• No results found

Een omvangschatting

In document Verboden huwelijken (pagina 77-80)

Hoofdstuk 3: Aantallen en kenmerken

3.13 Een omvangschatting

De aanpak van de omvangschatting

Om tot een gedegen omvangschatting te komen, maken we gebruik van een zogenoemde triangulatie. Dit betekent dat we van drie verschillende methoden onderzoeksdata hebben onttrokken om tot een

educated guess te komen. Dit zijn:

a. Bestaande registraties van de IND

b. Omvangschattingen van de professionals bevraagd in de landelijke enquête (n=209). c. Toetsing van omvangschattingen door twee experts.

Voor de minimale ondergrens van de omvangschatting gaan we uit van het aantal bestaande registraties van de IND waaruit data werden gegenereerd waarin verblijf bij de echtgenoot in Nederland werd verzocht en op het moment van die aanvraag een of beide echtgenoten nog niet de

leeftijd van achttien jaar bezat(en). Dit aantal bedraagt tussen 5 december 2015 en 1 september 2019: minimaal circa 150 (asiel nareis, zie tabel 20, en in beperkte mate regulier gezinsmigratie).

Vervolgens baseren we de omvangschatting op basis van de schattingen van de uitvoerders van de Wet tegengaan huwelijksdwang die we bevraagd hebben in de enquête; ten aanzien van de gebruikers hadden we te weinig cijfers voorhanden. We hebben de uitvoerders gevraagd een reële schatting te maken van het aantal gevallen kindhuwelijken, polygame huwelijken en huwelijken in verwantschap in de derde en vierde graad. Daarbij kan er een bandbreedte van twee percentages worden aangegeven. Het lage percentage beschouwen we als de ondergrens van de bandbreedte; het hoge percentage beschouwen wij als de bovengrens van de bandbreedte. Tot slot hebben we de educated

guess getoetst aan de specifieke kennis en kunde van experts op dit inhoudelijke domein.

Criteria betrouwbaarheid educated guess

In de educated guess betrekken we de respons over de omvang die wij als redelijk betrouwbaar kwalificeren. Als criteria hanteren we daarvoor:

- De schattingen van de professionals zijn gegeven vanuit een bepaalde zekerheid om deze schatting te kunnen bepalen. De mate van zekerheid waarmee professionals hun schatting uitbrachten, is doorberekend in een statistisch programma Open Bugs.

- We hebben naar de schattingen van de professionals gevraagd na hen de gehanteerde definitie van kindhuwelijken, polygame huwelijken en huwelijken tussen verwanten in de derde en vierde graad voor te leggen.

- De schattingen zijn gebaseerd op hun eigen professionele ervaring, niet op ‘horen zeggen’. - De schattingen zijn gedaan met terugwerkende kracht vanaf de inwerkingtreding van de Wet

tegengaan huwelijksdwang vanaf 5 december 2015.

Bij de drie onderzoeksvragen is er een ‘educated guess’ uitgevoerd waarbij de uitkomsten van de vragenlijst zijn teruggekoppeld naar experts. Aan deze experts is gevraagd of de schattingen overeen komen met hun verwachtingen of dat ze deze hoger of lager schatten. Voor de educated guess zijn vijf experts gevraagd hun reactie te geven; daarvan hebben twee experts uit het maatschappelijke veld gereageerd. Deze reacties zijn hieronder beschreven en uitgewerkt.

Onderzoeksvraag 1: Hoeveel voornemens werden bij de ambtenaar van de burgerlijke stand kenbaar

gemaakt voor het treden in kindhuwelijken, polygame huwelijken en huwelijken tussen verwanten in de derde of vierde graad, sinds de inwerkingtreding van de Wet?

Kindhuwelijken

Aan de uitvoerders is gevraagd om voor elk van de drie genoemde huwelijken een schatting te geven van hoe vaak ze denken dat voornemens kenbaar werden gemaakt in hun gemeente. Voor de berekening van deze schatting zijn de antwoorden op de meerkeuzenschaal omgezet naar 0 (geen) en 1 (meer dan 1).

