• No results found

RECHTSG EM EENSCH A PPEN

In document INDONESISCHE DORPSAKTEN. w (pagina 102-121)

53. Verdeelmg der inkomsten uit hwwelijksluitingen en van opge-legde boete's tusschen twee dorpsivijken.

Soerat perdjandjian.

Di djore pagi arih-arih kami pertektek roemah Djahe ras roemah Djoeloe ras peroekoemen erbellab si Noenggoeng ras si Pinter koeta Soeka Soerbakti.

Tanda tangan Jang berdjandji.

Tanda tangan saksi.

VERTALING.

Schriftelijke overeenkomst.

Indien onze besprekingen tot een goed einde komen, zullen Si Noenggoeng en Si Pinter van de hoeta Soeka Soerbakti voor de helft cleelen in de ontvangsten uit huwelijkssluitingen der dorpswijken roemah Djahe en roemah Djoeloe en uit (opgelegde) boete's verkregen.

Handteekening van degenen, die de overeenkomst hebben gesloten.

Handteekening der saksi.

GAJO-, ALAS- EN BATAKLANDEN.

H U W E L I J K S R E C H T .

54. Echtscheiding; teruggave van den bruidschat; verzorging van een kind. (Karolanden).

Soerat pengakoean.

Saja jang bertanda tangan dibawah ini, nama Si Taren, kam-poeng Soeka, mengakoe dengan sesoenggoehnja, bahasa saja poenja bini nama Djakai prampoean kampoeng Soeka, saja senang bertjerai dari saja, dan saja poenja wang antaran mengawini doeloe banjaknja ƒ 250,— (doea ratoes lima poeloeh roepiah) ja-itoe wang tangan radja banjaknja ƒ 50.— (lima poeloeh roepiah) bersama sekali, saja mengakoe senang hilang sama sekali. Sebab saja jang toelak sama si Djakai prempoean sebab saja tidak senang lagi pakai si Djakai prempoean mendjadi saja poenja bini; artmja soedah talak-tiga pada si Djakai prempoean terseboet. Djadi wang antaran saja jang terseboet diatas saja tidak dakwa lagi dibela-kang hari pada si Djakai prempoean terseboet, bersama kalim-boehoe, soedara-soedara si Djakai prempoean itoe.

Bila saja dawa, saja mengakoe Hakim karapatan tidak terima saja poenja pendakwaan.

Tapi tentang saja poenja anak jang masih ketjil, nama si Lepas, sampe besar oemoer doea belas (12) tahoen si Djakai prempoean sendiri memiaranja atau kaoem familienja. Dan saja tidak membajar keroegian boeat memiara anak saja terseboet;

sebab wang tepet-tepet jang ƒ 200.— (doea ratoes roepiah) diatas saja kasih pertoeloengan pada si Djakai prempoean boeat memiara anak saja itoe. Tapi kalau Si Lepas saja poenja anak itoe soedah habis menjoesoehi, bila saja atau familie saja minta itoe si Lepas, si Djakai tida bisa tahan.

Demikianlah saja mengakoe dan soedah batja soerat penga-koean ini, saja ada setoedjoe.

Tanda tangan, Taren.

VERTALING.

Schriftelijke verklaring.

Ik, ondergeteekende, genaamd Si Taren van kampoeng Sueka, erken naar waarheid, dat ik vrijwillig gescheiden ben van mijn vrouw, genaamd Djakai, een vrouw uit de kampoeng Soeka en dat ik daardoor vrijwillig geheel verlies den vroeger door mij ge-geven bruidschat, ten bedrage, van ƒ 250.— (twee honderd en vijftig gulden) waaronder de wang tangan radja groot f 50.— (vijftig gulden). Want ik ben het, die Si Djakai verstoot, omdat het mij niet meer behaagt Si Djakai als mijn vrouw te bejegenen; m.a.w.

ik heb Si Djakai voorgoed (met de drievoudige talak) verstouten.

Dus het van mij afkomstig geldsbedrag, boven vermeld, zal ik in de toekomst niet in rechte vorderen, noch van Si Djakai noemd, noch van de naaste verwanten, broers van Si Djakai voor-noemd.

Mocht ik die vordering toch instellen, dan verklaar ik dat de rechtbank haar niet kan toelaten.

