• No results found

Ervaringen van rechtzoekenden met strafrechtelijke instanties Evenals in de T0-vragenlijst is respondenten in de T1-vragenlijst gevraagd naar hun ervaring

In document Klachten tegen niet-vervolging (pagina 172-179)

met het Openbaar Ministerie, Nederlandse rechters en het Nederlandse strafrechtssysteem.

Voor elke strafrechtelijke instantie zijn dezelfde stellingen gebruikt om ervaringen met de verschillende instanties te vergelijken. De respondenten werd gevraagd naar het vertrouwen in de instantie (‘Ik heb vertrouwen in de instantie’, en ‘Ik vertrouw erop dat de instantie het juiste doet), ervaren procedurele rechtvaardigheid door deze instantie (‘De instantie beschermt de rechten van slachtoffers op een goede manier’, ‘De instantie is onpartijdig’,

‘De instantie handelt zorgvuldig’, en ‘De instantie behandelt mensen op een goede wijze), en hoeveel afstand ze ervaren tot de instanties (‘Ik ervaar een grote afstand tussen de instantie en mij’). Dit resulteerde in zeven stellingen waarbij respondenten konden aangeven op een 7-puntsschaal of ze het er geheel mee oneens (1) tot geheel mee eens (7) waren.

Daarnaast is een aantal extra stellingen toegevoegd t.o.v. de T0-meting. Er is de responden-ten ook gevraagd om te beoordelen in hoeverre zij zich kunnen relateren tot de instantie en andersom (‘Ik denk dat de instantie mij begrijpt’, ‘Ik heb het gevoel dat de instantie en ik over veel dingen hetzelfde denken’, ‘Ik heb het gevoel dat de instantie en ik dezelfde normen en waarden hebben’, en ‘Ik heb het gevoel dat de instantie en ik op dezelfde manier over de samenleving denken’) Tevens is respondenten gevraagd om een rapportcijfer van 1 tot 10 te geven aan de strafrechtelijke instantie.

7.8.1 Openbaar Ministerie

In Tabel 7.15 is te zien dat de veruit grootste groep respondenten aangaf geen vertrouwen in het OM te hebben (51%) en aangaf geen vertrouwen te hebben dat het OM het juiste doet (44%). Daarnaast ervoeren respondenten over het algemeen weinig procedurele rechtvaardigheid. Een grote groep respondenten gaf aan dat het OM de rechten van slachtoffers niet op een goede manier beschermt (40%). Daarbij was een aanzienlijk deel

van de respondenten van mening dat het OM niet zorgvuldig handelt (40%). Respondenten waren iets meer verdeeld over de stelling dat het OM onpartijdig is; maar een grote groep respondenten (31%) gaf hierop een negatief antwoord. Op de stelling dat het OM mensen op een goede wijze behandelt antwoordden de meeste respondenten negatief; de grootste groep respondenten gaf aan het hier niet mee eens te zijn (39%). De respondenten zijn verdeeld over de afstand die ze ervaren tot het OM. Een groep respondenten gaf aan afstand te ervaren met het OM (31%), een aanzienlijke groep was het echter met deze stelling oneens, zij ervaren geen grote afstand (15%). Een grote meerderheid (35%) van de denten had niet het gevoel dat het OM hen heeft begrepen. Daarnaast konden de respon-denten zich niet relateren aan het OM. Een meerderheid gaf aan dat het OM niet hetzelfde denkt over veel dingen (43%), andere normen en waarden (37%) heeft en op een andere manier over de samenleving denkt (37%).

Het rapportcijfer dat het OM gemiddeld kreeg van de respondenten is een 3.47. Dit onvoldoende rapportcijfer voor het OM wordt geïllustreerd in de open vraag naar de ervaringen van respondenten met betrekking tot hun zaak: ‘De houding van het OM richting slachtoffers vind ik ongehoord’; ‘Misschien krijgt het OM op deze manier meer oog voor hetgeen er onder slachtoffers en benadeelden leeft’; ‘Het OM schuift werkelijke zaken van zich af’.

Ervaringen met het Openbaar Ministerie Tabel 7.15

geheel mee eens geheel mee oneens

De volgende stellingen gaan over hoe u nu denkt over het Openbaar

Ministe-rie: Gem.

