• No results found

Het organiseren van zelforganisatie door middel van een bewonersbedrijf ging niet zonder slag of stoot. Er kwamen een aantal problemen aan het licht tijdens de opstartfase. Die hadden enerzijds te maken met de overname van het Bruishuis, dus met de overdracht van Volkshuisvesting naar het BBM. Anderzijds ontstonden er problemen met de gemeente over onder andere geld, maar ook over de samenwerking. De gemeente die in beleidsnota’s spreekt over het aannemen van een faciliterende rol blijkt hiermee in de praktijk moeite te hebben. Binnen het Bruishuis bestaat er verschil van inzicht tussen het BBM en huurders, waardoor het bruisen van het Bruishuis vermindert.

35

4.7.1 Opstartproblemen

In de opstartfase bestond er scepsis binnen de organisatie van Volkshuisvesting. De directeur en de projectleider waren enthousiast, maar lager in de organisatie was er veel scepsis en heerste bijna de hoop dat de bewoners het niet zouden redden. Dit valt volgens de projectleider te verklaren doordat veel werknemers van Volkshuisvesting veel tijd en energie hebben gestoken in het opstarten van het Bruishuis en het nu moeten loslaten. Het blijkt lastig een project wat succesvol is opgestart vervolgens over te dragen aan bewoners. Het ‘liefdevol loslaten’ had nogal wat voeten in de aarde.

Het tweede probleem was onduidelijkheid over de financiën. Nadat de intentieverklaring was getekend tussen Volkshuisvesting en het BBM, moest het financiële plaatje duidelijk worden. In eerste instantie was Volkshuisvesting niet in staat de juiste, volledige cijfers aan te leveren. Het heeft een aantal

maanden gekost voordat alle cijfers waren getraceerd en goedgekeurd door de boekhouder van de Raad van Advies van het BBM.

In het transitiejaar stapelden de problemen zich op. Er kwamen steeds meer verplichtingen aan het licht. Die varieerden van IB60 formulieren voor huurders tot privacy beperkingen voor de mensen in de pauzewoningen, de huismeester, de exploitatie, de catering en de contracten. Zelfs de nieuw in te voeren warmtewet was lastig (Klein Nienhuis 2013). Het LSA en de beoordelingscommissie hadden moeite objectief te blijven kijken naar de situatie in Malburgen. De pers was ietwat op de zaken vooruit gelopen en berichtte dat de overname al rond was en het BBM van start was gegaan. In de Volkskrant werd op 13 juni bericht: “Als Bewonersbedrijf runnen ze vanaf vandaag het negen verdiepingen

tellende Bruishuis, een voormalige verzorgingsflat.” In ditzelfde artikel stond dat het LSA al een

startkapitaal had verstrekt (de Volkskrant 13 juni 2013). Dit was nog niet het geval. De datum 1 januari 2014 vond het BBM eigenlijk te laat, ze wilden die datum naar voren halen, maar Volkshuisvesting was onvermurwbaar. Uiteindelijk werd het transitiejaar positief afgesloten en is per 1 januari 2014 het BBM een feit en zijn ze verantwoordelijk voor het beheer en de exploitatie van het Bruishuis. Het BBM huurt het huis van Volkshuisvesting en die laatste is daarom ook nog verantwoordelijk voor het casco en groot onderhoud. Alle andere zaken die komen kijken bij het runnen van het Bruishuis valt onder de

verantwoordelijkheid van het BBM.

4.7.2 Geruzie over Vogelaargeld

De grote irritatie van Klein Nienhuis, wat uiteindelijk geleid heeft tot het oprichten van het BBM had betrekking op de situatie die ontstond toen Malburgen een Vogelaarwijk werd. Hij had kritiek op de manier waarop ‘mensen in pakken de wijk binnenkomen om er geld te verdienen’. De irritatie was zo groot, omdat er in 2012 vanuit het wijkplatform, nog voordat er sprake was van het BBM al een brief (Malburgen 4.0 2012) naar de gemeente Arnhem geschreven was naar aanleiding van de notitie Deetman ‘doorzetten en loslaten’. Daarin werd aangegeven dat bewoners graag met de ideeën uit die notitie aan de slag wilden en er werden een aantal voorstellen gedaan. Om de toon van de brief

duidelijk te maken is hieronder de eerste alinea weergeven: ‘De bewoners van het wijkplatform willen u

met deze notitie, in de lijn van landelijke en gemeentelijke ontwikkelingen om bewoners meer verantwoordelijkheden te geven, mededelen dat Malburgen de handschoen oppakt.