Doch wat betreft mijn kind, dat nog klein is en Si Lepas heet, tot zijn 12e jaar toe zullen Si Djakai alleen of haar familieleden het hebben te verzorgen. En ik zal geen vergoeding betalen voor de kosten van verzorging van bedoeld kind, want het tepet-tepet-geld ad ƒ 200.— (twee honderd gulden) bovengenoemd, heb ik aan Si Djakai gegeven als bijdrage in de opvoeding van mijn kind bovengenoemd. Doch indien mijn kind Si Lepas de moederborst niet meer noodig heeft, mag Si Djakai zich niet verzetten, indien ik of een van mijn familieleden Si Lepas komt opeischen.

Aldus verklaar ik en na deze schriftelijke verklaring te hebben gelezen, ga ik ermede accoord.

Handteekening, Taren.

55. Echtscheiding (verstooting). (Tobalanden).

(üngezegeld).

Perdjandjian.

Ahoe Si Eatan Tamboenan sian Liattondoeng marirangkon si Ulak boroe Hoetapea boroe Ni Panambak H. Pea sian Latton-doeng. Naoeng sian idjin ni nohanami be.

Ahoe si Eatan Tamboenan Ahoe si Ulak boroe H. Pea idjin ni rohanami be na sirang.

Ahoena martanda tangan E (x) atari Ahoena martanda tangan si U (x) lak.

Saksi na oembegesa :

K.K.R. Hoeta Gadang, Radja Paoeng (Bat. karakters).

K.K. Randjan djoeloe, Eliser.

R. sian Laboehole, R. Gadja (Bat. karakters).

K. r. Parhoeban, Johannes.

Achterzijde.

Ia oelak ni hepeng ni Si Eatan noenga didjalo ƒ 45.— (ompat poeloe lima roepia) alai ƒ 15.— (sampoeloe lima roepia) dope naoeng hoedjalo. la hepeng si ƒ 30.— (toloepoeloeh roepia) horbo sabariba gadena ( ? ) molo so digarar dibagasan saboelan pâte gade i.

VERTALING.

Afspraak.

Ik, Si Eatan Tamboenan van Liattondoéng, ik verstoot Si Ulak van de marga Hoetapea, dochter van Si Panambak Hoetapea uit Liattondoéng. Het is geschied met onze toestemming.

Ik, Si Eatan Tamboenan.

Ik, Si Ulak van de marga Hoetapea.

Wij stemmen toe dat wij scheiden.

Dit is mijn handteekening, E x atan.

Dit is mijn handteekening, Si U x lak.

Saksi, die gehoord hebben:

K.K.R. van de Hoeta Gadang, Radja Paoeng.

K.K. Randjan djoeloe, Eliser.

R. sian Laboehole, R. Gadja.

K. r. Parhoeban, Johannes.

Door Si Eatan ontvangen ƒ 45.— (vijf en veertig gulden) waarvan f 15.— (vijftien gulden) reeds in contanten in ontvangst

werd genomen. Voor de overige ƒ 30.— (dertig gulden) wordt een karbouw in pand gegeven. Mocht dit bedrag binnen een maand niet betaald zijn, dan is het pand verloren.

56. Echtscheiding met daaraan verbonden rechtsgevolgen.. (Toba-landen).

(Ongezegeld).

Soerat hatorangan.

Hami Ie. Aman Torik marga si Toroes sian Sosor Gambiri negeri Loemban Loboe 2e. Panoeasa marga Si Rait sian Sosor Onan Na godang, Hoendoelan Patane mambahen tanda tangan di toroe ni soerat on.

Marhatopothan paboa naoeng mardaboe-daboe ami taringot toe sinamot pangoli ni si Djandji, i ma bolt ni Si Angat na tar-soerat di register No dikantoor Loemban Djoeloe.

Ia Sinamot 1 moelana ƒ 400.— djala na masoek sinamot i, i ma wang kontan ƒ 200.—, mas sindor ni ƒ 50.—, 1 djaboe sindor ni ƒ 100.—, santoerpoek haoema sindor ni ƒ 50.—, i ma oembahen poengoe ƒ 400.—.

Noeaeng ala na sirang, sinamot moelak: 1 mas sindor oedjoei ƒ 50.— djaboe sindor ni na ƒ 100.—, doeng i haoema sindor ni ƒ 50.— angkoep ni i dilehon moese 1 mas sindor ni ƒ 50.— asa-noeaeng ƒ 250.— naoeng moelak i ma boli hian asa ƒ 150.— na tinggal.