Hierna zijn er met het programma OpenBugs 20.000 samples gedraaid. Daarna is de waarschijnlijkheid vastgesteld of er voornemens werden gemeld van kindhuwelijken, polygame huwelijken of huwelijken tussen verwanten in de derde en vierde graad volgens de bevraagde uitvoerders of gebruikers. Om deze zekerheid vast te stellen hebben we gebruik gemaakt van Openbugs (Lunn et.al., 2013; Kruschke, 2010; Gelman et.al., 2013). Met dit programma is het percentage met bepaalde zekerheid vast te stellen (waarschijnlijkheid dat het voorkomt kan bijvoorbeeld met 95% zekerheid worden vastgesteld). Openbugs is een statistisch programma dat met Bayesiaanse technieken deze

percentages vaststelt. Het werkt met priors (wat weten we van tevoren over deze cijfers), daarna worden de data geanalyseerd en de uiteindelijke percentages geschat.

Vervolgens zien we dat gemiddeld 33 % van de uitvoerders schat dat er voornemens met betrekking tot kindhuwelijken worden gemaakt. Met 95% kunnen we vaststellen dat het percentage ligt tussen 25% en 41%, dat uitvoerders schatten dat er voornemens van kindhuwelijken kenbaar zijn gemaakt in hun gemeente.

De experts geven aan dat ze dit beeld niet herkennen. Op basis van de casuïstiek vinden ze dit erg hoog. Het beeld is dat het bij kindhuwelijken in Nederland niet gaat om huwelijken die bij de burgerlijke stand worden gesloten, maar om huwelijken die in het buitenland worden gesloten of om informele huwelijken. De informele huwelijken zijn niet zichtbaar. Een andere expert benoemt ook dat zij uit cijfers van hun landelijke organisatie ongeveer twee kindhuwelijken per jaar tegenkomt. Polygame huwelijken

Bij voornemens van polygame huwelijken schatten de uitvoerders dat het gemiddeld 25% voorkomt in hun gemeente. Met 95% zekerheid kunnen we vaststellen dat het percentage ligt tussen 17% en 33%, dat uitvoerders schatten dat er voornemens van polygame huwelijken kenbaar zijn gemaakt. De twee experts geven een wisselend beeld. Een expert denkt dat deze inschatting kan kloppen, omdat veel mensen uit andere herkomstlanden niet goed op de hoogte zijn van wetgeving in Nederland en in hun cultuur een polygaam huwelijk gewoon mogelijk is. De andere expert benoemt dat ze vooral zien dat er met een vrouw een formeel huwelijk is gesloten wat nog niet is ontbonden en tegelijk al een informeel huwelijk met een tweede vrouw wordt gesloten.

Huwelijken tussen verwanten in de derde of vierde graad

Gemiddeld 51% schatten dat voornemens kenbaar zijn gemaakt voor neef/nichthuwelijken. Met 95% zekerheid kunnen we vaststellen dat het percentage ligt tussen 41% en 60%, dat uitvoerders schatten dat voornemens van neef/nichthuwelijken kenbaar zijn gemaakt in hun gemeente.

Een expert geeft aan dat het aantal goed zou kunnen kloppen, omdat veel mensen uit andere herkomstlanden niet goed op de hoogte zijn van wetgeving in Nederland. Waar het in Nederland niet mag, ligt dat binnen bepaalde andere landen anders. De andere expert geeft aan niet te kunnen aangeven of dit klopt. Wel benoemt de expert dat er veelal wordt gesprokken over een neef/nichthuwelijk, terwijl de familierelatie in werkelijkheid verder weg ligt, zoals bijvoorbeeld een achterneef.