36

Het gaat namelijk om onze eigen woon- en leefomgeving. Onze samenleving kan alleen draaien op de inzet van de burgers en hun wil verantwoordelijkheid te nemen voor hun leefomgeving. Dat is het actieve burgerschap waar de overheid heeft toegezegd steun aan te geven (Malburgen 4.0 2012).’ Er werd

gevraagd om het resterende Vogelaargeld in beheer te mogen krijgen, dat wil zeggen het

programmageld en het bewonersgeld. Hier zijn een aantal doelstellingen aan gekoppeld. Maar op deze brief is nooit gereageerd door de gemeente. De zakelijk leider geeft aan dat er weerstand was vanuit de gemeente: ‘Je bent recalcitrant en wordt tegengewerkt en wat je eigenlijk vraagt is: er gaan miljoenen

euro’s Malburgen in elk jaar, geef ons 500.000 euro en daarmee gaan wij zelf iets doen. Dan zijn we goedkoper dan de gemeente die 5 ton zou uitgeeft. Die brief is van 2012 en er is nooit iets mee gedaan. We worden voor gek verklaard. Reactie is dat PvdA zegt: wie denk je wel niet dat je bent als

wijkplatform, terwijl wij per lid van het wijkplatform meer mensen representeren dan de raadsleden. Bewoners hebben goed door wat er speelt, ze kunnen wel zeuren maar ze wonen hier ook.’

Vanuit het BBM is er ook kritiek op het besteden van het Vogelaargeld. De zakelijk leider geeft aan: ‘We

hebben hier nog steeds vogelaar geld als enige wijk in Nederland, we zijn zuinig. Er is nog 140.000 euro over. Dat gezamenlijk moet worden uitgegeven, dat is vastgelegd in een document. Maar bewonersgeld moet door bewoners worden uitgegeven. Maar door een foutje is dat geld bij de gemeente op de rekening gestort en dus bepaald de gemeente wat er gebeurd.’

Vanuit het wijkplatform klinkt juist kritiek over de manier waarop bewoners het geld kunnen besteden. Twee bewoners uit Malburgen West vonden dat een klein groepje onder leiding van de huidig zakelijk leider, toen nog bewonersondersteuner, de boel naar hun hand probeerde te zetten. ‘Twee actieve bewoners uit Malburgen-West zijn het zat dat een klein groepje mensen bepaalt wat er in Malburgen gebeurt, onder leiding van de zogenoemde bewonersondersteuner Walter Klein Nienhuis. ‘In feite is deze ZZP'er de directeur van de wijk’ (de Gelderlander 2013). Normaal gesproken hadden wijkplatforms een klein budget om lokale kleine initiatieven te kunnen opzetten of ondersteunen. Plotseling beschikt een kleine groep mensen over een groot bedrag. Malburgen had vier jaar de tijd om 3 miljoen euro uit te geven. De gemeente heeft hier sterk de hand in gehad, doordat het geld daar op de rekening stond en staat. Er zou nog geld over moeten zijn, maar het lijkt niet duidelijk waar de laatste 140.000 euro is gebleven. De zakelijk leider gaat ervan uit dat het geld niet meer boven water zal komen, maar wil er wel achter komen waar het gebleven is.

4.7.3 Relatie met de gemeente

De zakelijk leider denkt dat de intentie van de gemeente met de wijk anders is dan die van het BBM. Er bestaat een spanningsveld tussen de doelstellingen: ‘Wil je de wijk ontwikkelen? Wil je iets voor de wijk

doen, wil je iets doen voor de kindjes in deze wijk? Wil je iets doen waarvan wij denken dat het goed is, wij hebben niet het gevoel dat de gemeente dat kan. Bij mensen op dat niveau speelt iedereen elkaar de bal toe en daar gaat het niet meer over wat er in de wijk aan de gang is, maar het gaat erom hoeveel mensen ze aan een baan kunnen houden bij welzijnsorganisaties en zo. Het geld gaat nooit rechtstreeks de wijk in, maar gaat naar welzijn en maatschappelijk werk, maar echt in de wijk komt het niet terecht.’

37 Niet alleen het Vogelaar geld wekte irritatie bij verschillende partijen, maar ook de manier waarop de gemeente probeert de participatie in de wijk te bevorderen. Er is een systeem geïntroduceerd waarbij van burgers verwacht wordt dat ze de eigen prullenbakken legen. De prullenbakken zijn weggehaald en als bewoners te kennen geven dat ze zelf de bakken leeghalen, worden ze weer teruggeplaatst. De wijkregisseur is hier lovend over. Ze geeft aan dat: ‘een aantal bewoners uit het Duifje, Immerloo,

Malburgen West en ook hier hebben prullenbakken geadopteerd. Die gingen weg door bezuinigingen, en die hebben een roulatiesysteem om de prullenbakken leeg te maken, dat is perfect.’

