• No results found

Herziening cultuurtechnische inventarisatie (voorstel)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Herziening cultuurtechnische inventarisatie (voorstel)"

Copied!
92
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

STARINGGEBOUW

NOTA 1472 september 1983 Instituut voor Cultuurtechniek en Waterhuishouding

Wageningen Land inrichtingsdienst

Utrecht

!

HERZIENING CULTUURTECHNISCHE INVENTARISATIE

Werkgroep Coördinatie Ontwikkeling en Toepassing Cultuurtechnische Inventarisatie

30 5 ^

(2)

•I

(3)

I

I

I

I

I

I

I

It

I

1

I

I

I

!

I

I

I

I

I

I

I

MEDEDELINGEN CULTUURTECHNISCHE INVENTARISATIE

Mededelingen Cultuurtechnische Inventarisatie zijn notaxs* die handelen

over ontwikkelingen met betrekking tot de cultuurtechnische inventarisa-tie Cc. i. ) en zijn bedoeld gebruikers en anderen die direct betrokken

(4)

«I

(5)

I.

Op basis van een gesprek tussen LD en ICW in januari 1982 is de

werk-groep Coördinatie Ontwikkeling en Toepassing C.Z. gevormd. De werkwerk-groep heeft als taak met voorstellen te komen voor een uniform systeem van

c. i. s' dat flexibel kan worden gebruikt voor de planvorming en dat tegen

aanvaardbare kosten kan wordtin geproduceerd.

Na een voorstudie» waarbij ondermeer de wensen van de gebruikers en dt toepassingsmogelijkheden zijn geanalyseerd/ heeft de werkproep een voorstel voor een systeem ontwikkeld dat aan de gestelde eisen voldoet.

Het systeem heeft de volgend* eigenschappen:

- Het is gericht op de voorbereiding van landinrichtingsplannen in het bijzonder op de gebiedstypering en knelpuntenanalyse (landbouwstruc-tuuradvies en schetsontwerp)« het toedelingsonderzoek en de evaluatie t. a. v. de agrarische kosten-batenanalyse.

- Het is uniform] waardoor de gegevens altijd dezelfde betekenis hebben« van belang voor vergelijkingen en automatisering van productie en ge-bruik.

- Het is flexibel qua input» hetgeen wil zeggen dat de gegevens die

al-tijd voor bovengenoemde toepassingen nodig zijn standaard worden werkt. Daarnaast kunnen een aantal gegevens naar behoefte worden ver-werkt.

- Het is gericht op gedecentraliseerd gebruik van het gegevensbestand. De standaard in opdracht te leveren output wordt sterk beperkt. De

afdeling Onderzoek van de LD kan 'm. b. v. de terminal binnen ruime

gren-zen naar behoefte Outputtabellen creëren. Gegevens kunnen ook worden toegevoegd.

- De organisatie voor opname en opbouw van het bestand is conform de huidige werkwijze.

Een aantal gevolgen van invoering van het systeem zijn:

- De kosten voor)het uitvoeren van een c. i. kunnen afhankelijk van het

opnemen van facultatieve gegevens 30 tot 40% lager worden.

- Een gedigitaliseerde c. i. zal met uitzondering van zeer grote

gebie-den aanmerkelijk duurder zijn dan een handmatige c. i. .

Ten aanzien vin kosten en mankracht voor het ontwikkelen van het systeem wordt geschat dat in totaal 27 manmaanden en f 72 000 aan computerkosten nodig zijn.

(6)

4

(7)

h

*

INLEIDING 1 DEEL 1. VOORSTUDIE 2

1.1.' HUIDIGE SITUATIE 2 1.1.1. Korte beschrijving van het systeem van c. i. 2

1.1.2. Toepassingen 4

1. 1. 3. Kosten 7 1.2. ONTWIKKELINGEN 11 1. 3. ANALYSE VAN DE WENSEN 12

1.3.1. Gebruikerswensen 12

1.3. 1. 1. het gebruik 12

1.3.1.2. inhoud van de c. i. 12 1. 3. 1. 3. nader onderzoek en overige mensen 13

1.3.2. Wensen LD en ICW 13 1.4. ANALYSE VAN DE TOEPASSINGSMOGELIJKHEDEN 14

1.4.1. Alfanumerieke gegevens 14 1.4.1.1. cijfermatige output 14

1.4.1.2. toedelingsonderzoek 16

1.4.1.3. evaluatie 16 1.4.1.4. bijhouding van gegevens in de tijd 16

1.4.1.5. koppeling met andere bestanden 17 1.4.1.6. wetenschappelijk- en beleidsonderzoek 17

1.4.1.7. relatie met KADOR 17

1.4.2. Grafische output 18

(8)

J

(9)

I.

* 2. 1. UITGANGSPUNTEN EN KEUZEN 22 2. 1. 1. Algemeen 22 2. 1. 2. Productie 23 2.1.3. Toepassing 24 2.1.4. Ontwikkeling 24 2.2. HET HERZIENE SYSTEEM VAN C l . 24

2. 3. DE PRODUCTIEKOSTEN 31 2. 4. OVERLEG EN ORGANISATIE 32

2. 5. VERGELIJKING HUIDIGE C. I. MET C. I. IN HERZIENE VORM 33

2.6. ONDERZOEK EN ONTWIKKELING 36 DEEL 3. REALISATIE 38 3. 1. DEELSTAPPEN 38 3.2. PRIORITEITEN EN TIJDSPLANNING 39 3. 3. TAAKVERDELING 39 3. 4. KOSTEN EN MANKRACHT 40 LITERATUUR 42 Bijlagen (opvraagbaar bij ICW):

1. Het gebruik van de c. i. in de landinrichting 2. Verslagen regionale bijeenkomsten

3. Gebruikersuensen ontleend aan de regionale bijeenkomsten 4. Wensen LD en ICW

5. Cijfermatige output 6. Toedelingsonderzoek 7. Evaluatie

8. Bijhouding van gegevens in de tijd 9. Koppeling met andere bestanden

10. Wetenschappelijk en beleidsonderzoek 11. Relaties met KADOR

12. Grafische output

13. Analyse van de wensen van de belanghebbenden 14. Analyse van de toepassingsmogelijkheden 15. Gebruikersrapport

(10)

*

(11)

I

I

I

1 -INLEIDING

I

I

In deze nota wordt ingegaan op de herziening van de Cultuurtechnische Inventarisatie (c.i. ). Sinds 1965 morden in het kader van de voorberei-ding van landinrichtingsprojecten c. i. 's uitgevoerd. In 1976 is een

aanpassing van het systeem gerealiseerd op basis van een inventarisatie van de gebruikersuensen in 1972. De toen ontwikkelde vorm van input« be-drijfsgegevens« output« gebruikerskaart en andere kaartbijlagen wordt nog steeds gebruikt. Er zijn evenwel ontwikkelingen die een tweede aan-passing van het systeem wenselijk maken. Deze ontwikkelingen zijn: - Het gebruik van de computer met terminalaansluiting door de afdelingen

Onderzoek van de Landinrichtingsdienst (LD) voor de bewerking en inter-pretatie van gegevens uit de c. i. >

- Verandering in de behoefte aan informatie bij de planvorming en evalu-atie. Het blijkt« dat de output de gegevens niet meer in die

vorm levert« die gewenst is voor de planvorming en evaluatie van dit moment;

- Het toenemen van de productiekosten van de c. i.

Met de opdracht voorstellen voor een herziening te formuleren is in maart 1962 de werkgroep Coördinatie Ontwikkeling en Toepassing C. I. van start gegaan. De samenstelling van deze werkgroep is als volgt:

J. li. Keestra H. A. van Kleef A. W. B. Andringa Th. J. Linthorst G.C. Naeff H. A. L. J. Voet voorzitter secretaris lid lid lid lid LD ICW ICW ICW LD LD

Het doel van de werkgroep is om met voorstellen te komen voor een

uni-form systeem van de c. i. » dat flexibel kan worden gebruikt voor de

plan-vorming en dat tegen aanvaardbare kosten kan worden geproduceerd. De werkgroep rapporteert aan de directies van ICW en LD.

