• No results found

Praktische implicaties

In document Met zijn tweeën begrijp je meer (pagina 93-102)

4.4. Wat de leerlingen over de tekstbegripvragen hebben gezegd

5.2.4. Praktische implicaties

Het niveau van het onderwijs in Nederland staat de afgelopen jaren vaak in de aandacht. Met name sinds de invoering van het referentiekader taal en rekenen, zoals deze door Meijerink en anderen (2009) is opgesteld. Het onderwijs schiet te kort luidt de hoofdconclusie, er moeten dringend dingen veranderen. Uit het literatuuronderzoek is gebleken dat coöperatief leren de leerlingen kan helpen: met zijn tweeën leer je meer dan alleen en begrijp je de leerstof beter. Dit sluit aan bij het gedachtegoed van Vygotsky (1978), waarbij leren als een sociale activiteit wordt gezien. Aan de hand van de resultaten van dit scriptieonderzoek kan worden gesteld dat de leerlingen veel verschillende dingen bespreken als zij de interactie rondom het lezen van een tekst met elkaar aangaan. Wat zij bespreken varieert per duo en per niveaugroep, maar dat er wordt gesproken over de teksten staat vast. Door de leerlingen uit te dagen met teksten op niveau 2F van het referentiekader, wat de

93 leerlingen zelf als moeilijk beschouwen, wordt de interactie tussen de tweetallen gestimuleerd. Door de leerlingen daarnaast gespreksvragen als leidraad aan te bieden, wordt de interactie nog meer gestimuleerd en bovendien gestructureerd. Een advies aan de schoolpraktijk is om leerlingen vaker in tweetallen teksten te laten lezen en bespreken. Op deze manier verbeteren zij aan de ene kant hun manier van redeneren met elkaar (Murphy e.a., 2009). Aan de andere kant zijn de leerlingen op deze manier bezig met begrijpend lezen en kunnen ze elkaar helpen om de gelezen teksten nog beter te begrijpen.

94

Literatuur

Beck, I. & McKeown, M. (2001). Text talk: capturing the benefits of read-aloud experiences for young children. The Reading Teacher, 55.

Beck, I. L., McKeown, M.G., Sandora, C., Kucan, L. & Worthy, J. (1996) Questioning the Author: a yearlong classroom implementation to engage students with text. Elementary School Journal, 96, 385 - 414.

Bereiter, C. (2002). Education and mind in the knowledge age. Mahwah: Lawrence Erlbaum Associates.

Berenst, J. (2009). Dialogisch leren: een uitdaging voor gespreksanalytisch onderzoek. In: Backus, A., Keijzer, M., Vedder, I. & Weltens, B. (red.), Artikelen van de Zesde Anéla-conferentie. Delft: Eburon. Bergh, van den H. (2009). Gemiddelden en varianties: Het onderschatte belang van varianties geïllustreerd aan een studie naar het effect van leesstrategieën. Tijdschrift Levende Talen, 10, p. 3-11. Berings, M. (2000). Samenwerkend leren met behulp van de computer. Een exploratief onderzoek naar invloed van feedback van de docent. The J.H.G.I. Giesbers Reports on Education (Universiteit Nijmegen), 18.

Blum-Kulka, S. & Snow, C. (2004). Introduction: the potential of peer talk. Discourse Studies, 6, 291 - 306.

Bölükbaş, F., Keskin, F. & Polat, M. (2011). The effectiveness of cooperative learning on the reading comprehension skills in turkish as a foreign language. The Turkish Online Journal of Educational

Technology, 10, 330 - 335.

Bonset, H. & Braaksma, M. (2008). Het schoolvak Nederlands opnieuw onderzocht. Een inventarisatie van onderzoek van 1997 tot en met 2007. Enschede: SLO.

Boxtel, van, C. (2000). Collaborative concept learning: collaborative learning tasks, student interaction and the learning of physics concepts. Proefschrift Universiteit Utrecht. Enschede: Ipskamp. Buisman, M. e.a. (2012). PIAAC: kernvaardigheden voor werk en leven. Resultaten van de Nederlandse survey 2012. ’s-Hertogenbosch: ECBO.

Byrnes, J. (2001). Cognitive Development and Learning in Instructional Contexts. University of Maryland.

95 Ebbens, S. & Ettekoven, S. (2012). Effectief leren. Basisboek. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Ebbens, S., Ettekoven, S. & Van Rooijen, J. (1997). Samenwerkend leren: praktijkboek. Groningen: Wolters-Noordhoff.

