• No results found

Margot Hilvers-Vos en Alices veranderende rol

H OOFDSTUK 3 ‘D E BAAS EN ZIJN ASSISTENTE ?’

3.1. Het Querido-archief nader bekeken

3.2.1. Margot Hilvers-Vos en Alices veranderende rol

Een interessante briefwisseling is die tussen de uitgeverij en Margot Hilvers-Vos.73 Van de periode

van 1923 tot 1947 zijn aan haar geadresseerde doorslagen en brieven in het archief aanwezig, van haar kant zijn er slechts twee brieven bewaard gebleven. Toch biedt het materiaal voldoende informatie over de relatie tussen de uitgeverij en de auteur en geeft het tevens een kijkje in de rol en activiteiten van Alice. Uit deze briefwisseling wordt duidelijk dat Alice in het geval van Hilvers-Vos op bijna alle door Nijsen genoemde gebieden een rol speelde.

De eerste drie brieven naar Margot Hilvers-Vos zijn alleen door Emanuel ondertekend, hierin geeft hij aan interesse te hebben in het uitgeven van haar manuscript. Emanuel is actief bezig met acquisitie, een redactionele taak. Vanaf 1923, dus ongeveer acht jaar na haar aantreden, ondertekent Alice de brieven mee. In deze gezamenlijk getekende brieven worden onder andere redactionele zaken, maar ook zaken met betrekking tot opmaak (productie) en honoraria (administratie) besproken. Alice lijkt in deze werkzaamheden op gelijke voet te staan met Emanuel.

In 1925 is Alices eerste persoonlijke brief aan Hilvers-Vos zonder ondertekening van Emanuel een feit. Alice bouwt al snel een persoonlijke band met haar op en blijft gedurende de hele uitgeversrelatie regelmatig met haar corresponderen over zowel werk- als privézaken. De vriendschap tussen Hilvers-Vos en Alice komt in datzelfde jaar echt van de grond, er worden in elke brief meer privévragen gesteld en Alice refereert meerdere malen aan eerdere ‘gezellige brieven’. Opvallend detail is dat Emanuel die zomer aangeeft dat hij graag persoonlijk met Hilvers-Vos zou kennismaken. Alice zal hierbij aanwezig zijn, zo blijkt uit latere briefwisselingen.

In oktober 1925 volgt weer een persoonlijke brief van Alice: ‘Gelukkig, dat nu alle deftigheid opzij gezet is, en we elkaar niet meer van zoo’n hoog zadel hoeven te begroeten’.74 Er

wordt meerdere keren over auteursbezoeken gesproken, bezoeken waarbij Alice vaker wel dan niet aanwezig is. Ze lijkt zich actief te hebben bemoeid met Hilvers-Vos en haar boeken, haar redactionele inbreng lijkt op dat moment een feit. Emanuel blijft eindverantwoordelijk voor de

72 Emanuel Querido aan Carel Scharten, 4 december 1919. Den Haag, Letterkundig Museum. Q 00064 B 1.

73 Margot Hilvers-Vos (1891-1985) was een socialistisch dichteres. In 1923 debuteerde ze bij uitgeverij Querido met De nieuwe lent.

directie en administratie, wat blijkt uit de onenigheden die hij met Hilvers-Vos heeft over geldkwesties. Calculeren is een taak die op dat moment volledig aan Emanuel is voorbehouden, en hij heeft het laatste woord bij geldzaken.

Emanuel Querido en Margot Hilvers-Vos waren het geregeld niet met elkaar eens over honoraria, hierbij liepen de emoties hoog op. Uit de correspondentie blijkt dat de schrijfster contacten onderhield met andere uitgevers die haar hogere vergoedingen boden. Dit schoot Emanuel in het verkeerde keelgat. De driftige brieven die hij als respons stuurt, zijn enkel door hem ondertekend. Meestal – het is niet duidelijk in hoeverre dit toeval of opzet is – volgt op een dergelijke boze brief een persoonlijke brief van Alice waarbij ze niet ingaat op geldkwesties. Emanuel bleek een nogal driftig karakter te hebben en uit de correspondentie waarin zowel hij als Alice deelnemen, lijkt zij de ‘lijm’ te zijn die Hilvers-Vos bij de uitgeverij houdt.

In de communicatie lijkt Alice steeds de persoonlijke zaken met Hilvers-Vos te bespreken, terwijl Emanuel de zakelijke dingen afhandelt. Geleidelijk komt hier verandering in en doet Alice ook zakelijke uitspraken, weliswaar onder de ‘wij’-noemer:

Och we vinden ze [de tekeningen, S.B.] wel aardig, maar toch niets bijzonders. Een beetje afgezaagd. […] Bovendien is het voor ons fonds ongeschikt, omdat wy geen kinderboeken uitgeven.75

De toon in haar brieven lijkt nauwelijks nog op die van een assistente die door haar leidinggevende een brief krijgt gedicteerd: uit de beschikbare brieven wordt duidelijk hoe anders Emanuels manier van communiceren is. Onderstaand citaat uit Alices brief past bijvoorbeeld niet in de dramatische manier van communiceren die Emanuel vaker aanwendde:

Onze vraag was bedoeld: Als je voldoende verzen bijeengezameld hebt, om een bundel samen te stellen, dan zouden wy dien bundel graag het voorjaar geven. Maar je hebt gelyk wanneer je zegt dat je niet met een mager bundeltje wilt komen, doch wachten tot je meer byeen hebt. […] wy vinden het natuurlijk ook veel beter als je zoo goed mogelyk voor den dag komt, dat weet je wel.76

75 Alice van Nahuys aan Margot Vos, 13 juli 1927. Den Haag, Letterkundig Museum. V 08503 P (Doss. ‘Querido’). 76 Alice van Nahuys aan Margot Vos, 16 november 1927. Den Haag, Letterkundig Museum. V 08503 P (Doss. ‘Querido’).

Alice blijft in haar brieven wel steeds naar Emanuel verwijzen als ‘de baas’, die gezagsverhouding is duidelijk aanwezig.

Hoewel ze zeker ook als assistent bij de uitgeverij werkzaam was, illustreert de correspondentie met Hilvers-Vos dat Alice voordat ze officieel toetrad tot de directie al officieus een positie innam die dicht in de buurt van uitgeefster kwam. Ze vervulde een coachende rol, was bij auteursgesprekken aanwezig en zorgde ervoor dat de soms dramatische brieven van Emanuel iets werden afgezwakt. Alice komt in de correspondentie veel duidelijker als gelijke van Emanuel naar voren dan als iemand die slechts deed wat haar opgedragen werd. Het mede-ondertekenen van inhoudelijke brieven daargelaten, was ze ook de meer persoonlijke, informele noot in de uitgeverij en groeide haar vrijheid om zakelijke uitspraken te doen.