Ik heb nu vertrouwen in het Openbaar Ministerie

Het Openbaar Ministerie beschermt de rechten van slachtoffers op een goede manier

Ik vertrouw er nu op dat het Openbaar Ministerie het juiste doet

Het Openbaar Ministerie is onpartijdig

2.32(1.73)

Het Openbaar Ministerie handelt zorg-vuldig mensen op een goede wijze

4.81(2.33)

Ik ervaar een grote afstand tussen het Openbaar Ministerie en mij

Ik denk dat het Openbaar Ministerie mij begrijpt

geheel mee eens geheel mee oneens

De volgende stellingen gaan over hoe u nu denkt over het Openbaar

Ministe-rie: Gem.

Ik heb het gevoel dat het Openbaar Ministerie en ik over veel dingen het-zelfde denken

Ik heb het gevoel dat het Openbaar Ministerie en ik dezelfde normen en waarden hebben

Ik heb het gevoel dat het Openbaar Ministerie en ik op dezelfde manier over de samenleving denken

Gemiddelde: 3.47 (SD = 2.17) Ik geef het Openbaar Ministerie het

vol-gende rapportcijfer:

7.8.2 Nederlandse rechters

In Tabel 7.16 worden de resultaten voor de Nederlandse rechters weergegeven. Respon-denten zijn verdeeld over het vertrouwen dat ze hebben in Nederlandse rechters. De grootste groep respondenten gaf aan geen vertrouwen te hebben in Nederlandse rechters (29%). Een aanzienlijk deel van de klagers gaf echter aan enigszins neutraal te zijn wat betreft het vertrouwen in Nederlandse rechters (17%). Respondenten zijn ook verdeeld over het vertrouwen dat Nederlandse rechters het juiste doen. De grootste groep respon-denten gaf aan het geheel oneens te zijn met deze stelling (20%); een substantieel deel gaf neutraal te staan tegenover de stelling dat zij vertrouwen hebben dat Nederlandse rechters het juiste doen (29%).

Respondenten zijn verdeeld over de ervaren procedurele rechtvaardigheid door Nederlandse rechters. De grootste groep respondenten vertrouwt er niet op dat rechters de rechten van slachtoffers op een goede manier beschermen (34%). Een aanzienlijke groep respondenten antwoordde echter neutraal op deze stelling (16%). De grootste groep res-pondenten is neutraal ten opzichte van de onpartijdigheid van Nederlandse rechters (18%).

Tevens is de grootste groep respondenten neutraal ten opzichte van de stelling dat Nederlandse rechters zorgvuldig handelen (18%). Over de stelling dat rechters mensen op een goede wijze behandelen zijn respondenten ook verdeeld. De grootste groep van res-pondenten (22%) antwoordde neutraal op deze stelling. Resres-pondenten waren verdeeld over de ervaren afstand tot Nederlandse rechters. De grootste groep respondenten gaf hierop een neutraal antwoord (17%), terwijl een substantiële groep aangaf veel afstand te ervaren (18%). De grootste groep van de respondenten (20%) heeft niet het gevoel dat de rechter hen heeft begrepen, echter geeft ook vrijwel even groot deel van de klagers aan neutraal te staan tegenover deze stelling (19%). Daarnaast zijn de respondenten verdeeld

over de stellingen over de mate waarin zij zich kunnen relateren aan rechters. Een deel van de respondenten (22%) geeft aan dat rechters niet hetzelfde denken over veel dingen, terwijl een even groot deel (22%) aangeeft neutraal te staan ten opzichte van deze stelling.

Eenzelfde patroon is te zien voor de stellingen waar respondenten gevraagd werd naar de mate waarin rechters dezelfde normen en waarden hebben(respectievelijk 19% zeer oneens en 21% neutraal), en op dezelfde manier over de samenleving denken (respectievelijk 19%

en 23%).

Het rapportcijfer dat Nederlandse rechters gemiddeld kregen van de respondenten is een 4.75. Dit rapport cijfer is in tegenstelling tot T0-niet langer een voldoende. Het lijkt er op dat de respondenten teleurgesteld zijn in de rechters; en er wordt vaak aangeven door respondenten dat ze vinden dan het OM beschermd wordt. In de open vraag naar de verwachtingen over de klacht wordt ook vaak openlijk kritiek geuit op de rechters:

‘Gemakkelijk volgen van het OM’, ‘Helaas is uit mijn ervaring gebleken dat het gerechtshof het besluit van het OM overneemt’, ‘De zaak leek mij zeer vooringenomen door de rechter’,

‘Het voelt alsof de officier van justitie in bescherming wordt genomen’.

Ervaringen met Nederlandse rechters Tabel 7.16

geheel mee eens geheel mee oneens

De volgende stellingen gaan over hoe u nu denkt over Nederlandse rechters

Gem.

