• No results found

Volgens leeftijdsklasse 3.2.4.1

In document 2 15 (pagina 44-49)

Algemeen overzicht van de evolutie van de UVW-WZ volgens leeftijdsklasse

Tabel 3.2.IV

Evolutie van de UVW-WZ volgens leeftijdsklasse

50 jaar 50 jaar

< 25 jaar 25 - 49 jaar en ouder Totaal < 25 jaar 25 - 49 jaar en ouder Totaal

2007 63 494 285 283 100 205 448 982 2007 100 100 100 100

2008 59 142 261 485 102 731 423 358 2008 93 92 103 94

2009 66 398 278 102 110 464 454 964 2009 105 97 110 101

2010 64 963 278 836 116 910 460 709 2010 102 98 117 103

2011 59 555 267 276 118 580 445 412 2011 94 94 118 99

2012 56 632 266 708 118 065 441 406 2012 89 93 118 98

2013 59 585 276 900 121 300 457 785 2013 94 97 121 102

2014 54 444 273 835 130 363 458 642 2014 86 96 130 102

2015 44 286 241 811 131 335 417 432 2015 70 85 131 93

Grafiek 3.2.IX

Variatie op jaarbasis van de UVW-WZ volgens leeftijds-klasse

+ 10%

+ 5%

0%

- 5%

- 10%

- 15%

- 20%

< 25 jaar

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2010 2011 2012 2013 2014 2015

25 - 49 jaar 50 jaar en ouder Totaal

- 2,2%

- 8,3%

- 4,9%

- 8,6%

- 18,7%

+ 5,2%

+ 0,3%

- 4,1%

- 0,2%

+ 3,8%

- 1,1%

+ 5,8%

+ 1,4%

- 0,4%

+ 2,7%

+ 0,7%+ 1,3%

- 3,3%

- 0,9%

+ 3,7%

+ 0,2%

- 9,0%

+ 7,5%

- 11,7%

3

De recente evolutie van de volledige werkloosheid verschilt sterk naargelang de leeftijdsklasse. In de leeftijdsklassen jonger dan 50 jaar gaat het aantal volledig werklozen sinds 2014 in dalende lijn. Bij de 50-plussers valt gedurende vrijwel de gehele be-schouwde periode echter een toename te noteren, los van eventuele oplevingen van de conjunctuur.

Ook voor het jaar 2015 noteren we dalingen met respectievelijk 18,7% en 11,7% op jaarbasis voor de werklozen jonger dan 25 jaar en de werklozen van 25-49 jaar en een stijging met 0,7% op jaarbasis bij de 50-plussers.

De afname in de leeftijdsklassen jonger dan 50 jaar is in eerste instantie het gevolg van gunstige con-juncturele ontwikkelingen, die (vooral in de jongste leeftijdsklasse) ondersteund werd door de invoering van het Activaplan voor laaggeschoolde jongeren on der de 30 jaar (cf. deel 5.1 en 8.6) en de versterkte opvolging van het zoekgedrag van personen met een inschakelingsuitkering (cf. hoofdstuk 4). In twee de instantie heeft uiteraard ook de genoemde regle-mentaire wijziging inzake het recht op inschake-lingsuitkeringen vooral een impact op het aantal volledig werklozen in de leeftijdsklassen jonger dan 50 jaar, vooral voor het jaar 2015. Zo tellen we voor 2015 28 051 gevallen van einde recht op in-schakelingsuitkeringen voor werkzoekenden jonger dan 50 jaar (zie ook deel 8.1).*

* Voor de maanden van januari tot en met november (27 310 gevallen onder de 50 jaar) gaat het om herberekende cijfers. Immers, voor het verleden kunnen we rekening houden met achterstallige betalingen, waardoor de uitstroom nauw-keuriger kan bepaald worden. Voor de maand december gaat het nog om voorlopige cijfers (741 gevallen onder de 50 jaar).

** Bron: Eurostat - Enquête naar de Arbeidskrachten (lfsa_pganws).

Op het moment van publicatie zijn de cijfers voor het jaar 2015 nog niet beschikbaar. Het gaat i.c. dan ook om de periode

De stijging in de leeftijdsklasse van 50 jaar en ouder laat zich onder meer verklaren door het geleidelijk optrekken van 50 naar 60 jaar van de leeftijd vanaf welke de werklozen vrijstelling kunnen krijgen van inschrijving als werkzoekende. Die leeftijd is sinds 1 januari 2013 nog opgetrokken van 58 naar 60 jaar, waardoor heel wat 58- en 59-jarigen die voorheen een vrijstelling konden aanvragen werkzoekend blij-ven. Sinds 1 januari 2015 werden de mogelijkheden om een vrijstelling van inschrijving als werkzoeken-de aan te vragen nog ingeperkt voor werkzoeken-de nieuwe in-stromers van 60 jaar en ouder (zie ook deel 1 van dit jaarverslag, hoofdstuk 2).