De het pi De .voo schrij men de heden In het stands quenti In dee het vo ele mi voorligge an en de r rstudie ho ving van d wensen va gevolgd d plan word opbouw en es van dez 1 3 tenslo orgestelde ddelen).

nde nota is uit drie delen opgebouwd« nl. een voorstudie« ealisatie.

udt in: een korte beschrijving van het systeem« een be-e ontwikkbe-elingbe-en« be-ebe-en analysbe-e van dbe-e wbe-ensbe-en waarin opgbe-eno- opgeno-n de gebruikers« eeopgeno-n aopgeno-nalyse vaopgeno-n de toepassiopgeno-ngsmogelijk- toepassingsmogelijk-oor conclusies.

t nader ingegaan op de aanpassingen van de c. i.

(be-output) en op de organisatie en de financiële conse-e aanpassingconse-en voor dconse-e rconse-eguliconse-erconse-e producticonse-e,

tte wordt ingegaan op de realisatiemogelijkheden van plan (organisatie« mankracht« apparatuur en

financi-In de nota wordt verwezen naar werkstukken« die als bijlagen in de in-houdsopgave zijn vermeld.

(12)

I

I

I

I

f

I

I

!

I

I

(13)

K

de opdrachtgever geleverd.

Als de kaarten beschikbaar zijn« wordt een groot aantal gegevens per kavel op ponsdocumenten vastgelegd en ontstaat het kavelbestand. Deze gegevens betreffen o.a. het gebruikersnummer« de ligging vam het cen-trale punt van de kavel in coördinaten« de kaveloppervlakte« de af-stand van de kavel tot de bedrijfsgebouwen» de afaf-stand van de kavel tot

de dichtsbijzijnde verharde weg« de oppervlakte per cultuurtoestand« het aantal topografische percelen« de ligging van de kavel in een bepaalde bijzondere bestemming« enz. Daarna volgt het ponsen en de computerverwer-king met als uiteindelijk .resultaat een aantal tabellen« te onderscheiden in:

- de input« waarin opgenomen alle ingevoerde gegevens (kavelgegevens en sociaal-economische bedrijfsgegevens)«

een tabel bedrijfsgegevens« waarin alle gegevens op bedrijfsniveau wor-den gepresenteerd (gemiddeld aantal kavels e.d. )»

een veertiental tabellen met gegevens op gebiedsniveau waarmee het ge-bied wordt gekarakteriseerd.

Naast de tabellen wordt een aantal kaarten vervaardigd. Het betreft in het algemeen:

- de overzichtskaart met gebiedsbegrenzing en dorpsbehorenindeling« - de gebruikerskaart waarin tevens de wegen-en waterlopenkaart is

opge-nomen. Bij deze kaart horen de gebruikerslijsten met de namen en adressen van de gebruikers«

- de gebruikerskaart met vreemd gebruik« een themakaart waarbij het gebruik van grond door bedrijven van buiten het betreffende dorps-behoren visueel is gemaakt;

- de gebruikerskaart met vakindeling« een gebruikerskaart waarop aange-geven de vakindeling t.b.v. het Kik-toedelingsonderzoek«

- de boerderijenkaart« waarop bij ieder bedrijf een aantal kengetallen is vermeld«'

de eigenarenkaart. Op deze kaart is de eigendomssituatie weergegeven«

de kaart komt alleen beschikbaar indien aan de c. i. een

eigendomsinven-tarisatie is gekoppeld)

- de gebruikerskaart met eigendom-gebruik« zijnde een combinatie van gebruikers- en eigenarenkaart.

Tevens een aantal themakaarten in kleur« te weten:

- de bedrijfskavelkaart« die een indruk geeft van de versnippering« - de afstandenkaart« waarbij de afstand van de grond tot de

bedrijfsge-bouwen visueel wordt gemaakt«

- de ontsluitingskaart« die een beeld geeft van de afstand van de grond tot de dichtstbijzijnde verharde weg.

Voor het opbouwen van het basisbestand kan sinds 1980 ook de tech-niek van het digitaliseren van kaarten worden toegepast. Deze techtech-niek houdt in dat het kaartbeeld van de gebruikerssituatie« de cultuurtoe-stand« de bodemkaart« het wegennet« de dorpskommen« de uitbreidings-plannen« de dorpsbehorenindeling« enz. met behulp van een coordina— tenlezer (digitizer) in een computerbestand wordt vastgelegd. Het inputbestand wordt automatisch, door de computer opgebouwd. Ook de kaarten worden automatisch (tekenmachine) vervaardigd« daarnaast komen bedrijfskaartjes beschikbaar.

(14)

«I

(15)

De bedrijfskaartjes zijn themakaarten waarbij per bedrijf de kavels zijn weergegeven. Ze maken onderdeel uit van de verwerkingsprocedure bij het tot stand komen van een digitale c. i. . Het gebruik van de

bedrijfskaartjes begint langzaam meer vorm te krijgen. Deze nieuwe vorm van output bij de digitale c. i. is nog maar in een aantal

ge-bieden beschikbaar. Bij de districten vinden de kaartjes ingang om-dat ze een duidelijk beeld geven van een bepaald bedrijf. Ook de af-deling onderzoek begint de kaartjes te gebruiken« een voorbeeld hiervan is een postenquete waarbij de drainage door de geadres-seerde op het bedrijfskaartje is ingetekend. In Kanaalstreek is met behulp van het bedrijfskaartje het ARAK-systeem opgezet. Tenslotte worden de bedrijfskaartjes gebruikt voor het onderzoek naar de

moge-lijkheden voor de bijhouding.

Voor een uitgebreide beschrijving van het systeem en de techniek van digitaliseren wordt verwezen naar de publicaties van Bijkerk«

Lint-horst en Van Wijk (1970), Van Wijk en LintLint-horst (1977), Visser (1974« 1977) en Visser. Van Kleef« Linthorst en Van Wijk (1979).

1. 1. 2. Toepassingen

In vele provincies vormt het uitvoeren van een c. i. een regulier

on-derdeel van het inventarisatie- en onderzoeksprogramma voor landinrich-tingsprojecten. De Landinrichtingsdienst is dan ook de grootste opdracht-gever. De gegevens worden door deze dienst in hoofdzaak gebruikt voor:

— het beschrijven van de verkaveling in het landbouwstructuuradvies én het schetsontwerp«

- het toedelingsonderzoek« waarbij de door Kik (1974) ontwikkelde metho-diek wordt gebruikt. Dit onderzoek maakt gebruik van de gegevens van de c. i. . Doordat de berekeningen door de computer vrijwel direct na

het beschikbaar komen van de inventarisatie kunnen worden uitgevoerd« kan op zeer korte termijn inzicht worden verkregen in de mogelijkheden voor uitruil« het effect van boerderijverplaatsing« de gevolgen van aanleg van nieuwe wegen« e. d. ;

de evaluatie volgens de HELP-methodiek (Herziening Evaluatie Land in-richtingsplannen). De c. i. vormt een belangrijke informatiebron bij

de berekening van de agrarische baten van een landinrichtingsplan«*

tijdens de landinrichtingsprocedure t. b. v. uiteenlopende doelstellingen» Naast bovengenoemde toepassingen is het systeem gebruikt voor:

het voorbereidingsschema landinrichtingsprojecten <CCC);

het structuurschema landinrichting (Van Wijk« Keestra« Linthorst« 1979)»-diverse aanvragen voor ruilverkavelingen (LD)

toedelingsonderzoek door KADOR»

het locatie-onderzoek 2e nationale luchthaven (RPD)

het onderzoek naar de ligging van agrarische bedrijfsgebouwen in de dorpkom (Landbouwschap)«

projectstudies als Volthe- De Lutte (ICW« 1971)« Eilandspolder (ICW« 1972)« Lopikerwaard (ICW« 1976) en Midden-Brabant (1983);

het onderzoek naar de gevolgen van mergelwinning voor landbouwbedrijven

( E N C I ) J

het begrenzen van relatienotagebieden en het opstellen van beheers-plannen (BBL)«

de modelstudie landbouw in het kader van de uitbreiding van de kern Boxtel (Kuiper Compagnons);

(16)

*

(17)

INSTITUUT VOOR CULTUURTECHNIEK EN WATERHUISHOUDING Cultuurtachniich* invantariMti* N*d*rland

