• No results found

5 Uitgangssituatie beleid

5.6 Regionale plannen

Stroomgebiedsvisie Groningen/Noord- en Oost Drenthe ‘Over leven met water’, 2002

In deze visie wordt een strategie uitgewerkt voor de inrichting van het watersysteem op hoofdlijnniveau, waarbij het uitgangspunt primair ‘waterkwantitatief’ is. Het verband tussen water en natuur komt veelvuldig aan de orde. Natuur is hierin enerzijds een functie die eisen en wensen met zich mee brengt voor de inrichting van de waterhuishouding. De ‘natuur’ stelt echter niet alleen eisen aan het waterbeheer. Andersom is er in de stroomgebiedvisie ook sprake van benutten van ‘natuurlijke eigenschappen van watersystemen’ voor het oplossen van waterhuishoudkundige vraagstukken. Dat is niet overal mogelijk. Er zullen bijvoorbeeld gebieden zijn waar het risico van een te groot waterbezwaar misschien geheel of gedeeltelijk moet worden opgelost door bovenstrooms water langer vast te houden in sloten en natuurlijke laagtes, zoals de waterbergingsgebieden in het Zuidlaardermeergebied. Na het vasthouden kan het afstromen naar lage gebiedsdelen worden vertraagd door beken weer te laten meanderen. Dit laatste heeft positieve effecten voor het landschap en de natuur. Vanuit verschillende invalshoeken kunnen zo kansen voor natuur en landschap worden aangedragen. In het Zuidlaardermeergebied spelen dergelijke invalshoeken een grote rol.

Regiovisie Groningen-Assen 2030, 2003

De Regio Groningen-Assen 2030 is een vrijwillig samenwerkingsverband waarbij over bestuurlijke grenzen tussen gemeenten en provincies wordt heen gekeken. Deelnemers aan de Regiovisie zijn de provincies Drenthe en Groningen en een aantal gemeenten waaronder Haren, Hoogezand-Sappemeer en Tynaarlo. Deze visie wordt verder uitgewerkt in de provinciale omgevingsplannen van de provincies Drenthe en Groningen.

In de Regiovisie geven de samenwerkingspartners hun visie op de ontwikkeling van de regio die zijn neerslag krijgt in plannen van provincies, gemeenten en waterschappen. De regionale agenda omvat economische ontwikkeling en (inter)nationale profilering, duurzame ontwikkeling, verstedelijking, landelijk gebied, ruimtelijke kwaliteit en identiteit en demografische en maatschappelijke ontwikkeling. In de Regiovisie is onder andere de woningbouwopgave voor de periode 2002-2019 geformuleerd voor de deelnemende gemeenten.

Er wordt een sterk sturende rol aan het water toegekend. Aan de functies van water voor natuur, waterwinning, recreatie en stedelijk gebied wordt veel belang gehecht. Ten westen van Hoogezand wordt voor 2010 een vergroting van het Foxholstermeer gesuggereerd. Na 2010 wordt gedacht aan bebouwing van de oostelijke Kropswolderbuitenpolder.

In het kader van beide POP’s (Groningen en Drenthe) is de visie op een aantal punten aangepast, zo is de woningbouw in de Kropswolderbuitenpolder in de gemeente Hoogezand- Sappemeer inmiddels niet meer aan de orde.

Regionaal Bestuursakkoord Water (RBW), 2005

Met het ondertekenen van het Regionaal Bestuursakkoord Water is door gemeenten, provincies en waterschappen in Groningen en Noord en Oost-Drenthe onderkend dat er in gezamenlijkheid maatregelen dienen te worden genomen om te voorkomen dat het stroomgebied (opnieuw) getroffen wordt door onverwachte situaties van wateroverlast (1:100 situatie). Deze maatregelen omvatten onder andere het inrichten van waterbergingsgebieden zoals in de Kropswolderbuitenpolder, Westerbroekstermadepolder, Onnerpolder en Oostpolder.

