7. Conclusie
7.2. Conclusie onderzoeksvraag
Als antwoord op de onderzoeksvraag kan worden geconcludeerd dat relevante stakeholders een overwegend positieve perceptie hebben over het functioneren van de boa’s openbare ruimte, maar dat deze mening wel verschilt van het grote publiek. De respondenten in dit onderzoek geven aan dat het gemiddelde imago van de boa openbare ruimte in Nederland niet al te best is, maar al wel iets is verbeterd ten opzichte van een decennium geleden.
Het functioneren en imago van de boa openbare ruimte kunnen voor een groot deel verklaard worden door het professionaliteitsniveau van de boa, maar is geen uitsluitende verklaring. Daarnaast spelen media, de erfenis van de Melkertbaan en de aard van hun werkzaamheden ook nog een rol in het imago van de boa openbare ruimte.
De verwachting is dat het imago van de boa openbare ruimte in de toekomst zal verbeteren als gevolg van een grotere aandacht voor het professionaliteitsniveau door middel van hogere eisen, betere scholing en meer aandacht voor het ontwikkelen van sociale vaardigheden.
Kortom, het professionaliteitsniveau zit in de lift en zal de komende jaren nog blijven stijgen, waardoor waarschijnlijk een beter imago zal volgen als de ervaringen van burgers met boa’s openbare ruimte positiever worden. Een honderd procent positief imago zal echter nooit worden bereikt, want daarvoor doen de boa’s teveel werkzaamheden die de burger bij misstappen in zijn portemonnee voelt.
7.3. Reflectie
In deze scriptie werd de volgende hypothese gebruikt ter ondersteuning van de onderzoeksvraag: : Professionaliteitsniveau heeft een effect op het imago van de boa openbare ruimte. Naar aanleiding van de resultaten uit de interviews, voorgaande onderzoeken en de media-analyse kan deze hypothese worden aangenomen. Alles wijst erop dat het professionaliteitsniveau van de boa openbare ruimte een effect heeft op het imago van de boa openbare, alhoewel dit zeker niet de enige bepalende factor is. Er zijn in
dit onderzoek meer variabelen naar voren gekomen die een effect hebben op het imago van de boa openbare ruimte, zoals beeldvorming door de media en de kennis van de burger.
Wanneer er reflecterend wordt teruggekeken naar de gebruikte theorieën in dit onderzoek, kan er gesteld worden dat de boa’s openbare ruimte in Nederland inmiddels goed als professionals beschouwd kunnen worden, daar hun beroepsgroep is afgeschermd door opleidingen en diploma’s, zij steeds vaker in een herkenbaar landelijk uniform werken en zij in hun werk zijn gebonden aan regels die speciaal voor de beroepsgroep zijn opgesteld (Wilmink, 2014). Ondanks die afgesproken normen en regels waar de beroepsgroep naar dient te handelen, beschouwen de respondenten de boa’s openbare ruimte toch zeker ook als street-level bureaucrats met een bepaalde mate van beleidsvrijheid (Kagan, 1978). Alle respondenten vinden dat een boa openbare ruimte situationeel moet handelen waarbij hij gebruikt maakt van zijn vaardigheden. Dit wordt door respondenten ook wel omschreven als de houding en het gedrag van de boa op straat, waarvan bijna alle respondenten stellen dat de boa openbare ruimte hiermee ook zijn eigen imago kan beïnvloeden.
7.4. Beperkingen
Zoals in elk onderzoek en bij elke manier van onderzoek doen, zijn er beperkingen te onderscheiden. Dit is in het geval deze scriptie niet anders. In dit hoofdstuk zullen de verschillende beperkingen van dit onderzoek worden behandeld.
Ten eerste is er een beperking met de generaliseerbaarheid van de resultaten, zoals ook al behandeld in de methodologie. De 390 gemeenten in Nederland verschillen nu eenmaal erg van elkaar op allerlei gebieden, dus ook op het gebied van handhaving. De gemeenten mogen zelf bepalen aan welke eisen hun boa’s moeten voldoen (naast de minimaal gestelde eisen vanuit het Ministerie van Veiligheid en Justitie), waarmee het professionaliteitsniveau ook erg zou kunnen verschillen. In de ene gemeente is er meer budget beschikbaar voor opleidingen van boa’s openbare ruimte dan in andere gemeenten. Hierdoor is dus lastig te bepalen wat nu echt hét imago van de boa openbare ruimte in Nederland is en wat de verklaringen hiervoor zijn.