De zakelijk leider van het BBM ziet dit heel anders: ‘Een systeem dat is overgewaaid vanuit Amerika is

hier geïntroduceerd. Prullenbakken zijn weggehaald en worden alleen teruggeplaatst als mensen ze zelf leeghalen. Volgende stap is dat je openbare parken overlaat aan bewoners. In de Betuwe is een proef waarbij je de straatverlichting uitdoet en die moet je terugkopen. Dat is in Amerika aan de orde van de dag. Parken worden niet meer onderhouden, hekken eromheen, dat is Amerika en dat is waar we hier naartoe gaan. Dus uit die boosheid en onbegrip dat je op die manier met bewoners omgaat had ik zoiets van wij moeten iets.’

Er zijn verschillen in inzichten over dezelfde problematiek en door het gebrek aan communicatie tussen het BBM en de wijkregisseur verslechterd de relatie tussen het bewonersbedrijf en de gemeente. Maar over de heersende problematiek in de wijk zijn de zakelijk leider en de wijkregisseur het eens. De

mensen hebben afgeleerd om zelf verantwoordelijkheid te nemen. De zakelijk leider ondervindt dit in de dagelijkse praktijk van het runnen van het Bruishuis en de wijkregisseur ziet dit probleem in het feit dat bewoners geen prullenbak willen legen. ‘Ik weet ook dat een aantal bewoners gezegd hebben, ja kom op

gemeente, nou doe je het niet en nu verwacht je het van ons, wij doen het niet, jullie moeten het maar regelen. Maar de straat, de omgeving dat ben je zelf. Ik snap wel als het heel erg verloederd en je hebt daar geen invloed op, dan is dat lastig. Maar als je ergens woont heb je ook de verantwoordelijkheid en dat is in het verleden toch wel behoorlijk uit elkaar gelopen. Dat is moeilijk, alles werd voor je geregeld, maar dat kan niet meer.’

De zakelijk leider ziet dit gedrag onder huurders in het Bruishuis, maar ook ziet hij dit terug in de gehele wijk. ‘Stop met pamperen. Als ik een bedrijf wil beginnen moet ik een goed plan hebben. Als ik daar geen

geld voor heb moet ik naar de bank, als die dat niet wil moet je dus dat bedrijf beginnen zonder geld van de bank, of niet het bedrijf beginnen. Hier worden mensen in het zadel geholpen, zoals Omar en RTV Arnhem, die vallen om als wij de regeling die ze getroffen hadden met volkshuisvesting stoppen. Die hebben in 5 jaar tijd niet nagedacht over hoe ze op eigen benen zouden kunnen komen te staan. Het is een wijk waar veel allochtonen zitten. Niemand denkt erover na hoe ga ik het zelf doen, want het wordt toch wel geregeld en dan ben je met heel weinig tevreden. Allemaal hebben ze genoeg geld om een auto te rijden om hun sigaretje te roken en allemaal hebben ze een Apple of weet ik veel wat en dat draait allemaal.’

De problematiek is duidelijk, de weg naar een oplossing niet. Het BBM wil het op eigen kracht doen en de gemeente heeft een wijkactieplan nieuwe stijl uitgerold over de hele stad Arnhem om de weinige middelen die ze nog hebben, daar te besteden waar nodig (gemeente Arnhem 2013).

38 Het op eigen kracht doen betekent financieel onafhankelijk zijn van de gemeente, maar niet de

gemeente overal buitenlaten. Het BBM wil graag een gelijkwaardige partner worden van de gemeente. De wijkregisseur ziet het BBM wel als partner: ‘Het hoeft elkaar niet te bijten. We hebben

bewonersoverleg liefst vanuit alle wijkdelen en allerlei pluimage en het bewonersbedrijf is een

organisatie die mee kan doen in het overleg, net zoals SWOA(Stichting Welzijn Ouderen Arnhem) dat ook kan. Het bewonersoverleg kan gevraagd en ongevraagd advies geven aan de gemeente, maar het bewonersbedrijf is een organisatie die projecten wil gaan draaien in de buurt en zij zijn partner daarin, net zoals SWOA of anderen. Dus in die zin is het prima, het kan ook aanvullend zijn op elkaar.’

De wijkregisseur ziet het BBM niet als een nieuwe vorm van bewonersparticipatie of zelforganisatie. Ze scheert ze over één kam met vrijwilligersorganisaties en welzijnsorganisaties. Het BBM beoogt meer te zijn dan dat, het wil buiten de overheid om kunnen opereren indien nodig. Als er aanbestedingen worden gedaan in de wijk wil het BBM daar ook op kunnen inschrijven als onafhankelijke partij.

