• No results found

Tussen hoop en vrees: de eersten zullen de laatsten zijn

In document IN HILLIGE TOCHT (pagina 46-50)

Hoofdstuk 3: de Tocht der Tochten

3.2. Tussen hoop en vrees: de eersten zullen de laatsten zijn

‘Vroeger leek het, getuige oude schilderijen en prenten, alsof de winter Nederland had

uitgevonden; dit land was één winterlandschap vol ijsvermaak. Nu, in het televisie-tijdperk, lijkt het meer alsof Nederland de winter elk jaar weer uitvindt. De Hollandse media raken volslagen overstuur van dit wintertje en doen alsof het om een natuurramp gaat.’.239

Het dalen van het kwik onder nul deed de harten van de Elfstedentochtliefhebbers ontwaken, met name in Holland. De media begon direct te speculeren over een mogelijke Elfstedentocht. De laatst gereden Elfstedentocht was alweer tweeëntwintig jaar geleden en de media had genoeg kunnen speculeren in de tussentijd. Het verlangen naar een Elfstedentocht was zo groot dat in de jaren zeventig alternatieve Elfstedentochten werden georganiseerd. Er werden tochten georganiseerd in Noorwegen, Finland, Amerika, Canada, Polen en de bekendste in Oostenrijk op de Weissensee. Toen er in de winter van 1985 eindelijk sprake was van een Elfstedentocht begon ‘het rituele drenzen over en om de Elfstedentocht’ weer volop.240 In die tweeëntwintig jaar tussen de twaalfde en dertiende Elfstedentocht was Nederland volkomen veranderd. De televisie had zijn intrede gedaan in bijna alle huishoudens. In 1966 beschikte nog maar een derde van de huishoudens over een zwart-wittelevisie, en in 1972 was dit gestegen tot tachtig procent van de huishoudens.241 In de jaren zestig was er een tweede televisiezender bijgekomen. De televisie en de professionalisering hadden een enorme impact op de Elfstedentocht. Er was een groot verschil tussen de twaalfde en dertiende Elfstedentocht te zien.

De nieuwe media stookten het verlangen naar een Elfstedentocht nog meer op dan de kranten in het verleden deden. In het televisietijdperk werden weermannen voor de

Elfstedentocht van groot belang. Het waren de weermannen die, met hun voorspellingen, de natuur konden ontcijferen. De weermannen kunnen gezien worden als de priesters van de Elfstedentocht: de tussenpersoon tussen de natuur en de schaatsende mens. De bekendste weermannen waren Jan Pelleboer en Hans de Jong. Als er sprake was van een Elfstedentocht stond hun telefoon roodgloeiend. Er werden allerlei vragen gesteld over het weer, maar met name over de Elfstedentocht. Voor de Friese De Jong was dit vaak komisch ‘Als Fries moet je

natuurlijk ook een beetje lachen om die naïeve Hollanders die nu al beginnen te koeren over de Elfstedentocht. Elk jaar hetzelfde liedje – die Hollanders laten zich ook veel te gauw gek maken.’.242 Pelleboer daarentegen was veel serieuzer en pessimistischer. In De Telegraaf stelde hij ‘Gaat het weer niet door, dan moeten die Friezen zich maar eens gaan afvragen,

waar ze nu eigenlijk mee bezig zijn.’. Mocht het dit jaar weer niet doorgaan dan moest er

volgens Pelleboer maar een streep worden gezet door de vereniging.243 Secretaris van de vereniging Witsen Elias antwoordde heel nuchter en simpel: ‘Als ik had geweten dat het er

niet meer van zou komen, had ik allang mijn functie opgegeven.’.244

239 Ibidem, 9-01-1985.

240 Leeuwarder Courant: hoofdblad van Friesland, 9-01-1985.

241 CBS, ’60 jaar televisie in Nederland’, 3 december 2008, https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2008/49/60-jaar-televisie-in-nederland (geraadpleegd 23 november 2016)

