• No results found

2. De Universiteit voor Humanistiek in transitie

3.1 Hoe krijgt het begrip globalisering bekendheid?

Naar aanleiding van de 27ste bijeenkomst van de G8 in Genua in 2001 duikt het begrip globalisering voor het eerst op in de media. Van 18 tot 22 juli 2001 kwamen regeringsleiders van de acht rijkste economieën ter wereld, ‘captains of industry’ en lobbyisten van het grote bedrijfsleven bijeen. Zij onderhandelden over internationale handelsverdragen in de overtuiging dat bedrijvigheid zorgt voor wereldwijde welvaart en internationale, politieke verbondenheid. Behalve hoogwaardigheidsbekleders kwamen er ook zo’n 200.000 demonstranten op het evenement af. De demonstranten, zogenaamde

anti-globalisten, werden buiten de vergadercomplexen gehouden en de politie trad hard tegen hen op.

Deze bijeenkomst van de G8 is berucht: er vielen vele gewonden, de ziekenhuizen en gevangenissen raakten overvol en gedurende de conferentie veranderde Genua in een onneembare vesting waardoor zij onbewoonbaar werd voor bewoners (Klein, 1999: 15).

De berichtgeving rondom deze gebeurtenissen is een goede start van een verkenning van de betekenissen die het begrip globalisering heeft gekregen. Het verloop van de berichtgeving in de media vertoont namelijk paralellen met de manier waarop er in de wetenschappelijke wereld over het begrip gediscussieerd werd. De media brachten de ongeregeldheden in Genua niet neutraal in beeld, maar schaarden zich veelal achter de regeringsleiders door te doen alsof de demonstranten relschoppers waren die de boel kwamen verstoren (Klein, 1999: 17). Ook op academisch niveau waren er duidelijke voorstanders van internationale handel en kapitalisme en mensen die daartegen protesteerden.

In de wetenschappelijk wereld was globalisering al langer bekend als begrip dat duidde op het idee dat het systeem van kapitalisme en liberalisme als dé te volgen ideologie in de hele wereld navolging verdient. Deze betekenis ontstond na de val van de Berlijnse Muur. Dit was immers het begin van de ineenstorting van de Sovjet Unie, waarmee de ideologische strijd tussen het communisme en het kapitalisme en de liberale democratie was beslecht in het voordeel van het Westerse systeem.

Het begrip globalisering kreeg de betekenis van wereldwijde invoering van het systeem van de

free world13 (Scholte 2005:14). Er waren ook academici die vonden dat deze voorstelling grote

tekortkomingen had. Tegenover de suggestie dat globalisering welvaart zou brengen stelden zij dat kapitalisme een groot deel van de mensheid in diepe armoede stort. Verder vonden ze dat voorstanders met een soort neokolonialistische project bezig waren om het Westerse systeem over de hele wereld te verspreiden net nu voormalige koloniën probeerden onder het juk van het Westen vandaan te komen (Jones, 2010: 10). Bovendien vreesden velen dat bedrijven niet bijdroegen aan de oplossing van internationale problemen maar vooral meer problemen veroorzaken, bijvoorbeeld op het gebied van milieuvervuiling (Beerkens, 2003). Tegenstanders van globalisering brachten ook nog argumenten in tegen de invoering van een nieuwe begrip. Zo toonden zij wetenschappelijk aan dat het geen nieuw verschijnsel was; er werd immers in de Oudheid ook al internationale handel gedreven.

Behalve dat er in het wetenschappelijk debat voor- en tegenstanders van het begrip waren, laat Scholte zien dat er ook een gepolariseerde stemming heerste (Scholte, 2005: 15). Aan de ene kant waren er academici die betoogden tegen de nadrukkelijke manier waarop Amerika zich op het internationale toneel presenteert bijvoorbeeld door wereldwijde internationale reclamecampagnes en de Amerikaanse ideologie van de laatste ‘supermacht op aarde’ en ‘politie van de wereld’. Aan de andere kant van het spectrum waren academici die geen betoog hielden maar wel degelijk een positie innamen zoals Scholte laat zien. Zij vertegenwoordigen het schijnbaar objectieve standpunt dat toenemende transnationale verbondenheid een vanzelfsprekend proces is. Dit standpunt is echter niet neutraal maar vertegenwoordigt het voorstandersperspectief op globalisering (Scholte, 2005: 17). Toenemende internationale verbondenheid komt namelijk niet ‘uit de lucht vallen’ maar is het gevolg van actief ingrijpen van overheden en organisaties om de invoering van het wereldwijde kapitalisme en liberale democratie te bevorderen.

Het begrip globalisering krijgt op wetenschappelijk niveau dus twee betekenissen. Voor voorstanders heeft het begrip een positieve connotatie omdat zij voorstander zijn van het wereldwijd invoeren van kapitalisme en democratie. Voor tegenstanders van het wereldwijd invoeren van het Westerse systeem krijgt globalisering een negatieve connotatie namelijk als synoniem voor ‘veramerikanisering’.

13 Een tekst van een huidige voorstander is het essay van de Amerikaanse econoom Deirdre McCloskey ‘Waarom zijn wij zo rijk?’ (de Groene Amsterdammer 23 september 2015;nr.39). Hierin betoogt zij, dat de mensheid er nu, door de invoering van het wereldwijde kapitalisme, gemiddeld genomen stukken beter voorstaat dan zonder kapitalisme. Simpelweg door toedoen van internationale handel en het zakenleven.

De aandacht die het begrip in academische kringen en in de dagelijkse media kreeg, heeft geholpen om globalisering als begrip op de kaart te krijgen (Jones, 2010: 9). Het debat over de betekenis van globalisering werd zowel in de media als in wetenschappelijke kringen op niet erg neutrale gronden gevoerd. In de media werden demonstranten en anti-globalisten afgeserveerd door ze oproerkraaiers te noemen. In de wetenschappelijke wereld domineerden politieke denkbeelden omdat het debat sterk doordrongen was van de voor -en tegenstanders van globalisering. Zo heeft het begrip globalisering een sterke politieke lading gekregen maar is er weinig ruimte geweest om de effecten ervan objectief te bestuderen (Scholte, 2005).

De aandacht die het begrip in academische kringen en in de dagelijkse media kreeg heeft geholpen om globalisering als begrip op de kaart te krijgen (Jones, 2010: 9). Tegelijkertijd werd een open en objectieve discussie over de effecten van globalisering steeds lastiger omdat politieke denkbeelden de standpunten kleurden. Inmiddels is globalisering best een bekend begrip maar voor velen is nog steeds niet duidelijk wat globalisering nu eigenlijk behelst.

Toch is het begrip globalisering geen holle frase zoals Scholte terecht opmerkt (Scholte, 2005:16). We kunnen het begrip namelijk wel degelijk in verband brengen met een aantal fundamentele veranderingen. Een van die veranderingen is de betekenis van toenemende internationale samenwerking. Ik zal deze betekenis aanduiden met het woord ‘internationalisering’. Ik gebruik hiervoor liever een ander woord dan ‘globalisering’, om duidelijk te maken dat het hier niet een vanzelfsprekende en enige betekenis van het begrip betreft, maar het perspectief van voorstanders van het bevorderen van de verspreiding van liberale democratie en kapitalisme wereldwijd door actief ingrijpen van overheden en bedrijven.

3.2 Internationalisering: veranderingen in de relaties van