Portefeuillehouder burgemeester Sijbers.
Inhoud programma Wat verstaan we onder dit programma?
Het programma Financiering en algemene dekkingsmiddelen omvat alle financierings- en dekkingsmiddelen, die nodig zijn voor exploitatie en investeringen, die niet rechtstreeks aan de andere programma‟s gekoppeld zijn. Het betreft hier algemene middelen, mutaties eigen en vreemd vermogen en onvoorzien, waarbij van de algemene middelen zowel de algemene uitkering uit het gemeentefonds als de eigen belastinginkomsten (o.a. OZB) deel uitmaken.
Onder onderhavig programma vallen ook de kosten voor het opleggen en innen van de ge-meentelijke belastingen, waaronder het ten behoeve van de OZB bepalen van de waarde van de in onze gemeente gelegen WOZ-objecten.
Strategische doelstelling Wat willen we bereiken?
Hoofddoelstelling
De hoofddoelstelling is het waarborgen van een optimale financiering van de gemeentelijke activiteiten en investeringen.
Subdoelstellingen
Uit de hoofddoelstelling vloeien de navolgende subdoelstellingen voort:
Het in het kader van een gezond en evenwichtig financieel beleid zorgdragen voor voldoende ruimte voor onvoorziene uitgaven en (nog) niet functioneel ingedeelde posten.
Het als algemeen dekkingsmiddel verkrijgen van uitkeringen uit het gemeentefonds.
Het verwerven van eigen middelen o.a. bedoeld als algemeen dekkingsmiddel (OZB) ten behoeve van de voorzieningen van de gemeente Sint Anthonis.
Het volgens de eisen van de Wet WOZ bepalen van taxatiewaarden, die gebruikt worden als grondslag voor onder meer de OZB.
Wettelijk kader
- Artikel 212 Gemeentwet - Invorderingswet
- Artikel 220 t/m 229 Gemeentewet, m.u.v. artikel 225 - Artikel 255 Gemeentwet (kwijtschelding)
Overzicht verordeningen en beleidsregels
Verordeningen en beleidsregels Vastge-steld door
Datum inwerking-treding
Expiratie-datum Financiële verordening gemeente Sint Anthonis
2007 (=verordening artikel 212 GW); Raad 01-01-2007 Open Controleverordening gemeente Sint Anthonis
(=verordening artikel 213 GW); Raad 15-11-2003 Open Verordening onderzoeken doelmatigheid en
doeltreffendheid van de gemeente Sint Anthonis 2004 (=verordening artikel 213a GW);
Raad 24-01-2008 Open Treasurystatuut gemeente Sint Anthonis Raad 01-01-2008 Open Nota reserves en voorzieningen Raad 28-06-2010 2013
Verordeningen toeristenbelasting, OZB, leges,
afvalstoffenheffing en baatbelasting Raad 17-12-2009 Open Regeling gemeentelijke belasting gemeente Sint
Anthonis B&W 30-08-2007 Open
Beleidsregels voor het aanwijzen van een
belas-tingplichtige in een keuzesituatie B&W 28-05-2002 Open Beleidsregels voor het aanwijzen van een
WOZ-belanghebbende in een keuzesituatie B&W 28-05-2002 Open Aanwijzingsbesluit heffingsambtenaar B&W 03-04-2008 Open Aanwijzingsbesluit invorderingsambtenaar B&W 03-04-2008 Open Beleidsregels afvalstoffenheffing en
reinigings-rechten B&W 17-12-2009 Open
Beleidsregels wegingsfactoren
kostenvergoe-ding in bezwaar- en beroepsprocedure B&W 31-12-2009 Open Nadere regels heffingen invordering
toeristenbe-lasting B&W 17-12-2009 Open
Leidraad invordering gemeentelijke belastingen B&W 15-12-2009 Open
Marktgeldverordening Raad 01-01-2006 Open
Legesverordening Raad 01-01-2010 2010
Baatbelasting riolering 19x buitengebied Raad 22-02-2006 Open Baatbelasting riolering „t Buske Raad 22-08-2002 Open Baatbelasting riolering Van Steenhuijsstraat Raad 19-07-2001 Open Brandweerrechten Sint Anthonis Raad 24-07-1997 Open
Eenmalige rioolaansluiting Raad 11-05-2000 Open
Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Raad 17-12-2009 Open Lijkbezorgingsrechten Sint Anthonis 1999 Raad 01-01-1999 Open
Nieuw beleid Wat gaan we nog doen?