I pe noeaeng sinamot ni Panoeasa pangoli ni si Djandji toe boroe ni Aman Torik tinggal gäbe oetang na di parmoeli ni si Angat f 150.— (saratoes lima poeloeh roepiah nari) paretongan on holan i nama sigararon ni parboroe toe paranak.

Asa noenga sirang, mardalan pago-pago botima.

P a r a n a k : Panoe (duimtop) asa Na marbinege: Parboroe: Aman (duimtop) torik Plenoch H. Toroean

R. Salomo.

K W I T A N T I E .

Ahoe Panoeasa marga Sirait sian sosor Onan na godang Patane mangakoe naoeng mandjalo hepeng contant sian A Torik

marga Site.rocs sian sosor Aekgambiri Loemban Loboe, godang na ƒ 100.— (saratoes roepiah). Doengi dohot singkat ni ƒ 50 — 5 hoda sambariba be poengoe ƒ 150.— (saratoes lima poeloeh

roepiah.

I ma hepeng pangoli ni Si Djandji na toe si Angat.

Loemban Loboe 9 December 1924.

Sian ahoe na mandjalo (duimtop op plakzegel van 15 cent)

Panoeasa.

Saksi :

R. Salomo (o. ni Onggoeng) K. Negeri L. Loboe Benjamin K. Negeri Nagatimboel Josep.

VERTALING.

Schriftelijke verklaring.

Wij, le. Aman Torik marga Si Toroes, uit Sosor Gambiri negeri Loemban Loboe; 2e. Panoeasa marga Si Rait uit Sosor Onan na Godang, Hoendoelan Patane, stellen onze handteekemng onder deze akte.

Wij verklaren, dat wij hebben afgerekend ten aanzien van de huwelijksbetalingen van Si Djandji, den bruidschat voor Si Angat betaald, welke is geboekt in het register No op het kantoor

(van den assistent demang) te Loemban Djoeloe.

Die bruidschat was oorspronkelijk groot ƒ 400.— en bestond uit ƒ 200.— aan contant geld, 1 gouden sieraad als onderpand (ter waarde) van ƒ 50.—, 1 huis als onderpand van ƒ 100.— en een stuk droog bouwveld als onderpand van ƒ 5 0 . alles in totaal ƒ 4 0 0 .

-Thans, aangezien het huwelijk ontbonden wordt, keert van de bruidschat t e r u g : 1 gouden sieraad het onderpand van destijds (waard) ƒ 50.— een huis, onderpand voor ƒ 100.— en het bouw-land als ' onderpand voor ƒ 50.— verder wordt nog gegeven 1 gouden sieraad, als onderpand van ƒ 5 0 . - zoo is dus terug betaald f 250. d.i. de vroegere bruidschat min ƒ 150. .

Nu is dus de bruidschat door Panoeasa betaald ter zake van het huwelijk van Si Djandji aan de dochter van Aman Torik (ge-deeltelijk) een schuld gebleven. En wanneer Si Angat opnieuw wordt uitgehuwelijkt behoeft de vader van de vrouw nog slechts ƒ 150.— (een honderd en vijftig gulden) te betalen aan den vader van den man. En bij deze scheiding zijn de regelmatige betalingen aan degenen die haar regelden, gedaan.

De mans-vader Panoeasa De vrouws-vader Aman Torik.

Zij die het gehoord hebben:

Henoch H. Taroean R. Salomo.

K W I T A N T I E .

Ik, Panoeasa uit de marga Sirait, uit Sosor Onan na Godang erken ontvangen te hebben van A. Torik marga Sittoroes uit Sosor Aek Gambiri Loemban Loboe, contant geld ten bedrage van ƒ 100.—. Verder nog als vervanging van ƒ 50.— 5 halve paarden

(5 paarden in deelbezit, als gevolg van deelwinning), totaal ƒ 150.— (een honderd en vijftig gulden).

Dit is (het restant van) de huwelijksbetaling van Si Djandji aan Si Angat.

Loemban Loboe 9 December 1924.

Van mij, die in ontvangst krijgt:

Panoeasa.

Saksi :

Radja Salomo (Opoe ni Onggoeng) Kepala negeri Loemban Loboe: Benjamin

„Kepala negeri Nagatimboel : Josep.

GAJO-, ALAS- EN BATAKLANDEN.

GRONDENRECHT.

