• No results found

4. Strategieën, situaties, ingewikkeldheden

4.3 Het plan afstemmen met alle betrokkenen

Vrijwel alle betrokkenen geven aan dat de familie-gerichte visite voordelen kent. De meeste van deze

voordelen hebben te maken met de situatie, dat het overleg tussen de familie, zaalarts, kinderarts en

verpleegkundige nu op één moment, tijdens de visite, plaatsvindt. Aanvoelen van vragen en zorgen, en

nagaan of de afspraken begrepen zijn, gebeurt in aanwezigheid van alle betrokkenen. Als het lukt zijn

hierdoor de vragen en het plan voor de dag direct afgestemd.

Verpleegkundige in ziekenhuis NL: Uiteindelijk heb je wel iedereen bij elkaar, en de

ouder, en de verpleegkundige en de arts, en is gelijk wel alles, eh, duidelijk. Anders [als

er geen bedvisite is], ja, soms wordt er net weer wat anders afgesproken.

Andere verpleegkundige: Of dan kom je terug bij ouders, bijvoorbeeld over voeding, en

dan zeggen ouders, dat hebben we al een keer geprobeerd. Dat is niet handig dan, dan

Afstemmen kan gebeuren tussen artsen, waarbij niet alle professionals altijd dezelfde ideeën hebben

over wat het beste of handigste is. Het afstemmen gebeurt in het medische team, en omdat nu iedereen

samen is bij de patiënt. Het afstemmen zou kunnen leiden tot onzekerheid of onduidelijkheid voor de

familie en de patiënt. Toch zeggen families het overleg en de discussies niet erg te vinden. Hoewel zij

niet altijd precies begrijpen waar de discussie over gaat, hebben zij wel het idee door het overleg op de

hoogte te zijn en dat er aandacht gegeven wordt aan de patiënt. Zij vertellen het gevoel te hebben dat

er naar hun casus gekeken wordt. Onduidelijkheid uit zich voor de families niet zozeer in een

onduidelijk plan, maar in onduidelijkheid wanneer welke beslissingen worden genomen.

Interviewer in ziekenhuis NL: De kinderarts vertelde dat hij vond dat jullie naar huis

konden, maar dat nog niet alle dokters het daarover eens waren. [...] Dat kan ook

verwarring brengen.

Moeder: Ja, het is dubbel. Als het dan straks niet doorgaat, dan is dat een teleurstelling.

Anderzijds kan ik het ook waarderen dat artsen niet allemaal met elkaar mee praten, dat

hij ook zegt, ik vind inderdaad dat ze wel naar huis mag, en zal dat inderdaad even met

die arts bespreken. [Gesprek]

Enerzijds willen patiënten en families graag naar huis, anderzijds willen ze de beste behandeling. Voor

families en patiënten is het lastig om te beoordelen wat voor ontslag of voor de behandeling nodig is.

De familie-gerichte visite is ook een moment voor de zorgprofessionals om te kijken of het plan voor

de familie duidelijk is. Beter afstemmen kan zich dan uiten in zorgen signaleren, onduidelijkheden

bespreekbaar maken, of uitleg geven. Hierdoor begrijpen zorgprofessionals en families elkaar beter.

In ziekenhuis VS

Tijdens de visite lag de nadruk op de pijn aan de heupen en het uitsluiten van andere

diagnoses dan synovitis van de heup. De senior resident verrichtte het onderzoek van de

heup en legde vader uit dat de heuppijn onderdeel kan zijn van de luchtweginfectie die de

kamer. Als zij zich later aansluit bij het team vertelt ze: ‘Vader was meer bezorgd om het hoesten van zijn dochter dan de heuppijn. Ik heb met hem onze zorgen over de heuppijn

besproken. Volgens mij is het hem duidelijker nu waarom wij meer aandacht aan de

heupen en minder aandacht aan de hoest geven.’ [Observatie]

Door af te stemmen wordt uitleg gegeven, families worden (meer) op de hoogte gehouden, er is ruimte

voor de patiënt en familie om mee te denken, of er wordt naar de wensen van families en patiënten

gevraagd. Welke van deze manieren en hoe de zorg wordt afgestemd met de familie kan voor

professionals lastig zijn om te doen.

