• No results found

Social media

In document Reizigers : beperk de risico's! (pagina 50-56)

4. Resultaten voorlichting

4.6 Social media

Ook via social media kunnen reizigers geïnformeerd worden over zoönosen. Sociale media zijn apps of websites waarbij mensen informatie met elkaar kunnen delen. Anderen kunnen hier vaak weer op reageren of de informatie verder verspreiden. Sociale media speelt een steeds belangrijkere rol als informatiebron voor reizigers (Gretzel & Xiang, 2009). Uit hetzelfde onderzoek bleek tevens dat social media steeds belangrijker wordt in het domein van online toerisme (Gretzel & Xiang, 2009). Newcom Research & Consultancy voert vanaf 2010 jaarlijks een onderzoek uit naar het social media gebruik onder Nederlanders die ouder zijn dan 15 jaar. Uit dit onderzoek blijkt dat Facebook door 10,4 miljoen Nederlanders wordt gebruikt. Instagram wordt gebruikt door 3,2 miljoen en Twitter door 2,6 miljoen Nederlanders, zie ook figuur 18.

Facebook

Facebook is een groot social media platform en heeft maandelijks 1,79 miljard actieve gebruikers. Marketingfacts (2017) geeft aan dat uit een onderzoek van comScore (2017) is gebleken dat van die 1,79 miljard er 1,18 miljard mensen dagelijks actief zijn. Facebook is hierdoor het meest gebruikte sociale netwerk ter wereld (Marketingfacts, 2017). SocialBakers (2015) onderzocht het delen van video’s via Facebook. Voor het onderzoek analyseerde de organisatie 180.000 Facebook video’s op 20.000 Facebook pagina’s. Facebook bleek eind 2014 YouTube in te halen met 20.000 meer gedeelde video’s (zie figuur 19). Waar op YouTube 6 miljard uur aan video wordt bekeken, is dat bij Facebook inmiddels gestegen naar 8 miljard video’s per dag (Adformatie, 2016).

FIGUUR 19 | AANTAL GEDEELDE VIDEO’S VIA VERSCHILLENDE PLATFORMS (SOCIALBAKERS, 2015).

Volgens het onderzoek van SocialBakers (2015) kreeg Facebook in december meer dan 80% van alle interacties via video’s (zie figuur 20).

Ook organisaties in Nederland maken gebruik van Facebook om hun informatie verder te kunnen delen. De GGD deelt bijvoorbeeld op Facebook op de pagina ‘GGDreisvaccinaties’ informatie met reizigers over allerlei onderwerpen. Zo deelden zij bijvoorbeeld op 9 mei een artikel van RTLnieuws.nl met als titel ‘Reizigers onderschatten mug en denken: ach, malaria’ (zie figuur 21). Dit artikel hebben zij op Facebook gedeeld met 989 volgers van de pagina. Het artikel is vervolgens 22 keer opnieuw gedeeld door de volgers van de pagina. Sommigen van hen deelden het artikel op hun eigen tijdlijn. Echter werd het bericht bijvoorbeeld ook gedeeld in de Facebookgroepen ‘Backpackers Afrika’ en ‘Midden- en Zuid-Amerika backpackers’. Doordat volgers van de Facebookpagina het artikel weer verder delen, wordt er een groter publiek bereikt dan wanneer dat niet gebeurd. Het uiteindelijk totaal aantal bereikte mensen is niet te achterhalen.

FIGUUR 21 | REIZIGERS ONDERSCHATTEN DE MUG (FACEBOOK GGDREISVACCINATIES, 2017).

YouTube

YouTube, opgericht in 2015, is een platform waar mensen kosteloos video’s kunnen publiceren. Volgens een onderzoek van Newcom (2017) maken 7,5 miljoen Nederlanders gebruik van YouTube, waarvan 1,7 miljoen dagelijks. Uit een onderzoek van Marketingfacts (2015) is tevens gebleken dat YouTube het meest gebruikte videoplatform van Nederland is. Uitzending Gemist en Facebook staan op plaatsen 2 en 3 (zie figuur 22). Iedereen kan gratis een YouTube kanaal beginnen en video’s uploaden. Er wordt in Nederland elke minuut 300 uur aan videocontent naar YouTube geüpload. Marketingfacts (2015) vertelt: “Maandelijks wordt op YouTube wereldwijd zo’n zes miljard uur aan video bekeken”.

FIGUUR 22 | KIJKEN VAN VIDEO’S VIA VERSCHILLENDE WEBSITES (MARKETINGFACTS, 2016).