Ten tweede is er een beperking in de zin dat het vak ontzettend in beweging is en daarmee mogelijkerwijs de resultaten snel achterhaald zullen zijn. Het vak van de boa openbare ruimte is in ontwikkeling, mede door verhoogde opleidingseisen (uitgelegd in
hoofdstuk 4). Het is daarmee als het ware een ‘ongoing process’, wat het bemoeilijkt om resultaten te verkrijgen voor langere tijd. Het lijkt erop dat er steeds meer professionalisering plaats vindt in gemeenten op het gebied van handhaving en daarmee men ook probeert het imago van de boa op te vijzelen. Dit betekent dat de resultaten van deze studie mogelijk snel verouderd zullen zijn. Dat neemt echter niet weg dat dit onderzoek wel degelijk zijn nut heeft, al zou het maar zijn om als een nulmeting te dienen voor vervolgonderzoek over een paar jaar om de ontwikkelingen sindsdien te onderzoeken.
7.5. Aanbevelingen
Vanuit dit onderzoek zal een aantal aanbevelingen worden gedaan op zowel het gebied van verder onderzoek als praktische suggesties voor gemeenten om het imago van de boa openbare ruimte te verbeteren.
Ten eerste zou het goed zijn onderzoek te doen naar de andere factoren die van invloed zijn op het imago van de boa openbare ruimte. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door middel van een representatief burgeronderzoek met vragen over wat men vindt van boa’s openbare ruimte en waarom men die mening is toegedaan. Wanneer precies kan worden aangeduid uit welke onderdelen het imago van de boa openbare ruimte is opgebouwd, kan ook specifieker worden ingezet op de verbetering van bepaalde onderdelen van het imago. Op die manier zou mogelijkerwijs de verwachte positieve verandering in het imago van de boa openbare ruimte versneld kunnen worden.
Ten tweede zou het zeer nuttig zijn om dit onderzoek over tien jaar te herhalen en te zien of het gewenste professionaliteitsniveau dan is behaald en of de verwachte imago- verandering heeft plaatsgevonden. Vanaf 2022 heeft namelijk iedere boa de permanente her- en bijscholing volledig doorlopen en zijn eventuele boa’s die zijn overgebleven uit de tijd van de Melkertbanen (en niet kunnen meekomen met de strengere eisen) uit het bestand gefilterd. Het zou interessant zijn om te onderzoeken of de in dit onderzoek geschetste verwachtingen waarheid worden in de komende jaren.
Ten derde wil ik een aantal manieren noemen waarop gemeenten naar mijn idee het imago van de boa openbare ruimte versneld kunnen verbeteren. Uit dit onderzoek blijkt dat de media grote invloed hebben op het beeld dat burgers van een boa openbare ruimte hebben. Als gemeente kan men proberen de lokale en regionale media te stimuleren om ook
positieve verhalen over de boa te publiceren. Dat kunnen verhalen zijn over succesvolle acties, maar ook een interview met een van de boa’s in de gemeente zodat burgers een gezicht erbij krijgen en ook meer te weten komen over de werkzaamheden van een boa, aangezien het takenpakket inmiddels een stuk groter is dan slechts parkeerboetes uitschrijven. Ook kan er vanuit de gemeente (of landelijk) actief campagne gevoerd worden
om de bekendheid van boa’s bij burgers te vergroten, immers: onbekend maakt onbemind.9
Daarnaast kan de professionaliteit van de boa openbare ruimte ook op manieren buiten de opleiding om vergroot worden door middel van reflectie, het bespreken van situaties of door gezamenlijk te oefenen met bepaalde casussen binnen de gemeente. Op deze manier worden de boa’s openbare ruimte gestimuleerd om zich constant te ontwikkelen en zich bewust te zijn van hun gedrag en houding op straat wanneer zij mensen aanspreken.
9 Het CCV heft hier een aantal posters voor beschikbaar, zie http://www.hetccv.nl/dossiers/boas-in-de-
Literatuurlijst
Bervoets, E. (2013), Gemeentelijk Blauw, Apeldoorn: Politie & Wetenschap.
Bervoets, E. & B. Rovers (2016), Wat vindt het publiek van gemeentelijke handhavers? Onderzoek naar het imago van gemeentelijke handhavers in vijf gemeenten, Bureau Bervoets/BTVO.