1 _ 1 _ 1883

I*

(18)

*

(19)

GEBIED

I*

1 DE DONGERADELEN 2 WESTERKOGGE 4 OVERSCHILD 5 OVERLOON 6 SAUWERD 7 BIERUM 8 RIJSBERGEN 9 BAKEL 10 UITHUIZERMEEDEN 11 WONSERADEEL • NOORD 12 DE MARNE 13 LOPPERSUM-STEDUM 14 MIDDEN -TJONGER 15 ROLDE 16 DE BJIRMEN 17 VORDEN-NOORD 18 BRABANTS WESTHOEK 19 RUURLO 20 EVERLOSEBEEK 21 SALLAND-OOST 24 UITHUIZEN 26 DE ACHTERKOGGE 27 HENGELO -ZELHEM 28 SCHOONEBEEK 29 WESTWOUD 30 VIJFHEERENLANDEN 31 MASTENBROEK 32 MERGELLAND

35 VIER NOORDER KOGGEN 36 MIDDEN MAASLAND 37 GROOT TWELLO 38 WESTHOEK-ZUID II 40 BROEKHUIZEN NA R.v.k.

41 NIEUWE EN OUDE BROEKPOLOER1969

42 POELDIJKSEPAD 1969 43 BRUMMEN-VOORST 1967 44 GORSSEL 1966 45 NOORDPOLDER 1969 46 GARSTHUIZEN 1969 47 HALLE 1966 48 OPLOO 1969 49 LOCHEM 1966 50 WESTHOEK • ZUID I 1968 52 FERWERDERADEEL'69 1969 53 LOPIKERWAARD 1969 54 ACHTERHOEK - N - O 1966 55 KANAAL-OOST 1967 56 KANAAL-WEST 1967 57 HOEKSCHE WAARD - OOST 1968

58 't BI LOT .1969 59 STIENS 1969 60 DOETINCHEM- WISCH 196$, 62 STEENWIJKSMOER'69 1969 63 SCHAGERKOGGE 1969 64 VOLTHE • DE LUTTE 1970 65 EILANDSPOLDER 1970 68 HAAKSBERGEN 1969 70 TIETJERKSTERADEEL 1969 71 EEMLANDI 1970 72 EEMLAND II 1970 73 WESTERHUIZINGERVELD 1970 74 SMILDE 1970 75 LIMMEN - HEILOO 1970

76 LAND VAN CUYK 1969 77 ROERSTREEK 1970 78 KOLLUMERLAND 1969 OPNAME 1965 1965 1965 1966 1966 1966 1964 1966 1966 1966 1966 1967 1966 1962 1967 1967 1967 1967 1967 1967 1967 1968 1967 1968 1968 1968 1969 1968 1968 1968 1967 1968 1963 79 BAARDERADEEL 80 BOLSWARD-SCHARNEGOUTUM 81 HUMSTERLAND 82 BATHMEN 83 ZUIDWOLDE 84 MIDDEN-SALLAND 85 AVEZAATH-OPHEMERT 86 KROMME RIJN 88 OUDE GRAAF 89 ST.OEDENRODE - NOORD 90 KESSEL 91 FLAKKEE 92 DEN HAM 93 WEERSELO - DÜLDER 94 WEST ZEEUWS VLAANDEREN 95 WEERT -STAMPROY 96 ST.OEDENRODE-ZUID 98 KROMME RIJN N.O. 99 RECONSTRUCTIEGEBIED III 101 STOPPELDIJK (NIEUW) 103 DRIEBRUGGEN 104 RECONSTRUCTIEGEBIED I 105 RECONSTRUCTIEGEBIED IV 107 RECONSTRUCTIEGEBIED II 108 RECONSTRUCTIEGEBIED VII 109 BEESEL - SWALMEN 110 VELDEN 111 IJSSELMONDE WEST 112 ZUIDELIJK WESTERKWARTIER 113 LAREN 114 NISPEN-SCHIJF

115 UITBREIDING LAND VAN CUIJK 116 MIDDEN BRABANT 117 MELDERSLO 118 ETTEN-LEUR 119 WINTERSWIJK - WEST 120 WATERLAND - OOST 121 EILANDSPOLDER 122 LAND VAN THORN 123 WATERLAND 124 ALPHEN EN RIEL 125 BAARLE • NASSAU

126 DE MARSHOEK • HOORNHORST 127 OVER - BETUWE - OOST 128 WATERLAND 129 MIDDEN DELFLAND 130 RUINEN 131 SALLAND-WEST 132 ZUNDERT 133 BODEGRAVEN - NOORD 134 KANAALSTREEK 135 OUDE VEENKOLONIËN 136 KRIMPENERWAARD 137 MOERSCHE HEIDE 138 St. OEDENRODE 139 NIEUWLANDE 140 DONIAWERSTAL 141 GOIRLE 142 CASTELRE 143 CHAAM 144 DE HILVER 146 147 148 149 WIERINGEN 150 151 GROESBEEK 152 ROSSUMOOST 153 154 TER APEL 155 BOURTANGE 156 WEDDE 1969 1969 1970 1971 1971 1971 1971 1971 1971 1972 1972 1972 1973 1973 1972 1972 1973 1973 1973 1973 1974 1974 1973 1973 1973 1974 1974 1974 1974 1975 1976 1975 1975 1976 1976 1976 1976 1977 1977 1976 1977 1977 1975 1978 1977 1978 1978 1978 1978 1978 1979 1979 1980 1980 1980 1980 1980 1978 1978 1981 1980 1981 1981 1981 1981 1981

(20)

«I

(21)

- de tracering van de leidingstraat Antuerpen-Rotterdam (LD)i - onderuiijsdoeleinden (LH prakticum).

In totaal is thans ruim 1 100 000 ha met het systeem van c. i. beschre-ven (fig 1)# waarvan ruim 100 000 ha met toepassing van digitaliserings-technieken. In bewerking is 3 0 000 ha.

1. 1. 3. Kosten

V

Te de we overz zicht tenop In op ka de tr van d terug grote een g sen c neind r kgro icht betr bouw f igu velba endon e dig gedro kost emidd . i. 's e inzicht ep t. a. v. gemaakt vo eft een on van een c. ur 2 is ee sis vanaf twikkeling itale c. i. ngen» waar enverschil eld cijfer onder1 ing

te krijgen in de gevolgen van de voorstellen van herziening van de c. i. is een indicatief kosten-or de handmatige en de digitale c. i. . Dit over-twikkeling van de kosten in de tijd en een kos-i. voor een gemiddeld gebied.

n overzicht gegeven van het kostenverloop van de c. i. het opnamejaar 1973 t/m 1982. In deze figuur is tevens

op basis van dagtarieven weergegeven. De hoge kosten in 1979 en 1980 zijn de laatste twee jaar sterk

door tussen de digitale en de handmatige c. i. geen len meer zijn te zien. In de grafiek is steeds

per jaar weergegeven. De grote verschillen t u s -komen hierdoor niet tot uitdrukking. In 1981/82

f/ha * 28 24 20 16 12 8 23500 27500 kosten handmatige c. i.

! met uitgevoerde oppervlakte

} idem voor digitale c. i

trendont-ui k kei ing

1973 1974 1975 1976 1977 1978 1979 1980 1981 1982

fig 2. Overzicht van het kostenverloop van de c. i. op kavelbasis in de

tijd. mede in relatie tot de trendontwikkei ing van de tussen LD en Cultuurmaatschappijen overeengekomen tarieven. Daarbij is

(22)

•P

(23)

lopen voor de digitale c i . de kosten uiteen van f 6. BO/bruto ha voor het gebied Emmen tot f 25.60/ bruto ha voor Rouveen. Deze verschillen hangen samen met de structuur van het gebied waarin ondermeer de kavel-grootte» de bedrijfsgrootte en de omvang van het gebied bepalend zijn.

Verder dient te worden opgemerkt dat vooral een gedigitaliseerde c. i.

per ha goedkoper wordt naarmate het aantal kavels toeneemt. Het omslag-punt waarbij een gedigitaliseerde c. i. goedkoper wordt dan een handma-tige c. i. ligt tussen de 2000 en 2500 kavels per gebied.

