor-stadsnet) aan te kunnen. Ze kunnen dus zeker niet worden beschouwd als een definitieve treindienst. Wel is in deze oefeningen tot nu toe steeds uitge-gaan van een treindienst Antwerpen-Leuven via de luchthaven.

De bovenvermelde infrastructuur maakt het moge-lijk dat zowel treinen van het IC/IR-net als GEN-treinen (gewestelijk expresnet) en HST's de lucht-haven bedienen. De ICVI heeft zich echter niet uit-gesproken over het al dan niet stoppen van de HST aan de luchthaven. Daarover zijn dan ook nog geen beslissingen genomen of toegevingen gedaan. Ik meen bovendien dat vooral het belang van de reizigers moet vooropstaan bij de vraag hoe de luchthaven het best op het hogesnelheidsnetwerk kan worden aangesloten. Indien dat impliceert dat de HST naar de luchthaven moet, zal dit ook zo worden ondersteund.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Werden er in het geval van Kraainem reeds maat- regelen genomen tegen de bewuste publicatie?. Worden de gemeentelijke publicaties van de facili- teitengemeenten systematisch op

Volgens mijn informatie heeft José Happart inder- daad een bezoek gebracht aan Voeren na zijn aan- stelling als Waals minister.. Het bezoek betrof evenwel niet de gemeenteraad,

Borden die scheef staan of omver werden gereden, worden niet op hun plaats g e z e t , waarschuwingslichten die niet meer werken of die nog amper zichtbaar zijn, worden niet

Kan de minister mij voor de verschillende scholen- gemeenschappen een overzicht verstrekken van het aantal leerkrachten dat langdurig afwezig is wegens psychische

Overeenkomstig het bijzonder decreet van 19 december 1988 betreffende de Autonome Raad voor het Gemeenschapsonderwijs en het bijzon- der decreet van 14 juli 1998 betreffende het

Weet de minister of dit initiatief uiteindelijk is doorgegaan en of het soelaas heeft kunnen bren- gen voor de gemeenteschool van het Vlaamse Spie- r e - H e l k i j n , die

Het is duidelijk dat in dit utilitair kader afzon- derlijke aanbevolen fietsroutes, aangeduid door de borden F34b, minder aan bod zullen komen en dat de meeste aandacht van

Vreest de minister in dat geval geen ongebrei- delde groei van de stroperij, met alle gevolgen voor het wildbestand, waarop dan geen controle meer zal