• No results found

Vraag nr. 506 van 15 april 2005 van mevrouw STERN DEMEULENAERE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 506 van 15 april 2005 van mevrouw STERN DEMEULENAERE"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 506 van 15 april 2005

van mevrouw STERN DEMEULENAERE

VEN-gebieden West-Vlaanderen en Haspen-gouw – Afbakening

Het is een algemeen gegeven dat CIBE momen-teel bezig is met het onderzoek in verband met de tweede afbakening van de VEN-gebieden (Vlaams Ecologisch Netwerk) in het kader van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), en dit in de twee testgebieden, namelijk West-Vlaanderen en de regio Haspengouw.

Echter, de hiermee gepaard gaande discussies lig-gen in beide gebieden in dezelfde lijn en hebben dan vooral betrekking op de nieuwe afbakening van natuurgebieden ten koste van de agrarische gebieden.

De opmerking die steeds weer terugkomt, is dat Natuurpunt ondertussen reeds zoveel gebieden heeft opgekocht middenin landbouwgebieden en dat deze niet opgenomen werden in de ruimteba-lans en bijgevolg ook niet in rekening gebracht werden bij de aanduiding van de bijkomende natuurgebieden.

In beide regio's werden er opmerkingen geformu-leerd door de betrokken partijen op verschillende informatiemomenten. Daarbij werd door de partij-en duidelijk melding gemaakt voor welke gebiedpartij-en er probleemloos kon worden akkoord gegaan met de nieuwe invulling. Daarentegen werd er ook dui-delijk door de verschillende partijen gesteld waar-mee helemaal niet kon worden akkoord gegaan. Hoewel de studie in beide regio's nog lopende is, had ik toch graag volgende informatie gekregen. 1. Kan er meegedeeld worden over hoeveel hectare

er nu reeds een akkoord is in het kader van de tweede afbakening voor deze gebieden ?

2. Hoeveel hectare ligt er nog ter discussie voor de respectieve regio's ?

3. Hoeveel hectaren bezit Natuurpunt die niet gelegen zijn in natuurgebied, maar wel in agra-risch of agraagra-risch waardevol gebied ?

4. Werden bij die nieuwe afbakeningen de eigen-dommen van Natuurpunt gelegen in nu nog

agrarische en agrarisch waardevolle gebieden, in kaart gebracht en bijgevolg in mindering gebracht van de nog bijkomend aan te duiden gebieden ?

Mochten deze gebieden in rekening gebracht geweest zijn, hoeveel hectaren zouden er dan nog moeten worden afgebakend ?

5. Wordt er geen navraag gedaan bij de gemeente-besturen of zij zelf soms geen natuurgebieden aan te bieden hebben, die dan ook als dusda-nig kunnen worden ingekleurd in de gemeenten waar discussie bestaat over de aanduiding ? Antwoord

Er werd in de loop van de maand maart op basis van de verkenningsnota's van de ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos een breed overleg gevoerd met de provincies, gemeenten en belan-gengroepen in beide regio's. Op basis van hun opmerkingen werden door het administratieover-schrijdend projectteam op Vlaams niveau, aanpas-singen aan de gewenste

ruimtelijke structuur doorgevoerd. Het ontwerp van gewenste ruimtelijke structuur en voorstel van uitvoeringsprogramma wordt thans aan de gemeen-ten, provincies en belangengroepen voor formeel advies voorgelegd. Informatiesessies vonden plaats op 12 mei voor de regio Kust-Polders-Westhoek en op 18 mei voor de regio Haspengouw-Voeren. Tot 15 juni krijgen alle betrokkenen de kans om een formeel eindadvies hierop te formuleren. Het ontwerp van gewenste ruimtelijke structuur en voorstel voor uitvoeringsprogramma zullen als een mededeling aan de Vlaamse Regering worden voorgelegd.

(2)

van natuur en overstromingsgebied), is het aan-duiden van specifieke bestemmings-categorieën en zones, thans nog niet aan de orde bij de opmaak van de ruimtelijke visie. Dit is een aspect dat aan bod zal komen in de ruimtelijke uitvoeringsplan-nen, die de vertaalslag van ruimtelijk concept naar de meest aangewezen bestemmingszone met (gebieds)specifieke stedenbouwkundige voor-schriften zullen maken. In de ruimtelijke uitvoe-ringsplannen zal tevens de verdere detaillering van gebiedsafbakeningen aan bod komen.