Uit het voora indicatie voor e De kostenindicat Ze vormt daarmee komstige praktij Uitgaande van de volgende kenm tal kavels 1750. theoretisch op c f 95 000 voor ee Daarbij dient te de volgende gege

fgaande zal duidelijk zijn dat het geven van een kosten-en toekomstige c. i. op dit momkosten-ent bijzonder moeilijk is. ie kan alleen gegeven worden voor een gemiddeld gebied.

een theoretisch gegeven dat niet rechtstreeks naar toe-kgevallen kan worden vertaald.

35 recent verwerkte c. i. 's heeft.een gemiddeld gebied erken: oppervlakte 7100 ha» aantal bedrijven 450 en

aan-De totale kosten"v"bor een dergelijk gebied komen dan a. f 105 000 voor een gedigitaliseerde en op ca.

n handmatige c. i. (prijspeil 1982; incl. 1 8 % BTW).

worden aangetekend dat bij een gedigitaliseerde c. i.

vens extra worden geleverd:

- een bestand van het gebruik van cultuurgrond door niet-agrariers; - per bedrijf een bedrijfskaartje met tabellarisch overzicht waarin

on-dermeer opgenomen de bedrijfsoppervlakte en de oppervlakte per kavel; - een aantal gedigitaliseerde bestanden zoals

kavelgrenzen wegennet cultuurtoestand vereenvoudigde bodemkaart bijzondere bestemmingen *

Voor het bepalen van de kostenverdeling vo gebruik gemaakt van offertes en ervaringen ui cente nacalculaties zijn niet beschikbaar. De gedigitaliseerde c. i. is gebaseerd op een ged van de gebieden Emmen» Walcheren en IJsselmon een indicatief karakter omdat een uitgebreide laties wacht op de uitkomsten van Rouveen en In figuur 3 en 4 zijn de kostenverdelingen we dat er verschillen zijn in de procentuele kos gedigitaliseerde en de handmatige c. i. . Deze

or de handmatige c. i. is t het nabije verleden. R e

-kostenverdeling voor de etailleerde nacalculatie de. De uitkomsten hebben

analyse van de nacalcu-Lage Maaskant,

ergegeven. Hieruit blijkt tenverdeling tussen de verschillen zijn (tabel 1 ) : - voorbereiding 3% t. o. v. 2 % voor de digitale resp. de handmatige c. i.

- basisbestand inclusief gebruikerskaart 5 7 % t. o. v. 2 4 % (in de digitale

c.i. zijn de bedrijfskaartjes hierin begrepen);

- wegennet» cultuurtoestand» bodemtypen» perceelsgegevens» bijzondere bestemmingen» bedrijfskavels» overige bijzonderheden en dorpsbehorens 2 2 % t. o. v. 4 3 % zijnde de som van het meten van kavelgegevens» de

eerste computerverwerking en controle van de bestanden. - kleurkaarten en overige zwart-wit kaarten 11% t. o. v. 2 4 %

Het zal duidelijk zijn dat door deze verschillen in kostenopbouw de finaciele gevolgen van de voorstellen tot aanpassing voor de handmatige en digitale c.i. verschillend zullen zijn.

(24)

V

(25)

V

*5

S

t

Co * 3> 3> O i - * "O' r ir î 5 ft_ o o X jc> (S m z >4 f O/« 11U g S*2

lil

Cu

S

* 1

m S S ê

fis

e >•*

r

-l o H :u X o m 2 ^ UJ f 0 0 0 v - / X o 55 Tt\ Z <. m ?3 o f 2 O <P »n o ff* -H 9 r-^ m m p e> m

8

m in

z.

m 5 •a r-a 0 o r *

c

x> •Z. o

(26)

J

*

(27)

* 3> 3> O fe ç - o £. fi. * " S-*" 2" <C o S > _ o M k l _ . 0 O 2> a >a 3? r-x o m U5 O O CM

S *

fi ? CM o 55 m z •c o r-2 m m o m

S

m in

z.

jp m B X3 m r— o en D 7k c o

(28)

*

(29)

^KOSTENVeRDEUNjG V\W\)ricmGE C l . Voofc EEN

GtVllDOÇUD GEB\Et> IN VftoCENTÇw V « N DE TOTrt\.E VCOSTEU

P

1

ïa Cas«. GEgftUl' VtERS KftRRT

10

( Q ^ . O O O ) KLeHRKOHRTgw

16

K<W€UOP*e*\A.. / /

3

n e t E N VfiN K.*Vp-£€6EVEtt$

•30

^COMPUTER

3

CôWTXOlE

/0

Ci ÔÇ&TAV10

2

t f l ß C L t e w

3

C&s GE&eucus

i

i

ovetuGfc '

2

ST

(30)

«I

(31)

Tabel 1. Overzicht van de kostenverdeling voor een handmatige en een digitale c.i. in procenten van de totale kosten.

handmatig digitaal

i.

voorbereiding 2 3 basisbestand . 24 57 kavelgegevens 43 22 CBS-gegevens 2 2 eindbestand 2 2 tabellen 3 3 kaarten 24 11 100 100 1. 2. ONTWIKKELINGEN

In relatie tot het gebruik van de c.i. is een aantal ontwikkelingen te zien, die vooral een gevolg zijn van de toenemende mogelijkheden op het gebied van de automatisering.

Een daarvan is de mogelijkheid die thans bij de LD bestaat om vanuit de provincie via terminals met de basisbestanden van de c i . te werken. Dit betekent dat de medewerkers van de afdelingen Onderzoek in de pro-vincies voor het uitvoeren van berekeningen niet alleen de boekwerken van de c.i. gebruiken maar vooral de basisbestanden met kavel- en be-drijfsgegevens op tape/ waarbij men de beschikking moeten hebben over toepassingsprogrammatuur. Dit heeft reeds geleid tot de ontwikkeling van een aantal programma's (o.a. Jürgens en Voet).

Een andere ontwikkeling is het toepassen van de techniek van het digitaliseren van kaarten. De c.i. 's kunnen thans zowel op perceels— als op kavelbasis met deze techniek uitgevoerd worden. Ook bij de LD

worden de toepassingsmogelijkheden van digitaliseren onderzocht« waar-voor ondermeer een grafisch werkstation in gebruik is.

Een derde ontwikkeling op het gebied van de automatisering is dat naast de c. i. ook andere inventarisaties in de vorm van computerbe-standen beschikbaar komen waarbij de behoefte aan onderlinge koppe-ling kan ontstaan. Deze problematiek wordt ondermeer in de werkgroep

Technisch INFOrmatiesysteem voor de Landinrichting (TINFOL) behandeld. Een ontwikkeling van andere orde is de toenemende belangstelling

van andere instanties dan de LD voor de c. i. . Te noemen zijn BBL (re-latienotagebieden) en de provincies (streekplannen e.d.).

(32)

4

(33)

t

f

1.3. ANALYSE VAN DE WENSEN 1.3.1. Gebruikerswensen

De grootste groep gebruikers zijn de afdelingen Onderzoek van de LD. Om de mensen en meningen te inventariseren zijn eind 19B1 een drietal

regionale bijeenkomsten gehouden. De discussies hebben plaatsgevonden op basis van de daartoe samengestelde discussienota "Het gebruik van de cultuurtechnische inventarisatie in de landinrichting" (1)*. Van deze discussies zijn de resultaten vastgelegd in drie verslagen (2). De sa-menvatting is gegeven in de notitie "Gebruikersuensen ontleend aan de regionale bijeenkomsten over de c. i." (3).

De wensen en meningen van de gebruikers hebben betrekking op het

ge-bruik* op de inhoud van de c. i. en op aspecten die nader onderzoek vragen.

1.3.1.1. het gebruik.

Er is behoefte aan een c. i. dië"~voorziet in de levering van een

be-stand en een beperkte be-standaardoutput. Het systeem dient tevens te voor-zien in een flexibele output. Daarmee moet het voor de gebruiker moge-lijk zijn op basis van de gegevens van de standaardoutput« met behulp van gebruiksvriendelijke toepassingsprogramma's« zelf:

- de verkavelingssituatie te beschrijven; - kengetallen t.b. v. evaluaties te bepalen; - themakaarten te vervaardigen;

- selecties voor deelgebieden uit te voeren; - gegevens toe te voegen;

- toedelingsonderzoek te verrichten.