Onderzoeksvraag 2: Hoeveel kindhuwelijken, polygame huwelijken en huwelijken tussen verwanten

in de derde of vierde graad werden in Nederland gesloten sinds de inwerkingtreding van de Wet? Kindhuwelijken

Aan de uitvoerders is gevraagd om voor elk van de drie genoemde huwelijken een schatting te geven van hoe vaak ze denken dat kindhuwelijken zijn voltrokken in hun gemeente. Voor de berekening van deze schatting zijn de antwoorden op de meerkeuzenschaal omgezet naar 0 (geen) en 1 (meer dan 1). Hierna zijn er met het programma OpenBugs 20.000 samples gedraaid. Gemiddeld schat 10% dat het voorkomt. Met 95% zekerheid kunnen we vaststellen dat het percentage ligt tussen 5% en 17%, dat uitvoerders schatten dat er kindhuwelijken in hun gemeente zijn voltrokken.

De experts geven aan dat ze dit aantal hoog vinden, aangezien het niet meer mogelijk is om in Nederland een wettig huwelijk te sluiten als een van beide partners jonger dan 18 jaar is. Het kan zijn dat men hierbij refereert aan een informeel of in het buitenland gesloten huwelijk. Deze huwelijken

komen voor, daar zijn ook signalen van, en dat maakt volgens de experts het probleem niet minder zorgelijk. Maar dit gaat dan niet om een civielrechtelijk huwelijk in Nederland.

Polygame huwelijken

Als het gaat om het voltrekken van polygame huwelijken schatten de uitvoerders dat het gemiddeld 12% voorkomt in hun gemeente. Met 95% zekerheid kunnen we vaststellen dat het percentage ligt tussen 7% en 19%, dat uitvoerders schatten dat er polygame huwelijken zijn voltrokken in hun gemeente sinds de inwerkingtreding van de Wet.

De experts geven aan dat ze dit aantal hoog vinden en ze denken wederom dat het hier gaat om informele huwelijken. Echter hebben ze geen beeld hoe vaak dit voorkomt.

Huwelijken tussen verwanten in de derde of vierde graad

Gemiddeld 50% schat dat neef/nichthuwelijken zijn voltrokken. Met 95% zekerheid kunnen we vaststellen dat het percentage ligt tussen 40% en 60%, dat uitvoerders schatten dat er neef/nichthuwelijken zijn voltrokken in hun gemeente.

Een expert geeft aan dat dit aantal hoog is, maar dat deze schatting wel realistisch kan zijn omdat het soms moeilijk traceerbaar is of men familie is van elkaar en men niet altijd de juiste gegevens heeft bij gemeentes om dit te achterhalen. De andere expert geeft aan hier geen inschatting van te kunnen maken en dat in hun ervaring het vaak ook gaat om huwelijken met verdere familieleden, zoals een achterneef.

Kindhuwelijken

Aan de uitvoerders is gevraagd om voor kindhuwelijken en polygame huwelijken een schatting te geven van hoe vaak ze denken dat er een verzoek voor erkenning/registratie kenbaar is gemaakt in hun gemeente. Voor de berekening van deze schatting zijn de antwoorden op de meerkeuzenschaal omgezet naar 0 (geen) en 1 (meer dan 1). Hierna zijn er met het programma OpenBugs 20.000 samples gedraaid. Gemiddeld 30 % schat dat het voorkomt. Met 95% zekerheid kunnen we vaststellen dat het percentage ligt tussen 21% en 40%, dat uitvoerders schatten dat er verzoeken om erkenning/ registratie van kindhuwelijken in hun gemeente zijn gedaan.

Een expert geeft aan dat het aantal verzoeken past in het beeld dat ze hebben. Dit betekent dat er nog veel moet gebeuren om de kinderen die onder de achttien jaar in het huwelijk zijn getreden te beschermen. De andere expert kan hier geen inschatting van maken.

Polygame huwelijken

Als het gaat om de erkenning of registratie van polygame huwelijken schatten de uitvoerders dat het gemiddeld 30,21% voorkomt in hun gemeente. Met 95% zekerheid kunnen we vaststellen dat het percentage ligt tussen 22% en 40%, dat uitvoerders schatten dat er verzoeken om erkenning/ registratie van polygame huwelijken zijn gedaan in hun gemeente.

Een expert vindt dit aantal realistisch, omdat een verzoek om erkenning iets anders is dan de voltrekking van zo’n huwelijk. De andere expert kan hier geen inschatting van maken.

In document Verboden huwelijken (pagina 77-80)