• No results found

Hoofdstuk 3 Berichtgeving in Nederlandse kranten

3.1. Introductie

3.2.2. Kwalitatieve Analyse Nieuwspagina’s

Neutrale berichtgeving

De berichtgeving is over het algemeen neutraal, over de gehele periode gemeten ruim 36 procent. Dit betekent dat er geen mening in het artikel wordt gegeven, niet door de verslaggever en niet door middel van een citaat. In juli is een bericht gekwalificeerd als neutraal. Van de berichtgeving in de maanden september en december is de meeste

berichtgeving neutraal. Over het algemeen gaat het in september bij dit soort berichten om korte artikelen, waarin korte nieuwsfeiten gepresenteerd worden. Voorbeelden van dergelijke artikelen in de maand september zijn Eurlings gaat over Turkije en Stop militaire oefeningen. Het eerste artikel meldt dat Camiel Eurlings, voor het CDA lid van het Europees Parlement, is benoemd tot Turkije-rapporteur in het Europees Parlement. In deze functie moet hij ‘zijn collega’s voorstellen ja of nee te zeggen tegen onderhandelingen met Turkije over de toetreding tot de Europese Unie’40. Het tweede artikel laat de lezer weten dat Turkije en Griekenland stoppen met hun militaire oefeningen op Cyprus:

“Om bij elkaar vertrouwen op te wekken stoppen Turkije en Griekenland met militaire oefeningen op Cyprus. Turkije zoekt steun bij Griekenland in zijn campagne om lid te worden van de Europese Unie.”41

In oktober zijn twee berichten verschenen die als neutraal te beschouwen zijn. De artikelen die in december als neutraal zijn gekwalificeerd, zijn mogelijk in de categorieën positief en negatief nieuws te plaatsen. Echter omdat in de artikelen meerdere kanten van een feit worden gepresenteerd, zowel negatief als positief, zijn de artikelen te kwalificeren als neutraal. Dit komt, hoewel de kop (EU stelt strenge eisen aan Turkije) als negatief uitgelegd zou kunnen worden, duidelijk naar voren in het volgende artikel:

“Turkije mag lid worden van de Europese Unie, maar tegen de strengste voorwaarden ooit. Dat formele besluit, verwacht premier Balkenende, nemen de Europese leiders vandaag aan het eind van hun top in Brussel. […] Een van de grootste struikelblokken was gisteravond nog de erkenning, door Turkije, van de republiek Cyprus.”42

40

Eurlings gaat over Turkije in Algemeen Dagblad 15 september 2004.

41

Stop militaire oefeningen in Algemeen Dagblad 22 september 2004.

42

Positieve berichtgeving

De percentages positieve en negatieve berichtgeving ontlopen elkaar niet heel erg veel, respectievelijk 30,3 procent en 33,3 procent. In juli zijn geen berichten verschenen die als positief zijn te kwalificeren.

Waar in juli alle ‘gewone’ nieuwsberichten te kwalificeren zijn als negatief of neutraal, verandert de toon in september. Er zijn evenveel negatieve als positieve berichten. De drie positieve berichten hebben onder meer te maken met een rapport van een groep prominente oud-politici, onder wie Hans van den Broek. Deze groep vindt dat Turkije lid moet worden van de EU. Dit rapport wijst ook op het feit dat de banden tussen Turkije en de Unie al lang bestaan en dat het land al vaak is beloofd dat het lid mag worden. Ook wordt er verwezen naar de volgende grap, die in het land de ronde doet om de besluitvorming rond de toetreding te illustreren:

“Oud EU-commissaris Emma Bonino: ‘Er circuleert daar een grapje. Een van de Europese landen krijgt de vraag wanneer de eerste atoombom viel. Dat was dus in 1945. Een ander Europees land de vraag waar die viel. Nou, op Hiroshima dus. En dan komt de vraag voor de Turken: Hebt u een volledige lijst van de namen van alle slachtoffers?’”43

Op deze grap wordt in hoofdstuk vier teruggekomen, daar hij ook in een van de Franse kranten genoemd wordt. Uit het citaat blijkt echter wel dat in Turkije het gevoel leeft dat er aan het land zwaardere eisen gesteld worden bij het openen van toetredingsonderhandelingen dan aan andere (kandidaat-)lidstaten.