Omdat in het kader van de voorbereiding van landinrichtingsplannen ook het LEI veelal een inventarisatie uitvoert die betrekking heeft op de in een gebied voorkomende agrarische bedrijven is een volledige af-stemming voor wat betreft het aantal bedrijven« de hoofdberoepsindeling en de bedrijfstypering gewenst.

Een andere wens is een zo kort mogelijke tijd tussen opdrachtverle-ning en oplevering.

1.3.1.2. inhoud van de c. i.

Ten aanzien van de inhoud van de c. i. is gebleken dat een aantal ge-gevens niet meer relevant is« dat er behoefte bestaat aan enige nieuwe gegevens en. dat bepaalde gegevens alleen voor specifieke gebieden ge-wenst zijn.

Niet meer relevante gegevens zijn:

- de rangorde« waarmee de kavels in afnemende grootte zijn gelabeld; - het bodemtype«

(34)

«I

(35)

de ontsluitingsâfstand per kavel« de ontsluiting wordt in de praktijk als gebiedsgegeven gebruikt. Dit gegeven kan op een andere »goedkopere« wijze worden bepaald»

de aard van de scheidingen binnen de bedrijfskaveli

het vaknummer en toedelingscode« deze gegevens worden thans afzondelijk in het kader van het toedelingsonderzoek bepaald«

meerzijdige ontsluiting;

huiskavel geheel bebouwd« dit blijkt thans uit de cultuurtoestand« per kavel het aantal percelen per cultuurtoestand«

gegevens over eigendom en pacht. De nieuwe gegevens betreffen:

t

i

- de coördinaten van de bedrijfsgebouwen«

de bedrijfstypering« j - een code voor de aanwezigheid van ligboxenstallen. j

Voor specifieke gebieden is een gedetailleerde beschrijving van de cultuurtoestand en de transportafstanden naar wegkwaliteit gewenst« terwijl er soms behoefte bestaat aan gegevens betreffende beregening. 1.3.1.3. nader onderzoek en overige wensen.

Andere wensen die nadere uitwerking of onderzoek vragen zijn:

- informatie over het gebruik van cultuurgrond door niet-agrariers« dit ondermeer ten behoeve van de batenberekening«

- een c. i. van een beperkte omvang ten behoeve van het art. 32 rapport«* - informatie op perceelsniveau« eventueel voor proefcomplexen« - het toepassen van digitaliseringstechnieken«'

- het koppelen van bestanden«

- de wegingsfactoren dienend ter berekening van het transportbezwaar over andere dan verharde wegen.

1.3.2. Wensen LD en ICW

Mede op basis van de ontwikkelingen op het gebied van de automati-sering hebben ook de LD afd. Landinrichtingsonderzoek en het ICW afd. Cultuurtechnische Inventarisatie wensen t.a.v. de herziening van het systeem (4). Samengevat komen deze wensen op het vogende

neer:

- een algemeen systeem« dat ook bruikbaar is voor het opstellen van streekplannen» bestemmingsplannen« e. d. «

- vaste berekeningswijzen en definities«

- de mogelijkheid om bestanden in eigen beheer op te bouwen c.q. aan te vullen«

- flexibiliteit t.a. v. de op te nemen gegevens en te leveren output« - aansluiting op het computersysteem vam de LD»

- gebruiksvriendelijke toepassingsprogramma's«

- toegankelijkheid.van de bestanden voor wetenschappelijk en beleidsgericht onderzoek

(36)
(37)

I*

1.4. ANALYSE VAN DE TOEPASSINGSMOGELIJKHEDEN

In aansluiting op de wensen zijn» teneinde de inhoud van de c. i. te

kunnen bepalen« de toepassingsmogelijkheden geanalyseerd. Daarbij is on-derscheid gemaakt tussen alfanumerieke gegevens en grafische output. 1.4.1. Alfanumerieke gegevens.

Voor wat betreft de alfanumerieke gegevens zijn de volgende toepas-singsmogelijkheden geanalyseerd:

- cijfermatige output (5) - toedelingsonderzoek (6) - evaluatie (7)

- bijhouding van gegevens in de tijd (8) .. - koppeling met andere bestanden (9)

- wetenschappelijk en beleidsonderzoek (10) - relaties mefRADOR (11)

Een overzicht van de resultaten van deze analyses is weergegeven in tabel 2. De gegevens in deze tabel zijn onderscheiden in bedrijfsgege-vens« kavelgegebedrijfsgege-vens« perceelsgegevens en overige gegevens. Voor het aan-geven van de behoefte van een geaan-geven voor een bepaalde toepassing is

onderscheid gemaakt in de categorien:

- zeer gewenst de gegevens in deze categorie worden vrijwel altijd

gebruikt en zullen dus meestal in de c. i. worden

op-genomen«

- facultatief het gebruik van deze gegevens is afhankelijk van het gebied« in de c. i. moet ruimte voor deze gegevens wor-den gereserveerd. Bij de opdrachtbespreking moet de discussie over wel of niet opnemen van de gegevens zich vooral op deze categorie richten.

- niet nodig de gegevens worden niet meer gebruikt en moeten der-halve niet in het herziene systeem worden opgenomen. 1.4.1.1. cijfermatige output

Het analyserapport cijfermatige output richt zich op de planvoorbe-reiding en met name op gegevens die nodig zijn voor het landbouwstruc-tuuradvies en het schetsontwerp. Voor het verkrijgen van een overzicht van de voor deze rapporten relevante gegevens zijn een vijftiental rapporten (van iedere provincie minstens een) geanalyseerd.

De*voor de c. i. relevante basisgegevens die in het

landbouwstructuur-advies in verschillende vormen en volgens diverse indelingen worden

vermeld betreffen (bedrijfs)kavelaantal« (bedrijfs)kavelgrootte« aantal en grootte van de percelen« kavelafstand veelal gesplitst over verschil-lende weg kwaliteiten« kavel- en perseelsvorm« ontsluiting van de grond en de bedrijfsgebouwen« binnen- en buitenblokbedrijven. hoofdberoep« be-drijf sgrootte« deelgebieden en bebe-drijfstype.

In het schetsontwerp wordt op zeer sumiere wijze een aantal verkave-lingskenmerken genoemd. De gegevens vormen vrijwel altijd een uittreksel uit het landbouwstructuuradvies.

(38)
(39)

• o o • < i a a * 1 < • * • * i a 3 a i * o- e s «o I f O l * Q 1 t i a o o -» ••*• e t -i i o m | c ' is 3 n f j 3 3 C « -j M - (B •— i : i < t f i - * c c i.T IS C » -' 3 3 1 e r 3 t a c <o i e IB O - 1 • - 3 i a — O . 1 <- o x - 3 7 O . *