Van de Nederlanders kijkt tweederde regelmatig naar online video’s, bijvoorbeeld via YouTube (zie figuur 23). Marketingfacts (2016) geeft aan dat Nederlanders gemiddeld 12 online video’s per week bekijken waarvan tweederde van de video’s zelf bewust opgezocht wordt. Het overige deel wordt bekeken nadat ze de video’s doorgestuurd hebben gekregen via anderen of gevonden hebben tijdens het online surfen. Marketingfacts (2016) geeft ook aan: “Meer dan eenderde (38 procent) van de Nederlanders krijgt regelmatig video’s doorgestuurd door vrienden of familie. Dat gebeurt meestal via Facebook (77 procent), e- mail (57 procent) en WhatsApp (38 procent)” (par. 6).

Het RIVM publiceert op het YouTube kanaal ‘RIVMnl’ video’s over uiteenlopende onderwerpen. Zo publiceerden zij op 29 april 2014 een video met als titel ‘Zoonoses’ (zie figuur 24). De video heeft inmiddels 3.885 views en 0 reacties. Daarbij is de video 29 keer gedeeld door kijkers van de video.

FIGUUR 24 | VIDEO ‘ZOONOSES’ OP HET YOUTUBE KANAAL VAN HET RIVM (YOUTUBE, 2014)

LinkedIn

LinkedIn is opgericht in 2002 door vakmensen. Dit sociale netwerk wordt maandelijks door 4,2 miljoen Nederlanders bezocht en daarbij hebben 6 miljoen Nederlanders een account op LinkedIn (Marketingfacts, 2017). Wereldwijd heeft LinkedIn 467 miljoen leden. Het RIVM deelt bijvoorbeeld regelmatig informatie over allerlei onderwerpen op LinkedIn met zo’n 10.014 volgers. Zo deelden zij in januari een artikel met als onderwerp ‘Leptospirosis cases continue to rise’ waarna het artikel 18 keer geliket werd (zie figuur 25).

FIGUUR 25 | HET RIVM DEELT OP LINKEDIN EEN ARTIKEL OVER LEPTOSPIROSE (LINKEDIN, 2017).

Instagram

Instagram, opgericht in 2010, is onderdeel van het bedrijf Facebook en is een gratis website en mobiele app waarop gebruikers foto’s en video’s kunnen delen. Volgens een onderzoek van Newcom (2017) maken 3,2 miljoen Nederlanders gebruik van Instagram, waarvan 1,5 miljoen dagelijks.

Het RIVM deelt op Instagram ook berichten over zoönosen, zie ook figuur 26. Dit bericht heeft 16 likes gekregen en geen reacties. In het bericht verwijzen ze naar de video die het RIVM gepubliceerd heeft op YouTube.

Twitter

Volgens Wikipedia (2017) is Twitter: “een gratis internetdienst waarmee gebruikers korte berichtjes van maximaal 140 tekens publiceren. Het is een sociaalnetwerksite waarbij mensen op elkaar kunnen reageren en elkaar kunnen volgen” (par. 1).

Volgens een onderzoek van comScore heeft Twitter wereldwijd 315 miljoen maandelijkse actieve gebruikers, waarvan 82% van deze mensen ook mobiel actief is (Marketingsfacts, 2017). Wat Nederland betreft hebben steeds minder Nederlanders Twitter op hun mobiele telefoon staan. De website van Twitter wordt maandelijks door 2,2 miljoen Nederlanders bezocht (Marketingfacts, 2017).

Ondanks dat het Twittergebruik de afgelopen jaren gedaald is gebruiken de Nederlandse organisaties zoals genoemd in hoofdstuk 4.1 allemaal Twitter om hun informatie te delen met het Nederlandse publiek. De Rijksoverheid heeft op 13 mei 2017 in totaal 1.930 Tweets de wereld ingestuurd welke op dit moment gelezen kunnen worden door hun 9.307 volgers. Zo deelden zij op 10 januari 2017 een nieuwsbericht van Nu.nl met als onderwerp ‘Driekwart Nederlanders reist onvoorbereid naar buitenland’ (zie figuur 27). Dit bericht is vanaf de pagina van de Rijksoverheid zeven keer verder gedeeld, heeft drie keer een ‘like’ gekregen en er is drie keer op gereageerd.

FIGUUR 27 | TWITTERBERICHT VAN DE RIJKSOVERHEID VIA HET ACCOUNT @247BZ (TWITTER, 2017)

In document Reizigers : beperk de risico's! (pagina 50-56)