Blauw, E. (1986), Het corporate image: beeldvorming van de onderneming, De Viergang. Boulding, K.E. (1956), The Image, Univesity of Michigan Press.
Bovens, M.A.P., P. ’t Hart & M.J.W. van Twist (2007), Openbaar Bestuur. Beleid, Organisatie en Politiek, Alphen aan den Rijn: Kluwer.
Breeman, G.E., W.J. van Noort & S.O. Balfoort (2012), De bestuurlijke kaart van Nederland: het openbaar bestuur en zijn omgeving in nationaal en internationaal perspectief, Bussum: Coutinho.
Dijkstra, G.S.A. & F.M. van der Meer (2003), ‘Disentangling blurring boundaries: the public/private dichotomy from an organizational perspective’, in: Rutgers, M.R. (red.) (2003), Retracing Public Administration Volume 7, pp. 89-106.
Dijkstra, G.S.A., F.M. van der Meer & C.F. van den Berg (2015), ‘Is er nu wel of geen sprake van een terugtreden openbaar bestuur? Het personeelsperspectief’, in: CAOP (red.) (2015), Staat van Ambtelijke Dienst 2015. De overheid in tijden van verandering, Den Haag: CAOP, pp. 23-35.
Dumpert (2016), ‘Stadswacht is te streng’, op:
http://www.dumpert.nl/mediabase/6723535/3156d871/stadswacht_is_streng.html
(bezocht op 21 mei 2016).
Expertisecentrum handhaving DHW (2016), ‘Drank en Horecawet’, op:
https://www.handhavingdhw.nl/drank-en-horecawet-0 (bezocht op 16 februari 2016). Gardner, H., Csikszentmihalyi, M., & Damon, W. (2009). ‘Het Good Work Project: enkele resultaten van vijftien jaar onderzoek’, in: T. Jansen, G. van den Brink & J. Kole (red.), Beroepstrots. Een ongekende kracht, Amsterdam: Boom uitgevers, pp. 48-76.
Groot, I. de (2015), ‘Particuliere beveiligers rukken op in Dordrecht’, op:
http://www.ad.nl/ad/nl/32605/Dordrecht/article/detail/4102323/2015/07/16/Particuliere- beveiligers-rukken-op-in-Dordrecht.dhtml (bezocht op 10 maart 2016).
Hauber, A., B. Hofstra, L. Toornvliet en A. Zandbergen (1996), ‘Some new forms of functional social control in the Netherlands and their effects’, British Journal of Criminology, 36 (2), 199-219.
Herderscheê, G. (2011), ‘Gemeenten snijden fors in banen uit subsidiegeld’, op:
http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/2876330/2011/08/30/Gemeenten- snijden-fors-in-banen-uit-subsidiegeld.dhtml (bezocht op 23 februari 2016).
IVON (2016), ‘Regeling Toetsing Geweldsbeheersing Buitengewoon Opsporingsambtenaar
(RTGB)’, op: http://www.ivon.nl/detail/regeling-toetsing-geweldsbeheersing-buitengewoon-
opsporingsambtenaar-rtgb/74/ (bezocht op 23 februari 2016).
Janssen, L.H. (2013), Op weg naar een nieuwe ambtelijke status, Tilburg University.
Justis (2016a), ‘BOA-insigne’, op: https://www.justis.nl/producten/boa/boa-insigne/
(bezocht op 23 februari 2016).
Justis (2016b), ‘Buitengewoon opsporingsambtenaar. Taken, bevoegdheden en domeinen’, op: https://www.justis.nl/producten/boa/boa-worden/taken/ (bezocht op 15 februari 2016). Kagan, R. (1978) Regulatory Justice, New York: Russell Sage Foundation.
Kerstens, B. (2015), ‘Accordeonspelende scholier in konijnenpak krijgt boete’, op:
http://www.ad.nl/ad/nl/1012/Nederland/article/detail/4134217/2015/09/02/Accordeonspe lende-scholier-in-konijnenpak-krijgt-boete.dhtml (bezocht op 14 april 2016).
Kok, W. (1994), Regeerakkoord Kabinetsformatie 1994, Tweede Kamer, vergaderjaar 1993- 1994, 23 715, nr. 11.
Kuijt, J. en H. Mesdag (2012), ‘Archief van het Bureau Stadswacht’, op:
https://archief.amsterdam/inventarissen/inventaris/30143.nl.html (bezocht op 22 februari 2016).