Elsäcker, van. W. (2002). Begrijpend lezen. Een onderzoek naar de invloed van strategiegebruik, leesmotivatie, vrijetijdslezen en andere factoren op het begrijpend lezen van eerste en tweede taalleerders in de middenbouw van het basisonderwijs. Amsterdam: Stichting Lezen.

Gernsbacher, M. A., & Kaschak, M. P. (2013). Text comprehension. In D. Reisberg (Ed.), The Oxford Handbook of Cognitive Psychology (p. 462-474). London: Oxford University Press.

Glopper, van, C. M., Duursma, E. & Lantinga, R. (2012). Expert of medelezer? Effecten op de interactie van twee voorleesstijlen tijdens tutorlezen. In De Glopper, C. M., Van Kruiningen, J. F. & Gosen, M. (red), Gesprekken in het onderwijs. Delft: Eburon.

Glopper, de, C. M. & Hof, M. (2012). Leren in interactie en leren van interactie: Itie van den Berg aan het woord. In De Glopper, C. M., Van Kruiningen, J. F. & Gosen, M. (red), Gesprekken in het onderwijs. Delft: Eburon.

Glopper, de, C. M., & Van den Branden, K. (2012). Talking about text: facilitating students’ reading comprehension through classroom interaction. Projectaanvraag.

Graesser, A. & Forsyth, C. (2013) Discourse Comprehension. In D. Reisberg (Ed.), The Oxford Handbook of Cognitive Psychology (p. 475-483). London: Oxford University Press.

Heisey, N. & Kucan, L. (2010). Introducing science concepts to primary students through read-alouds: interaction and multiple texts make the difference. The Reading Teacher, 63, 666 - 676. Israel, S. & Duffy, G. (2009). Handbook of research on reading comprehension. New York: Routledge.

Johnson, D. & Johnson, R. (1999). Making cooperative learning work. Theory into practive, 38, 67 - 73. Kruiningen, van, J. F. (2010). Onderwijsontwerp als conversatie. Probleemoplossing in interprofessioneel overleg. Dissertatie: Rijksuniversiteit Groningen.

Littleton, K., Mercer, N., Dawes, L, Wegerif, R., Rowe, D. & Sams, C. (2005). Talking and thinking together at Key Stage 1. Early Years: An International Journal of Research and Development, 25, 167 - 182.

96 Meelissen, M. R. M. e.a. (2012). PIRLS- en TIMSS-2011. Trends in leerprestaties in Lezen, Rekenen en Natuuronderwijs. Nijmegen: Radboud Universiteit, Enschede: Universiteit Twente.

Meijerink, H. e.a. (2008) Over de drempels met taal en rekenen. Hoofdrapport van de Expertgroep Doorlopende Leerlijnen Taal en Rekenen. Almelo: Lulof druktechniek.

Mercer, N. (1994). The quality of talk in children’s joint activity at the computer. Journal of Computer Assisted Learning, 10, 24 - 32.

Mercer, N. (1995). The guided construction of knowledge: talk amongst teachers and learners. Clevedon: Multilingual Matters Ltd.

Murphy, K., Wilkinson, I., Soter, A., Hennessey, M. & Alexander, J. (2009). Examining the effects of classroom discussion on students’ comprehension of text: a meta-analysis. Journal of Educational Psychology, 101, 740 - 764.

National Reading Panel. (2000). Teaching children to read: an evidence-based assessment of the scientific research literature on reading and its implications for reading instruction.

Noord, L. & De Glopper, C. M. (2013). Met coole groeten. Didactief, 43(1), 48 - 49. Nystrand, M. (2006). Research on the role of classroom discourse as it affects reading comprehension. Research in the teaching of English, 40, 392 - 412.

OECD. (2012). PISA 2012 Results in Focus. What 15-year-olds know and what they can do with what they know.

Putnam, R. & Burko, H. (2000). What do views of knowledge and thinking have to say about research on teacher learning? Educational Researcher, 29, 4 - 15.

Reichenberg, M. (2008). Making students talk about expository texts. Scandinavian Journal of Educational Research, 52, 17 - 39.

Roelofs, E., Van der Linden, J. & Erkens, G. (2000). Leren in dialoog. Een discussie over samenwerkend leren in onderwijs en opleiding. Groningen: Wolters-Noordhoff.

Rogoff, B. (1998). Apprenticeship in thinking. Cognitive development in social context. Oxford: Oxford University Press.