In ziekenhuis NL

Interviewer: Hoe stem je beter af met de familie?

Verpleegkundige: Family-centered care moet je een beetje van overtuigd zijn, dat je het

dan ook uitdraagt, dat dat je waarde is ofzo. [...] Dan ga je misschien eerder zeggen:

‘Vindt u het goed zo?’ of ‘Hoe gaan we deze dienst doen wat u betreft, met de zorg?’ [Gesprek]

Gedeelde invulling van de zorg en besluitvormig wordt vaak genoemd als ideaal bij familie-gericht

zorgen. Families zouden dan worden aangemoedigd om actief mee te denken en te doen met de zorg,

maar in de praktijk komt dat nog weinig voor. Er wordt wel gepoogd om af te stemmen met families

door navraag te doen of ze zich kunnen vinden in het beleid. Dit is geen actieve aanmoediging, maar

uit zich meer in vragen als ‘vind je dat oké zo’ of ‘bent u het daarmee eens’.

Dit soort vragen, zoals ’vind je dat oké?’, kunnen meer betekenis hebben dan alleen het afstemmen en

navragen van de wens van de patiënt en de familie. Families voelen afstemmen ook als delen van

verantwoordelijkheden, het vragen van toestemming, en expert zijn op onbekend terrein.

Jullie zijn de deskundigen. Bijvoorbeeld met ophogen van de sondevoeding, gaan ze aan

mij vragen: ‘Ben je hier oké mee als we het in deze stappen doen?’ Aan de ene kant snap ik dat ze het vragen, het gaat om mijn kind, maar jullie moeten zeggen of het oké is als je

het zo doet. Ik krijg dan het gevoel, als ik nu ‘ja’ zeg en er gaat iets mis, dan ben ik

medeverantwoordelijke. Ik heb er geen verstand van. Ik moet niet om toestemming

gevraagd worden. [Gesprek]

Families kunnen hierdoor onzeker worden of kunnen dit als spanning ervaren. Niet alleen ouders

geven dit aan. Ook andere betrokkenen vertellen dat ‘vind je dat oké’ vragen aan de families bij het

maken van een plan of van een beslissing misschien onvoldoende familie-gericht zorgen betekent,

maar dat afstemmen over de wensen en behoeftes van patiënten en families meer inhoudt.

Paramedicus in ziekenhuis NL: Ik zie dat mensen heel erg hun best doen. Er wordt

gekozen voor een model, hier gaan we patient-centered care of family-centered care doen.

We zijn in Amerika geweest, ‘lalalala’, en dan moet dat geïmplementeerd worden. Wat ik bijzonder vind, is dat zo’n model dan geadopteerd wordt, waarbij ik heel sterk de vraag

heb, maar dat is toch iets wat je in alles moet doorvoeren? Ik bedoel daarmee niet alleen

bij andere specialismes en in andere zaken en de bedvisite, maar ook het feit dat je

mensen niet alleen vraagt ‘vindt u het goed als?’ op beslissingsniveau, maar ook op betrekkingsniveau. [Gesprek]

Een paramedicus vertelt dat afstemmen vooral bij het nemen of uitvoeren van beslissingen

wordt gedaan, en dat voor familie-gericht zorgen afstemmen op meer zou moeten gebeuren. Het

zou namelijk niet alleen over inhoudelijke onderwerpen moeten gaan, maar met de patiënten en

familie zou moeten worden bepaald wat hun wensen zijn, waar hun behoeftes liggen, hoe ze

wensen dat de omgang is, et cetera.

afstemmen beter en makkelijker. Dat wordt gezien als een groot voordeel. Actieve deelname

door families aan deze discussies wordt nog weinig waargenomen. Wel wordt geprobeerd om

met families af te stemmen. Dat gebeurt nog voornamelijk bij beslissingen die (al deels)

genomen zijn door de zorgprofessionals. Families voelen dan soms dat ze expert moeten zijn op

medisch gebied, wat zij niet willen en kunnen.