242 Het vrije volk: democratisch-socialistisch dagblad, 9-01-1985.

243 De Telegraaf, 8-01-1985.

46 De nationale media raakten nogal snel oververhit en wilden zo graag een Elfstedentocht dat ze er wel erg veel aandacht aan besteden. Het nieuwe medium televisie gaf ook een scheiding aan tussen Friezen en niet-Friezen. De nationale media-aandacht stond voor de Hollanders, die bij het minste of geringste spraken over een Elfstedentocht, terwijl de Friezen hun hoofd koel hielden. Volgens een schrijver in de Leeuwarder Courant had dit te maken met het feit dat de Hollandse ‘stadsmens’ niet meer in contact stond met de natuur en de seizoenen. Het maakte zich enkel nog druk om de moderne nieuwigheden: ‘In Friesland is men benieuwd

wat er gebeurt als het echt winter wordt en de beeldbuizen bevriezen of dichtsneeuwen.’. De

moderne stadsmens was niet meer gewend aan een echte winter, Friezen daarentegen wel.245 De Fries leeft nog in overeenstemming met zijn natuur en omgeving. Dit is waarschijnlijk de magie van de Elfstedentocht, het feit dat de natuur bepaald of en wanneer er een

Elfstedentocht komt. De moderne mens was dit eigenlijk niet meer gewend, nadat ze sinds de negentiende eeuw de natuur beheerst hadden met technologie.

De verslaggeving van de Elfstedentocht door de televisie zou de grootste operatie worden sinds de introductie van de televisie in 1953. In totaal werden er 41 camera’s, 22 straalzenders, twee zijspanmotoren, een helikopter en 325 medewerkers ingezet om het sportevenement te verslaan.246 De dertiende Elfstedentocht van 21 februari 1985 werd een waar mediaspektakel. De hele dag en nacht werd de tocht uitgezonden, in totaal keken meer dan acht miljoen Nederlanders de tocht op televisie. Het Elfstedenprogramma kreeg het hoogste cijfer ooit aan een televisieprogramma gegeven: een 8,4.247 Niet alleen de nationale media en pers hadden belangstelling, maar ook buitenlandse zoals het Amerikaanse NBC die een filmploeg stuurde. Verschillende Amerikaanse, Britse, Noorse en Belgische kranten berichtten over de ‘Eleven Cities race’ of ‘11-town race’ zoals de The New York Times de tocht omschreef.248

De televisie zorgde ervoor dat iedereen van de Elfstedentocht op de hoogte werd gesteld. De dag voor de Elfstedentocht stond iedereen macaroni te koken voor de schaatsers. Acteur en amateurschaatser Manfred de Graaf had een week tevoren bij Sonja Barend gezegd dat in macaroni veel koolhydraten zaten die zo nodig waren om de tweehonderd kilometer uit te rijden.249 Het hele land werd door de televisie betrokken bij de Elfstedentocht, of iemand nu zelf deelnam of voor de televisie zat.

245 Leeuwarder Courant: hoofdblad van Friesland, 9-01-1985.

246 De Waarheid, 21-02-1985.

247 Limburgsch Dagblad, 23-02-1985.

248 The New York Times, 22-02-1985.

47 De media-aandacht had ook gevolgen voor het aantal deelnemers aan de Elfstedentocht. Het aantal deelnemers nam exponentieel toe, met name het aantal niet-Friezen aan de tocht nam toe.

Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen de wedstrijd- en de toertocht. Van oudsher hadden Friezen meer belangstelling voor de toertocht, terwijl de wedstrijdtocht op meer belangstelling kon rekenen van Friezen. In grafiek 1 is te zien dat het aantal niet-Friezen dat meedeed aan de wedstrijdtocht het aantal niet-Friezen oversteeg. Tijdens de oorlog doen er weer meer Friezen mee wat verklaart kan worden door de oorlogsomstandigheden, waardoor mensen buiten Fryslân minder goed in staat waren om af te reizen. Vanaf de Elfstedentocht van 1942 nemen er meer niet-Friezen dan Friezen deel, met een hoogtepunt in 1985 waarbij meer dan tachtig procent van de deelnemers uit de overige provincies

kwamen.250

De toertocht heeft altijd meer Friezen getrokken, maar door de jaren heen zien we ook het aantal Friezen afnemen en het aantal rijders van buiten Fryslân toenemen. Het aantal deelnemers uit het buitenland is verwaarloosbaar. Het zijn er enkelen geweest uit Groot-Brittannië en België. Voor de oorlog waren het voornamelijk Friese winnaars, na de oorlog waren het voornamelijk niet-Friezen op Jeen van den Berg na. In 1985 werd er al niet meer een Friese winnaar verwacht: ‘De tiid is foarby datst ûnder de kij wei stapst en de