4.7.4 Verschil van inzicht met huurders

Het BBM heeft te maken met de erfenis van Volkshuisvesting. De huurders die de

woningbouwcorporatie heeft aangetrokken zitten er nog. Op de eerste twee verdiepingen zitten ondernemers die niet tevreden zijn over de overgang van Volkshuisvesting naar het bewonersbedrijf. Omar gym is er daar één van. Omar gym is een kickboksschool en zich richt op jongeren uit de wijk. Het is geen ondernemer, maar een stichting. De vroegere keuken is door Volkshuisvesting omgebouwd tot sportzaal en daar verzorgd Omar Ahbouk kickbokslessen aan voornamelijk jeugd, maar ook aan vrouwen en senioren. Het gaat Ahbouk niet alleen om de sport, maar hij ziet sport als een manier om de

kinderen, maar ook de ouders te betrekken bij het leven van een kind in een achterstandswijk. Omar is zeer teleurgesteld in het BBM. De relatie tussen hem en het BBM is koel. De gemeenschapsruimte die Omar gebruikte voor thema middagen met ouders en kinderen wordt nu omgebouwd tot restaurant, dat geëxploiteerd gaat worden door Philadelphia. Hiermee ziet Omar zijn gratis zaal verdwijnen en daarmee zijn extra activiteiten buiten het sporten om. Hierover is hij verbolgen: ‘Idee was Bruishuis is

voor iedereen, misschien is dat nog steeds zo maar in de praktijk gaat het anders. Ik heb er heel veel last van, want ik zit op de begane grond. Ik ben zwaar teleurgesteld. Ze willen graag iets voor bewoners doen, maar ik zie het heel anders in de praktijk. Voor mij, we hadden een ruimte hier voor onze jongeren en hun ouders. Voor heel veel activiteiten kon Omar gym die ruimte gewoon gebruiken. Nu is die ruimte verhuurd, ze hebben ons een vervangende ruimte aangeboden op de negende verdieping, maar ja. Dus heel veel maatschappelijke doelen die wij hier nastreven in het Bruishuis kunnen we niet meer doen .’

De zakelijk leider van het BBM kijkt er heel anders tegen aan. Hij vind dat Omar vijf jaar lang de tijd heeft gehad om erover na te denken hoe hij op eigen benen zou kunnen staan. Omar gym werd gesubsidieerd door onder andere Volkshuisvesting, nu heeft het BBM dat overgenomen, maar als het huidige contract afloopt, gaat daar verandering in komen: ‘Je creëert hulpbehoevende mensen. Hulpverlenend Nederland

moet eens in de spiegel kijken, je krijgt dat soort mensen, een hele wijk vol. We hebben er jarenlang geld aan verdiend en nu is het crisis en kan het ineens niet meer en dan moet ik ze gaan huisvesten?

39

1 januari heeft Omar een probleem, 5 jaar lang heb je de kans gehad om wat te doen en je rijdt in een dikke Audi A6, ik kijk er met droge ogen naar. En ik zie de onmacht bij gemeentes, die willen er wel wat aan doen maar die weten niet hoe.’

Toch hebben beide mannen hetzelfde voor ogen. De wijk verbeteren, jongeren kansen bieden, samen wat opbouwen. Maar de visies zijn anders en over de weg ernaar toe wordt gediscussieerd. Omar vind het vervelend dat de openbare toiletten in het gebouw om 5 uur op slot gaan, want de vele kinderen gingen daar ook vaak naar het toilet. Klein Nienhuis is tevreden met de rust en blij dat de overlast verdwenen is van kinderen die er een smeerboel van maakten. Omar betreurd het verlies van de gemeenschappelijke ruimte, terwijl Klein Nienhuis blij is met Philadelphia als nieuwe huurder. Deze problemen worden veelal veroorzaakt doordat het BBM een bedrijf is wat moet letten op inkomsten en uitgaven en winst wil gaan draaien, zodat ze projecten op kunnen starten die bewoners noodzakelijk achten. Om dit te kunnen doen moet het Bruishuis geld opleveren en dat is de eerste prioriteit op dit moment van het BBM. De organisatie moet als een huis staan in de zwarte cijfers en dan kan er worden opgebouwd. Voor Omar komt dit neer op het deels afbreken van wat hij had opgebouwd onder

Volkshuisvesting. Deze strubbelingen met huurders doet wel afbreuk aan het bruisen van het Bruishuis. Door de verbouwingen komen er minder bezoekers naar het Bruishuis.