Kunkel, J.H. en L.L. Berry (1968), ’A behavioral conception of retail image’, Journal of Marketing, 32, pp. 21-27.
Lindquist, J.D. (1974), ‘Meaning of image’, Journal of Retailing, 50, (4), pp. 28-29.
Lipsky, M. (1980), Street-level Bureaucracy. Dilemmas of the individual in public services, New York: Russell Sage Foundation.
Marks, R.B. (1976), ‘Operationalizing the concept of store image’, Journal of Retailing, 52, (2), pp. 37-46.
Maynard-Moody, Steven en Michael Musheno (2009), Cops, Teachers, Counselors. Stories from the Front Lines of Public Service, University of Michigan Press.
Mazursky, D. en J. Jacoby (1986), ‘Exploring the development of store images’, Journal of Retailing, 62, pp. 145-165.
Meer, F.M. van der, C.F. van den Berg & G.S.A. Dijkstra (2011), Naar een overheid en ambtenarenstatus nieuwe stijl. Het eigene van de overheid en haar personeel in een systeem van multi-level governance vanuit internationaal perspectief bezien, Leiden: Centrum voor Publieke Sectorhervormingen.
Mein, A.G. en A.R. Hartmann (2013), De stand van het BOA-bestel: Eindrapport over het
stelsel waarbinnen buitengewoon opsporingsambtenaren functioneren, Den
Haag/Rotterdam: WODC/Erasmus Universiteit.
Ministerie van Veiligheid en Justitie (2012). Voortgang professionalisering toezicht en handhaving openbare ruimte. Brief minister van Veiligheid en Justitie, 5 maart 2012, kenmerk DDS 5726217/12.
Ministerie van Veiligheid en Justitie (2015), Beleidsregels Buitengewoon
Opsporingsambtenaar, Nr. 16504, Gepubliceerd in de Staatscourant op 18 juni 2015.
Parlement & Politiek (2016), ‘Drs. A.P.W. (Ad) Melkert ’, op:
http://www.parlement.com/id/vg09llobysxy/a_p_w_ad_melkert (bezocht op 23 februari 2016).
Pruyn, A. Th. H. (1994), ‘Imago: een analytische benadering van het begrip en de implicaties daarvan voor onderzoek’ in: Riel, C.B.M. van (1994), Corporate Communication, Bohn Stafleu Van Loghum, pp. 1.5-1 – 1.5-37.
Ringeling, A. (2004), Het imago van de overheid, Den Haag: Reed Business Information bv.
RTV Noord (2015), ‘”Roze konijn” hoeft boete niet te betalen’, op:
http://www.rtvnoord.nl/nieuws/153328/Roze-konijn-hoeft-boete-niet-te-betalen (bezocht op 14 april 2016).
Ruigrok, L.D. (2013), ‘Die pet past ons allemaal’, Ars Aequi, 62, (7/8), pp. 574-579.
Stichting Maatschappij en Veiligheid (2013), Burgers over politie & buitengewoon opsporingsambtenaren, Amsterdam.
SPV (2016), ‘Training RTGB Geweldsbeheersing voor Boa’s’, op:
http://www.spv.nu/opleidingen/item/80/rtgb-geweldsbeheersing-voor-boas (bezocht op 22 februari 2016).
Steden, R. van (2012), Veelvormig en versnipperd. Gemeentelijke toezichthouders en handhavers in het publieke domein, Amsterdam/Den Haag: Vrije Universiteit/SMVP.
Terpstra, J. (2010), Het Veiligheidscomplex: ontwikkelingen, strategieën en
verantwoordelijkheden in de veiligheidszorg, Den Haag: Boom Juridische Uitgevers.
Terpstra, J. en B. van Stokkom (2013), ‘Van Wijkagent tot Stadswacht en BOA’, Secondant, (6), pp. 6-11.
Thiel, S. van (2013), Bestuurskundig Onderzoek: een methodologisch inleiding, Bussum: Coutinho.
Topalian, A. (1984), ‘Corporate identity: beyond the visual overstatements’, International Journal of Advertising, 3, (1), pp. 55-62.
Trouw (2002), ‘SER wil Melkertbanen afschaffen’, op:
http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/article/detail/2793572/2002/02/20/Ser-wil- Melkertbanen-afschaffen.dhtml (bezocht op 23 februari 2016).
Van Dale (2016), ‘Image’, op: https://www.vandale.nl/ (bezocht op 16 april 2016).