97 Rosenshine, B. & Meister, C. (1993). Reciprocal teaching: a review of 19 experimental studies. Champaign, Ill.

Scardamalia, M. & Bereiter, C. (1992). Text-based and knowledge-based questioning by children. Cognition and Instruction, 9, 177 - 199.

Sears, D. & Hui-Hua, P. (2012). Effects of cooperative versus individual study on learning and motivation after reward-removal. The journal of experimental education, 80, 246 - 262.

Spörer, N., Brunstein, J. & Kieschke, U. (2009). Improving students’ reading comprehension skills: effects of strategy instruction and reciprocal teaching. Learning and Instruction, 19, 272 - 286.

Vass, E. & Littleton, K. (2010). Peer collaboration and learning in the classroom. In Littleton, K., Wood, C. & Kleine Staarman, J. (red.) International Handbook of Psychology in Education. Bingley: Emerald Group Publishing Limited.

Vaughn, S., Klingner, J. K., Swanson, E. A., Boardman, A.G., Roberts, G., Mohammed, S. S., & Stillman-Spisak, S. J. (2011). Efficacy of collaborative strategic reading with middle school students. American Educational Research Journal, 48(4), 938-964.

Vygotsky, L. (1978). Mind in society. The development of higher psychological processes. Harvard University Press.

98

Overzicht van figuren en tabellen

Figuren

1. Een overzicht van de mate waarin de categorie ‘vragen naar de betekenis van moeilijke/onbekende woorden’ is besproken door de verschillende niveaugroepen

2. Een overzicht van de mate waarin de categorie ‘het bepalen van de volgorde van de te lezen teksten’ is besproken door de verschillende niveaugroepen

3. Een overzicht van de mate waarin de categorie ‘het geven van de betekenis van moeilijke/onbekende woorden’ is besproken door de verschillende niveaugroepen 4. Een overzicht van de mate waarin de categorie ‘ingaan op de opbouw van de tekst’ is

besproken door de verschillende niveaugroepen

5. Een overzicht van de mate waarin de categorie ‘reflecteren op de inhoud van het verhaal’ is besproken door de verschillende niveaugroepen

6. Een overzicht van de mate waarin de categorie ‘reflecteren op de inhoud van het verhaal’ is besproken door de verschillende niveaugroepen

7. Een overzicht van de mate waarin de categorie ‘bespreken of het verhaal echt zou kunnen zijn gebeurd’ is besproken door de verschillende niveaugroepen

8. Een overzicht van de verschillen in de uitingen tussen de leerlingen uit de verschillende duo’s

9. Een overzicht van het gemiddeld aantal woorden dat de leerlingen gebruiken bij de tekstbegripvragen die zij op eigen initiatief hebben besproken

10.Een overzicht van de gemiddelde scores van de leerlingen die geen overleg hebben gehad over de vraag en van de leerlingen die op eigen initiatief overleg hebben gehad over de betreffende tekstbegripvraag.

Tabellen

1. Een overzicht van de verdeling van de participanten over de verschillende niveaugroepen 2. Een overzicht van de verdeling van de participanten over de niveaugroepen en de

experimentele condities

3. Voorbeelden van foute, halfgoede en correcte antwoorden op de tekstbegripvragen

4. Een overzicht van de categorieën zoals deze naar voren zijn gekomen uit de gesprekken van de leerlingen die een duo vormden

5. De scores van de leerlingen op de tekstbegripvragen

6. Een overzicht van de gemiddelde scores van de verschillende niveaugroepen op de tekstbegripvraag ‘Wat betekent het woord ontboezeming in het begin van de tekst?’ 7. Een overzicht van de gemiddelde scores van de verschillende niveaugroepen op de

tekstbegripvraag ‘Wat betekent het woord verbluft in de zin ‘de klas keek verbluft naar Jeroen’?’

8. Een overzicht van de gemiddelde scores van de verschillende niveaugroepen op de tekstbegripvraag ‘Hoe is de schrijver aan zijn informatie gekomen?’

9. Een overzicht van de gemiddelde scores van de verschillende niveaugroepen op de tekstbegripvraag ‘Hoe weet je dat?’

99 11. Een overzicht van het gemiddeld aantal woorden dat per categorie is gebruikt

12. Totaal van het gemiddeld aantal woorden per categorie verdeeld over de verschillende gespreksfasen

13. Een overzicht in hoeverre de tekstbegripvragen door de duo’s zijn besproken

14. Een overzicht in hoeverre de tekstbegripvragen door de duo’s zijn besproken in het aantal woorden dat er aan is besteed

100

Bijlagen

101

In document Met zijn tweeën begrijp je meer (pagina 93-102)