Vraag nr. 195 van 6 juni 1996
van de heer CHRISTIAN VAN EYKEN
Gehandicapten uit andere regio's – Samenwerkingsak-koord
De regionalisering van het Fonds voor Sociale Integra-tie van Personen met een Handicap stelt een aantal concrete problemen voor gehandicapten die tot een andere taalgroep behoren dan die waarin ze leven. Volgens de mij bekende wetgeving zijn deze personen verplicht zich te wenden tot eentalige instellingen die afhangen van het gewest waar ze verblijven.
Sedert bijna twee jaar is er sprake van een samenwer-kingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waals Gewest en de bevoegde Brusselse Gemeen-schapscommissie.
1. Wat is de stand van zaken in deze aangelegenheid waarbij een zwakkere bevolkingsgroep het slacht-offer is ?
2. Wat zijn de eventuele problemen die de totstandko-ming van dit akkoord beletten ?
Antwoord
De situatie die de Vlaamse volksvertegenwoordiger beschrijft, vindt zijn oorsprong in de opeenvolgende grondwetsherzieningen waarbij de Belgische staat evo-lueerde van een eenheidsstaat naar een federale staat. De Vlaamse Gemeenschap en het Waals Gewest werk-ten tijdens de vorige legislatuur een samenwerkings-overeenkomst uit "overwegende de wil ... om aan de personen met een handicap de gerechtvaardigde, gemotiveerde en door het bevoegd orgaan (met name het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap en l'Agence Wallone pour l'Integra-tion des Personnes Handicapés) als noodzaak erkende keuze te waarborgen, wat betreft de instellingen en diensten gemachtigd om hen prestaties te verstrekken". "L'Avis du Conseil d'Etat" van 12 oktober 1995 over het voorontwerp-decreet van de Waalse regering tot goedkeuring van dat samenwerkingsakkoord stelt evenwel dat dit basisprincipe niet alleen niet is uitge-werkt in de tekst zelf van het akkoord, maar dat tevens de criteria ter zake dienen te worden gespecifieerd. Bovendien werd dit basisprincipe verschillend geïnter-preteerd door de Vlaamse Gemeenschap en het Waals Gewest, zoals blijkt uit de memories van toelichting. Een derde hindernis ligt bij de mogelijke discriminatie van gehandicapten uit de beide gewesten bij de toela-tingscriteria voor de beschutte werkplaatsen en de beroepsopleiding.
De Vlaamse volksvertegenwoordiger zal begrijpen dat ik dit samenwerkingsakkoord in zijn huidige vorm niet ter bekrachtiging kan voorleggen aan het Vlaams Par-lement.
Ik heb het Vlaams Fonds en mijn medewerkers de opdracht gegeven alternatieve oplossingen uit te
wer-ken. Ik hoop deze binnenkort te kunnen voorleggen aan de Vlaamse regering.