• No results found

B= Bart Funnekotter

M: Als ik het goed begrepen heb ben jij ook <ehm> hoofdredacteur geweest van De Mare, klopt dat?

B: Ja, ik ben ook hoofdredacteur geweest van De Mare. M: Ja, ik welke periode?

B: Tot 2005 en vanaf, jeetje wanneer ben ik hoofdredacteur geworden, 2002/2001 ofzo dat had ik even na moeten zoeken. Laat ik het zo zeggen ik ben bij De Mare gekomen in 19, eind 1996 als stagiair.

M: Ah ja.

B: Dat is mijn begin en <ehm> daarna ben ik stagiair, freelancer, redacteur, hoofdredacteur geweest. Dus is ik ben van onder tot boven er helemaal doorgelopen.

M: Klinkt als een bekende…. Ook in Utrecht, iedereen die ik tot nu toe gesproken heb is dat een beetje het pad bewandeld hebben, <lacht> dat is wel grappig om te zien.

B: Ik ben daarna het clichepad naar de NRC gegaan, waar ongeveer nog tien mensen van De Mare zitten. Ik denk dat ik betrokken ben geweest bij de allereerste web uiting van De Mare. Ik zit het nu te googlen, maar dat kan je natuurlijk nergens meer vinden. We hebben dat <ehm> toen gedaan met mensen die <ehm> werkten voor de ICT afdeling van de universiteit. Dit was dus nog wel echt in de pionierstijd. Dat moet in 1996 of 1997 zijn

geweest. Ik heb toen met een man Jacque de la Rie, dat was toen in de tijd dat je nog echte computernerds had met dikke brillenglazen, toen internet nog echt iets was dat weinig mensen kenden en niemand wist hoe je zelf een website moest maken. Toen zat ik zelf ook al op de Digitale stap, ik weet niet of je dat wat zegt?

M: <ehm> Nee.

B: Nee, dat was de allereerste webbrowser in Nederland. De allereerste e-mail was daarbij. Daar zat ik op vanaf ‘94 denk ik. Ik was wel <ehm> een early adopter wat internet betreft, en we hebben toen in ‘96 of ‘97 was er iets bijzonders en toen hebben we een website…. Een enkele productie gemaakt voor Mare op internet, samen met dus de medewerking van, wat in feite dus gewoon de jongens van het systeembeheer van de universiteit waren. Hebben <ehm> we dus iets gemaakt, dat was nog wel een ding. Dat was een gigantisch karwei om <ehm> dat te doen. Daarna is er een tijdje niet veel aan gebeurd in mijn herinnering en toen zijn op een geven moment, <ehm> eind jaren ‘90 begin jaren ‘00, hebben we de eerste website opgezet. Daar heb ik ook nog sollicitatiegesprekken gehad met de eerste mogelijk

websitebeheerders en dat is toen een jongen geworden die <ehm> hoe het het, informatica studeerde aan de Universiteit Leiden.

M: Ja, en in die beginperiode dus eind jaren ‘90 begin 2000. <ehm> want toen begon het was je aangeeft de gedachte meer te spelen om een website te zetten. Wat was toen de gedachtegang, de motivatie? Want dat is natuurlijk als je naar andere media kijkt echt vroeg, ik geloof dat iets als Nu.nl pas in 2005/2006 begonnen is.

B: Het was ook zeker vroeg, maar dat kwam ook…. Ik denk dat het belangrijk is om te

zeggen dat ik diep in mijn geheug moest graven, en dus het hele beleidsvormingsproces niet meer helemaal scherp heb. Maar wat natuurlijk belangrijk was, wij zaten zelf in omgeving op de universiteit die al vrij internet ‘sassy’ was. <ehm> ik kan me nog herinneren 9/11 dat was 2001, heel het internet lag toen plat, maar dat wij dus konden communiceren met mensen via chatfora van Ebay. Want niemand zat op dat moment natuurlijk spulletjes te kopen op Ebay en daarom lagen die chatfora niet plat. Dus we wisten wel redelijk veel van internet, we zaten veel op internet en dan had je zoiets, daar zat natuurlijk nog helemaal geen strategie achter, dat was gewoon <ehm> we moeten ook naar internet. Want dat is er gewoon. M: Ja, want wat was de samenstelling van de redactie op dat moment een beetje? Zaten daar veel jonge mensen die daar wel voor te porren waren om te werken met zo’n nieuw medium?

B: Ja, ja zeker! Ik ben daar zelf weggegaan toen ik <ehm>, weet ik het wat hoe oud was ik toen, 30 misschien 31 was en ik was toen een van de ouderen. <ehm> toen ik aankwam was de redactie gemiddeld wat ouder en die is toen redelijk verjongd in die tijd. Ik heb ook nog de komst van Frank meegemaakt die was toen midden/eind twintig denk ik.