Algemene uitkering gemeentefonds
Zoals zich in de maartcirculaire 2010 al liet aanzien, is in de junicirculaire over de accresont-wikkeling 2012 en volgende jaren geen nieuws te melden.
Momenteel wordt de normeringssystematiek gemeente- en provinciefonds geëvalueerd door een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van de fondsbeheerders, de VNG en het IPO. De afronding van het eindrapport was voorzien voor half juni, waarna het wordt bespro-ken in een extra bestuurlijk overleg. Het rapport dient als input bij de onderhandelingen over het coalitieakkoord van het nieuwe kabinet.
Toeristenbelasting
Wij gaan uit van verhoging van het tarief naar € 1 m.i.v. 2012, het afschaffen van de forfaitai-re heffing voor vakantiewoningen en pensions en het opleggen van voorlopige aanslagen in het belastingjaar.
De hiervoor geraamde opbrengsten worden geraamd op € 1.750 in 2011 en € 16.780 van 2012 en zijn al op de betreffende post verwerkt.
Reserve Recreatie en Toerisme opheffen
Naar de huidige stand van zaken is de storting in de reserve uit de opbrengst toeristenbelas-ting en de onttrekking uit de reserve ter dekking van de kosten van recreatief toeristische voorzieningen nagenoeg in evenwicht. Op de keper beschouwd is dit administratieve balast, die uiteindelijk geen toegevoegde waarde heeft. Het beëindigen van deze werkwijze levert in 2011 € 2.149 op en vanaf 2012 € 5.449 per jaar.
Daaraan gekoppeld is de gevormde Reserve Recreatie en Toerisme daarvoor niet meer no-dig. Opheffing en toevoeging aan de Algemene Dekkingsreserve levert structurele extra be-spaarde rente op van € 6.000 per jaar.
Extra verhoging OZB niet-woningen
Vergeleken met andere gemeenten in de regio hanteren wij de op een na laagste tarieven voor de OZB niet-woningen. Een verhoging naar de middelmoot van deze groep betekent een extra opbrengst van afgerond € 100.000 in 2011 oplopend tot € 130.000 in 2014.
Algemene vrije reserve opheffen
De Algemene vrije reserve is een buffer om niet voorziene substantiële tegenvallers op te vangen, zonder dat daarmee de dekking in de begroting wordt aangetast. Uitgaande van een degelijke begrotingsdiscipline en een deugdelijk risicomanagement kan de noodzaak van de Algemene vrije reserve ter discussie worden gesteld. Bij opheffing en toevoeging van de middelen aan de Algemene Dekkingsreserve, ontstaat een extra bespaarde rente ten bate van de exploitatie van € 47.200 per jaar.
Taakstellende / richtinggevende bezuiniging
Dit zijn in feite de saldi die op de begroting en meerjarenraming resteren. Voor 2011 bete-kent dit een positief saldo en voor 2012 en volgende jaren resteren nog tekorten.
Voor verder toelichting wordt verwezen naar het voorwoord, de samenvatting en de financië-le aspecten.
Precariobelasting
De gemeentewet biedt de mogelijkheid tot het heffen van precariobelasting van nutsleidin-gen. Onlangs is bekend geworden dat er geen vrijstelling van precariobelasting komt op de netwerken van nutsbedrijven. De ministerraad zal het wetsvoorstel hiervoor niet indienen bij de Tweede Kamer. Het kabinet volgt hiermee het advies van de Raad van State en de VNG.
Die oordeelden eerder dat het voorstel eerder tot een verschuiving van lasten zou leiden dan tot een lastenverlichting. Met het oog op de economische crisis vindt het kabinet dit niet wenselijk.
In de macronorm OZB 2009 en 2010 zit een bedrag verdisconteerd ter compensatie van de opbrengstderving door afschaffing van de precariobelasting op nutsleidingen. De VNG is steeds tegen de afschaffing geweest omdat:
- deze de gemeentelijke autonomie aantast;
- de compensatieregeling via de OZB-grondslag (verhoging macronorm OZB) niet ade-quaat is;
- de regeling „liggen om niet is verleggen om niet‟ een complicerende factor is.
Financieel toezicht
Tot en met de begroting 2010 kwam onze gemeente in aanmerking voor repressief toezicht in het kader van de proef financieel toezicht. Voor de begroting 2011 zal gelden, dat als de begroting reëel sluitend is, er repressief toezicht volgt. Er wordt niet getoetst op duurzaam financieel evenwicht. Reëel sluitend houdt in dat de begroting structureel in evenwicht is (jaarlijks terugkerende lasten zijn gedekt door jaarlijks terugkerende baten) en dat de ramin-gen reëel zijn. Het college verwacht ook voor de begroting 2011 onder repressief toezicht te vallen.
