• No results found

Problemen met betrekking tot de Veiligheidsraad

In document The Responsibility to Prevent (pagina 30-33)

3: Kritiek en problemen met betrekking tot het Responsibility to Protect principe

3.4 Problemen met betrekking tot de Veiligheidsraad

die bestaan omtrent deze gedeelde verantwoordelijkheid zal dit niet altijd uitlopen op het gewenste resultaat.97

Het gebrek aan politieke wil zal ook een grote invloed hebben op de werkzaamheid van de preventie als onderdeel van de R2P. Dit omdat één van de voorwaarden van een goede preventiestrategie politieke wil is. Zonder deze wil zal het erg lastig zijn staten te mobiliseren voor een situatie waarvan men denkt dat er in de toekomst mogelijk sprake zal zijn van één of meerdere van de vier misdaden. Dit probleem zal verder besproken worden in hoofdstuk 4.2.2.3 en 5.1.

3.4 Problemen met betrekking tot de Veiligheidsraad

Met betrekking tot de geschikte autoriteit voor de uitvoering van de R2P is ook niet alles duidelijk. De VR wordt aangewezen als geschikt orgaan maar het is niet duidelijk wat er moet gebeuren als de VR het niet eens wordt. Wat moet er gebeuren als de VR niet in staat is om de R2P toe te passen of dit niet wil?98 Zijn er mogelijkheden om buiten de VR om te werk te gaan? Er worden geen implicaties aangeduid voor een eventueel werkeloos toezien van de internationale gemeenschap. Dit betekent dat er geen consequenties, zoals juridische sancties, zijn voor het niet uitvoeren van een positieve verplichting. Dit maakt de druk om te moeten handelen kleiner wat kan leiden tot werkloos toezien.99

Een punt van kritiek met betrekking tot de VR dat samenhangt met het gebrek aan politieke wil wordt de VR buy in genoemd. De VR buy in is de weigering van de VR leden om de zes criteria voor legitimiteit van het gebruik van geweld door de lidstaten van de VN, zoals bij een militaire interventie, aan te nemen.100 Dit punt is al even ter sprake gekomen in hoofdstuk 1. De VR leden zijn terughoudend ten opzichte van de aanname van de criteria voor de legitimiteit omdat aanname van deze criteria zou kunnen leiden tot daadwerkelijke interventies. Zolang de criteria niet officieel aangenomen zijn moet er per situatie gestemd worden in de VR over een eventuele militaire interventie. Zodra de zes criteria aangenomen zijn, zal dit veranderen. De situatie zal worden getoetst aan de

97 Anne-Marie Slaughter, Security, Solidarity, and Sovereignty: The Grand Themes of UN Reform (2005), pp. 624

98 Wheeler (2005), pp. 9

99 Stahn (2007), pp. 117

31

zes criteria om zo te beslissen of een militaire interventie geoorloofd is. Dit zal betekenen dat de invloed die de leden van de VR hebben op militaire interventies, door middel van hun veto‟s, zal afnemen. Leden van de VR proberen dit tegen te gaan door zich te verzetten tegen de aanname van de zes criteria en dit heeft, tot op heden, het gevolg dat de VR geen duidelijk standpunt kan aannemen met betrekking tot de criteria voor het gebruik van geweld onder de R2P.101 Een verandering dan wel afschaffing van het gebruik van veto‟s is nodig om ervoor te zorgen dat het R2P principe een sterker en effectiever middel wordt.102

Van de twee problemen hierboven kan de eerste ook invloed op de preventie. Omdat preventie een onderdeel van R2P is, is het ook voor de uitvoering van preventie van belang dat er duidelijkheid bestaat over wat de mogelijkheden zouden kunnen zijn als de VR niet in staat is of weigert actie te ondernemen. Zonder deze duidelijkheid zal het moeilijk zijn preventie initiatieven te initiëren. Ook dit probleem zal behandeld worden in hoofdstuk 5.1.

3.5 Deelconclusie

De onduidelijkheid omtrent het principe van de R2P kan voor grote problemen zorgen voor de werkzaamheid van het principe. Zolang niet duidelijk is wat het principe inhoudt en wat het bereik en de grenzen zijn blijft het lastig dit principe met succes toe te passen. Deze onduidelijkheid kan ook gezien worden als een oorzaak voor het gebrek aan politieke wil. Duidelijkheid omtrent het principe is nodig voor een staat om zich er aan te willen binden, de staat wil weten waar het voor „tekent‟. Het gebrek aan politieke wil is wellicht het grootste probleem voor de werkzaamheid en uitvoerbaarheid van de R2P. Zonder de wil zijn het principe en de capaciteit om de R2P toe te passen nutteloos, want iemand moet het willen toepassen. Het gebrek aan capaciteit heeft uiteraard ook invloed op de toepasbaarheid van de R2P. Zolang er niet voldoende diplomatieke, civiele en militaire capaciteit is, kan er niet effectief gereageerd worden op mogelijke conflictsituaties. Deze drie kritiekpunten hangen nauw samen en moeten alle drie aangepakt worden. Voor een correcte en effectieve toepassing van de R2P is het van belang dat er sprake is van een duidelijk afgebakend principe, dat er voldoende

101 McClean (2008), pp. 141

32

capaciteit is om te reageren op een situatie en dat er ook de politieke wil is om dit te doen.

Van de andere kritiekpunten kan de zogenaamde VR buy in het meest verlammend werken en hangt ook weer samen met de politieke wil om iets te doen. VR leden die geen politieke wil hebben om iets te doen zullen wellicht ook niet bereid zijn om de zes criteria van legitimiteit voor het gebruik van geweld door de lidstaten van de VN aan te nemen. De aanname van de zes criteria zal de beslissing om over te gaan tot een militaire interventie makkelijker maken omdat mogelijke veto‟s door de aanname omzeild kunnen worden. Hier hangt ook het kritiekpunt van de meest geschikte autoriteit na de VR mee samen. Als de VR weigert te reageren, of niet in staat is, is het niet duidelijk wat de volgende stap is. Het is niet duidelijk of er mogelijkheden zijn om actie te ondernemen buiten de VR om en welke autoriteit zou kunnen worden aangesproken. Dit zou de werkzaamheid van de R2P kunnen beïnvloeden, of op zijn minst vertragen.

De genoemde kritiekpunten vormen in de ogen van verschillende auteurs knelpunten voor een effectieve toepassing van de R2P en zullen dus aangepakt moeten worden. Uit de kritiek blijkt dat de R2P niet optimaal werkt. Er is te veel onduidelijkheid en er zijn discussies gaande over het concept en het framework van de R2P. Het is van belang te komen tot een eenduidige invulling van het R2P principe. Daarnaast is het van belang dat staten volledig achter het principe van de R2P gaan staan en niet alleen als er nationale belangen op het spel staan. Staten moeten zich binden aan de R2P en de consequenties van deze beslissing aanvaarden door politieke wil te tonen en hun capaciteit ter beschikking te stellen. Bovenstaande blijkt tot op heden onmogelijk door de terughoudende meningen van meerdere VR leden, zoals China en Rusland.

Na de R2P als een geheel onder de loep genomen te hebben, kan de focus in het volgende deel van deze scriptie op het preventieonderdeel worden gelegd. Ook in dit deel worden eerst het concept en het framework van de preventie als onderdeel van de R2P behandeld en daarna kritiek met betrekking tot de preventie.

33

DEEL 2

In document The Responsibility to Prevent (pagina 30-33)