Een laatste belangrijk gegeven bij het interpreteren van de werkloosheid volgens leeftijdsklasse is het feit dat ook de demografische evoluties volgens leeftijdsklasse divergeren. In de voorbije tien jaar bedraagt de totale bevolkingstoename onder de 50 jaar (15-49 jaar) slechts 1,0%, terwijl die voor de 50-plussers (50-64 jaar) 18,3% bedraagt.**

Focus op de jongere UVW-WZ (< 25 jaar) Tabel 3.2.V

UVW-WZ < 25 jaar volgens toelaatbaarheidsbasis

Na arbeids- Na arbeids-

prestaties Na studies Totaal prestaties Na studies Totaal

2007 14 437 49 058 63 494 2007 100 100 100

Variatie op jaarbasis van de UVW-WZ < 25 jaar volgens toelaatbaarheidsbasis

Na arbeidsprestaties Na studies Totaal

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2010 2011 2012 2013 2014 2015

- 7,6%

NB: de UVW-WZ < 25 jaar na arbeidsprestaties omvatten zowel de UVW-WZ toegelaten op basis van voltijdse arbeid als die toegelaten op basis van vrijwillig deeltijdse arbeid.

Het aantal < 25-jarigen die worden toegelaten tot de werkloosheidsuitkeringen op basis van studies, is ge-durende de hele periode sinds 2008 steeds onder het precrisisniveau van 2007 gebleven. Hun recente, sterk dalende evolutie (- 21,7% op jaarbasis in 2015) is on-getwijfeld beïnvloed door:

•de verlenging van de beroepsinschakelingstijd (de vroegere wachttijd) met drie maanden sinds 1 ja-nua ri 2012 (cf. delen 8.1 en 9.5);

•de invoering van de specifieke procedure voor de activering van het zoekgedrag naar werk voor rechthebbenden op inschakelingsuitkeringen sinds 9 augustus 2012 (die sinds 1 november 2012 is uit-gebreid naar gerechtigden die definitief of tijdelijk voor een duur van minstens 2 jaar voor minstens 33% arbeidsongeschikt zijn; cf. hoofdstuk 4);

•de invoering van het Activaplan voor laagge-school de jongeren onder de 27 jaar sinds 1 juli 2013 ( on der de 30 jaar sinds 1 januari 2014; cf. deel 5.1 en 8.6);

•de invoering sinds 1 augustus 2013 van de speci-fieke procedure voor de activering van het zoek-gedrag naar werk voor jongeren die zich inschrij-ven als werkzoekende na afloop van hun studies, waarvoor de eerste gesprekken werden gevoerd vanaf februari 2014 (cf. hoofdstuk 4); en

•de beperkingen van het recht op inschakelingsuit-keringen (sinds 1 januari 2012, maar met de eerste effecten vanaf 1 januari 2015) en de diplomaver-eiste voor jongeren onder de 21 jaar die een in-schakelingsuitkering aanvragen sinds 1 september 2015 (cf. deel 8.1).

3

Ook het aantal < 25-jarigen die worden toegelaten tot de werkloosheidsuitkeringen op basis van ar-beidsprestaties daalt echter voor het tweede jaar op rij op jaarbasis (- 5,3% in 2014 en - 12,3% in 2015).

Tabel 3.2.VI

UVW-WZ < 25 jaar volgens gewest

Brussels Brussels

Variatie van de UVW-WZ < 25 jaar volgens gewest

Vlaams Gewest

2010 2011 2012 2013 2014 2015 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2010 2011 2012 2013 2014 2015

Waals Gewest Brussels Hfdst. Gewest Land

+ 20%

De daling op jaarbasis van het aantal < 25-jarige UVW-WZ is meer uitgesproken in het Waals en in het Brussels Hoofdstedelijk (respectievelijk – 21,0%

en – 26,3%) dan in het Vlaams Gewest (- 13,2%).

Dit laat zich grotendeels verklaren door het feit dat die gewesten zoals gezegd in verhouding meer ge-rechtigden op inschakelingsuitkeringen tellen dan het Vlaams Gewest, in het bijzonder met een lange werkloosheidsduur.

Focus op de oudere UVW-WZ (50 jaar of ouder) Grafiek 3.1.XII

Evolutie van de UVW-WZ van 50 jaar of ouder sinds 2012

- 15 000 - 10 000 - 5 000 0 + 5 000 + 10 000 + 15 000

50 - 57 jaar 58 jaar 59 jaar 60 jaar 61 jaar 62 - 65 jaar

Grafiek 3.1.XII laat zien dat het grootste deel van de aangroei van 50-plussers in de groep van de UVW-WZ sinds 2012 te situeren valt in de leeftijdsgroep van 58 tot en met 60 jaar, vooral bij de 58- en 59-jarigen. Zonder de genoemde reglementaire wij-ziging hadden die werklozen een vrijstelling van IWZ kunnen aanvragen en zouden zij zich in de groep van de UVW-NWZ bevinden.

+ 7 623

+ 10 874 + 4 785

+ 53 + 542 - 10 607

3

3.2.5

In document 2 15 (pagina 44-49)