57. Verkoop van een tuin. (Tobalanden).

Ongezegeld.

Ahoe radja Horsik manggadis koboen aek Simatemate gadis pate koboen siamoen lao toe Sibolga, watas dihasoendoetan Si Sarael dalan dompak D. Gindjang Si Alet dt. Si Nahason di djoe-Icje dihabinsaran dalan besar arga ƒ 200.— (doea ratoes rocpia) Asa na torang do i djolo ni angka radja-radja na martanda tangan di toroe on.

Na manggadis :

Saksi: R- x Horsik.

Aron K.K.

K.K. Elieser Na manoehor : O.R. Isak J<»e x lia P». Regar

Theopilus K.K. Reman K.K. Jacoboes.

Parboeboe 18-2-1923.

Domoedomoe sian P. Regar ƒ S.—

sian R. Saoel ƒ 5.—

Total ƒ 10.—

VERTALING.

Ik, radja Horsik verkoop onvoorwaardelijk en onherroepelijk de tuin Aek Simatemate, gelegen aan den rechterkant (van den veg) gaande naar Sibolga, grenzende in het Westen aan Sarael ('s land), aan den weg naar Dolok Gindjang en (aan de gronden an) Si Alet en Si Nahason; stroomopwaarts, in het Oosten van den grooten weg, voor een prijs van ƒ 200.— (twee honderd gul-den). Dit is rechtsgeldig geschied (in het openbaar) ten over-staan van de hoofden, die hieronder hun handteekening hebben gesteld.

v v

'De verkooper : Saksi: Radja Horsik.

Kepala-kampceng Eliser De koopers : Ompoe Radja Isak Joelia boroe Regar.

Theopilus kepala kampoeng Reman.

Kepala-pampoeng Jacoboes.

Aron kepala-kampoeng Geschreven 18-2-1923.

Getuigengeld van Boroe Regar ƒ 5.—

van Radja Saoel (van Reman?) f 5.—

Totaal ƒ 10,

5c?. Verkoop van een benzoëtuin. Zekerheidstelling van gronden voor het nog niet betaald gedeelte der koopsom. (Tobalanden).

(Op zegel van ƒ 1.50).

Hoeta Golat den 25 April 1927.

Ahoe Djaoenang tinggal, manggadis koboen hamindjon di atas sonang ni rohangkoe, i ma ladang (koboen) Adiankatoenggal, balokna di hasoendoetan si Erbanoes Sinaga, di habinsaran Sigo-tom djala torang do i di djolo ni angka na tarsoerat di toroe on;

pànggadisankoe i ma Si Natan Siagian Onankasang H. Tea dohot Samidin Siagian djala godang ni hepeng i naoeng hoedjalo ƒ 1000.— (sariboe roepia). Djoemolo hoedjalo i ma ƒ 800.—

(oealoe ratoes roepia) alai si ƒ 200.— (sidoearatoes roepia) nai i ma oerangon (paranak) toe Si Natan dohot Si Samidin ; anakna : saboelan ƒ 4.— (opat roepia) djala singkoram ni hepeng iSoedena haoema ni Si Samidin djala mara ni singkoram i di paroetang do djala djandji hepeng si ƒ 200.— (doea ratoes roepia) nai, di ba-gasan 6 boelan nai gararonnami ; molo so digarar, gadison ma singkoram i, i ma haoema Gonting, balokna di Toba Samoeel Sia-gian, di angkola Loeter Sormin; pangamai soetan Deson.

Na manggadis :

Djaoenang ting (duimtop) gai H. Golat.

Panoehor:

Samidin. Na (duimtop) tan.

Saksi :

Kris (duimtop) tian Naimoente H. Golat Kris (duimtop) tian Samosir Siantaloboeng Samoe (duimtop) el Siagian Onankasang Kepala-kampoeng Josia.

Panoerat : Soetan Deso.n.

Domoedomoe :

f 10.— (sampoeloe roepia).

Voor de legalisatie dd. 25-1927.

K.K. O.H.

R. St. Kalimoeda Juda.

VERTALING.

Hoeta Golat den 2Ssten April 1927.

