• No results found

HOOFDSTUK 4 AFWIJKING DRAAGPLICHT BIJ HELFTE VANUIT RECHTSECONOMISCH PERSPECTIEF

4.4 Economische analyse draagplicht onderwaarde

4.4.1 Scenario A: toepassing van de hoofdregel

Allereerst heeft de toepassing van de door de overheid opgestelde hoofdregel als voordeel dat de transactiekosten voor zelfregulering worden bespaard (zie hierover tevens paragraaf 4.2.1 en 4.3). De echtgenoten hoeven niet eindeloos door te onderhandelen over het opstellen van een allesomvattende regeling omtrent de draagplicht voor de schulden bij echtscheiding. Zij kunnen eenvoudigweg

gebruikmaken van het (kostenbesparende) vangnet dat door de overheid tot stand is gebracht. Wanneer de echtgenoten weten van het bestaan van dit vangnet, zullen zij zich bij de onderhandelingen beperken tot datgene wat ze echt naar eigen inzicht willen regelen en waar ze onderling overeenstemming over kunnen bereiken. Al met al zal dit een aanzienlijke besparing van de transactiekosten opleveren.163

Een ander voordeel van de onverkorte toepassing van de hoofdregel is dat het een prikkel creëert die het toekomstige gedrag van de echtgenoten kan beïnvloeden. Wanneer de rechter in de rechtspraktijk veelvuldig overgaat tot het onverkort toepassen van de hoofdregel, zullen de echtgenoten hun gedrag daarop aanpassen. Zij zullen zich door de eerdere beslissingen van de rechter in vergelijkbare situaties laten leiden (precedentwerking).164 Zo zal een echtgenoot minder snel een beroep doen op de rechter indien blijkt dat de rechter slechts bij (zeer) hoge uitzondering tot een afwijking van de hoofdregel komt. Dit heeft voor de echtgenoten tot gevolg dat de proceskosten voor de inschakeling van de rechter bespaard zullen worden. Voor de maatschappij heeft een dergelijke prikkel tot gevolg dat de kosten voor de inzet van de rechterlijke macht bespaard zullen worden.165

___________________________________________________________________________ 162. Rb Den Haag 15 april 2015, ECLI:NLRBDHA:2015:4311.

163. Van Velthoven & Van Wijck, Recht en efficiëntie, 2013, p. 114. 164. Weterings, De economische analyse van het recht, 2007, p. 13. 165. Ibid, p. 246 en 249.

- 45 -

Een mogelijk nadeel van onverkorte toepassing van de hoofdregel in een situatie van onderwaarde kan gevonden worden in de toedeling van de woning aan de ene echtgenoot en de directe afrekening van de helft van de onderwaarde door de andere echtgenoot. De echtgenoot die de onder water staande woning krijgt toebedeeld (doorgaans de man, zie hierover paragraaf 4.2.2) zou aanzienlijk bevoordeeld kunnen worden. Het is namelijk zeer goed mogelijk dat de

woningmarkt zich in de toekomst zal herstellen waardoor de onderwaarde van de woning minder wordt of zelfs geheel verdwijnt. Uit recente door het CBS

gepubliceerde statistieken blijkt zelfs dat de woningmarkt zich op dit moment alweer langzaam aan het herstellen is.166 De echtgenoot die van plan is om langdurig in de woning te blijven wonen en pas ver in de toekomst met de hypothecaire geldverstrekker hoeft af te rekenen, ziet dan dus zijn helft van de onderwaarde langzaam verdwijnen. De andere echtgenoot zal door een dergelijke ontwikkeling daarentegen flink benadeeld worden. Deze echtgenoot dient immers daadwerkelijk de helft van de onderwaarde te vergoeden die op het moment van de verdeling is vastgesteld. Een voorbeeld kan dienen ter verduidelijking.

Vb. A krijgt de woning toebedeeld onder de verplichting de hypothecaire geldlening voor zijn rekening te nemen. De woning is op het moment van de verdeling € 250.000 waard en de hypothecaire geldlening bedraagt € 280.000. B dient de helft van de onderwaarde aan A te vergoeden, zijnde een bedrag van € 15.000. Na verloop van 10 jaar woont A nog steeds in de voormalig echtelijke woning die inmiddels in waarde is gestegen en € 280.000 waard is geworden. Het gedeelte van de onderwaarde dat A voor zijn rekening moest nemen, is door het herstel op de woningmarkt geheel verdwenen. B heeft daarentegen zijn

gedeelte van de onderwaarde wel moeten vergoeden aan A.

De toepassing van de hoofdregel in bovenstaande casus is niet Pareto efficiënt, omdat A er in welvaart op vooruit gaat en B er in welvaart op achteruit gaat. De toepassing lijkt daarentegen wel Kaldor-Hicks efficiënt te zijn, omdat A er meer in welvaart op vooruit gaat dan B erop achteruit (€ 30.000 baten A minus € 15.000 kosten B). Deze lezing is echter niet geheel juist. Ten eerste is in deze analyse geen rekening gehouden met de overige financiële omstandigheden waarin A en B door de regeltoepassing zijn terechtgekomen. Ten tweede is geen rekening gehouden met de negatieve externe effecten van de regeltoepassing. En voorts is geen rekening gehouden met de kosten voor het opstellen van de regel en de inzet van de rechterlijke macht. Naar verwachting zullen deze maatschappelijke kosten vrij hoog zijn, waardoor het zeer waarschijnlijk is dat de kosten de baten overtreffen.

___________________________________________________________________________ 166. CBS, Woningmarkt bloeit langzaam op, persbericht 19 oktober 2015 <online> .

- 46 -

Een ander nadeel dat onverkorte toepassing van de hoofdregel in een situatie van onderwaarde met zich mee kan brengen, is dat een van de echtgenoten met een schuldenlast komt te zitten die hij of zij niet meer te boven kan komen. Deze hoge schuldenlast van de alleenstaande tast voor schuldeisers het vermogen om geld op te leveren aan (ook wel de verdiencapaciteit van de schuldenaar genoemd).167 Schuldeisers kunnen hierdoor forse schade oplopen. Daarnaast kan de

problematische schuldensituatie ertoe leiden dat een beroep moet worden gedaan op financiële en eventuele andere voorzieningen van de welvaartsstaat.168 Denk bijvoorbeeld aan een bijstandsuitkering of een verzoek om toelating tot de schuldsanering (Wsnp).169 De hoge kosten voor deze voorzieningen komen voor rekening van de overheid.

Ten aanzien van de schuldsanering dient voorts nog het volgende te worden opgemerkt. Indien een van de echtgenoten na de echtscheiding wordt toegelaten tot de schuldsanering en na het succesvol doorlopen van dit traject een schone lei krijgt, dan betekent dit dat de onder de werking van de schuldsanering vallende vorderingen - voor zover onvoldaan gebleven - niet meer verhaald kunnen worden op de schuldenaar.170 Het is derhalve mogelijk dat de vergoeding die de ene echtgenoot (uit hoofde van de draagplicht bij helfte) aan de andere echtgenoot dient te betalen niet meer verhaald kan worden. Daarnaast kan dit voor de

schulden waarvoor de ex-echtgenoten hoofdelijk verbonden zijn, meebrengen dat de schuldeiser voor het restant van zijn vordering aanklopt bij de echtgenoot die niet in het Wsnp-traject heeft gezeten.171