Vraag nr. 3
van 26 september 1996
van de heer CHRISTIAN VAN EYKEN
Campagne Brussel Hoofdstad Woonstad – Pe n d e-lende ambtenaren
Volgens een bericht in Gazet van Antwerpen van 6 augustus 1996 heeft de minister positief gereageerd op de vraag van de Vlaamse Gemeenschapscom-missie om het wonen in Brussel te promoten. In het artikel wordt gesteld dat er, op een totaal van 10.830 ambtenaren van de Vlaamse Gemeen-s c h a p, 227 (2 %) in een van de 19 BruGemeen-sGemeen-selGemeen-se gemeenten wonen.
Van de 4.609 ambtenaren met standplaats Brussel wonen er 209 in de hoofdstad (4,5 %). Dit betekent dat de overige ambtenaren pendelaars zijn.
Wat is de gemiddelde afstand die de pendelende ambtenaren afleggen ?
Werden er studies gemaakt over de belangrijkste pendelaarsstromen ?
Zo ja, van welke subregio's zijn ze afkomstig ? Werd er al nagegaan welke vervoermiddelen daar-bij worden gebruikt ?
Zo ja, wat zijn de resultaten daarvan ?
Heeft de minister dit reeds onderzocht, om dan eventueel het openbaar vervoer nog meer te pro-moten ?
Antwoord
De momenteel 4.546 in dienst zijnde personeelsle-den van de Vlaamse administratie met standplaats Brussel kunnen, volgens regio van afkomst, w o r d e n opgedeeld overeenkomstig de onderstaande tabel.
Vertrekpunt Aantal Agglomeratie Brussel 201 Antwerpen 536 Brabant 1.717 Henegouwen 15 Limburg 158 Luik 7 Luxemburg 2 Namen 4 Oost-Vlaanderen 1.662 West-Vlaanderen 244
Wat de overige vragen betreft, moet ik tot mijn spijt het antwoord schuldig blijven. Ik meen mij echter wel te herinneren dat er ooit bij het departe-ment LIN (Leefmilieu en Infrastructuur) een mobiliteitscel werd opgericht, die terzake wellicht enig onderzoek heeft verricht.
Een algemene studie over de pendelstromen van de Vlaamse ambtenaren is mij niet bekend. E e n eerste aanzet van antwoord kunnen evenwel de resultaten zijn van een enquête die werd gehouden bij de ambtenaren die gehuisvest zijn in de W T C -toren (World Trade Center) en in het Boudewijn-gebouw in Brussel (n.a.v. het vervoersplan).
De resultaten van deze enquête waren de volgende :
– gemiddelde afstand : 40,5 km ;
– subregio's : er zijn sterke concentraties in Vlaams-Brabant terug te vinden,met een accent op de streek ten westen van Brussel. Een twee-de opvallentwee-de concentratie woont in twee-de streek van Geraardsbergen. Voor het overige zijn de woonplaatsen in Vlaanderen verspreid.
Gebruikte vervoermiddelen : – autosolist : 15 %,
– carpooling : 7 %,
– stads- en streekverkeer : 77 %, – andere : 1 %.
Uit deze enquête blijkt dat het openbaar vervoer met 77 % scoort, waarbij de meerwaarde van extra promotie voor het openbaar vervoer praktisch nihil zou zijn.