Ik, Djaoenang tinggal, heb uit eigen vrijen wil verkocht (overgedragen) een bcnzoëtuin, n.1. de tuin Adiankatoenggal, begrensd als volgt : in het Westen (het land) van Erbanoes Si-naga, in het Oosten dat van Sigotom; dit is geschied (letterlijk:

openbaar) ten overstaan van de hieronder genoemden. Degenen aan wie ik het land verkocht heb, zijn : Natan Siagan van Onan-kasang, Hoeta Tea (hoeta Pea?) en Samidin Siagian. De door mij ontvangen koopsom bedraagt ƒ 1 0 0 0 . - (duizend gulden). Voor-loopig heb ik ontvangen ƒ 800.— (acht honderd gulden) ; de res teerende ƒ 200.— (twee honderd gulden) zijn in leening (tegen rente) gegeven aan Natan en Samidin; de rente bedraagt ƒ 4 —

(vier gulden) per maand; tot zekerheid voor die leening dienen alle velden van Samidin; het risico van den borgtocht is voor den schuldenaar. Omtrent die resteerende f 2 0 0 . - (twee honderd gulden) is overeengekomen, dat wij ze binnen 6 maanden zullen betalen; indien ze niet betaald zijn, zal de borgtocht verkocht worden d.i. het land Gonting benedenstrooms begrensd door (hei land van) Samoeel Siagian, bovenstrooms door dat van Loeter Sormin. Pangamai is Soetan Deson.

De verkooper:

Djaoenang tinggal van Sinaga Hoeta Golat.

De koopers : Samidin. Natan.

Saksi :

Kristian Naimoente van Hoeta Golat.

Kristian Samosir van Siantaloboeng.

Samoeël Siagian van Onankasang.

Kepala-kampoeng : Josia. Radja Soetan Kalimoeda Juda.

59. Verpanding van een sawah. (Karolanden).

Soerat perdjandjian.

Saja Si Relak prempoean, roemah Karo, kampoeng Seberaji pioetangkan saja poenja sawah, nama sawah Lekoek, 3 tempat djadi 9 (sembilan) lembar, benih kira-kira 30 toemba, sama Si Soepan prempoean kampoeng Adji Djahe.

I. Sawah jang dari selatan batasnja sebelah selatan Si Boe-lat

II. jang ditengah-tengah sawah Lekoek, batasnja sebelah oetara Pa Ngendik ,

III. jang dioetara watasnja

Saja pioetangkan itoe djoema sama Si Soepan Adji Djahe, banjaknja ƒ 500.— (lima ratoes roepia). Perdjandjian: Ini tahoen ta' boleh saja teboes tetapi tahoen jang dimoeka dan jang akan datang diatas, saja poenja soeka.

Saksi :

Demikianlah soerat perdjandjian ini.

Saja jang pioetangkan, Relak.

J a n g menoelis, M. G. Soeka.

Seberaja, 12 April 1922.

VERTALING.

Schriftelijke overeenkomst.

Ik de vrouw Si Relak, wonende in Karo, kampong Seberaja, Keet mijn sawah genaamd sawah Lekoek bestaande uit 3 (drie) complexen en 9 stukken ter grootte van ongeveer 30 toembak, in pand aan vrouw Si Soepan uit de kampong Adji Djahe.

I. De grenzen van de Zuidelijkste sawah zijn: in het Zuiden de sawah van Si Boelat

II. De middelste is de sawah Lekoek, waarvan de grenzen zijn: in het Noorden de sawah van Pa Ngendik ...

III De grenzen van de Noordelijkste sawah zijn:

Ik verband die sawah aan Si Soepan uit Adji Djahe voor een bedrag van ƒ 500,— (vijf honderd gulden). De afspraak i s : Dit jaar mag ik niet inlossen, doch in het komende jaar en de jaren daarna kan ik naar eigen believen de sawah inlossen of met.

Aldus luidt deze schriftelijke afspraak.

Ik, die in pand geef,

Saksi-saksi : R e l a k

-Pa Ngendik

Ndoekoer D e schrijver,

Tatang M. G. Soeka.

Sikel

T Seberaia 12 April 1922.

Lemoeng O L U e •' ' 1

60. Verpanding van een sawah. (Karolanden).

Soerat perdjandjian.

Saja Si Relak prempoean, roemah Karo, kampoeng Seberaja, pihoetangkan saja poenja sawah Lekoek 3 tempat djadi 9 lembar, bibit kira-kira toemba kepada Si Soepan prempoean, kampoeng Adji Djahe.

le. Sawah jang dari selatan: Batasnja sebelah selatan: si

Boelat , He. Jang ditengah-tengah : sawah Lekoek batasnja sebelan

oetara: Pa Ngendik

Hie. Jang dioetara, batasnja sebelah oetara:

Saja gadaikan itoe sawah kepada Si Soepan kampoeng Adji Djahe harganja ƒ 500.— (lima ratoes roepiah).

