• No results found

1. Literatuurstudie

4.6 Omgaan met ethiek

4.6.1 De ethische code

Er werd bij de participanten bevraagd of ze al gehoord hebben van de ethische code voor de sector gezondheidsbevordering. Ook hier waren de antwoorden verschillend. Een aantal participanten kenden de ethische code goed. Hierbij gaven een aantal participanten aan dat ze deelgenomen hadden aan de voorbereide vergaderingen rond de ethische code. Een ander deel van de participanten gaven aan dat ze al van de ethische code gehoord hadden maar kennen de concrete inhoud van het document niet uit het hoofd.

“Ja ik ken deze, ik heb daaraan meegewerkt.” (interview 3)

“Wil je wat meer toelichting geven want ja, die ethische code dat was de ethische code die ziekenfondsen hebben ondertekend en verschillende zaken hebben afgesproken? Maar ik ken niet heel die ethische code want dat dateert van vorig jaar dus ik ken dat niet allemaal vanbuiten.” (interview 7)

Aan de ethisch code zijn ook een aantal werkinstrumenten gekoppeld. Medewerkers uit het gebied gezondheidsbevordering kunnen beroep doen één op één advies of een

46 ethische adviescommissie. Alle participanten gaven aan dat ze daar nog nooit beroep op hebben gedaan.

“Onderzoeker: En u heeft u als een beroep gedaan op een ethische commissie of een ander instrument?

Participant: Neen, momenteel nog niet.” (interview 3)

Toen een participant aangaf dat ze voor een ethisch conflict stonden werd hierover wel intern vergaderd met de sociale dienst. Mogelijks willen preventiewerkers wanneer ze een ethisch probleem hebben dit eerst intern bekijken vooraleer ze beroep doen op externe ethische adviezen. Het betreffende ethisch conflict hield in dat ze een aanvraag hadden ontvangen om yoga te organiseren specifiek voor Syrische vrouwen omwille van hun religie en hun hoofddoek.

“(…) ik heb wel al voor ethische conflicten gestaan en ik heb daar wel met de sociale dienst moeten over spreken dus wij bieden bijvoorbeeld een yoga aan voor vrouwen maar de dag van vandaag zijn er veel buitenlanders, die vrouwen willen niet, allee er werd hier eens een aanvraag gedaan om een yoga te doen voor Syrische vrouwen, maar die vrouwen willen niet in aanraking komen met andere vrouwen. Is dat ethisch verantwoord om op die flyer te zeggen, enkel voor Syrische vrouwen? Dat kunnen wij niet doen. Wij hebben hier met een paar mensen voor moeten samen zitten. (interview 1)

Eén participant gaf specifiek aan dat ze de ethische code gebruikt bij de ontwikkeling van campagnes of bij het staven van haar mening waarom ze een actie ethisch niet correct vindt. Diezelfde participant deelde later in het interview mee dat ze ook andere sites raadpleegt afhankelijk van het thema waar de campagne over gaat. Als het bijvoorbeeld gaat over een actie rond gezonde voeding, gaf de participant aan dat ze de site van eetexpert raadpleegt waar documenten staan rond communicatie over overgewicht zonder te stigmatiseren of te culpabiliseren.

47

“Ja ja. Ik ben daar van de op de hoogte en ik gebruik dat ook regelmatig om mijn standpunt, als ik iets intern of extern niet ethisch vind om dat te staven van ‘kijk ik vind dit materiaal niet geschikt onder de juiste ethische codes van gezondheidsbevordering’. dus ik gebruik die eigenlijk wel heel veel, dat is een belangrijke.” (interview 6)

“Maar bijvoorbeeld als het gaat over voeding dan bekijk ik eetexpert. Die hebben enorm uitgebreide informatie over hoe je communiceert over overgewicht bijvoorbeeld. Dus die heb ik deze week nog eens heel uitvoerig bekeken. Dan op de site van Gezond Leven staat ook wel een beetje informatie, die gebruik ik ook. En natuurlijk de ethische code. Dus het is weer te zien welk onderwerp het is om te zien waar ik die expertise kan halen.” (interview 6)

4.6.2 Stigma voorkomen

In de bovenstaande beschrijving van de resultaten zijn reeds meerdere ethische pijnpunten en vraagstukken indirect aan bod gekomen. In deze studie werd er ook expliciet aan de participanten gevraagd wat ze doen om stigmatisering binnen hun campagnes te voorkomen. Hier werden uiteenlopende antwoorden op gegeven. Zoals eerder vermeld is er één participant die expliciet aangaf dat zij beroep doet op de ethische code en andere literatuur. De andere participanten gebruiken geen ethische werkinstrumenten. Een aantal participanten gaven aan dat ze afgaan op hun buikgevoel om stigmatisering te voorkomen.

“Goh dat is een beetje ons eigen buikgevoel. Ja natuurlijk, we letten daar op. Je voelt ook wel meer en meer dat je ook voorzichtig moet zijn. Dus ja, in die zin, ons voorzichtigheid, allee, we zijn zeker ons bewust van dat we daar echt wel voorzichtig moeten mee zijn.” (interview 5)

Andere participanten gaven aan dat ze de doelgroep zo veel mogelijk betrekken. Ze vragen de input van de doelgroep, gaan materialen soms ook gaan pretesten bij de

48 doelgroep en vragen vervolgens feedback over wat ze ervan vinden. Op basis van de verkregen feedback worden de materialen dan verder aangepast.

“Vandaar ook dat we de input zo belangrijk vinden van de organisaties en de verenigingen als we iets uitwerken en dat we ook de testen doen. Dus als we iets, een nieuwe infosessie voor de eerste keer gaan testen dan ga ik meestal ook gaan kijken om te zien van hoe bevalt het? Kan het anders? En dan luister ik ook naar de evaluatie achteraf van wat wensen zij nog extra?” (interview 4)

Eén participant bracht aan dat zij als mutualiteit onlangs hadden deelgenomen aan een inleefcampagne rond armoede. Het doel van deze inleefcampagne was om werknemers bewust te maken van wat armoede inhoudt. Deze inleefcampagne hield in dat medewerkers met een hogere SES een bepaalde periode moeten leven met een beperkt budget. Met dit beperkt budget moeten ze dan naar winkel gaan, rekeningen betalen, etc. Er zijn ook opdrachten aan deze campagne verbonden die deelnemers moeten uitvoeren. Na de inleefcampagne volgde een reflectie in groep. Een dergelijke ervaring zou kunnen leiden tot nieuwe inzichten. Mensen kunnen mogelijks een andere, bredere kijk op armoede krijgen wat vooroordelen rond armoede kan verkleinen of wegnemen.

“Wij hebben zonet een inleefcampagne gedaan voor onze medewerkers in het kader van een actie van welzijnszorg, die eigenlijk een inleefweek organiseren voor het personeel om dus, laten we zeggen, om een week rond te komen met 60 euro per week. En je krijgt elke dag een opdracht. Ondertussen moet je zelf uw inkopen doen, wat rekeningen betalen, activiteiten, wat gaan we doen vandaag: de verwarming aanzetten of niet? Het zat tamelijk goed in elkaar hoor. Goed opgevat en dan was er een nabespreking, dat was gisteren. Op die manier krijg je wel een beetje een andere kijk.” (interview 2)

49