Overigens wordt de genoemde proef in 2010 geëvalueerd. De basis voor de evaluatie vor-men de resultaten van de beoordelingen van de begrotingen 2006 en 2010. De resultaten van de evaluatie zijn nog niet bekend.
Middelen Wat mag het kosten?
Nieuw beleid
Omschrijving 2011 2012 2013 2014
Nog niet uitgevoerd bestaand beleid begroting 2010 0 0 0 0
Bezuinigingen:
Dekking perceptiekosten toeristenbelasting uit re- -4.500 -4.500 -4.500 -4.500
serve recreatie en toerisme
Toeristenbelasting inzetten als algemeen
dek-kingsmiddel 2.351 -949 -949 -949
Extra verhoging OZB niet-woningen -100.000 -109.928 -120.129 -130.610
Verhoging toeristenbelasting naar € 1 m.i.v. 2012 0 0 0 0
Algemene vrije reserve geheel naar Algemene
Dekkingsreserve -47.200 -47.200 -47.200 -47.200
Opheffing Reserve Recreatie en Toerisme naar
Al-gemene Dekkingsreserve -6.000 -6.000 -6.000 -6.000
Taakstellende / richtinggevende bezuiniging c.q.
aanvullende dekking 78.544 -318.498 -8.914 -293.823
Nieuw beleid: 0 0 0 0
Totaal nieuw beleid -76.805 -487.075 -187.692 -483.082
Lasten en Baten voor bestemming
Rekening Totaal Lasten voor bestemming 1.968.935 506.526 284.167 33.849 133.257 -93.577 Totaal Baten voor bestemming 15.337.399 15.403.165 14.418.261 14.192.225 14.075.786 13.895.166 Saldo 13.368.464 14.896.639 14.134.094 14.158.376 13.942.529 13.988.743
Mutaties in verband met reserves
Rekening Totaal Lasten naar reserves 2.474.984 4.337.379 656.404 656.404 656.404 656.404 Totaal Baten uit reserves 3.099.624 5.195.090 247.765 236.038 219.481 213.941
Saldo 624.640 857.711 -408.639 -420.366 -436.923 -442.463
Totale Lasten en Baten
Rekening
Totaal Lasten 4.443.919 4.843.905 940.571 690.253 789.661 562.827
Totaal Baten 18.437.023 20.598.255 14.666.026 14.428.263 14.295.267 14.109.107 Saldo 13.993.104 15.754.350 13.725.455 13.738.010 13.505.606 13.546.280
Paragraaf 1
Weerstandsvermogen
Inleiding
Het weerstandsvermogen is gedefinieerd als “het vermogen van de gemeente Sint Anthonis om niet-structurele financiële risico‟s op te kunnen vangen teneinde haar taken te kunnen voortzetten”.
Het idee achter de paragraaf weerstandsvermogen is om inzicht te geven in het vermogen van de gemeente om substantiële tegenvallers op te vangen zonder dat het bestaande be-leid daarvoor moet worden aangepast.
Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit (de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente zonodig beschikt om de niet begrote kosten, die on-verwachts en substantieel zijn, te dekken zonder het bestaande beleid aan te passen) en de risico‟s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen voor zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenraming. De behoefte aan weerstandsvermogen is afhankelijk van de risico‟s die een organisatie loopt.
Instrumenten die ertoe bijdragen dat risico‟s beheersbaar worden zorgen voor een afnemen-de behoefte aan weerstandsvermogen.
De risico‟s worden van jaar tot jaar vermeld in de paragraaf weerstandsvermogen behorende bij de begroting en rekening. Het gaat dan steeds om de niet-kwantificeerbare risico‟s. Kwan-tificeerbare risico‟s moeten worden “vertaald” naar een voorziening. Wij hebben voor vrijwel alle financiële risico‟s die te voorzien en waarvan de omvang kan worden geschat, in het ver-leden toereikende voorzieningen gevormd.
Weerstandscapaciteit
Adequate risicobeheersing betekent echter niet dat de gemeentelijke huishouding niet meer beïnvloed wordt door financiële risico‟s. Net als iedere organisatie heeft ook onze gemeente op vele fronten te maken met onzekerheden die het risico van financiële nadelen met zich meebrengen.