Perdjandjian ini tahoen itoe sawah tida bisa saja teboes tetapi boeat tahoen jang datang dan dibelakang hari saja poenja soeka boeat teboes.

Soeka, den 22-7-1925.

Tanda tangan saja, Relak.

Saksi-saksi : Sawan,

Battal, Gezien :

Djangana. De .Sibajak van Soeka Panimbak.

VERTALING.

Schriftelijke overeenkomst.

Ik, de vrouw Si Relak, wonende in Karo in de kampoeng Seberaja geef mijn sawah, genaamd Lekoek, bestaande uit 3 stuk-ken en 9 stukstuk-ken, groot ongeveer 30 toembak, in pand aan vrouw Si Soepan, uit de kampoeng Adji Djahe.

Ie. De Zuidelijke sawah grenzende ten Zuiden aan den grond van Si Hoelat

2e. De middelste sawah is de sawah Lekoek en grenst ten Noorden aan den grond van Pa Ngendik

3e. De Noordelijke sawah grenst in het Noorden : enz.

Ik verpand die sawahs aan Si Soepan, uit kampoeng Adji Djahe, voor de bedrag van ƒ 500.— (vijf honderd gulden).

De afspraak luidt dat ik dit jaar de sawah nog niet mag in-lossen, maar in het komende en in de daarop volgende jaren staat dit mij naar eigen believen vrij.

Soeka, den 22en Juli 1925.

Handteekening van mij, Relak.

Gezien :

De Sibajak van Soeka, Panimbak.

Saksi-saksi : Sawan, Battal, Djangana.

61. Verpanding van een sawah. (Karolanden).

Salinan.

i- A--,„ ç; l>iVii ras Si Soemboel sebab Fnda soerat perdiandjian bi uam ras 01

t e k a Ï k a n T e l o e g L e n g i ng ga l a r Si Dahi ƒ 72 C ( * £ p o ^ doea roepiah) moelih man Si Dahi sabah, oealoeh boelan nar!

aoea roepia i; Soemboel idje

goen-bantu iteboesi Si Uam, sauau eugg i & „„„in^Vi dari," tapi nina Si Soemboel oetang sabah ƒ 8 4 . - (oealoeh poeloeh

empat roepiah). , i ,-,ri;., hpremoat bagi tersoerat cncU

Enggo îpoetoeskan radja Derempai u. b Singoekoemsa.

Pa Noengsang Pa Radjamantas

Pa Perang Pa Meling Stempel

Pa Palita D jaksa in de Karolanden.

Pau Tjimba, 5 Januari 1910.

De Radja Perempat Pasendi.

VERTALING,

Afschrift.

Dit is de akte van overeenkomst gesloten tusschen Si Dahi en Si Soemboel. Voor het aanleggen van drie vakken sawah be-taalt Si Dahi (aan Si Soemboel) ƒ 7 2 . - (twee en zeventig gulden,, en komen de sawahs terug aan Si Dahi; eerst „ver acht maanden mag Si Dahi tot inlossing overgaan, omdat thans de padi van Si Soemboel nog (op die sawahs) staat. Echter de op de sawahs rustende schuld is, zoo beweert Si Soemboel, groot ƒ 8 4 , - (vier

en tachtig gulden).

Aldus, zooals hier beschreven, is het vonnis door den Radja berempat gewezen.

Pa Noengsang Pa Radjamantas Pa Perang Pa Meling Stempel

Pa Palita Djaksa in de Karolanden.

Lau Tjimba, 5 Januari 1910.

De Radja Berempat Pasendi.

62. Schenking van grond. (Tobalanden).

Salinan ni soerat pardengganan sian boekoe rapot ni hoeria Nainggolan No. 42 ari 2 Sep-tember 1926.

Ahoe Sintoea Eliphas Siringoringo sian hoeta Parboesan negeri Harian, mangalehon tano toe Si Jonas Siringoringo bahen pandjaeanna, i ma tano Boentoe, holang-holang ni hoeta Par-boesan dohot Loemban Plariara. Balokna : di habinsaran i ma A.

