• No results found

IV Brief griffier Geachte…,

In document Kennis uit de praktijk (pagina 72-94)

Mijn naam is Karin Liefting, student Culturele Informatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Voor mijn masterscriptie doe ik onderzoek naar de kennisoverdracht tijdens

rondetafel gesprekken in de Tweede Kamer. Ik verwacht dat het kennisoverdrachtproces beïnvloed wordt door een aantal persoonlijke, organisatorische en omgevingsfactoren.

Doel van mijn onderzoek is om te achterhalen welke factoren dit zijn. Daartoe wil ik een survey uitvoeren onder de genodigden van rondetafelgesprekken.

Mijn contactpersoon in de TK is René Berck, hij was zo vriendelijk u een vooraankondiging te sturen. In het bij deze mail gevoegde Word­document heb ik de rondetafelgesprekken weergegeven waar u als griffier bij betrokken was, alsmede lijsten met genodigden voor deze vergaderingen. Ik zou het zeer op prijs stellen als u de onderstaande schuingedrukte tekst (onder de stippellijn) per e­mail wilt toesturen aan de vermelde genodigden.

Mocht u hulp willen bij het versturen van de mails: ik kom u graag daarmee helpen. Vriendelijke groet, Karin Liefting

Wilt u meer informatie, mijn contactgegevens zijn: Mobielnummer: 06 40 37 36 89

Mail: karin.liefting@upcmail.nl

Als u mij uw emailadres stuurt kan ik u de resultaten van het onderzoek sturen.

Geachte genodigde,

Mijn naam is Karin Liefting, student Culturele Informatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Voor mijn masterscriptie doe ik onderzoek naar de kennisoverdracht tijdens

rondetafelgesprekken in de Tweede Kamer. Ik verwacht dat het kennisoverdrachtproces beïnvloed wordt door een aantal persoonlijke, organisatorische en omgevingsfactoren. Doel van mijn onderzoek is om te achterhalen welke factoren dit zijn.

U heeft dit jaar deelgenomen aan een rondetafelgesprek als genodigde en ik zou het zeer op prijs stellen als u uw medewerking aan dit onderzoek zou willen verlenen.

Daartoe zou ik u willen vragen op de onderstaande link te klikken en de surveyvragen te beantwoorden. https://www.surveymonkey.com/s/hoorzitting_rondetafelgesprek

Uw antwoorden zullen anoniem in het rapport verwerkt worden. Het invullen van de survey zal ongeveer tien minuten in beslag nemen.

Wilt u bij de schaalvragen uw antwoord aanvinken en indien mogelijk uw antwoord toelichten? Vriendelijke groet, Karin Liefting

Mocht u meer informatie willen, mijn contactgegevens zijn: Mobielnummer: 06 40 37 36 89

Mail: karin.liefting@upcmail.nl

IV Observaties

Observatie tweefasenproces

Observatieformulier tweefasenproces blok 1

Onderwerp van de vergadering Rapport ‘Naar een tweefasenproces?’ Commissie Veiligheid en Justitie

Datum en tijd 05-03-2014, 10:00-11:00 uur Locatie Groen van Prinstererzaal

Openbaar Ja

Uitzending Ja, via Tweedekamernetwerk Vastlegging Niet

Blok 1 – Rechtspraak en OM Voorzitter

Genodigden De heer F.C. Bakker, Raad voor de rechtspraak

De heer H.J. Bolhaar, College van procureurs-generaal OM De heer Y.A.J.M. van Kuijck, Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Deelnemende Kamerleden J. Recourt (PvdA), G.A. van der Steur (VVD), T.M. Jadnanansing (PvdA), M.M. van Toorenburg (CDA), M.A. Berndsen-Jansen (D66), C.J.E. Kooiman (SP)

Hoe is de structuur van de

vergadering? De voorzitter opent de vergadering en geeft alle genodigden 2 minuten het woord om hun inbreng voor te dragen. Per fractie mogen er twee vragen aan de genodigden worden gesteld.

De genodigden beantwoorden de aan hen gestelde vragen.

Voorzitter zegt dat er nog tien minuten resteren en vraagt de Kamerleden of er nog vragen zijn.

De Kamerleden stellen allemaal nog een vraag.

De genodigden beantwoorden de aan hen gestelde vragen en de heer Van Kuijck rond af met een viertal opmerkingen.

Zijn er bijzonderheden tijdens de

vergadering? De genodigden praten vooraf aan het rondetafelgesprek met elkaar en tijdens de vergadering lijken ze dezelfde standpunten te hebben. Ze refereren een aantal keren naar elkaar: “Ik sluit me aan bij wat de heer Van Kuijck daarover heeft gezegd […]”.

De genodigden houden zich niet aan de twee minuten die hen worden gegeven om hun inbreng voor te dragen. Ze spreken alledrie ongeveer tien minuten. Geeft een van de genodigden de

indruk dat het onderwerp van de vergadering niet duidelijk is?

De genodigden zijn goed op de hoogte van het onderwerp. Komt er tijdens de vergadering een

politiek belang van de vergadering ter sprake?

Rechtse partijen als de VVD zijn nooit voor een tweefasenproces geweest omdat het veel geld kost en het kamerlid van de VVD laat dit duidelijk merken als ze spreekt over het tweefasenproces: “We moeten nu het monster in de bek kijken”. Wordt er tijdens de vergadering

gesproken over een maatschappelijk belang van de vergadering?

Er wordt al enkele decennia gepleit om het strafproces in twee berechtingsfases te laten verlopen. De heer Bakker zegt “De wetgever zal op basis van voorliggend rapport een beslissing moeten nemen over tweefasenproces. Het zou een forse ingreep betekenen, het is een kostbare wijze van procederen. Is het echt noodzakelijk?”.

Verder in de vergadering verduidelijkt de heer Bakker nogmaals dat in het tweefasen proces de emoties van de slachtoffers niet worden vermengd met de zakelijke beoordeling van de schuldvraag. Alle genodigden delen de mening dat het slachtoffer in een strafproces meer gebaat zou kunnen zijn bij uitbreiding van de spreektijd en dat in die zin een tweefasenproces nuttig zou zijn, maar een tweefasenproces is te duur en neemt te veel tijd in beslag daar zijn ze het ook over eens.

Geven de genodigden de indruk dat zij genoeg weten over het onder- werp?

Ja. Zijn de genodigden ervaren in het

presenteren van informatie? De genodigden ogen rustig en professioneel en lijken ervaring te hebben met het deelnemen aan een rondetafelgesprek. Zijn de genodigden in staat om

de vragen van de Kamerleden te beantwoorden?

Een pilot op het gebied van het tweefasenproces is mislukt. De Kamerleden heb­ ben vele vragen hierover. Het kost de genodigden veel tijd om uit te leggen waar­ om de pilot is mislukt, ook omdat zij niet direct betrokken waren bij de pilot. Geven genodigden blijk van het

kennen van een van de Kamer leden? Ja, ook voor de vergadering spreken de genodigden even met de Kamerleden, zij stellen zich niet voor, maar kennen elkaar. Geven de genodigden blijk van het

hebben van ervaring en kennis? Alle drie de genodigden zeggen herhaardelijk tot hun standpunt te zijn gekomen door de verschillende ervaringen die ze hebben gehad in de rechtszaal. De heer Bakker: We zien in de praktijk intense zaken waarin de slachtoffers maxi­ maal de ruimte wordt gegeven om hun realiteit te verwoorden […] We maken gebruik van die ervaringen om daar een standaard van te maken (hier wordt vermeld dat de ervaringen zullen worden gebruikt om de wetgeving aan te passen, dus de intrinsieke kennis extrinsiek te maken).

Geven de genodigden aan dat ze te weinig tijd hadden om de bij drage aan de vergadering voor te bereiden? Nee. Geven de genodigden de indruk gemotiveerd te zijn om deel te nemen aan de vergadering?

Ja. Zij willen graag hun standpunt (tweefasenproces gaat te veel druk leggen op de rechtsgang/rechtspraktijk) naar voren brengen.

Geven de genodigden aan dat de organisatie waar ze voor werken invloed heeft uitgeoefend op de bijdrage van de genodigde aan de vergadering?

De heer Bakker geeft aan te hebben gesproken met een collega uit Amsterdam die ervaring had met de pilot. Hij liet weten dat de collega graag wilde dat de politici op de hoogte werden gebracht van de uitkomst van de pilot via deze persoonlijke manier van kennisoverdracht en niet via een rapport.

Is er sprake van tijdgebrek tijdens de

vergadering? Ja, het uur verloopt snel en eigenlijk zijn er nog meer vragen, maar de voorzitter maakt duidelijk dat daar geen tijd meer voor is. Tegen het einde van de vergade­ ring gaat de heer Bolhaar sneller spreken.

Spreken de genodigden duidelijk? Ja, de genodigden zijn duidelijk gewend in het openbaar te spreken. Overige observaties • De genodigden zijn zeer beleefd en zelfbewust. Voorzitter en Kamerleden

worden bedankt voor de mogelijkheid om te spreken tijdens de vergadering. • Zowel Kamerleden als genodigden maken gedurende de vergadering aanteke­

ningen en gebruiken die om een volgend standpunt of vraag te verduidelijken. Post observatie evaluatie

Onderwerp van de vergadering Rapport ‘Naar een tweefasenproces?’ Commissie Veiligheid en Justitie

Datum en tijd 05-03-2014, 11:00-11:45 uur Locatie Groen van Prinstererzaal

Openbaar Ja

Uitzending Ja, via Tweedekamernetwerk Vastlegging Niet

Blok 2 – Advocatuur Voorzitter

Genodigden De heer R.A. Fibbe, Nederlandse Orde van Advocaten Mevrouw A.M. Wolf, advocaat

Deelnemende Kamerleden J. Recourt (PvdA), G.A. van der Steur (VVD) , T.M. Jadnanansing (PvdA), M.M. van Toorenburg (CDA), M.A. Berndsen-Jansen (D66), C.J.E. Kooiman (SP)

Hoe is de structuur van de

vergadering? De voorzitter opent de vergadering en geeft de genodigden 2 minuten het woord om hun standpunt toe te lichten. Genodigden dragen inbreng voor (allebei ongeveer tien minuten)

Per fractie mogen er twee vragen aan de genodigden worden gesteld. De genodigden beantwoorden de aan hen gestelde vragen.

Voorzitter eindigt blok met: “Dan zijn alle vragen beantwoord van alle leden”. Zijn er bijzonderheden tijdens de

vergadering? De heer Fibbe bepleit zijn standpunt en kijkt de Kamerleden daarbij nadrukkelijk aan Geeft een van de genodigden de indruk dat het onderwerp van de vergadering niet duidelijk is? Nee. Komt er tijdens de vergadering een politiek belang van de vergadering ter sprake?

Deze twee genodigden bepleiten dat de wet wordt aangepast zodanig dat het spreek­ en adviesrecht van slachtoffers in het strafproces wordt uitgebreid. Wordt er tijdens de vergadering

gesproken over een maatschappelijk belang van de vergadering?

Het belang van het tweefasenproces voor de slachtoffers van strafzaken wordt door deze twee genodigden besproken. Het verschil is vaak dat een verdachte alle informatie heeft maar het slachtoffer heeft die informatie vaak niet.

Is er sprake van onduidelijkheden wat betreft de informatiebehoefte van de Kamerleden? Nee. Geven de genodigden de indruk dat zij genoeg weten over het onder- werp? Ja. Zijn de genodigden ervaren in het

presenteren van informatie? Ja, de genodigden zijn gewend om te spreken in het openbaar. Zijn de genodigden in staat om

de vragen van de Kamerleden te beantwoorden?

Ja. Geven genodigden blijk van het

kennen van een van de Kamer leden? Nee, deze genodigden stellen zich aan het begin van het blok voor aan de Kamer­leden. Geven de genodigden blijk van het

hebben van ervaring en kennis? Deze genodigden hebben veel ervaring met en kennis van strafprocessen.De heer Fibbe reageert op een suggestie van de heer Bolhaar uit het vorige blok voor meer spreekrecht. De heer Fibbe suggereert een kleine aanpassing van art. 51.1 om daarmee meer spreekrecht voor het slachtoffer te verkrijgen.

Geven de genodigden aan dat ze te weinig tijd hadden om de bij drage aan de vergadering voor te bereiden?

Nee.

Geven de genodigden aan dat de organisatie waar ze voor werken invloed heeft uitgeoefend op de bijdrage van de genodigde aan de vergadering? Nee. Is er sprake van tijdgebrek tijdens de

vergadering? Ja, herhaaldelijk vraagt de voorzitter aan de genodigde of het Kamerlid of hij/zij wil afronden. “Komt u al bijna tot een afronding?”. Spreken de genodigden duidelijk? Ja.

Overige observaties • De genodigden danken voor de uitnodiging voor deze vergadering en geven de vragenstellers, de Kamerleden, complimenten voor hun kennis over het onder­ werp.

• Op een gegeven moment in de vergadering wordt er gesproken over een paper van de CJIB (Centraal Justitieel Incassobureau) die volgens mevrouw Berendsen twee kanten op gaat. Over deze paper zijn dus onduidelijkheden.

• Deze twee genodigden hebben ook duidelijk hetzelfde standpunt en verwijzen naar het standpunt van de ander: “Dat is eigenlijk wat de heer Fibbe ook zei”. • De Kamerleden geven aan dat ze voor dit onderwerp veel kennis uit de praktijk

willen en van verschillende soorten organisaties.

Post observatie evaluatie Het is opvallend hoe vaak de Kamerleden vragen naar het standpunt en het inzicht van de genodigden.

Onderwerp van de vergadering Rapport ‘Naar een tweefasenproces?’ Commissie Veiligheid en Justitie

Datum en tijd 05-03-2014, 11:45-12:15 uur Locatie Groen van Prinstererzaal

Openbaar Ja

Uitzending Ja, via Tweedekamernetwerk Vastlegging Niet

Blok 3 – Slachtofferorganisaties Voorzitter

Genodigden De heer H. Crielaars, Slachtofferhulp Nederland Stichting Aandacht Doet Spreken (onder voorbehoud)

Deelnemende Kamerleden J. Recourt (PvdA), G.A. van der Steur (VVD) , T.M. Jadnanansing (PvdA), M.M. van Toorenburg (CDA), M.A. Berndsen-Jansen (D66), C.J.E. Kooiman (SP)

Hoe is de structuur van de

vergadering? De voorzitter opent de vergadering en geeft de genodigden 2 minuten het woord om hun standpunt toe te lichten. Genodigden dragen inbreng voor.

Per fractie mogen er twee vragen aan de genodigden worden gesteld. De genodigden beantwoorden de aan hen gestelde vragen.

Voorzitter vraag of er nog aanvullende vragen zijn en na de ontkennende antwoorden van de Kamerleden sluit ze af.

Zijn er bijzonderheden tijdens de

vergadering? De heer Crielaars laat meteen weten zich te kunnen vinden in de standpunten van de genodigden van het vorige blok (de heer Fibbe en mevrouw Wolff). Geeft een van de genodigden de indruk dat het onderwerp van de vergadering niet duidelijk is? Nee. Komt er tijdens de vergadering een politiek belang van de vergadering ter sprake? Nee. Wordt er tijdens de vergadering gesproken over een maatschappelijk belang van de vergadering? Nee. Is er sprake van onduidelijkheden wat betreft de informatiebehoefte van de Kamerleden? Nee. Geven de genodigden de indruk dat zij genoeg weten over het onder- werp? Ja. Zijn de genodigden ervaren in het presenteren van informatie? Ja. Zijn de genodigden in staat om de vragen van de Kamerleden te beantwoorden? Ja. Geven genodigden blijk van het

kennen van een van de Kamer leden? Nee, de genodigden stellen zich voor aan de Kamerleden. Geven de genodigden blijk van het

hebben van ervaring en kennis? Ja, ze hebben ervaring met het strafproces, dat blijkt uit hun reacties.Ze kennen de gerechtelijke procedures en de verschillende organisaties die te maken hebben met gerechtelijke procedures.

Geven de genodigden aan dat ze te weinig tijd hadden om de bij drage aan de vergadering voor te bereiden?

Nee.

Geven de genodigden aan dat de organisatie waar ze voor werken invloed heeft uitgeoefend op de bijdrage van de genodigde aan de vergadering?

Ze geven wel aan dat ze achter de doelstellingen van de organisatie Slachtoffer­ hulp staan.

Is er sprake van tijdgebrek tijdens de

vergadering? Ja, al na de inbreng van de eerste spreker, de heer Crielaars, vraagt de voorzitter of hij al bijna tot een afronding is gekomen (na een aantal minuten). Spreken de genodigden duidelijk? Ja.

Overige observaties Post observatie evaluatie

Onderwerp van de vergadering Rapport ‘Naar een tweefasenproces?’ Commissie Veiligheid en Justitie

Datum en tijd 05-03-2014, 12:15-13:00 uur Locatie Groen van Prinstererzaal

Openbaar Ja

Uitzending Ja, via Tweedekamernetwerk Vastlegging Niet

Blok 4 – Wetenschap Voorzitter

Genodigden De heer A.J. Akkermans, Vrije Universiteit Amsterdam De heer R. Otte, Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Mevrouw R. Kool, Universiteit Utrecht

Deelnemende Kamerleden J. Recourt (PvdA), G.A. van der Steur (VVD) , T.M. Jadnanansing (PvdA), M.M. van Toorenburg (CDA), M.A. Berndsen-Jansen (D66), C.J.E. Kooiman (SP)

Hoe is de structuur van de

vergadering? De voorzitter opent de vergadering tien minuten eerder dan staat aangegeven en geeft de genodigden 2 minuten het woord om hun standpunt toe te lichten. Om 12:13 komt een van de genodigden binnen: mevrouw Kool. Voorzitter maakt excuses voor het feit dat de vergadering eerder is begonnen.

Eerste spreker meneer Akkermans houdt zijn betoog tot 12:16. Dan vraagt de voorzitter of hij wil afronden.

De tweede spreker meneer Otte kondigt aan dat hij zijn schriftelijke inbreng online heeft gezet: http://ivorentoga.nl/archieven/2495

Evengoed houdt hij een inbreng tot 12:27 uur.

Mevrouw Kool begint haar inbreng met: ik kan me hier bijna alleen maar bij aanlsuiten (twee vorige sprekers).

Per fractie mogen er twee vragen aan de genodigden worden gesteld. De genodigden beantwoorden de aan hen gestelde vragen.

Er zijn nog vier minuten over na de beantwoording van de vragen en Mevrouw Kool maakt in die laatste minuten nog wat opmerkingen en daarna sluit de voorzitter af.

Zijn er bijzonderheden tijdens de

vergadering? Mevrouw Kool komt binnen als vergadering al is begonnen en vertelt tijdens haar inbreng dat ze in de trein bleek te zitten tegenover een passagiere wiens schoonzoon was vermoord (Passagiere had haar aangesproken omdat ze een blad over rechtspraak aan het lezen was). De conclusie van hun gesprek was dat er te weinig spreekrecht voor de slachtoffers van een misdrijf is.