Ik heb nu vertrouwen in Nederlandse rechters

Rechters beschermen de rechten van slachtoffers op een goede manier

3.15(2.00)

Ik vertrouw er nu op dat Nederlandse rechters het juiste doen men-sen op een goede wijze

4.45

Ik ervaar een grote afstand tussen Nederlandse rechters en mij

Ik denk dat Nederlandse rechters mij begrijpen

Ik heb het gevoel dat Nederlandse rech-ters en ik over veel dingen hetzelfde denken

Ik heb het gevoel dat Nederlandse rech-ters en ik dezelfde normen en waarden hebben

geheel mee eens geheel mee oneens

De volgende stellingen gaan over hoe u nu denkt over Nederlandse rechters

Gem.

(SD) X 7 6 5 4 3 2 1

3.10(1.66) 20%

2%

4%

10%

23%

7%

15%

19%

Ik heb het gevoel dat Nederlandse rech-ters en ik op dezelfde manier over de samenleving denken

Gemiddelde: 4.75 (SD = 2.37) Ik geef Nederlandse rechters het

vol-gende rapportcijfer:

7.8.3 Nederlands strafrechtssysteem

In Tabel 7.17 is te zien dat een grote groep respondenten aangaf geen vertrouwen te hebben in het Nederlandse strafrechtssysteem (41%). Daarnaast gaf een groot deel van de respon-denten aan het oneens te zijn met de stelling dat ze vertrouwen hebben dat het strafrechts-systeem het juiste doet (38%).

Respondenten waren verdeeld over de ervaren procedurele rechtvaardigheid met betrekking tot het Nederlandse strafrechtssysteem. De grootste groep respondenten gaf aan dat het strafrechtssysteem de rechten van slachtoffers niet op een goede manier beschermt (42%). Een grote groep respondenten was geheel negatief ten opzichte van de onpartijdigheid van het strafrechtssysteem (25%). Echter, een aanzienlijk aantal respon-denten gaf aan neutraal (16%) te staan tegenover de onpartijdigheid van het strafrechtssys-teem. Tevens was een aanzienlijke groep respondenten neutraal ten opzichte van de stelling dat personen die binnen het Nederlandse strafrechtssysteem werken zorgvuldig handelen (25%) en mensen op een goede wijze behandelen (22%). Respondenten waren ook verdeeld over de ervaren afstand tot het Nederlandse strafrechtssysteem. Een grote groep respon-denten ervoer een grote afstand (17%); 14% ervoer echter geen grote afstand. Bovendien konden respondenten zich slecht relateren aan het Nederlands strafrechtssysteem. Een aanzienlijke groep gaf aan dat het strafrechtssysteem niet aansluit bij hoe zij denken over veel dingen (28%), andere normen en waarden (31%) heeft en niet aansluit bij hoe zij over de samenleving denkt (30%).

Het rapportcijfer dat het Nederlandse strafrechtssysteem gemiddeld kreeg van de res-pondenten is een 4.00. Het onvoldoende rapportcijfer wordt geïllustreerd door de kritiek die geuit wordt in de open vragen: ‘Kortzichtig en bureaucratisch rechtssysteem is afge-stompt’; ‘Vertrouwen in Justitie ben ik volledig kwijt’; ‘In Nederland wordt niet gestraft, daarom worden gevangenissen verhuurd aan België, Noorwegen en Zweden’.

Ervaringen met het Nederlandse strafrechtssysteem Tabel 7.17

geheel mee eens geheel mee oneens

De volgende stellingen gaan over hoe u nu denkt over het Nederlandse

straf-rechtssysteem: Gem.

Ik heb nu vertrouwen in het Nederlandse strafrechtssysteem beschermt de rechten van slachtoffers op een goede manier

Ik vertrouw er nu op dat het strafrechts-systeem het juiste doet

Personen die binnen het Nederlandse strafrechtssysteem werken handelen

Personen die binnen het Nederlandse strafrechtssysteem werken behandelen mensen op een goede wijze

4.52(2.17)

Ik ervaar een grote afstand tussen het strafrechtssysteem en mij

Ik denk dat het Nederlandse strafrechts-systeem aansluit bij hoe ik over veel din-gen denk

Ik denk dat het Nederlandse strafrechts-systeem aansluit bij mijn normen en waarden

Ik denk dat het Nederlandse strafrechts-systeem aansluit bij de manier waarop ik over de samenleving denk

Gemiddelde: 4.00 (SD = 2.23) Ik geef het Nederlandse

strafrechtssys-teem het volgende rapportcijfer:

In document Klachten tegen niet-vervolging (pagina 172-179)