VNG (2014), Handhaving herkenbaar in de openbare ruimte. Een modeluniform voor de boa openbare ruimte, Den Haag.
VNG (2016), Omdat de burger dat van ons verwacht.
Vries, M. de (2013), Het imago van de politie. Een onderzoek naar beelden van de politie onder de bevolking, Dordrecht: Stichting Maatschappij en Veiligheid.
Wilmink, H. (2014), ‘Verder op weg naar een professie voor de beleidsambtenaar?’, Bestuurskunde, 23, (4), pp. 35-44.
Winterman, P. (2015), ‘Achter elke boom een BOA: boetebeleid gemeente chaos’, op:
http://www.ad.nl/ad/nl/1012/Nederland/article/detail/4038833/2015/05/23/Achter-elke- boom-een-boa-boetebeleid-gemeente-chaos.dhtml (bezocht op 20 september 2015).
Winterman, P. (2016), ‘Dag agent, de gemeentelijke boa neemt het roer over’, op:
http://www.ad.nl/ad/nl/38261/Nieuws/article/detail/4256668/2016/03/04/Dag-agent-de- gemeentelijke-boa-neemt-het-roer-over.dhtml (bezocht op 11 maart 2016).
Bijlagen
Bijlage I: Mediascan met betrekking tot boa’s
In deze mediascan zullen berichten uit zowel online als offline media besproken worden omtrent het onderwerp boa’s. Om het zo actueel mogelijk te houden is ervoor gekozen om alleen berichten uit 2015 te gebruiken. Daarnaast zijn berichten die over boa’s in een ander domein dan Openbare Ruimte vallen, niet meegenomen in de mediascan. Eenzelfde geldt voor artikelen over de (afschaffing) PV-vergoeding (dit is namelijk een financiële kwestie en heeft niets met het imago van boa’s openbare ruimte te maken).
Deze mediascan is zo compleet mogelijk, echter is het onmogelijk om alle berichten hier weer te geven. Ook wanneer eenzelfde bericht in meerdere kranten is verschenen, wordt slechts één van die artikelen weergegeven (tenzij de strekking van de andere artikelen afwijkt).
Taken boa’s
De taken van boa’s komen in veel artikelen voor, waarbij vaak het onderscheid wordt onderstreept met de politie. In artikelen zijn de meest genoemde taken van boa’s: parkeerboetes uitschrijven, tegengaan overlast, aanpak zwerfafval, aanpak hondenpoep. Dit raakt natuurlijk ook aan het onderwerp ‘imago van de boa’. De boa wordt veelal in de artikelen gezien als iemand die zich op kleine overtredingen richt en verre van een echte politieagent wordt gezien.
Rampplek Alphen toeristische trekpleister
http://www.ad.nl/ad/nl/1012/Nederland/article/detail/4116197/2015/08/08/Rampplek- Alphen-toeristische-trekpleister.dhtml
Bericht waarin wordt verteld dat boa’s uit verschillende gemeenten ingezet worden als toezichthouder en handhaver na het hijskraanongeval. Ze bewaken de rampplek 24 uur per dag, zorgen dat de ramptoeristen achter de dranghekken blijven en beantwoorden vragen.
Boa’s werken in Utrecht met handcomputers
http://www.ad.nl/ad/nl/1039/Utrecht/article/detail/4100182/2015/07/14/Boa-s-werken-in- Utrecht-met-handcomputers.dhtml
Bericht over invoering van handcomputers waarmee boa’s efficiënter kunnen werken op het
gebied van parkeerbeleid. Verder wordt benadrukt dat een boa meer
verantwoordelijkheden heeft dan schrijven van parkeerboetes en worden ook een aantal voorbeelden van taken genoemd. Verder komt Van Zanen aan het woord die stelt dat boa’s de oren en ogen van de stad zijn.
Extra boa op Heuvelrug om jeugd in het gareel te houden
http://www.ad.nl/ad/nl/1039/Utrecht/article/detail/4003749/2015/05/06/Extra-boa-op- Heuvelrug-om-jeugd-in-het-gareel-te-houden.dhtml
Gaat over inzet van extra boa om te voorkomen dat politie extra moet gaan ingrijpen. Taken voor de tweede boa zijn parkeerhandhaving, aanpak overlastgevende jongeren en controle illegale adressen.