Slechts op basis van de ruimtelijke uitvoeringsplan-nen zal een concrete ruimtebalans kunuitvoeringsplan-nen opge-maakt worden. In afwachting hiervan werkt het projectteam met indicatieve richtcijfers voor elke regio in zijn totaliteit. Deze richtcijfers zijn afge-leid van de sectorale werkkaarten van de gewenste natuur- en bosstructuur en de gewenste agrarische structuur van de Vlaamse administratie. De kwan-titatieve opties uit het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen werden door deze werkkaarten zeer dicht benaderd. Deze sectorvisies geven een moge-lijke regionale verdeling van de oppervlakte. Een confrontatie van deze werkkaarten levert een indicatieve oppervlaktevork voor de regio. De breedte van de vork wordt bepaald door de overlapping tussen de twee sectorale kaarten. De globale taakstelling voor bosuitbreiding gaat uit van een verdeling van 10.000 ha bosuitbreidings-gebieden over Vlaanderen door AMINAL afde-ling Bos & Groen. Op deze manier wordt er over gewaakt dat de ruimtelijke visies kaderen binnen en uitwerking geven aan de doelstellingen van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen.

1. Dit kan nog niet meegedeeld worden. Het prin-cipieel akkoord van de provincies, gemeenten en belangengroepen met de gewenste ruimtelijke structuur zal kunnen vastgesteld worden na de formele adviesronde. Hieruit zullen slechts indicatieve richtcijfers van oppervlaktes van bepaalde bestemmingsgebieden kunnen afge-leid worden.

2. Antwoord idem vraag 1.

3. Deze gegevens zijn niet beschikbaar bij de leef-milieuadministratie, maar bij de administratie van het kadaster. Elk publiek of privaat rechts-persoon kan vrij percelen in eigendom hebben en eigendomsgegevens worden niet publiekelijk ter beschikking gesteld. De gegevens waarover Afdeling Natuur beschikt, zijn deze percelen waarvoor subsididies toegekend werden voor aankoop of beheer.

4. De afbakeningen zijn nog niet op een dergelijk gedetailleerd niveau uitgetekend. Wat voorligt is een schetsmatig aangeduide ruimtelijke visie. Bij de opmaak van de ruimtelijke visie wordt heel expliciet niet uitgegaan van de eigendoms-situatie, maar van de intrinsieke natuurwaar-den. Het ruimtelijk beleid, of het over natuur, industrie dan wel andere bestemmingen gaat, laat zich immers niet bepalen door eigendoms-situaties.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Buitenlands beleid en

Het baanvak gelegen tussen de grens van de provincies Oost-Vlaanderen / Vlaams- Brabant en het centrum van de gemeente Bever verkeert in een erbarmelijke,

Ook in de navolgende besprekingen met de bewo- ners werd op elk moment aandacht gegeven aan de schadelijke gevolgen van de verontreiniging (ver- bale communicatie), werd naar

Op meerdere vergaderingen werd de verkeerstoe- stand (staat wegdek, ongevallen, maatregelen, ...) in de bocht van de aansluiting E40-E314 te Bertem reeds besproken en dit heeft

De afweging tussen de aanleg van het ecoduct en demogelijke aanleg van een intergemeentelijk fietspad langs de HSL/E19 kan niet gemaakt worden.. Het gaat hier namelijk over twee

Toezicht zal gebeuren via de concrete concessie- bepalingen, maar vooral op basis van de midde- len die de wetgeving betreffende de ruimtelijke ordening, de overheid biedt... 6)

Verder worden op het kruispunt Assebroeklaan en Prins Leopoldlaan de groene paaltjes, die samen met een gevarendriehoek dienen om de fietsers te beschermen, geregeld door

Voldoende trams en bussen zijn van belang. Enerzijds bepalen zij de capaciteit aan reizigers die vervoerd kan worden, anderzijds hebben ze invloed op de wachttijden. Hoe