De weerstandscapaciteit van een gemeente bestaat uit de middelen en mogelijkheden waar-over de gemeente zonodig beschikt om de niet begrote kosten, die onverwachts en substan-tieel zijn, te dekken zonder het bestaande beleid aan te passen.
Er zijn geen uniforme antwoorden te geven op de vraag hoe groot het weerstandsvermogen van een gemeente moet zijn. Dit is sterk afhankelijk van de eigenheid van de gemeente en het risicoprofiel dat zij heeft. Hoe ziet de sociale structuur eruit; zijn er nog groeipotenties, hoe is de bedrijfsvoering (worden risico‟s geaccepteerd?); lopen er gerechtelijke procedures waarvan de uitkomst niet zeker is, maar die grote consequenties kunnen hebben?
Kenmerkend voor het risicoprofiel van Sint Anthonis is dat de gemeente een vrij sterke socia-le structuur kent. Verder is van belang dat Sint Anthonis een vrij stabiesocia-le gemeente is qua bevolkingsomvang.
Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen:
- De weerstandscapaciteit, zijnde de middelen waarover de gemeente kan beschikken om niet begrote kosten te dekken en;
- De risico‟s waarvoor nog geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen voor zijn afgesloten.
Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financi-ele positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenraming.
De weerstandscapaciteit van onze gemeente is als volgt opgebouwd:
- De in de begroting opgenomen ruimte in de stelpost voor onvoorziene uitgaven;
- Het vrij aanwendbare gedeelte van de algemene reserve;
- De onbenutte belastingcapaciteit;
- De stille reserves zijn de meerwaarden van activa waarvan de verkoopwaarde hoger ligt dan de boekwaarden.
In de begroting is, conform de inmiddels vervallen richtlijnen van de provincie, voor de primi-tieve begroting voor 2010 een bedrag opgenomen van € 75.640,-- voor onvoorziene uitga-ven. Gezien de criteria die binnen de gemeente worden gehanteerd voor het doen van on-voorziene uitgaven, is de post onvoorzien een onderdeel van het weerstandsvermogen. Door de provincie werd de gewenste omvang van de algemene reserve voor onze gemeente ge-steld op € 1.100.000,--. De gemeente Sint Anthonis voldoet aan de gege-stelde omvang.
Onderstaand volgt een samengevat overzicht van de reserves en voorzieningen naar de stand per 1 januari en 31 december 2011.
Omschrijving Stand Stand
1-jan-2011
31-dec-2011
1 Algemene reserve Algemene Dienst
- vrij besteedbaar 944.276 1.105.104
- niet vrij besteedbaar 11.400.000 11.400.000
2 Bestemmingsreserves Algemene Dienst
- egalisatie van tarieven 0 0
- dekking van activa (bruto-activeren) 4.270.518 3.884.510
- overige 6.907.910 7.049.378
3 Algemene reserve Grondbedrijf
- vrij besteedbaar 1.891.576 3.519.506
- niet vrij besteedbaar
4 Bestemmingsreserves Grondbedrijf 316.087 306.866
Subtotaal 25.730.367 27.265.364
5 Voorzieningen Algemene Dienst 7.151.828 7.022.250
6 Voorzieningen Grondbedrijf 2.300.077 2.300.076
Subtotaal 9.451.905 9.374.936
Totaal 35.182.272 36.587.690
Onbenutte belastingcapaciteit.
De limitering van de OZB-tarieven is per 1 januari 2008 afgeschaft. Het kabinet heeft wel het voorbehoud gemaakt dat de opbrengststijging voor de OZB landelijk beperkt moet blijven.
Daartoe is een macronorm ingesteld die de maximale opbrengststijging voor een bepaald jaar aangeeft. Voor 2011 is de macronorm vastgesteld op 3,50%. Opgebouwd uit inflatie 1,75% en de geraamde reële groei 1,75%.
In het coalitieakkoord kredietcrisis is echter afgesproken dat er door gemeenten moet wor-den ingezet op het vermijwor-den van stijging van de lokale lasten. Voor de OZB blijft de wettelijk vastgestelde macronorm echter gelden. Het kabinet heeft de gemeenten verzocht om in
de-voor dit verzoek te volgen door de OZB-opbrengsten (excl. areaalontwikkeling) niet te laten stijgen.
Dus nu de macronorm van het ministerie hoger is dan het door ons gehanteerde inflatieper-centage, is er onbenutte belastingcapaciteit aanwezig. Deze bedraagt voor onze gemeente voor 2011 € 98.357.