* °-

3 M a • « . • s « W C f 1 Ol i a 1 Bi • * * * -t ui X X X X X X X X

1

K X X X X X X X X X X X X X X X X X X X o . 1 -J b I - . 3 1 b i >a 1 o e> 1 - b ia e t b 1 3 O . X X X X X X X C L -J Bi »*• 3 Bi i a » X X X X X X X i a T3 a a i a - j ra n < « a ra 3 • -m i n 1 t l o o * 3 3 -J e t e t o . m 1 - • - a C x -»^ •*• a e r 3 •»• t o 3 e t i o a a 3 Cf 1 a a a . e t a n y a • « • C L **• 3 t a a 3 X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X • - o a * o 3 "O «o a e t -1 m < V . • -C b 1 x -a e t a a a . c r a X X X X X X X X X X X X X X a c r = r c r 3 c r »*• •*- c i-- a a I D L . H > L , « a ra M in w 1 -1 3 O X * O M M* C L 3 Oi 3 f c -O CL < Q . C 1 > 3 a a a C L m 1 • - - 1 c - E a e o t o m 3 i c a t o cr a e t a T> a = r -J o 3 fit w a Oi 3 n e t a < e t 9 a • • a in « t 3 J • -3 c r I A c a n a H -•*• e r s e t 3 O M . t o c 3 E >o C L < fil 3 X -Oi < a •^ m X X X X X X X X X X X X X X K X M X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X I O JC a fit I O < a a < ~ «0 1 3 lit c r m w ¥*• fil **• e t fil O . Ili < _ • * • < n> 3 M c a 3 e t O t- *•* fil 3 a l " o H -CL a a o o n - o t -o s a a l n -» • o c n ir* a a »~* a > » 3 1 I T H i a n c a t o t i a c 3 **• -t> a -» 3 -» •"• e t I O x - I» O e t < a c r e t O w a a i e t o . 3 3 fit t 3 » • CL C _ 1 » I O a c r O C E a 3 X X X X X X X X X X K X X X K K X X K X X X X X X X X X X X X X X X X n c »-• e t C C 1 e t O a w e t fil 3 < Ui >« O c r fii x -fil n » * 3 0 x - zr t o e t C L 3 a t o m m 1 •»• r»- 1 - 3 - h fil t« < e t a fil 1— ^ C L 3 C e t 3 o . e t •"• I O f <C O 3 e f O a t o * o •*• a c a s m H . i i o • - 3 t» H . CL fil 3 c r o - b C L i a a - 1 tu X X X X X X X M C L - O e t n -J M fit O M - o - 3 c c _ a o . a -to a " tu o x - 1 fit a < 3 a X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X CL —• a « • » • o < e t + a O < u N « M * •*% < + 1 * < + O < + I - * + E U U ^ M U K W U K I U K u X K X K X X X X 1 fil 3 ua o - 1 x n x -t l o fil < o < a i a H a H O M . 3 C L - C 3 c a X X K X X X X ' S b 3 a e t 3 -i a a < 3 1 I - * fit n x - a e t 3 a e t - 1 fii fil 79 C 3 e t X X X X X X X X X X X X X X X X X X c r i o a a C L c r t 1 M . C C *•• •to X" ui a x - 1 fii m < 3 a c • - 3 3 3 c a 3 -» 3 <a t X X X K X X K X X X X X t a c r a a i a o . a - 1 < »a < -3 - b in tn 1 n c r u n c r C L c r 7 1 0 o a e t c a a o a o a o - 3 f i i i n a . - j a . o c r - t o * * \ l - o - i f > - i a ü e t t o M . in H . a c H < o c a <— c r « _ o * » * . 3 3 t > i o i > a i > a x -B i » * * a r a v i 7 i i i ' i i £ e t 3 < l o o e t O - ) « i a a 1 - ) <c o in 3 u > 3 O m - o T3 3 M . in o 3 a c c r 3 e t 3 a in e t 3 C L e t a a 1 fil -s > * • » • • <_-to Ol !-• « e t I O M-a M-a c r O c E a 3 X X X X K X X X X X K X X X X X X X K X X X X K K X X X X X X X X X X X X X X x x X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X 1 N T l z N "Tl z N T l z N • n z N " t l z N I z M •n z X * a 3 3 a -J x * z "n M u u u 3 t > N •*• fii a a n a e t c 1 3 e t i o o fii a o . e t E »*• M - a l o a 3 -to in e t « » V 1 -i < "O a o «~ | M- o fil O . 1 3 M - c r s a IO | • - e t •»• O . O 3 a » IO | | a fii < e t fil ID C 1 C L s o -M « O •*• 3 C <-. I O | | • ^ X" w- o 3 "O i a - o a 1 M O O 3 a CL x - a i l j e o o a H fii IU O < a -J n a -et < Si S fil 3 111 •c m a 1 a in c •-* et fil et a 3

(40)
(41)

1.4.1.2. toedelingsonder zoek

De toedeling vormt een essentieel onderdeel van elk landinrichtings-project. Voor het verkrijgen van inzicht in de verbeteringsmogelijkhe-den van de verkaveling in diverse planalternatieven is door het ICW de Kik-toedelingsmethodè ontwikkeld» die gebruik maakt van gegevens uit de c. i.. Het ontwikkelde systeem is recent zodanig bemerkt dat de afdeling Onderzoek in de provincie het onderzoek kan uitvoeren. Dit betekent

on-dermeer dat een aantal gegevens zoals toedelingscode en vaknummer niet

meer in de c. i. nodig zijn. Ook een aantal bewerkingen die in het kader

van het uitvoeren van een c. i. morden uitgevoerd« zoals het digitalise-ren van het wegennet met ontsluitingspunten van de bedrijven en de

vak-ken alsmede het splitsen van kavels« vervallen. Niettemin blijft de c. i. de basis voor het toedelingsonderzoek.

De belangrijkste gegevens zijn gebruikersnummer« hoofdberoep« bedrijf-type. binnen- of buitenblokbedrijf» bedrijfsgrootte« (bedrijfs)kavel-nummer« coördinaten van een centraal punt in de kavel« kavelafstand«

ligging van de kavel binnen of buiten het blok en het voorkomen van een doorgaande verharde weg in de huisbedrijfskavel. Verder kunnen van be-lang zijn staltype« coördinaten van de bedrijfsgebouwen« kaveldiepte« dorpsbehorenindeling« cultuurtoestand« aantal percelen en bijzondere bestemmingen.

In onderzoek is een methodiek voor het interactief inschetsen van

de toedeling« hiervoor is een gedigitaliseerde c. i. nodig.

1.4.1.3. evaluatie

De agrarische batenbepaling vormt een onderdeel van de HELP-metho-diek waarmee de effectenbepaling van landinrichtingsplannen plaats-vindt. De bepaling voor de onderdelen verkaveling en interne ontslui-ting worden grotendeels gebaseerd op gegevens van de c. i. en op de

resultaten van het toedelingsonderzoek. Er worden drie hoofdvormen van agrarische bedrijfsvoering onderscheiden« te weten veehouderij« akkerbouw en tuinbouw. Voor de berekeningen van akkerbouw en tuinbouw

is een c. i. op perceelsbasis de meest ideale vorm. Gezien de hoge

kosten is dit nog niet haalbaar. De perceelsgegevens die voor de eva-luatie nodig zijn betreffen perceelsvorm en -oppervlakte« lengte/

breedte-verhouding« omtrek« ontsluitingsafstand« aard/lengte/breedte van de scheidingen« cultuurtoestand« bedrijfswegen« gedraineerde

oppervlakte en de totale drainlengte.

Voor het overige wijken de benodigde gegevens nauwelijks af van de voor*de toedeling gewenste gegevens. Een van de afwijkingen is de

kavelvorm. In de bestaande c. i. wordt dit gegeven door interpretatie

vastgesteld. De huidige methode levert echter geen bevredigende re-sultaten op. Nader onderzoek is hiervoor gewenst.

1.4.1.4. bijhouding van gegevens in de tijd

Een van de wensen van de gebruikers is gedurende de voorbereiding van een landinrichtingsproject over actuele gegevens te beschikken. Ook wanneer men denkt aan het gebruik van c. i.-gegevens in het kader

van bestemmingsplannen« streekplannen en andere aspecten van provinci-aal en gemeentelijk beleid zijn actuele gegevens gewenst.

(42)
(43)

It

De bijhouding is thans in onderzoek en vooral gericht op de grond-gebruikerssituatie zijnde de basis voor de c. i. . De daarvoor

noodza-kelijke gegevens-zijn: gebruikersnummer« bedrijfsgrootte» kavelnummer. kaveloppervlakte«coördinaten van het centrale punt van de kavel en

de bedrijfsgebouwen.

Voor grote gebieden is voor de bijhouding een digitale c. i. gewenst

i.V. m. het beschikbaar komen van de bedrijfskaartjes. Deze zijn bij de uitvoering van de bijhouding een belangrijk hulpmiddel.'

1.4.1.5. koppeling met andere bestanden

De c. i. is een inventarisatie waarbij gebruik is gemaakt van de

mo-lijkheden die de automatisering biedt. Dit betekent ondermeer dat de informatie op magneetband,beschikbaar komt« waardoor berekeningen op basis van deze gegevens door de computer kunnen worden uitgevoerd.

Ook andere inventarisaties kunnen thans in deze vorm beschikbaar komeni zoals bodemkaart en vegetatiekartering. Om berekeningen te kunnen uit-voeren waarbij gebruik wordt gemaakt van gegevens uit meerdere inventa-risaties dienen de bestanden te worden gekoppeld. Dit is alleen mogelijk indien er een relatie bestaat tussen de eenheden en hun idendentificatie van de verschillende inventarisaties.