M: Ja, en in de beginperiode wat was toen de balans tussen het papieren blad en de website?

B: <ehm> wat bedoel je qua balans, qua aandacht en tijd? M: Ja?

B: <ehm> 95 procent papier, 5 procent website.

M: Dat had gewoon te maken met <ehm> dat het blad hardere deadlines had bijvoorbeeld? B: Ja, bijvoorbeeld. Het blad moest naar de drukker <ehm> en <ehm> dat was ook nog in de tijd dat we de vormgeving niet in huis hadden. Dus je moest toen naar <ehm>, hoe heet dat, de vormgever in Zoetermeer. Daar zat dan een mannetje of vrouwtje dat allemaal met de hand te corrigeren. Dat was gewoon veel harder, dus pas als het hele blad af was kwam internet in beeld.

M: En de indruk die ik kreeg van die eerste website, nou ja het is niet de allereerste versie van de website, want die is niet <ehm>....

B: Niet meer te vinden.

M: Nee, die is een dode link geworden, maar goed je kan wel behoorlijk ver terug. B: Tot hoe ver ben jij teruggekomen?

M: Ja, dat is een beetje de…. Hoe de vormgeving eruit ziet is zegmaar een witte pagina met dan een artikel of vijf en dan met alleen tekst. <ehm> in die periode en ook langer, in de periode daarna, maakt die website ergens een beetje de indruk als een soort van digitaal archief. Klopt die indruk die ik daarvan heb?

B: Ja, daar gebeurde in mijn herinnering gebeurde daar nog niet zo heel veel spectaculair in de vormgeving, nu kon dat natuurlijk ook nog niet echt dat was een beestenwerk in die tijd <ehm> omdat je dat allemaal zelf met HTML moest coderen. Dus <ehm> het was niet…. Het was geen volwaardig alternatief van de papieren krant dat zeker niet.

M: Nee en de indruk die ik er van had, dat klinkt dan misschien een beetje oneerbiedig maar dat het <ehm> bijna een soort van telefoonboek overtypen idee was. Er verscheen iets in het blad en dan werd het…

B: Op internet gezet, ja. Dat is ook niet onterecht, dat was internet natuurlijk ook <ehm> in het begin. Het was natuurlijk <ehm> vrij tekstheavy. Je moet niet vergeten, ik heb in de jaren ‘90 nog heel lang met een belmodem gezeten, dus ja als je een foto moest laden dan kon je een boterham gaan smeren.

M: Ja <lacht> en met de komst van die website in die beginperiode, veranderde er binnen de redactie iets?

B: Nee want de persoon die het beheerde die werkte op afstand van de redactie. <ehm> dus in onze werkwijze, zoals dat nu gaat ik werk nu ook bij een krant aan het eind van elke vergadering ontwerpen we eerst onze online strategie en dan kijken we wat er in de krant komt en hoe het in de krant komt, daar was natuurlijk totaal geen sprake van toen ik bij De Mare zat. De krant was <ehm> absoluut leidend.

M: En <ehm> jij zegt er zat dus iemand op afstand? Kan je dat zien als een soort webmaster?

B: Ja, dat kan je zien als een webmaster inderdaad. Niet als een redacteur dat zeker niet! M: Dat was op freelance basis dan?

B: Ja, dat was zeker op freelance basis.

M: Ja, ja. Het is natuurlijk zo <ehm> die universiteitsbladen zijn, die redacties zijn heel klein, dus zij hebben zeker niet de luxe om iets als een NRC waar je nu zit om <ehm> een iets als

een aparte internetredactie op te zetten. Maar werd er dan bijvoorbeeld tegen mensen gezegd… Werd het mensen verplicht gesteld om iets aan de website te doen? Of kwam dat tussendoor?

B: Nee, nee. Allemaal niet <ehm> wat redacteuren moesten dat was gewoon een stukje tikken.

M: Dat had dus ook niet de insteek <ehm>. Ik weet in Utrecht daar hadden ze ook in die beginperiode wel de insteek om snel nieuws te kunnen communiceren.

B: Nee, dat hebben we in mijn tijd tot 2005 dus nooit gedaan. Misschien, ik zit nu te denken, toen Nelson Mandela <ehm> een eredoctoraat kreeg ofzo hebben we dat er snel opgegooid. Maar al pratende zeg ik dit nu, maar dat is nooit het beleid geweest.