Selem, dihascendoetan St. Eliphas dohot Loemban Hariara, di oetara si Jonas, didangsina A. Willem. Noenga hoedjalo soelang-soelang ƒ 50.— (lima poeloe roepia) ; toe dahahang radja Gajoes ƒ 10.— (sampoeloe roepia) dohot toe radja Salomo Siringoringo Radja Pendoea ƒ 10.— (sampoeloe roepia) Poengoe soede na hoe-djalo soelang-soelang i i ma ƒ 70.— (pitoe poeloeh roepia) Toeng soera adong parsalisiannami ndang pangidoonkoe be tano i sian si Jonas, noenga pate tano i.

Na mangalehon tano i dohot na mandjalo soelang-soelang i:

Ahoe Sintoea Eliphas Siringoringo.

Saksi na oembegesa :

(onleesbaar) Kepala negeri van Nainggolan.

A.K. Gajus Siringoringo A. Halihit Siroemahombar A. Baginda Siroemahombar R. II. Salomo Siringoringo

Panoerat E. Sitompoel Pandita Batak.

VERTALING.

Afschrift van een overeenkomst uit het boek van den Kerkeraacl van Nainggolan No. 42 dd. 2 September 1926.

Ik Sintoea (oudste, of ouderling van de kerkelijke gemeente) Eliphas Siringoringo uit de hoeta Parboesan negeri Harian, schenk een stuk grond aan jonas Siringoringo, teneinde hem te chenu tot zijn pandjaean n.1. het land Boentoe, gelegen tusschen <k Hoeta Parboesan en Loemban Hariara. De grenzen zijn: in het Oosten (het land van) Aman Selem, in het Westen n e t l a n d van de Sintoea Eliphas en dat van de Loemban Hariara in het Noor-den dat van Jonas, in het ZuiNoor-den het land van Amani Willem.

Ik heb ontvangen als soelang-soelang ƒ 5 0 . - (yijfüg gulden), voo! mijn ouderen broeder radja Gajoes ƒ 1 0 . - (tien gulden) en voor radja Salomo Siringoringo Radja Pendoea ƒ 1 0 . - (tien gulden) In totaal heb ik aan soelangsoelang ontvangen ƒ 70. -(zeventig gulden). Zelfs al mocht er een geschil tusschen ons ont-L a n dan zal ik dat land toch niet van Si Jonas terugvragen;

het is onvoorwaardelijk zijn inlandsen bezit geworden.

De schenker van het land en degene, die de soelang-soelang in ontvangst heeft genomen ben ik :

De Sintoea Eliphas Siringoringo.

De saksi-saksi die het gehoord hebben De kepala negeri van Nainggolan De kepala koeria : Gajus Siringoringo A. Ilalihit Siroemahombar

\ Baginda Siroemahombar

Radja padoea (paidoewa) : Salomo Siringoringo.

Geschreven door: : E. Sitompoel Pandita Batak.

GAJO-, ALAS- EN BATAKLANDEN.

SCHULDENRECHT.

63. Geldleening met persoonlijke borgstelling. (Karolanden).

(Op Zegel van ƒ 1.50).

Soerat perdjandjian.

Kami tiga orang jang bertanda tangan dibawah ini, bernama 1. Si Karang kampoeng Petjeran, 2. Si Bali kampoeng Laoe Goemba, 3. Si Radjakon kampoeng Brastagi, mengakoe mendja-mini oetang Si Ndjoea kampoeng Petjeran banjaknja ƒ 200.—

(doea ratoes roepiah) kepada Si Lawan (Pa Djendah) Kaban Djahe. Kapan kami jang tiga orang tida sanggoep membajar da-lam tempo lima boelan Si Lawan berkoeasa menagih kami em-pcenja barang sampai tjoekoep wang ƒ 200.— (doea ratoes roe-piah).

le. Si Karang mendjamini banjaknja . . . . ƒ 100.—

2e. Si Balei ,, „ . . . . , , 50.—

3e. Si Radjalon ,, , , . . . . , , 50.—

Djadi jang kami djamini banjaknja . . . f 200.—

Dan kami mengakoe menanggoeng segala ongkos-ongkos apa bila sampei perkara dihadapan hakim.

Demikianlah djandji kami terang dihadapan saksi-saksi.

Tanda tangan jang mendjamini dibawah ini,

Tanda tangan jang mendjamini dibawah ini,

In document INDONESISCHE DORPSAKTEN. w (pagina 102-121)