Bij de huidige c. i. zijn de eenheden het bedrijf en de kavel« de

identificatie bestaat uit het gebruikers-»het kavel- en het bedfijfs-kavelnummer. Andere koppelingsmogelijkheden voor de handmatige c. i. zijn de coördinaten van de bedrijfgebouwen en het centrale punt van de

kavel. Bij een gedigitaliseerde c. i. zijn er tevens mogelijkheden voor

koppeling op perceelsniveau en met de coördinaten van kavel- en perceelsgrenzen.

Zoals reeds eerder vermeld wordt in het kader van T1NFOL aandacht

besteed aan de koppeling van de c. i. aan andere inventarisaties die

in het kader van de voorbereiding van landinrichtingsplannen worden uitgevoerd.

1.4.1.6. wetenschappelijk- en beleidsonderzoek

Het onderzoek dat op basis van of m.b. v. c. i.-gegevens wordt

ver-richt betreft op dit moment het onderzoek naar de ontwikkeling van de verkavelingskenmerken in de tijd« het stadsrandonderzoek« onderzoek betrekking hebbend op relatienotagebieden en het onderzoek afgesloten ruilverkavelingen. Gesteld kan worden dat in een systeem als de c. i.

alleen gegevens worden opgenomen die in het kader van de landinrich—

tingsonderzoek regelmatig worden gebruikt. Deze gegevens zijn: gebrui-kersnummer« hoofdberoep« bedrijfstype« bedrijfsgrootte« dorpsbehoren« coördinaten van bedrijfsgebouwen en centraalpunt van de kavel« kavel-oppervlakte« (bedrijfs)kavelnummer en gegevens over gebruik van cul-tuurgrond door niet-agrariers.

1.4.1.7. relatie met KADOR

(44)
(45)

I

I

I

I

I

I

I

It

I

i

i

i

1

i

i

i

i

i

i

18

-van een definitief plan -van toedeling. Voorafgaand aan het definitief plan van toedeling in de uitvoeringsfase van het project wordt ook in de latere fase van voorbereiding door KADOR onderzoek verricht naar de toedelingsmogelijkheden. Het KADOR heeft hiervoor het ATOR-systeem

(Automatisch ToedelingsOnderzoek Ruilverkaveling) ontwikkeld. Een an-dere belangrijke taak' is de registratie van de belanghebbenden m. b. v.

het ARAK-systeem. Voor beide systemen is de grondgebruikerssituatie van groot belang.

Voor het ATOR-systeem zijn gebruikersnummer«kavelnummer«coördinaten van het centrale punt van de kavel« kaveloppervlakte en

dorpsbehoren-indeling van belang. Voor de koppeling aan het ARAK-systeem ziijn gege-vens als gebruikersnummer« kavelnummer« kaveloppervlakte« coördinaten van het centrale punt van de kavel alsmede naam en adres nodig.

1.4.2. Grafische output

Naast alfanumerieke gegevens komen bij de c. i. ook grafische

gege-vens(12) in de vorm van de eerder" g"enoemde kaarten beschikbaar. Andere vormen van grafische output« zoals grafieken komen in het huidige c. i.-outputpakket niet voor. Toch verdient deze vorm van output nader onderzoek omdat de gegevens meestal op een beter leesbare wijze wor-den gepresenteerd dan in tabellen.

Van de kaarten die bij de c. i. beschikbaar komen is de gebruikers-kaart de belangrijkste. Deze gebruikers-kaart levert de voornaamste basisinfor-matie namelijk wie de grond gebruikt (gebruikersnummer). waar de grond ligt (weergave op de kaart) en welke kavels (kavelnummer) het betreft« waardoor de koppeling tussen de alfanumerieke gegevens en het kaartbeeld tot stand is gebracht.

De overige kaarten die standaard bij de c. i. geleverd worden

zijn veelal themakaarten (gebruikerskaart met vreemd gebruik« boerde-rijenkaart» bedrijfskavelkaart« afstandenkaart en ontsluitingskaart). De gebruikerskaart met vreemd gebruik geeft inzicht in het over- en

weergebruik tussen de verschillende dorpsbehorens« de boerderijen-kaart wordt gebruikt bij het vaststellen van boerderijverplaatsingen in het kader van het toedelingsonderzoek en de bedrijfskavel-«

afstanden- en ontsluitingskaart fungeren door het goede overzicht vooral als hulpmiddel bij het overleg en als voorlichtingsmateriaal.

Bij eerder genoemde analyse van de landbouwstructuuradviezen is. gebleken dat in vier van de elf adviezen kaartmateriaal over de ver-kaveling is verwerkt. Het gaat hierbij om:

- ontsluitingskaart«

- kaart met het aantal (bedrijfs)kavels per bedrijf« - kaart met huiskavels of 60/i-criterium;

- kaart met toedelingsruimte«

- kaart met ligging bedrijfsgebouwen + staltype« - kaart met de percelering.

Ook worden ten behoeve van de planvoorbereiding allerlei themakaarten gemaakt bij de afdeling Onderzoek.

(46)
(47)

%

Uit een en ander kan worden afgeleid dat« evenals bij de alfanumerieke gegevens« het gewenst is flexibiliteit te brengen in het v e r -vaardigen van themakaarten. De gebruiker kan dan na het.gereedkomen van de c. i. op basis van de beschikbaar gekomen alfanumerieke gege-vens bepalen welke themakaarten vervaardigd moeten worden. Het automatisch tekenen kan vooralsnog alleen centraal bij de LD in

Utrecht of bij het ICW worden uitgevoerd. Bij de handmatige c. i.

bestaat het automatisch tekenen van themakaarten uit het weergeven van symbolen op de coördinaten van het centrale punt of die van de bedrijfsgebouwen. Derhalve dienen deze in het bestand te worden op-genomen. Als ondergrond voor het tekenen dient een kavelgrenzenkaart beschikbaar te komen. Bij een gedigitaliseerde c. i. is een

kavel-grenzenkaart niet nodig« omdat de coördinaten van de kavelgrenzen in een bestand zijn opgenomen. Bovendien kunnen kaarten worden ver-vaardigd door middel van het arceren van kavels zoals thans de

kleurkaarten worden geleverd.

Tenslotte komen bij de c. i. een aantal bijzondere kaarten beschik-baar« zoals de overzichtskaart« de eigenarenkaart« de gebruikerskaart met eigendom-gebruik« de gebruikerskaart met vakindeling en de be-drijf skaartjes.

De overzichtskaart is een kaart 1:25000 of 1:50000 waarop de begren-zing van het geinventariseerde gebied en van de dorpsbehorens zijn aangegeven. Als zodanig vormt zij een wezelijk onderdeel van een c. i. .

De eigenarenkaart en de gebruikerskaart met eigendom-gebruik komen alleen beschikbaar als een c. i. op basis van het eigendom moet worden

uitgevoerd.

1. 5. CONCLUSIES VAN DE ANALYSE

Na analyse van de wensen van de belanghebbenden (13) en de toe-passingsmogelijkheden (14) kunnen ten aanzien van de opzet van het systeem« de inhoud en het nog te verrichten onderzoek een aantal conclusies, worden getrokken.

Systeem:

- De mogelijkheid de inhoud van de c. i. flexibel te kunnen richten op het gebruiksdoel/de wensen van de opdrachtgever heeft hoge prioriteit.

- De standaardoutput dient de meest noodzakelijke gegevens te bevatten. De gebruiker moet de mogelijkheden krijgen de gewenste output zelf sa-men te stellen m. b. v. gebruiksvriendelijke programmatuur.

- In de c. i. en bij het gebruik van de c. i. moet een eenduidig be-grippenapparaat worden gehanteerd.

- De huidige kwaliteit van de gegevens is bevredigend« de nauwkeu-righeid waarmee de gegevens worden opgenomen moet overeenkomen met de eisen die gesteld worden bij het gebruik van deze gegevens. Dit geldt ook t.a.v. de actualiteit van de gegevens.

