In onderstaand hoofdstuk worden conclusies getrokken uit de literatuurstudie, gebruikte methoden en resultaten. Ook worden aanbevelingen gegeven aan (potentiële) VAB-houders en de gemeente Oss.
6.1 Conclusie
Conclusie proeflocatie
Uit de resultaten blijkt dat het verdienmodel voor de proeflocatie, met SDE+ subsidie, rendabel is.
Het nieuwe dak van 1075 m2 en de 600 meter kabel voor de aansluiting op het middenspanningsnet kunnen worden terugverdiend met de opbrengsten van de PV-installatie. Met een jaarlijks
rendement van 4,12 procent en een brutowinst (winst voor belasting) van €278.879,- over 15 jaar, is het een goede investering. Na 15 jaar vervalt de SDE+ subsidie en dienen de omvormers vervangen te worden. De PV-installatie blijft vervolgens wel energie opwekken en creëert inkomsten door de terug leververgoeding en energiebesparing waardoor het rendement vrijwel hetzelfde blijft. De conclusie die hieruit kan worden getrokken is dat de investering in een PV-installatie zorgt voor een gegarandeerd rendement voor 15 jaar of langer.
Conclusie algemeen verdienmodel
In het algemene rekenmodel zijn de bevindingen uit de proeflocatie bevestigd. Na doorrekening is gebleken dat een verdienmodel met SDE+ waarbij de PV-installatie wordt aangeschaft de meest gunstige situatie oplevert. Het rendement van dit verdienmodel komt in elke situatie als hoogst uit.
Postcoderoos, huur- en leaseconstructie blijken een lager rendement en langere terugverdientijd dan SDE+ in combinatie met koop te hebben.
Minimale oppervlakte SDE+
Uit het rekenmodel blijkt dat minimaal een oppervlakte van 100m2 geschikt dak nodig is om een PV-installatie van 15kWp te realiseren om SDE+ aan te kunnen vragen. Wanneer de andere variabele kosten worden weggelaten (middenspanningsnet, sloop) kan met een dak 100 m2 asbest worden gesaneerd en het dak worden vervangen en terugverdiend worden in 15 jaar. In elke andere casus die op deze manier is doorgerekend kan het oppervlakte asbest worden gesaneerd en het dak vervangen, als op deze plek een gelijk oppervlak aan PV-installatie wordt geplaatst.
Invloedrijke variabelen
Tijdens het onderzoek is gebleken dat er een aantal variabelen zijn die bepalend zijn voor de terugverdientijd. Uit het rekenmodel kan geconcludeerd worden dat de hoeveelheid te saneren asbest, de hoeveelheid te vervangen dak en de afstand tot het middenspanningsnet de meeste invloed hebben op het rendement. Het vervangen van je asbest dak kan vrijwel altijd uit, echter kan de afstand tot het middenspanningsnet dusdanig groot zijn dat het verdienmodel een negatief rendement krijgt. De afstand tot het middenspanningsnet kan het verdienmodel dus maken of breken.
Verdienmodel zonne-erf
Het rendement van een zonne-erf (twee à drie procent) is in vergelijking met een zonnedak (vier á zes procent) relatief laag. De oorzaak hiervan is dat bij een zonne-erf een aantal extra kosten komen, zoals de omgevingsvergunningsaanvraag, bestemmingswijziging en landschappelijke inpassing. Een zonne-erf is echter wel een manier om de kosten van sloop en asbestsanering terug te verdienen.
44 Aandachtspunt daarbij is wel de noodzakelijke ruimtevraag. Uitgaande van een terugverdientijd van 15 jaar is er een zonne-erf nodig met een oppervlakte van 2.500m2. Deze ruimte is op een gemiddeld erf niet beschikbaar. Het verdienmodel zonne-erf is derhalve beperkt realistisch/haalbaar.
Landschappelijke inpassing
De kosten van landschappelijke inpassing van een zonne-erf zijn onduidelijk en daarom niet
meegenomen in het rekenmodel. Alle extra kosten zullen leiden tot een lagere brutowinst, dit zorgt dat de investering minder aantrekkelijk wordt.
Zonne-veld
Bij aanwending van oppervlaktes buiten het agrarisch erf dient te worden gesproken over een zonne-veld. In dat geval dienen ook kosten te worden meegenomen voor inkomstenderving van agrarische productie waardoor de investering nog minder aantrekkelijk wordt.
