In het MER worden twee scenario's behandeld. Het eerste scenario (voortzetting, oftewel realisatie van het LTO-Project) heeft betrekking op de uitvoering van het Project en dus op de verlenging van de levensduur van KCD-1 en KCD-2 tot 2025, terwijl de andere installaties in gebruik blijven tot hun geplande sluitingsdatum, zie Tabel 1-8.
Tabel 1-8 Scenario’s voor het MER
Scenarionaam Datum stopzetting Opmerking KCD-1&2 KCD-3&4
Project 2025 2022 / 2025 KCD-3 is vergund tot 2022. KCD-4 is vergund halverwege het jaar 2025. De DSZ van KCD-3 en KCD-4 behoren niet tot de reikwijdte van dit MER.9
Nul-alternatief 2015 2022 / 2025
Het tweede scenario (Nul-alternatief) gaat uit van de afwezigheid van het Project (uitstap) d.w.z. dat KCD-1 en KCD-2 worden stilgelegd, terwijl de andere installaties op de site operationeel blijven. Dit Nul-alternatief wordt in de tweede Sectie nader toegelicht.
De variabele tussen de scenario’s is uitsluitend de datum van stopzetting van KCD-1 en KCD-2. Alle overige nucleaire installaties, niet alleen KCD-3 en KCD-4, maar ook de WAB en SCG blijven in de onderzochte periode in bedrijf.
Zoals ook in § 1.1.3 is aangegeven, wordt het stoppen van de elektriciteitsproductie gevolgd door de Definitieve Stopzetting, waarna de ontmanteling begint. De ontmanteling is onderworpen aan eigen specifieke vergunningstraject, waarbij een milieueffectbeoordeling hoort. Aangezien dit een eigen procedure is, maakt de ontmanteling van KCD-1 en KCD-2 geen deel uit van dit MER.
1.7.1 Uitgangssituatie
De Uitgangssituatie is gedefinieerd als de periode 2012-2014. In 2015 is de uitvoering van de werkzaamheden m.b.t. het Project begonnen. Hierdoor is 2014 het laatste jaar met de situatie zonder invloed van het Project. Echter, binnen de normale uitbating (inclusief de afvoertransporten van
radioactief afval en verbruikte splijtstofelementen) vinden fluctuaties in de elektriciteitsproductie plaats.
Hierdoor zijn er ook schommelingen in de lozingen en impact van de kerncentrale op de omgeving. Om
9 Voor nadere toelichting over deze aanname, zie § 1.1.3
een beter beeld te krijgen van de gemiddelde situatie, is niet alleen 2014 beschouwd, maar ook minimaal de twee voorliggende jaren, te weten 2012 en 2013.
De effecten van KCD in de Uitgangssituatie zijn bepaald door te onderzoeken wat de gemeten en gerapporteerde effecten waren in de periode 2012-2014. Indien mogelijk zijn de gegevens opgesplitst naar de bijdrage van KCD-1 en KCD-2 en de gezamenlijke bijdrage van alle eenheden. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt wat de bijdrage is van KCD-1 en KCD-2 aan de Uitgangssituatie. Indien mogelijk is voor de Uitgangssituatie een gemiddeld effect bepaald, voor zowel KCD-1 en KCD-2 samen als voor alle eenheden. Deze gemiddelden zijn vervolgens gebruikt om de effecten tijdens de bedrijfsfase van het Project tussen 2015 en 2018, de bedrijfsfase in toekomstige situatie (periode 2019 – 2025), als ook voor het Nul-alternatief te bepalen.
1.7.2 Project (LTO-scenario)
Het Project wordt opgesplitst in twee fases: de bedrijfsfase van het Project tussen 2015 en 2018 en de bedrijfsfase in toekomstige situatie (periode 2019 – 2025).
1.7.2.1 Bedrijfsfase van het Project tussen 2015 en 2018
Het LTO-syntheserapport bevat het geïntegreerde actieplan om KCD-1 en KCD-2 tien jaar langer te kunnen uitbaten dan zoals voorzien in de wet op de kernuitstap van 2003. Dit actieplan is ter beoordeling voorgelegd aan het FANC [Electrabel, 2015b]. Het FANC heeft samen met Bel V dit plan geanalyseerd en die analyse toont aan dat het Project haalbaar is en de veiligheid van KCD-1 en KCD-2 aangetoond blijft tijdens de periode van Long Term Operation [FANC, 2015]. In de periode 2015-2018 worden verreweg de meeste werkzaamheden uitgevoerd om het veiligheidsniveau van de eenheden zo dicht mogelijk bij het niveau van meest recente installaties te brengen en die periode wordt binnen dit Project de “bedrijfsfase van het Project tussen 2015 en 2018” genoemd. Voor de beschrijving van de
werkzaamheden, zie § 1.5.2 en § 1.6.1.
In deze bedrijfsfase van het Project tussen 2015 en 2018 worden KCD-1 en KCD-2 door Electrabel geëxploiteerd. Het is echter niet mogelijk om de effecten van de werkzaamheden en van de normale uitbating te scheiden en te kwantificeren.