(48)
(49)

I

II

I

1

I

I

I

I

Inhoud van het systeem:

Voor wat betreft de inhoud van het systeem wordt ook hier onderscheid gemaakt in alfanumerieke en grafische gegevens. In tabel 3 is de

con-clusie voor de behoefte aan alfanumerieke gegevens weergegeven. Daarbij is een indeling gemaakt in de categorien basisinformatie/facultatief* nader onderzoek en niet nodig. De categorie "basisinformatie" (B) wil

zeggen dat het gegeven zeer gewenst is. De gegevens worden minimaal in het c. i.-bestand opgenomen. De categorie "facultatief" (F) betekent

dat deze gegevens in de c. i. worden opgenomen indien de noodzaak daartoe

aanwezig is; veelal zal dit gebiedsgebonden zijn. De categorie "nader on-derzoek" (O) betekent dat bij een of meer toepassingsmogelijkheden de be-hoefte is onderkend maar de noodzaak nog niet is aangetoond of de

tech-nische mogelijkheden voor opname in de c. i. nog moeten worden onderzocht.

De categorie "niet nodig" (N) betekent dat aan dit gegeven bij de herzie-ne opzet geen behoefte meer is.

Ten aanzien van de grafische output kan worden geconcludeerd dat:

- de overzichtskaart en de gebruikerskaart met bijbehorende adreslijsten

standaard bij de c. i. moeten worden geleverd evenals de

kavelgren-zenkaart ten behoeve van het maken van themakaarteni

- het leveren van themakaarten af dient te hangen van de behoefte; - de mogelijkheden voor het maken van themakaarten dienen te worden

uitgebreid;

- onderzoek moet worden verricht naar de mogelijkheden voor het maken van themakaarten door de gebruiker;

- onderzoek moet worden verricht naar de toepassingsmogelijkheden van de bedrijfkaartjes;

- onderzoek moet worden verricht naar de toepassingsmogelijkheden van andere vormen van grafische output.

(50)
(51)

Tabel 3. Overzicht van de analyseresultaten.

I*

î ! ! conclusie ! ! B F 0 N * i î gebruikersnummer ! x • ! hoofdberoep ! x ibedrijfs- ! bedrijfstype l x •gegevens i dorpsbehoren S x x i •' bedri jfsgrootte ! x { ! CBS-gegevens î x î ! staltype ! x î ! beregeningsinstallatie i x î S coördinaten bedrijfsgebouwen ! x î ! gebruikersnummer ! x î ! bedrijfskavelnummer ! x î ! kavelnummer ! x î ! coördinaten centraal punt ! x ! ! kaveloppervlakte 1 x

! î rangorde ! x

! S kaveldiepte S x j ! afstand (2=v+ov) (5=v+sv+ov+l+w) S 2 5

' S bodemtype S x î i ontsluitingsafstand ! x î ! ligging per dorpsbehoren ! x x

i ! scheiding in bedrijfskavel I x î î vaknr/toedelingscode i x î î cultuurtoestand I x

! kavel- S aantal percelen S x {gegevens ! idem per cultuurtoestand S x x ! i kavel- en perceelsvorm ! x î ! stijle op- en afritten ! x ! S bijzondere ligging bedrijfgebouuen î x i .! bedrijfsuiegen S x

î S meerzijdige ontsluiting van kavels S x î î bijzondere traversen S x

i ! huiskavel geheel bebouud S x S S bijzondere bestemmeing S x î i eigendom em pacht i x i ! oppervlakte S x î î lengte/breedte S x iperceels- S omtrek S x •gegevens î ontsluiting S x S ! aard« lengte en breedte scheidingen S x S î drainage ! x S S drainageafstand S x S S gebruik cultuurgrond niet-agrariers S x Soverige î niet-cultuurgrond ! x • gegevens î tue g kenmerk en ! x ! î beregeningsmogelijkheden S x * B= basisinformatie«

nodig

(52)
(53)

DEEL2 PLAN

2.1. UITGANGSPUNTEN EN KEUZEN

2. 1. 1. Algemeen

Het algemene uitgangspunt dat de werkgroep bij haar werkzaamheden

heeft gehanteerd is het voortbestaan van een uniform systeem van c. i. .

In de c. i. wordt aangegeven "u/ie« waar* welke grond en voor welk doel

gebruikt".

|Ë De gegevens over verkaveling en grondgebruik uit de c. i. worden

ge-M bruikt bij de gebiedstypering«de knelpuntenanalyse en planvorming in ^ ^ landinrichtingsprojecten en ook bij (toegepast/-wetenschappelijk

on-een over derzoek. De maatregelen ter verbetering van de verkaveling maken

essensieel onderdeel uit van elk landinrichtingsplan. Informatie

het grondgebruik zoals opgeslagen in de c. i. vormt een onmisbare

scha-kel bij de totstandkoming van deze plannen.

De voornaamste toepassingen bij de planvoorbereiding zijn maatgevend

voor de inhoud van de c. i. Deze toepassingen zijn:

- de gebiedstypering en de knelpuntenanalyse (in landbouwstructuurad-vies en schetsontwerp);

- het toedelingsonderzoek (methode Kik) waarin wordt betrokken boer-derijverplaatsing« plan van wegen en waterlopen» situering van rela-tienotagebieden« etc. ;

- de evaluatie (HELP) vooral t. a. v. de agrarische kosten-batenanalyse. Als deze voornaamste en maatgevende toepassingen mogelijk zijn be-vat de c. i. ook voldoende informatie voor de overige rapporten die in het kader van de voorbereiding van landinrichtingsplannen gevraagd worden het uitvoeren van blokgrensonderzoek« planologisch onderzoekt begrenzing relatienotagebieden« (toegepast) wetenschappelijk

onder-zoek« koppeling van de c. i. aan andere bestanden« bijhouding van

gegevens in de tijd« voorlichting« etc.

Het verzamelen en bepalen van de verkavelingskenmerken moet niet voor elk project of in elke provincie volgens een apart eigen systeem plaatsvinden« maar dient op uniforme wijze te geschieden. In een uni-form 'systeem liggen de begrippen eenduidig vast« worden de basisgege-vens volgens een vaste methode verwerkt tot het eindbestand« is de kwaliteit constant en vindt de rapportage voor wat betreft inhoud en lay-out altijd op dezelfde wijze plaats. Een uniform systeem heeft een aantal belangrijke voordelen:

- de gegevens hebben altijd dezelfde betekenis hetgeen een eerste

vereiste is voor het uitvoeren van gebiedsvergelijkingen« agrarische batenberekening (HELP)« toedelingsonderzoek« toegepast- en weten-schappelijk onderzoek« etc.«*

- schept de mogelijkheid van automatisering van productie en gebruik van gegevens«

(54)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Alles wat je nodig hebt zijn 2 kleine, transparante langwerpige flessen van dezelfde groot- te en een rond stuk karton met de diameter van de flesopening (de fles omgedraaid op het

Dit artikel is gebaseerd op een verslag van een onderzoek naar het begrip 'warmte' dat de eerstgenoemde auteur verrichtte in het kader van een hoofd- vak chemiedidaktiek.. Als in

tegen een amendement van de heer Maenen, dat beoogde een structu- rele verhoging van deze wedde per 1 juli a.s. De argumentatie van de minister vindt men op deze

De manier, waarop de heer Melzer aan deze mening uiting geeft, is die van een man, die weet, dat hij wel- licht weerstanden oproept, maar niettemin vasthoudt

De Algemene Rooms-Katholieke· Ambtenarenvereniging, de Arka, heeft ia een manifest a;m de gro&amp;tste vijf partijen er op aangedrongen, dat er in het nieuwe

(Vervolg De Bestuursraad heeft de Verkiezings- I'aad reeds samengesteld, waarin exponen- ten van vrijwel alle maatschappelijke stro- mingen uit het liberale milieu zitting

Onder wateroverlast wordt in het algemeen water-op- straat verstaan: het al of niet met huishoudelijk afvalwater vermengde hemelwater komt uit de riolering op straat te staan of

S ch ng Dutch Child Center is voor kwalita eve jeugdhulp en maakt zich met andere organisa es al jaren grote zorgen over de vorm en inhoud van uw jeugdhulp.. Immers vele