Een van de maatregelen uit het akkoord is het opstellen van een gemeentelijk waterplan om zo invulling te geven aan de regionale wateropgave. Met betrekking tot het Zuidlaardermeer betreft dit de gemeenten Haren, Tynaarlo en Hoogezand-Sappemeer.

Het opstellen van het waterplan is gecombineerd met een waterstructuurplan. In het waterplan is beleid geformuleerd ter voorkoming van overlast van water, het verkrijgen van schoon oppervlaktewater voor mens en natuur en het behoud van gezond drinkwater. In een waterstructuurplan wordt de waterstructuur beschreven die past bij dit beleid. Feitelijk wordt hierin beschreven hoe het watersysteem (waterstructuur) er uit moet zien om het wensbeeld te behalen. De betreffende gemeenten kan ervoor kiezen om het waterplan en het waterstructuurplan met elkaar te combineren. Deze gemeentelijke plannen worden met betrekking tot het Zuidlaardermeergebied verder besproken in paragraaf 5.12.

Hunzedal 2030, Visiedocument, April 2014

Het visiedocument Hunzedal 2030 is een actualisering van de bestaande visie uit 1995. De visie heeft tot doel om de natuur in het stroomgebied van de Hunze verder te ontwikkelen en te verbeteren. In de natuurontwikkelingsvisie zijn verschillende functies, zoals recreatie, waterbeheer, drinkwaterwinning, landbouw en woon- en leefklimaat gekoppeld. Hierdoor ontstaat een meer integrale visie op het Hunzedal als een gebied waar de verschillende functies evenwichtig en duurzaam samengaan.

Tussen het uitkomen van de Hunze-visie in 1995 en deze actualisatie van de Hunze-visie zijn er inmiddels vele projecten uitgevoerd met goede resultaten. In 1998 werd met de uitvoering van het eerste project Zoersche landen gestart, in 2002 gevolgd door de gebieden Annermoeras, Duunsche landen en Elzemaat. Aan Groningse zijde werd Leinwijk in 1999 ingericht, enkele jaren later volgden de Kropswolderbuitenpolder en Westerbroekstermadepolder. Wolfsbarge en de Hunzezone kwamen in 2011 gereed. In korte tijd zorgden deze projecten voor opvallend veel succes. Alle planten- en diersoorten die in de visie 1995 als doelsoort werden genoemd komen inmiddels in het gebied voor. Zo zijn aan Groningse zijde tegenwoordig de Zeearend, Witwangstern en de Geoorde fuut gesignaleerd. Verder is de Bever nu een vaste bewoner. Ook komen er in het gebied meerdere Otters voor. Op 1 januari 2013 is in het Hunzedal (Drenthe en Groningen) ruim 3000 ha nieuwe, meestal natte natuur ontwikkeld. In het Groninger deel gaat het hoofdzakelijk om enkele grote natte gebieden als de Westerbroekstermadepolder en Kropswolderbuitenpolder. Maar ook in de Onner- en Oostpolder (Harener Wildernis, Oeverpolder, westzijde Zuidlaardermeer) is nieuwe natuur ontstaan.

In de geactualiseerde visie Hunzedal 2030 wordt de nadruk gelegd op vier speerpunten: 1. Hunzegebied: natuurgebied van nationale allure - 2. Een robuust, klimaatbestendig watersysteem - 3. Driesterrenkwaliteit Hunzedal zorgt voor nieuwe economie - 4. CO2-

vastlegging en duurzame energie als nieuwe gebiedsmotoren. De visie zal zich vertalen in concrete maatregelen die ook verder ten goede zullen komen aan het Zuidlaardermeergebied. Hierbij moet met name worden gedacht aan het instellen van flexibel peilbeheer, het verder versterken van de rietoevers en broekbosontwikkeling en maatregelen ter verbetering van de waterkwaliteit.