1.7.2.2 Bedrijfsfase in toekomstige situatie (periode 2019 – 2025)
In 2018 zijn verreweg de meeste werkzaamheden in het kader van het Project afgerond. 2019 is het eerste jaar na de start van het Project waarin sprake is van normale uitbating d.w.z. zonder
LTO-werkzaamheden10. Deze fase van het Project is gedefinieerd als de periode 2019-2025 en wordt binnen dit MER de “bedrijfsfase in toekomstige situatie (periode 2019 – 2025)” genoemd. Na de bedrijfsfase zullen KCD-1 en KCD-2 worden afgeschakeld en zal gestart worden met de Definitieve Stopzetting gevolgd door ontmanteling.
10 Tijdens de onderhoudsstop in 2019 (die duurde tot begin 2020) worden de laatste werkzaamheden t.b.v. LTO voltooid. Omdat met name niet al het radioactief afval uit de constructiefase is verwerkt en dit invloed heeft op de totalen van de jaren na 2018,
1.7.3 Nul-alternatief
Zoals eerder aangegeven is het Nul-alternatief het scenario waarbij er vanuit gegaan wordt dat de exploitatie van zowel KCD-1 als KCD-2 in 2015 is gestopt en de Definitieve Stopzetting van KCD-1 en KCD-2 begint. Binnen dit MER wordt voor de Definitieve Stopzetting (DSZ) het volgende tijdsschema gehanteerd:
DSZ fase 1 vindt plaats in 2015;
DSZ fase 2 vindt aansluitend plaats in 2015;
DSZ fase 3 loopt gedurende 2016 – 2018;
DSZ fase 4 vindt plaats in 2019.
Opgemerkt dient te worden dat de Definitieve Stopzetting van KCD-1 en KCD-2 bij beide scenario’s zal gebeuren, alleen bij het Project-scenario zal dit 10 jaar later gebeuren dan bij het Nul-alternatief. Het is aannemelijk dat de Definitieve Stopzetting van KCD-1 en KCD-2 bij beide scenario’s op gelijke wijze wordt uitgevoerd, waardoor naar verwachting de milieueffecten niet verschillen tussen beide scenario’s.
Referenties
ARBIS Koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende algemene reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen, de Belgische staat, 2001, Brussel Electrabel, 2011 Kerncentrale Doel Rapport Weerstandstesten – Bijkomende
veiligheidsvoorziening van de installaties, Electrabel, oktober 2011, Brussel, België
Electrabel, 2012 Long Term Operation Technisch Rapport Doel 1&2, versie 2.0, Electrabel, Juni 2012, Brussel, België.
Electrabel, 2013 Kerncentrale Doel Milieuverklaring 2013, Electrabel, 2013, Doel, België Electrabel, 2014 Kerncentrale Doel Milieuverklaring 2014, Electrabel, 2014, Doel, België Electrabel, 2015a Kerncentrale Doel Milieuverklaring 2015, Electrabel, 2015, Doel, België Electrabel, 2015b Verantwoord veilig verder uitbaten 2015 – 2025, Long Term Operation,
Syntheserapport – Doel 1 en Doel 2, april 2015 – versie 0, Brussel, België.
Electrabel, 2016 Kerncentrale Doel Milieuverklaring 2016, Electrabel, 2016, Doel, België Electrabel, 2017 Kerncentrale Doel Milieuverklaring 2017, Electrabel, 2017, Doel, België Electrabel, 2018 Kerncentrale Doel Milieuverklaring 2018, Electrabel, 2018, Doel, België Electrabel, 2019 Kerncentrale Doel Milieuverklaring 2019, Electrabel, 2019, Doel, België
Electrabel, 2020 Communicatie met specialist t.b.v. Definitieve Stopzetting, nov. 2020.
FANC, 2009 Strategienota “Long term operation van Belgische Kerncentrales: Doel 1/2 en Tihange 1”, Nota nr. 008-194, herz.2, FANC, september 2009
FANC, 2011 Tests de résistance belges - Rapport national pour les centrales nucléaires, AFCN, décembre 2011 / Belgische weerstandstesten – Nationaal rapport voor de
kerncentrales, FANC, december 2011
FANC, 2015 Long Term Operation Doel 1 & 2 – Finale Evaluatie Actieplan, 2015-08-18-MVDH-5-4-8-NL, FANC, augustus 2015, Brussel, België.
FANC, 2019 Goedkeuring deskundigen bevoegd voor het uitvoeren van een MER – MER-0053526, 2019-10-28-FVW-5-1-2-NL, FANC, 3-10-2019
FOD, 2003 Wet van 31 januari 2003 houdende de geleidelijke uitstap uit kernenergie voor industriële elektriciteitsproductie, Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie
FOD, 2015 Wet van 28 juni 2015 tot wijziging van de wet van 31 januari 2003 houdende de geleidelijke uitstap uit kernenergie voor industriële elektriciteitsproductie met het oog op het verzekeren van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie, Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie