• No results found

Interesse onderwerpen

In document Reasearchdossier Hufterproef (pagina 57-60)

6.6 Disaster Date

7.1.5 Interesse onderwerpen

Om duidelijkheid te krijgen over interesses van de doelgroep is er een aantal onderwerpen voorgelegd waarnaar zij het liefst zouden willen kijken tijdens het programma. Hieruit blijkt dat het grootste deel van de respondenten bij de gegeven onderwerpen kiest voor asociaal gedrag en overlast, namelijk 15,9%. Dit met 11,6% gevolgd door het onderwerp loverboys, 11,3% kiest voor dieren, 10,3% is geïnteresseerd in armoede en sociale ongelijkheid, 8,8% geeft aan drugs terug te willen zien, 5% kiest voor discriminatie, 3,4% geldt voor zowel de (ouderen)zorg als intimidatie en slechts 1,9% geeft aan milieuvervuiling interessant te vinden als onderwerp (zie b ijlage V – figuur 15, Onderwerpen).

Daarnaast zijn er specifieke cases voorgelegd en was het aan de respondenten de taak om aan te geven in welke mate zij deze interessant, grappig of nuttig vinden. Allereerst wordt er gekeken naar de cases die met ‘erg interessant, grappig of nuttig worden beoordeeld. Daarbij wordt ook rekening gehouden met de respondenten die de cases met ‘redelijk interessant, grappig of nuttig’ worden beoordeeld (zie bijlage V – figuur 16 t/m 35, Cases). Hieruit is de volgende verdeling gekomen:

(1 = meest populair, 22 = minst populair).

1. We zijn in een café. Een jongen en een meisje zitten aan de bar en drinken wat. Als het meisje naar het toilet is doet de jongen iets in haar drankje, waarschijnlijk drugs. Hoe reageren en handelen omstanders als zij dit zien?

2. We zijn in het park waar een – als zwerver uitziende - man zit te bedelen. Later vervangen we zijn kleding door een maatpak. Reageren en handelen omstanders nu anders?

3. We zijn op een drukke parkeerplaats. Een jongedame maakt met haar auto overduidelijk schade aan een andere geparkeerde auto. Andere mensen wijzen hierop, maar zij blijft volhouden dat zij dat niet gedaan heeft en loopt weg. Hoe reageren en handelen omstanders?

4. We zijn op een terras. Het meisje van de bediening wordt continu lastiggevallen en geïntimideerd door haar mannelijke collega’s. Hoe reageren en handelen

omstanders?

5. We zijn in de stad. Een vrouw is op stap met een man in een rolstoel, hij heeft haar hulp bij alles nodig. Zij reageert geïrriteerd en vindt dat hij zeurt. Het loopt uit de hand en ze laat hem alleen achter. Hoe reageren en handelen omstanders? 6. We zijn in een restaurant. De ober laat een broodje van een bord vallen, pakt het

op, legt het terug alsof er niks gebeurd is en serveert het. Hoe reageren omstanders die dit gezien hebben?

7. We zijn op straat. Twee jongens zetten een andere jongen onder druk en ronselen hem om drugs voor hen te gaan verkopen. Hoe reageren en handelen

omstanders?

8. We zijn in een winkel waar het vol staat met spullen. Een blinde man doet erg onhandig en gooit uiteindelijk allerlei spullen om. Het personeel wordt boos. Hoe reageren omstanders?

Jill Schuitemaker, Researchdossier Hufterproef 58

9. We zijn in een kledingwinkel. Een meisje met hoofddoek wordt verzocht ergens anders te gaan winkelen aangezien deze kleding toch niet haar stijl is. Hoe reageren omstanders?

10. We zijn in de trein. De conducteur vraagt reizigers om hun vervoersbewijs, de reizigers worden boos en beginnen te schelden. Hoe reageren en handelen omstanders?

11. We zijn in de wachtkamer van de dierenarts. Een vrouw vertelt door de telefoon aan een vriendin dat ze haar hondje in gaat laten slapen omdat ze er geen tijd meer voor heeft. Hoe reageren omstanders als zij dit horen?

12. We zijn op het terras. Twee buschauffeurs bestellen een biertje en melden hierbij dat ze wel een beetje haast hebben omdat ze over een half uurtje op hun werk moeten zijn. Hoe reageren omstanders?

13. We zijn op straat. Een jongen vraagt voorbijgangers of zij seks willen hebben met het meisje dat bij hem is. Hoe reageren voorbijgangers en omstanders?

14. We zijn op een parkeerterrein. Een vrouw is haar auto aan het opruimen en gooit allerlei afval op straat. Hoe reageren omstanders?

15. We zijn in een drogisterij/parfumerie. Een klant doet extreem lasti g tegen het personeel waar andere klanten bij zijn. Hoe reageren omstanders?

16. We zijn op bij een sportvereniging. Een groepje meiden pest een ander meisje. Hoe reageren en handelen omstanders?

17. We zijn in de supermarkt. Een klant vraagt het personeel om te helpen, maar zij zeggen geen tijd te hebben en gaan door met kletsen. Hoe reageren omstanders? 18. We zijn in een winkelstraat. Een jongen vraagt iemand een foto van hem en

iemand met een afwijkend uiterlijk te maken. De jongen zegt erbij, “ja joh, is toch grappig, zoiets heb ik nog nooit gezien.” Hoe reageert die persoon?

19. Ergernis nummer 1: Hondenpoep. We zijn in/bij een supermarkt en de hond van een klant poept in de winkel. De klant vraagt of het personeel het op kan ruimen, “daar zijn jullie toch voor?” Wat doen omstanders?

20. We zijn in het park waar een groep vrienden het erg gezellig heeft. Zo gezellig dat andere mensen er last van hebben. En dan gaat ook nog eens de barbecue aan. Hoe reageren omstanders?

21. We zijn in het park. Een vrouw laat haar afval liggen en vraagt een ander om het even op te ruimen omdat zij zelf haast heeft en dus geen tijd om het op te ruimen. Hoe handelen en reageren omstanders?

22. We zijn op het terras waar een vrouw erg luidruchtig zit te bellen, boeren en daarbij lekker aan het neuspeuteren is. Hoe reageren omstanders?

Jill Schuitemaker, Researchdossier Hufterproef 59

7.1.6 Achtergrondinformatie

Ook werd de respondenten gevraagd of zij het op prijs stellen wanneer er ook

achtergrondinformatie wordt gegeven over de onderwerpen in het al gemeen, aansluitend op de cases. Denk hierbij aan feiten en weetjes of hoe het onderwerp onlangs in het nieuws is geweest. Het overgrote deel, namelijk 63,5% antwoord met ‘ja’ en geeft hiermee aan dit op prijs te stellen. 41,6% hiervan geeft hiervoor als reden dat dit het gehele programma sterker maakt, de overige 21,9% geeft aan dat zij behalve amusement ook iets willen kunnen opsteken van het programma. In totaal zegt 21,9% geen behoefte te hebben aan

achtergrondinformatie. 13,8% denkt namelijk dat dit ge en toegevoegde waarde heeft, 8,1% geeft als reden dat wanneer zij iets willen leren zij naar een ander programma zouden kijken (zie figuur 6 – Achtergrondinformatie).

Figuur 6 – Achtergrondinformatie 70 133 26 44 29 21,9% 41,6% 8,1% 13,8% 9,1% 0 20 40 60 80 100 120 140 Ja, behalve amusement wil ik er ook iets van kunnen opsteken

Ja, het maakt het hele programma

sterker

Nee, als ik iets wil leren kijk ik wel naar andere

programma's

Nee, ik denk dat dit geen toegevoegde waarde heeft

Geen mening

Achtergrondinformatie

Jill Schuitemaker, Researchdossier Hufterproef 60

7.2 Panelgesprek 1

In document Reasearchdossier Hufterproef (pagina 57-60)