De twee andere positieve berichten in de maand september hebben te maken met het feit dat in Turkije het strafrecht gewijzigd wordt. In Europa was ophef ontstaan over het feit dat de Turkse republiek overspel strafbaar wilde stellen. Europese lidstaten vonden dat het land geen lid van de Unie kon worden, zolang de passage die overspel strafbaar stelde in de strafwet zou blijven staan. Hervorming van het strafrecht was namelijk een van de

voorwaarden die vervuld zou moeten worden om te kunnen beginnen met

toetredingsonderhandelingen. Op 24 september meldt de krant dat ‘Turkije het pad heeft geëffend naar toetreding tot de Europese Unie door het beloven overspel buiten de nieuwe strafwet te houden’.44 Door de woordkeuze ‘het pad geëffend’ is dit artikel gekwalificeerd als positief.

In oktober zijn de meeste verschenen artikelen te kwalificeren als positief. De helft van de artikelen in deze maand valt onder deze categorie. Onder deze berichten vallen ook de

43

‘Niet bang zijn voor de Turken’ in Algemeen Dagblad 7 september 2004.

44

berichten waarin een citaat of de mening van een ander dan de verslaggever weerspiegeld wordt. Een voorbeeld hiervan is:

“Angst voor lidmaatschap van een ‘islamitisch’ land is onzin. Turkije heeft een democratisch politiek systeem. Bovendien erkent Turkije de noodzaak van scheiding tussen kerk en staat. Er wonen in Nederland nu ongeveer 350.000 Turken en in Duitsland zelfs een paar miljoen. Dus zo exclusief christelijk is Europa al lang niet meer.”45

Dit artikel is op de buitenlandpagina’s van de krant verschenen, maar geeft duidelijk de mening weer Hans Risch, algemeen directeur van de Turkse Demir-Halk Bank en voorzitter van de Netherlands Turkey Business Association (Netuba). Het stuk is verschenen op verzoek van het AD. De krant heeft twee ondernemers naar hun mening gevraagd over het Turkse EU-lidmaatschap. Beiden zijn voorstander van Turkse toetreding. Wat opvalt is dat beide stukken niet op de opiniepagina’s zijn verschenen, maar op de buitenlandpagina’s.46 Er wordt immers duidelijk een mening verkondigd. Toch zijn de artikelen ook in dit onderzoek meegenomen op de buitenlandpagina’s. Dit om te voorkomen dat artikelen als opinie worden

gekwalificeerd, terwijl dat niet de bedoeling van de krant was. Het is goed te voorstellen dat de krant deze twee artikelen als achtergrond artikelen ziet. In dat geval horen ze niet thuis op de opiniepagina’s. Het is helaas niet mogelijk te achterhalen hoe de artikelen bedoeld zijn toen ze geschreven werden.

In december zijn drie berichten verschenen die als positief te beschouwen zijn. Deze gaan voornamelijk over het ‘ja’ voor het openen van onderhandelingen met als doel de toetreding van Turkije tot de EU.47 Daarnaast worden nog twee Turkse Tweede Kamerleden, Nebahat Albayrak (PvdA) en Fadime Orgue (VVD), aan het woord gelaten. Zij zijn positief over de Turkse toetreding, maar plaatsen wel hun kanttekeningen. Ondanks deze

kanttekeningen is het artikel wel als positief te beschouwen:

“Omdat Albayrak zich volledig Nederlandse voelt, zegt ze de scepsis van Nederlanders over Turkse toetreding goed te begrijpen. ‘Turkije heeft absoluut nog niet alles op orde. Maar wel voldoende om de onderhandelingen te beginnen. Nederlanders denken vaak dat Turkije er volgend jaar al bijkomt. Dat zal nog jaren duren, pas als het land ons niveau heeft.’”