6.2 Aanbevelingen
Eigenaar VAB
Het is interessant voor een (potentiële) VAB-eigenaar om zich te verdiepen in de aanschaf van een PV-installatie vanwege het potentieel rendement. Op basis van uitkomsten uit het rekenmodel worden aanbevelingen gedaan.
Aanvraag SDE+
Aanbevolen wordt om SDE+ subsidie aan te vragen, hiermee is een constante prijs voor het
opwekken van energie gegarandeerd voor een periode van 15 jaar. Door een gegarandeerd inkomen is het een investering met een laag risico en is de bank gewillig om krediet te verschaffen. Dit geldt zowel voor een zonnedak als een zonne-erf. De VAB-eigenaar dient zich bewust te zijn dat een PV-installatie op het dak of erf een langere termijn investering is. De SDE+ subsidie loopt 15 jaar en de terugverdientijd van een installatie kan worden geschat op minimaal 8 jaar in gunstige
omstandigheden.
Afstand tot het middenspanningsnet
Verder dient men rekening te houden met de afstand tot het middenspanningsnet, omdat dit voor meerkosten kan zorgen. De afstand kan de VAB-eigenaar opvragen bij netbeheerder Enexis om zo enige indicatie te krijgen van deze kostenpost.
Landschappelijke inpassing
Vanwege de nog onduidelijke omstandigheden rondom de kosten voor de landschappelijke inpassing is het verstandig dit tijdig met de gemeente Oss te communiceren zodat hier afspraken over gemaakt kunnen worden.
Rekenmodel
De investeerder kan door gebruik te maken van het rekenmodel, aan de hand van de in te vullen variabelen, een indicatie uitrekenen op het potentiële rendement en brutowinst. Hiermee kan locatie specifiek worden gekeken naar de haalbaarheid van een zonneboerderij.
Gemeente Oss
Naar aanleiding van de resultaten uit het rekenmodel kunnen gericht aanbevelingen worden gedaan richting gemeente Oss.
45 Maatschappelijke baten
Om verrommeling en achteruitgang van de ruimtelijke kwaliteit van het buitengebied tegen te gaan is het belangrijk dat sanering van asbest en niet functionele bedrijfsgebouwen wordt gestimuleerd.
Door de aanbevelingen voor de VAB-eigenaar in combinatie met het rekenmodel uit te dragen in de vorm van voorlichting, worden eigenaren gestimuleerd om te investeren in het saneren van asbest en sloop van VAB’s. Door het rekenmodel aan te bieden, is het voor elke VAB-eigenaar mogelijk zijn eigen verdienmodel te berekenen met een PV-installatie.
Zonne-erf
Het verminderen van de verrommeling van gebouwen specifiek kan worden bevorderd door deze in een investering te combineren met een zonne-erf. Het zonne-erf verdient de sloop van de
bebouwing terug binnen 15 jaar, mits er op het erf een oppervlakte beschikbaar is van 2.500m2. De investering wordt interessanter naarmate de kosten lager zijn en de regels hieromheen helder zijn.
De gemeente kan hier een proactieve rol innemen door een kader te creëren waarbinnen een zonne-erf gerealiseerd mag worden. Hierin kunnen eisen aan landschappelijke inpassing en maximaal oppervlakte worden opgenomen. Verder kunnen in het geval van stoppende agrariërs afwijkende bouwregels worden opgenomen op het gebied van een zonne-erf. De gemeente Oss zou energy farming kunnen opnemen in het bestemmingsplan. Hierdoor wordt de procedure verduidelijkt en vereenvoudigd. Als bijkomstig voordeel blijft de locatie een bedrijf waardoor de ondernemer legaal op locatie kan blijven wonen. Een andere mogelijkheid is energy farming in het bestemmingsplan op te nemen in de vorm van een wijzigingsbevoegdheid, nevenactiviteit of afwijking. Op deze manier kan met een omgevingstoets per locatie worden bepaald of deze hiervoor geschikt is.
Collectieve aanpak
Verder kan de gemeente bepalen of zij een rol wil spelen in de organisatie en bemiddeling bij een collectieve aanpak om VAB’s te veranderen in zonneboerderijen. De gemeente kan bijvoorbeeld helpen bij de opzet van een projectteam of organisatie. Door de gezamenlijke aanpak kunnen kosten worden bespaard, bijvoorbeeld door de gezamenlijke realisatie op het gebied van netaansluitingen.
Verder kan door een gezamenlijke aanpak materiaal en arbeid goedkoper worden ingekocht. Door (potentiële) VAB-eigenaren en ZLTO te betrekken en te informeren naar specifieke wensen rondom deze regels creëert de gemeente draagvlak.
46