M: Nee, dat was ook wel wat er uit het gesprek met <ehm> Frank kwam. En zat daar een bepaalde gedachte achter, strategie achter, om dat niet te doen?

B: Nee, eigenlijk niet. We waren gewoon echt een weekblad, in ons ritme ook. <ehm> ook in ons vergader- en productieritme en dat was allemaal zo toegespitst op die woensdag, dinsdag en woensdag als alles af moest. Dat gewoon <ehm> de werkwijze er helemaal niet voor veranderd is. Ik bedoel ik heb nu bij NRC wat je moet veranderen aan je werkwijze als je <ehm> om te kunnen anticiperen. Dan moet je ook je redactie gewoon een beetje anders inrichten en omdat wij zo bezig waren met de productie van dat weekblad, dat was toen gewoon geen kwestie.

M: En <ehm> ergens klikt dat natuurlijk als een paradox, want er zaten jonge mensen die enthousiast waren over zo’n nieuw medium, maar had dat dan puur met de capaciteit van de redactie te maken?

B: Ja, dat denk ik wel inderdaad. Want <ehm> we zaten verder, we deden genoeg met en op internet. Het was niet alsof er mensen zaten die niet wisten wat internet was. <ehm> dat is het gekke, tenminste achteraf gezien is dat de paradox. Dat je met een krant met relatief veel jonge mensen die hun weg weten op internet, we konden tenslotte een beetje HTML’en, <ehm> we zaten in de harde kern van het vroege Nederlandse internet. Dat was in de tijd dat als je in de chatroom zat met 8 mensen dan zaten er 6 in de UB. <ehm> ja, maar toch het productieschema van het blad zorgde ervoor dat het weekblad bleef. Daar werd toen niet bij nagedacht.

M: En <ehm> je stipte het al even aan, een deel van de motivatie voor het opzetten van die website was eigenlijk <ehm> dat er universtairbreed er meer aandacht kwam voor digitaal werken, dat soort dingen.

B: Ja, ja klopt.

B: Ik heb alle Mare’s, uit mijn tijd, ik heb ze allemaal bewaard. Dus ik ga dit weekend nog wel even speuren, de zolder op. Wanneer die eerste <ehm>, die eenmalige website online is gezet, want dat is wel aangekondigd in De Mare.

M: Ja, wat ik vroeg me af in hoeverre iets als een College van Bestuur daarin op de achtergrond een rol in gespeeld heeft? Kwam daar ook iets van motivatie of signalen vandaan nouja we gaan dat nu uitrollen, dus jullie als Mare mogen/moeten daar ook maar aan meedoen?

B: Dat kan kan ik me niet herinneren. Ik kan me vooral alle ruzies die we hebben gehad met het College van Bestuur herinneren die we hebben gehad, over de inhoud zegmaar. Dat kan ik me niet herinneren nee.

M: Want je stipt het al even aan, want er is bij universiteitsbladen altijd sprake van een bepaalde machtsverhouding tussen College van Bestuur en de redactie. Meestal wil de redactie het ene en het College van Bestuur liever het andere. <ehm> Wat daarin ook vaak, wat zeker in Utrecht ook een rol gespeeld heeft, is toch ook vaak de strijd digitaal versus papier.

B: Ja, het is natuurlijk wel zo dat bestuurders digitaal gebruiken om de redactie in te kapselen in het voorlichtingsapparaat is mijn ervaring.

M: Heeft dat ook al gespeeld in de tijd dat jij bij De Mare zat?

B: Ja, ik herinner me daar vaag iets over inderdaad, want we hebben toen een keer toen was de nood aan de man. Toen zijn we bij allemaal <ehm> oud Leidenaren langs gegaan die inmiddels in de politiek zaten, inclusief Mark Rutte, die dan allemaal zeiden dit mag niet gebeuren met De Mare. En ik kan me ook herinneren dat de toenmalige hoofdredacteur van NRC, Folkert Jensma, die zat toen in de redactieraad van Mare die is toen ook een keer met de Rector gaan praten zo van laat De Mare nou maar met rust.

M: Wat Frank aanstiptte in het gesprek, dat er toen een plan op de mat viel… Wat er eigenlijk op neerkwam dat het papier het liefst maar moest van verdwijnen en dat het een maandblad met alleen maar achtergrond en opinie. Dat het geen nieuws meer mocht brengen want dat zou de communicatieafdeling gaan doen.

B: Ja, die zouden dat op internet allemaal gaan doen ja.

M: Wat Frank toen vertelde, dat eigenlijk toen ook wel gezegd is dan trekken we de handrem <ehm> wat betreft de website en digitaal gaan, dat dat toen intern in de redactie besproken. Omdat die website in de beginperiode was dat leuk en spannend <ehm> te beginnen, mee te werken, mee te pionieren. Dat dat langzaam werd gezien als een soort <ehm> dreigend monster op de achtergrond….