Het inzetten van de onbenutte belastingcapaciteit voor het doen van onverwachte uitgaven is in onze gemeente niet gebruikelijk. Theoretisch kan de onbenutte belastingcapaciteit benut worden om structurele tegenvallers te compenseren. De onbenutte belastingcapaciteit heeft alleen betrekking op de onroerende-zaakbelastingen. De overige tarieven uit de legesveror-dening hebben op begrotingsbasis een kostendekkend karakter en kunnen daarom niet ver-hoogd worden om nadelen te dekken.
Stille reserves zijn de meerwaarden van activa waarvan de verkoopwaarde hoger ligt dan de boekwaarden. Stille reserves spelen dan ook een rol bij de bepaling van de weerstandsca-paciteit. Het is wel een feit dat pas bij een daadwerkelijke verkoop van een object blijkt welk overwaarde wordt gerealiseerd ten opzichte van de boekwaarde. De belangrijkste stille re-serves zijn:
- Gemeentelijke gebouwen;
- Bossen en natuurterreinen;
- Openbaar groen;
- Verpachte gronden;
- Aandelen.
Om een beeld te kunnen geven van de stille reserves is hiervan een schatting gemaakt. De stille reserves van de gemeentelijke gebouwen zijn berekend op basis van de WOZ-waarde per 1 januari 2009 en de boekwaarde per 1 januari 2009. De stille reserves overige eigen-dommen bestaan uit de landbouwgronden en de gemeentelijke bossen/houtsingels.
Samengevat is de weerstandscapaciteit van gemeente Sint Anthonis als volgt opgebouwd:
Post Onvoorzien 75.640
Algemene Reserve 944.276
Onbenutte Belastingcapaciteit 98.357
Stille Reserves gemeentelijke gebouwen 7.979.245
Stille Reserves 1.667.400
Totaal : 10.925.746
ad 1. Primitieve begroting 2011
ad 2. Stand conform begroting per 1 januari 2011.
ad 3. Gebaseerd op het verschil van de procentuele stijging van de OZB-opbrengsten (ex-clusief areaalontwikkeling) voor 2011 ten opzichte van 2010 (0%) en de door het minis-terie van Financiën vastgestelde macronorm van OZB-tarieven van 3,50%.
ad 4. Betreft het verschil tussen de WOZ-waarde en de boekwaarde. Vervreemding van de-ze gebouwen is moeilijk en heeft nadelige gevolgen voor de exploitatie. Ze worden gro-tendeels gebruikt voor uitvoering van gemeentelijke taken, zijn vaak verhuurd en het betreft meest incourante objecten. De peildatum van de WOZ-waarde van de gebou-wen is 1 januari 2009.
ad 5. De stille reserves overige eigendommen bestaan uit landbouwgronden en de gemeen-telijke bossen/houtsingels. In eigendom is respectievelijk 872 ha en 282 ha. Bij de landbouwgronden is onderscheid gemaakt in vrije gronden, gronden in reguliere pacht, gronden in erfpacht bepaalde tijd, gronden in erfpacht onbepaalde tijd en in erfpacht
De waarde kan gesteld worden op circa € 18.814.000,--. Vervreemding van deze gron-den is moeilijk, ze zijn vaak verpacht (waardoor er inkomsten wegvallen). De bos-sen/houtsingels kunnen als moeilijk verkoopbaar worden beschouwd. De waarde hier-van kan dan ook op nihil gesteld worden. Per saldo wordt 10% meegenomen in de be-rekening van de weerstandscapaciteit.
Risico’s
Algemene uitkering
De gemeentelijke inkomsten bestaan voor een groot gedeelte uit de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Het is daarom van groot belang dat de gemeente tijdig een beeld heeft van de omvang van de uitkering. In de begroting wordt hiervoor uitgegaan van de in de mei of junicirculaire opgenomen criteria.
Gebruikelijk is echter dat aansluitend hierop in september, december en maart deze criteria weer worden bijgesteld, waardoor de in de begroting geraamde uitkering aanzienlijk kan worden gewijzigd.
Door een aantal oorzaken verspringen de inkomsten uit het gemeentefonds nogal in de tijd.
Dit is een gevolg van het feit dat het gemeentefonds wordt verdeeld aan de hand van onge-veer zestig verdeelmaatstaven (inwoners, huishoudens met een laag inkomen, bijstandsge-rechtigden, enz.). Dit geldt eveneens voor het accres en de uitkeringsfactor. Voor een aantal maatstaven geldt dat de score zich op voorhand niet gemakkelijk laat berekenen.
Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO)
Per 1 januari 2007 is de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) in werking getreden.
De gemeente ontvangt jaarlijks een budget dat onafhankelijk is van de feitelijke behoefte waardoor de WMO een open eind regeling is. Voor nadere informatie over de WMO verwij-zen wij u naar programma 6.
Bijstandsuitkeringen
Wegens het huisvesten van statushouders in onze gemeente is het te verwachten dat de door onze gemeente te verstrekken bijstanduitkeringen toe zullen nemen. In 2011 is terzake jaarlijks een bedrag van € 60.000 opgenomen. Het is echter niet uit te sluiten dat dit bedrag in werkelijkheid niet toereikend zal blijken te zijn.
Schuldhulpverlening en minimabeleid
Vanwege de recessie zullen naar verwachting de uit hoofde van schuldhulpverlening en mi-nimabeleid te verstrekken uitkeringen toenemen. In de begroting is bedrag van € 20.000 ge-raamd. Het is echter niet uit te sluiten dat dit bedrag in de werkelijkheid niet toereikend zal blijken te zijn.
Verdeling weerstandscapaciteit
Stille Res 15%
Stille Res gem geb
73%
Onbenutte Belast.cap
1%
Onvoorzien 1%
Alg Res 10%
WSW
In verband met de modernisering van de Wet op de sociale werkvoorziening (WSW) bestaat het risico dat er een groter financieel beslag op onze middelen wordt gedaan.
Beheerplannen
De gemeente Sint Anthonis beschikt over een aantal beheerplannen ondersteund door be-heerprogrammatuur. Deze zijn opgesteld om inzichtelijk te maken welke werkzaamheden op korte en middellange termijn uitgevoerd moeten worden, incl. de daarbij behorende budget-ten.
Voor een volledig overzicht en nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf 2 on-derhoud kapitaalgoederen.
Deze beheerplannen moeten tijdig geactualiseerd worden. Bijstellingen van deze bedragen (bezuinigingen) kunnen direct consequenties hebben voor het kwaliteitsniveau van alle voor-zieningen (kwaliteitsrisico).
In 2009 is een startdocument opgesteld voor het opstellen en actualiseren van alle beheer-plannen. Dit in relatie tot de opmerking van de accountant over de onderbouwing van de voorzieningen. In deze notitie is ervan uitgegaan dat de beheerplannen voor 2012 actueel zijn. In afwijking van deze notitie vindt de uitwerking van de beheerplannen Bebording en bebakening en Materieel Buitendienst in 2011 plaats.
Om het plan te laten slagen dient gedisciplineerd te worden omgegaan met het beheer en onderhoud en hiervoor de benodigde en gewenste tijd te reserveren en spenderen. Andere prioriteiten mogen hier geen druk op uitoefenen. De benodigde middelen van de nog niet door de Raad vastgestelde beheerplannen worden in het investeringsschema 2011 opge-nomen.
In 2011 kan een keuze gemaakt worden op welke manier de samenwerking met buurge-meenten geïntensiveerd wordt. Indien de beheerplannen inclusief de ondersteunende be-heerprogrammatuur als onderdeel wordt meegenomen in de samenwerking dienen hiervoor middelen beschikbaar gesteld te worden. De kosten worden geraamd op € 85.000.
Loon- en prijsontwikkelingen
Het risico met betrekking tot loon- en prijsontwikkeling bestaat uit de volgende onderdelen:
- de reële procentuele verhoging van lonen en prijzen voor zover deze uitgaan boven het ingecalculeerde percentage;
- het gedeelte dat wordt doorberekend aan derden, in belastingen en tarieven;
- de prijs- en loonrisico‟s als gevolg van kostenstijgingen bij gesubsidieerde instellingen;
- de compensatie voor loon- en prijsontwikkelingen in de algemene uitkering.
Meerjarig wordt in onze begroting uitgegaan van constante prijzen.
Werkkostenregeling
Met ingang van 1 januari 2011 zal de fiscale wet- en regelgeving rondom het (onbelast) ver-goeden van kosten aan werknemers ingrijpend gaan wijzigen. Vanaf die datum zijn
Met ingang van 1 januari 2011 zal de fiscale wet- en regelgeving rondom het (onbelast) ver-goeden van kosten aan werknemers ingrijpend gaan wijzigen. Vanaf die datum zijn