Boete voor alcoholverbod korfbalclub niet verscheurd
http://www.ad.nl/ad/nl/1012/Nederland/article/detail/3844512/2015/02/05/Boete-voor- alcoholverbod-korfbalcub-niet-verscheurd.dhtml
Gaat over handhaving Drank- en Horecawet en een boa die een boete uitschreef voor een jongen van 17 met bier in zijn hand. Korfbalclub beweert echter dat hij het alleen even vasthield voor iemand anders. Boa lijkt hier te worden weggezet als iemand die erop uit is voor vanalles boetes uit te schrijven.
Hulp van tolken bij bekeuren buitenlandse truckers
http://www.volkskrant.nl/binnenland/hulp-van-tolken-bij-bekeuren-buitenlandse- truckers~a3954149/
Tolken gaan boa’s helpen bij het bekeuren van buitenlandse vrachtwagenchauffeurs.
DNA-tests om hondenpoep tegen te gaan: ‘hoe verser de drol, hoe beter’
http://www.volkskrant.nl/binnenland/dna-tests-om-hondenpoep-tegen-te-gaan-hoe-verser- de-drol-hoe-beter~a3948342/
Artikel over inzetten van boa’s om probleem met hondenpoep tegen te gaan door middel van handhaving, repressie en gedragsverandering.
Gruwelijke vondst onthoofd lammetje in vuilniscontainer Spaarnwoude
http://www.rtvnh.nl/nieuws/164554/gruwelijke-vondst-onthoofd-lammetje-in- vuilniscontainer-spaarnwoude
In dit artikel komt boa zijdelings aan bod. Man vertelt politie te hebben gebeld, maar dat er slechts een boa een kijkje kwam nemen. Wordt dus lichtelijk denigrerend over boa gesproken.
Stadswacht-alert
http://www.nrc.nl/handelsblad/van/2015/mei/29/stadswacht-alert-1499503
Artikel over het spelletje dat met stadswachten soms wordt gespeeld, beetje uitdagen etc. In dit stuk gaat het specifiek over de parkeercontroleurs en hoe je die te slim af kan zijn.
Nieuwe boa’s voor Lingewaard en Overbetuwe
http://www.gelderlander.nl/regio/betuwe/overbetuwe/nieuwe-boa-s-voor-lingewaard-en- overbetuwe-1.5118309
Twee gemeenten hadden tekort aan boa’s, dit is nu opgelost door nieuwe boa’s op te leiden. Opvallend is dat wordt benadrukt dat het aantal parkeerboetes in de gemeenten erg laag was door het tekort aan boa’s. Wederom framing als bonnenschrijver.
ROC Nijmegen: direct boete bij niet opruimen afval
http://www.gelderlander.nl/regio/nijmegen-e-o/nijmegen/roc-nijmegen-direct-boete-bij- niet-opruimen-afval-1.4950069
Taak voor boa’s is om zwerfaval tegen te gaan en hier eventueel boetes à €97 voor uit te schrijven in Nijmegen.
Meer boa’s en boetes tegen zakken
http://www.leidschdagblad.nl/regionaal/leidenenregio/article27406537.ece/Meer-boas-en- boetes-tegen-zakken
Artikel uit Leiden dat boa’s harder zouden moeten optreden tegen zwerfaval en verkeerd neergezette vuilniszakken (waar de meeuwen vervolgens mee aan de haal gaan).
Met de BOA van Voorschoten controleren op hondenpoep
http://www.leidschdagblad.nl/regionaal/leidenenregio/article27308945.ece/Met-de-BOA- van-Voorschoten-controleren-op-hondenpoep_
Artikel over aanpak van hondenpoep. Toelichting op hoe moeilijk boa’s het aanpakken hiervan vinden. Opvallend uit het artikel is dat de boa soms niet wordt geloofd wanneer hij in burgerkleding zijn penning laat zien. Zou erop kunnen wijzen dat ze niet serieus worden genomen.
Misstappen van boa’s
Ook bij boa’s blijkt wel eens iets mis te gaan. Net als bij andere functionarissen staan media te springen bij verhalen over boa’s die hun boekje te buiten gaan door bijvoorbeeld buitenproportioneel op te treden of door een onzuiver verleden.
Drugscriminelen achter aanslag auto burgemeester
http://www.ad.nl/ad/nl/1012/Nederland/article/detail/4114707/2015/08/06/Drugscriminel en-achter-aanslag-auto-burgemeester.dhtml