Als het zijn beurt is om vragen te stellen bedankt De heer van de Sturk mevrouw Kool voor de mooie praktijkkennis.

Meneer Otte vertelt dat hij het proces van Lucia de B. heeft behandelt in de klas en noemt dit geval een voorbeeld waarbij de rechters klem worden gezet omdat ze zich niet mogen richten op het proces waardoor uitspraak lang op zich laat wachten. Te lang voor slachtoffer. Hij vind het tweefasenproces in tegenspraak met de doelstellingen van het huidige beleid: door het tweefasenproces zal een uitspraak nog langer op zich laten wachten.

Geeft een van de genodigden de indruk dat het onderwerp van de vergadering niet duidelijk is? Nee. Komt er tijdens de vergadering een politiek belang van de vergadering ter sprake? Nee. Wordt er tijdens de vergadering gesproken over een maatschappelijk belang van de vergadering?

Ja het belang van spreekrecht voor slachtoffers komt meerdere malen ter sprake. Meneer Otte noemt een aantal voorbeelden waarbij het slachtoffer het woord is ontnomen in de rechtszaal. Hij zegt letterlijk: “We worden er beter van als het slachtoffer meer de mogelijkheid krijgt om te spreken in de rechtszaal.

Zijn de genodigden ervaren in het presenteren van informatie? Ja. Zijn de genodigden in staat om de vragen van de Kamerleden te beantwoorden? Ja. Geven genodigden blijk van het

kennen van een van de Kamer leden? Nee, de genodigden stellen zich voor aan de Kamerleden. Geven de genodigden blijk van het

hebben van ervaring en kennis? Alle genodigden hebben veel kennis van het strafproces. Zij vertellen de Kamer-leden wat de voor­ en nadelen van het tweefasenproces zouden kunnen zijn. Geven de genodigden aan dat ze te weinig tijd hadden om de bij drage aan de vergadering voor te bereiden? Nee. Geven de genodigden de indruk gemotiveerd te zijn om deel te nemen aan de vergadering?

Ja. Mevrouw Kool vertelt haar praktijkgeval met veel verve en haar verhaal heeft duidelijk de goedkeuring van de beide andere genodigden. Zij vinden het onder­ werp belangrijk. Geven de genodigden aan dat de organisatie waar ze voor werken invloed heeft uitgeoefend op de bijdrage van de genodigde aan de vergadering? Nee. Is er sprake van tijdgebrek tijdens de

vergadering? Ja, voorzitter maant de Kamerleden het kort te houden tijdens de vragenronde.Na de beantwoording van de vragen zijn er nog maar vier minuten over voor een eventuele tweede vragenronde.

Spreken de genodigden duidelijk? Ja. Overige observaties

Onderwerp van de vergadering Defensie Industrie Strategie (DIS) en compensatiebeleid Commissie Defensie

Datum en tijd 05-03-2014, 13:00-17:00 uur Locatie Troelstrazaal

Openbaar Ja

Uitzending Ja, via Tweedekamernetwerk Vastlegging Niet

Blok 1

Voorzitter

Genodigden De heer Nulkes, Nederlands Industrie voor Defensie en Veiligheid (NIDV ) De heer Van der Maat, Netherlands Industrial Fighter Aircraft Replacement Platform (NIFARP)

De heer Butcher, Fox-IT B.V. De heer Haarmeijer, Re-lion B.V.

De heer Toepoel, TOEPS Innovation Implementation De heer Koers, Microflown AVISA B.V.

De heer De Jong, Delft Dynamics

Deelnemende Kamerleden R. Vuijk (VVD), A.M.C. Eijsink (PvdA), J.H. ten Broeke (VVD), S. Günal-Gezer (PvdA) Hoe is het verloop van de

vergadering? Voorzitter opent de vergadering.De zes genodigden nemen alle zes slechts een paar minuten het woord om hun

In document Kennis uit de praktijk (pagina 72-94)