B: Ja, ik kan me dat wel voorstellen wat je zegt. Dat die website een mogelijkheid werd, dat maakt het ook wel mogelijk om te stoppen met de krant, zoals je zegt.

M: En <ehm> ik geloof dat dat speelde in 2007 dus dat is inderdaad wel jouw periode. B: Dat is na mijn tijd inderdaad, maar ik heb natuurlijk wel contact gehouden.

M: <ehm> ook in die periode zie je wel ook bij andere universiteitsbladen zie je wel dat er behoorlijk geïnvesteerd wordt in de digitale tak. <ehm> en ik vroeg me af of er toen der tijd niet de angst was om <ehm>, de spreekwoordelijke digitale boot te gaan missen?

B: In mijn tijd was die angst er niet. Kijk, want <ehm> het is natuurlijk ook zo dat een angst voor het missen van de digitale boot was wat mij betreft ook vooral een angst voor

commerciële media. Die dachten <ehm> alles gaat naar internet als we niet snel onze content niet gratis weggeven dan leest niemand ons niet meer. Nou bleek dat <ehm> achteraf een vergissing, want alle gratis content dingen zijn verdwenen op <ehm> NU.nl na dan. Er was geen boot die we konden missen, want <ehm> er was geen digitale

concurrentie of zoiets dergelijks. Anders dan <ehm> de persvoorlichting van de universiteit. M: Ja, ja en <ehm> even voortbordurend op die communicatieafdelingen van de universiteit, in hoeverre zijn die in jouw periode was er al sprake van dat die aan het uitdijen waren? B: Ja, die begonnen op een gegeven moment ook stukjes te schrijven. <ehm> toen ik net begon het enige wat die deden was pers voorlichten en toen ik wegging deed de afdeling communicatie van de universiteit ook <ehm> ze deden natuurlijk niet aan kritische

journalistiek, maar wel aan wetenschapsjournalistiek.

M: In hoeverre hadden jullie <ehm> als redactie zijnde van De Mare daar last van? B: Nou ja, je voelde natuurlijk een beetje nattigheid, maar ik denk niet dat dat echte journalistiek was. <lacht> we voelden onszelf natuurlijk beter en <ehm> wat ik zeg…. We dachten wel, hoe wacht eens even, als wij ook over wetenschap gaan schrijven wat betekent dat dan voor ons?

M: En <ehm> op financieel gebied? Ik kan me voorstellen dat als die communicatie

afdelingen groter worden de universiteit <ehm> ook zoiets heeft van dan kan De Mare ook wel met wat minder budget uit, want we hebben nu ons eigen apparaat waar <ehm> vanuit we kunnen communiceren.

B: Ik heb daar geen last van gehad voor zover ik me kan herinneren, Frank veel meer dan ik. <ehm> ik had ja, gewoon voldoende mensen. Ik bedoel het is niet dat er ik mensen bij kreeg, maar het is niet beknibbelen.

M: En <ehm> als ik dan even advocaat van de duivel speel. Want het is natuurlijk lange tijd zo geweest dat De Mare met de website <ehm> dat er weinig aandacht naar uitgegaan is. Zou je kunnen als je dan kijkt naar…. Want ze brachten daar ook niet snel hard nieuws kan

je zeggen. Zou je, wat betreft snel en hard nieuws, en dan heb ik het niet alleen over De Mare maar over het hele medialandschap, zijn papieren kranten wat dat betreft nog relevant te noemen eigenlijk?

B: Op dit moment? M: Ja?

B: Oh ja zeker! Want inmiddels en dat is bij de Volkskrant niet anders denk ik, als we hard nieuws hebben dan zetten we dat… Dan lees je het eerder online dan op papier.

M: Maar als we dan kijken naar alleen dat papier. Kijk, vroeger had je natuurlijk de luxe dat wat <ehm> het eerste waar mensen nieuws tot zich namen dat was de krant. Dan hebben we het wel over ‘way back’ natuurlijk, maar <ehm> als het gaat over die papieren krant kan je dan stellen dat eigenlijk voornamelijk of misschien alleen nog maar relevant is voor opinie en meer achtergrond?

B: Ja, kijk we zetten het nieuws ook in de krant inderdaad, maar het nieuws verspreidt zich via internet. Zo verspreidt het zich en snel ook. Dat is natuurlijk ook het frustrerende als je een scoop hebt dat staat dan, weliswaar keurig met bronverwijzing, dan staat het 10 minuten