“Alhoewel het hervormingsproces zeker nog niet voltooid is, vindt Orgue de tijd rijp voor

onderhandelingen met Turkije over de toetreding tot Europa. ‘De teneur is niet positief. Politici moeten veel meer hun best doen om de angst bij de bevolking weg te nemen.’”48

45

We lijken meer op elkaar dan we denken in Algemeen Dagblad 2 oktober 2004.

46

Idem en Onderbroeken van Zeeman al in Istanbul gemaakt in Algemeen Dagblad 2 oktober 2004.

47

Cyprus ‘automatisch’ erkend in Algemeen Dagblad 1 december 2004 en Tumultueus ‘ja’ voor Turkije in

Algemeen Dagblad 16 december 2004. 48

Negatieve berichtgeving

Van de drie berichten die in de maand juli zijn verschenen, zijn er twee negatief en een neutraal. Een voorbeeld van een negatief bericht in juli is Turkije en EU. Dit artikel lijkt een ingezonden brief te zijn op de Economiepagina’s, doordat naam en woonplaats van de schrijver bij het stuk van ongeveer honderd woorden wordt vermeld:

“Is Balkenende nu zo naïef of wil hij alleen maar scoren door te beweren dat het christendom en de islam met elkaar te verzoenen zijn? Misschien wel in zijn eigen beschermde belevingswereld, maar de werkelijkheid is anders. Kijk eens naar Indonesië of momenteel in Soedan waar christenen vermoord worden als ze zich niet tot de islam ‘bekeren’. Als deze laatste godsdienst hier ook de overhand krijgt, ben ik benieuwd of er voldoende wederzijdse tolerantie bestaat.”49

De reden waarom dit stuk op de Economiepagina’s is verschenen is niet duidelijk.

In de maanden die hierop volgen nemen de negatieve berichten niet drastisch toe. In september verschijnen drie berichten die als negatief te kwalificeren zijn, in oktober zijn dit er twee en in december vier. De negatieve berichtgeving die in september verschijnt, heeft betrekking op het feit dat de strafwethervormingen in Turkije zijn uitgesteld en het feit dat het land overspel strafbaar wil stellen. In oktober heeft de negatieve berichtgeving betrekking op het besluit van de Europese Commissie dat Turkije klaar is voor het openen van

toetredingsonderhandelingen. Op 2 oktober worden vijf vragen behandeld die te maken hebben met Turkse toetreding. De teneur van de antwoorden die in het artikel worden gegeven is negatief, hoewel bij de behandeling van sommige vragen ook beide kanten, die van voor- en tegenstanders van Turkse toetreding, belicht worden. De formulering van de vragen is ook voornamelijk negatief.50

In december is de helft van de verschenen nieuwsberichten negatief van aard. Dit gebeurt in de aanloop naar 17 december 2004, de dag waarop de Raad van ministers besluit over het openen van toetredingsonderhandelingen met Turkije. Er zijn twee berichten over het feit dat Oostenrijk en Frankrijk een referendum zullen houden op het moment dat Turkije daadwerkelijk tot de Unie zou mogen toetreden. Op 16 december wordt daarnaast ook

aandacht besteed aan het feit dat, hoewel de strafwethervorming een feit is, het nog enige tijd duurt voordat deze hervormingen daadwerkelijk uitgevoerd worden:

“Op papier is Turkije een rechtsstaat, maar in de praktijk mist het land voorlopig nog de moraal, de mensen en het materieel om de hervormde strafwet goed uit te voeren, zeggen critici van de regering. Er wordt je geen haar gekrenkt. Nee, ze zeggen alleen dat ze je familie zullen vermoorden. Ze nemen je, geblinddoekt, ergens mee naar toe, beweren dat je aan de rand van een afgrond staat, waar ze je zo

49

Turkije en EU in Algemeen Dagblad 24 juli 2004.

50

dadelijk in zullen kieperen. Ze houden een pistool tegen je hoofd en vertellen je dat ze met de gedachte spelen je dood te schieten. Conclusie: nu martelingen in het vernieuwde wetboek van strafrecht zijn bestempeld tot een misdaad die zwaar moet worden gestraft, zijn de beulen overgestapt op vormen van mishandeling die geen concrete sporen achterlaten.”51