Alvestêdetocht winst.’251 In het verleden stapten sterke jonge Friezen zo op de schaats en volbrachten de tocht in één dag. Het harde werk op het land en in de fabriek stelden deze jonge Friezen in staat om deze grote prestatie te volbrengen. De Elfstedentocht werd na 1963 ook steeds professioneler. De trainingen in overdekte ijshallen en de alternatieve

Elfstedentocht zorgden voor goed getrainde rijders. Het werd hierdoor een professioneel sportevenement.

250 De cijfers zijn gebaseerd op het aantal deelnemers dat de tocht heeft uitgereden. In zware tochten als 1940 en 1963 zijn dat beduidend minder, over het algemeen geven de cijfers ons toch enige informatie over het percentage Friezen en niet-Friezen die de tocht volbrachten.

251 Leeuwarder Courant: hoofdblad van Friesland, 22-02-1985.

0,00% 10,00% 20,00% 30,00% 40,00% 50,00% 60,00% 70,00% 80,00% 90,00% 1912 1917 1929 1933 1940 1941 1942 1947 1954 1956 1963 1985 1986 1997

Deelnemers die wedstrijdtocht hebben uitgereden

Fries

Overige provincies Buitenlanders

Grafiek 1. Deelnemers die de wedstrijdtocht hebben uitgereden. (Data archief Vereniging de Friesche Elf Steden Tresoar)

48 De commercialisering kwam voort uit de media-aandacht voor alternatieve Elfstedentochten en marathontochten. De tochten werden gereden in gesponsorde schaatsploegen met speciale professionele schaatskleding. De dertiende Elfstedentocht was de eerste tocht waarin

gesponsorde schaatsploegen meereden.252 De sponsoren presenteerden hun naam en rijders aan de media, maar die waren al snel weer vergeten. ‘Er deden voor het eerst echte

professionals aan mee, maar het werd op de Bonkevaart toch nog een kleine, tamelijk

onbekende boer, waarin Aegon of Labello nog geen brood hadden gezien.’.253 Het grote geld heeft de Elfstedentocht nooit in zijn greep gekregen. De magie van de Elfstedentocht bleef hierdoor bestaan, zodat het toch de underdog uit Sint Jansklooster werd die in zes uur en zevenveertig minuten de Elfstedentocht won. Evert van Benthem werd in één klap een nationale held. Omringd door de Mobiele Eenheid (ME) werd Van Benthem geïnterviewd en vervolgens meegenomen naar de koningin. In de Frieslandhal werd Van Benthem gehuldigd en door vijfduizend mensen toegezongen ‘Ik ben geen Fries, maar als ik het Fries volkslied

hoor, dan doet dat me toch altijd wat.’254 De kracht van televisie overviel Van Benthem enigszins, op weg naar huis stond het in Blokzijl vol met auto’s en politie en rond de boerderij van Van Benthem stonden duizenden mensen. ‘Overal cameraploegen en journalisten. Je

hebt niks meer te vertellen.’255

252 NRC Handelsblad, 21-02-1985.

253 Het vrije volk: democratisch-socialistisch dagblad, 28-02-1985.

254 NOS, Evert van Benthem: de roes van 1985, 21-02-2015 (geraadpleegd 30-12-2016

http://nos.nl/artikel/2020555-evert-van-benthem-de-roes-van-1985.html )

255 Rob Schoof, ‘Als hij iets mist, dan is het toch schaatsen’, 14 maart 2015, (geraadpleegd 30-12-2016:

https://www.nrc.nl/nieuws/2015/03/14/als-hij-iets-mist-dan-is-het-toch-schaatsen-1474698-a177823 ) 0,00% 10,00% 20,00% 30,00% 40,00% 50,00% 60,00% 70,00% 80,00% 90,00% 1909 1912 1917 1929 1933 1940 1941 1942

Deelnemers aan toertocht

Fries

Overige provincies

49

In document IN HILLIGE TOCHT (pagina 46-50)