Het volume van de nieuwe schuldvorderingen, dat van de inkomsten en het saldo dat nog moet worden teruggevorderd, vertegenwoordigen aanzienlijke bedragen.
Er dient te worden benadrukt dat het hier uitsluitend gaat om terugvorderingen van de RVA en dus niet om terugvorderingen die de uitbetalingsinstellingen moeten uitvoeren na de verificatie van hun betalingen door de RVA. Die terugvorderingen staan in hun boekhouding. Tabel 2.3.3.VII geeft de evolutie van 2014 tot 2016 van de bedragen betaald door de uitbetalingsinstellingen, die definitief werden uitgeschakeld of verworpen door de RVA na verificatie (zie punt 2.2.1.3), en waarvan de terug
vordering de taak is van de uitbetalingsinstellingen.
Gelet op de termijnen voor de verificatie van de betalingen, zijn de gegevens voor 2017 nog niet beschikbaar.
Tabel 2.3.3.VII
Defi nitief uitgeschakelde of verworpen betalingen na verifi catie (bedragen in miljoen EUR)
Definitief Definitief Jaar uitgeschakeld (C12) verworpen (C13)
2014 6,1 19,2
2015 5,7 18,0
2016 4,5 15,1
Er moet ook aan worden herinnerd dat de bedragen die de RVA terugvordert niet enkel betrekking hebben op de werkloosheidsuitkeringen, maar ook onder andere op:
•de onderbrekingsuitkeringen in geval van loopbaanonderbreking of tijdskrediet;
•de forfaitaire compensatoire vergoedingen verschuldigd door werkgevers die niet hebben voldaan aan hun verplichting om een begunstigde van werkloosheidsuitkeringen met bedrijfstoeslag (exbruggepensioneerde) geldig te vervangen;
• de federale tegemoetkoming en het bedrag van de aankoopprijs van de dienstencheque verschuldigd door de erkende dienstenchequeondernemingen (zie punt 2.3.3.1).
Wat de werkloosheidsuitkeringen betreft, hebben die bedragen geen betrekking op fouten van de RVA of van de uitbetalingsinstellingen. Zij hebben daarentegen voornamelijk betrekking op volgende situaties:
• fout van de sociaal verzekerde;
• misbruik of fraude van de sociaal verzekerde;
• toekenning van een retroactief voordeel dat niet cumuleerbaar is met uitkeringen;
• herberekening van de werkloosheidsuitkering van de werkloze met een bijberoep, zodra de fiscale aanslag bekend is.
De RVA registreert talrijke vastgestelde rechten inzake terugvorderingen omdat er veel controles zijn. De RVA voert steeds meer controleopdrachten uit op een punctuele of systematische manier, maar steeds doelgerichter. De vastgestelde evolutie is dus het gevolg van het feit dat de RVA meer en beter controleert. Dat wil bijgevolg niet zeggen dat er meer fraudegevallen of misbruiken zijn, maar dat ze meer worden gedetecteerd.
Het feit dat een deel van de vastgestelde rechten nooit kan worden ingevorderd of slechts laattijdig, ondanks alle acties om de invorderingsprocedure te optimaliseren, komt doordat de debiteur:
• vaak betalingsfaciliteiten moet krijgen, waardoor de terugbetaling gespreid is over vele jaren;
•insolvabel is en, desgevallend, het voorwerp uitmaakt van een insolventieprocedure (collec
tieve schuldenregeling, faillissement).
Er moet ook rekening worden gehouden met de geblokkeerde terugvorderingen als gevolg van betwistingen voor de arbeidsgerechten en ook met andere redenen.
86
Eind 2017 vertegenwoordigde het bedrag van de geblokkeerde terugvorderingen op het niveau van de werkloosheidsbureaus 53,77% van het nog door de bureaus terug te vorderen bedrag.
Grafiek 2.3.3.I
Opsplitsing tussen het bedrag van de
geblokkeerde schuldvorderingen en het bedrag van de nietgeblokkeerde schuldvorderingen op het niveau van de werkloosheidsbureaus
Geblokkeerde schuldvorderingen Nietgeblokkeerde schuldvorderingen
53,77%
46,23% 31 december 2017
Grafiek 2.3.3.II
Opsplitsing van het bedrag van de geblokkeerde schuld
vorderingen op het niveau van de werkloosheidsbureaus, afhankelijk van het motief van de blokkering
Collectieve schuldenregeling faillissement Gerechtelijk beroep
Verdwenen debiteur opzoeking adres Overleden debiteur
42,18%
31,14%
15,52%
3,57%
31 december 2017 1,24% 6,35%
Onderzoek brief
Varia (schorsing van de invordering tijdens een periode van sanctie, lopende aanvraag om kwijtschelding enz.)
Grafiek 2.3.3.III
Opsplitsing van het bedrag van de nietgeblokkeerde schuldvorderingen op het niveau van de werkloosheids
bureaus, afhankelijk van het al dan niet bestaan van een specifieke gebeurtenis
Terugbetalingsplan nageleefd
Effectieve inhouding op de te vervallen uitkeringen (waarvan de RVA debiteur is) Effectieve inhouding op de te vervallen vergoedingen of uitkeringen (waarvan de RVA niet de debiteur is)
Andere (geen specifieke gebeurtenis)
33,80%
35,29%
9,75%
21,16%
31 december 2017
87
2
Vergoedbaarheid
De RVA voert ook een voorzichtig beleid wat de schrapping betreft in zijn rekeningen van oninvorderbare schuldvorderingen. Die schuld
vorderingen worden voornamelijk pas uit de rekeningen geschrapt in volgende situaties:
• sinds ten minste 10 jaar kon geen enkele betaling worden bekomen ondanks de stappen gezet door de RVA en vervolgens door de Administratie Niet
fiscale Invordering;
• de schuldvordering is niet invorderbaar volgens de Administratie Nietfiscale Invordering;
• de debiteur is sinds ten minste 10 jaar verdwenen;
• het faillissement van de debiteur (rechtspersoon) is afgesloten.
Aangezien de RVA er de voorkeur aan geeft om de schuldvorderingen in zijn rekeningen te houden zolang er een mogelijkheid tot invordering bestaat, blijven die er gedurende vele jaren staan.
Sinds 2016 houdt de registratie van de schuld
vorderingen in de boekhouding rekening met het twijfelachtige karakter van bepaalde schuldvorde
ringen en gaat ze over tot de afschrijving ervan, conform de vraag die werd geformuleerd door het Rekenhof en conform de onderrichtingen van de Commissie voor normalisatie van de boekhouding van de OISZ (zie punt 2.6.2).
Om de onverschuldigde betalingen en de terug
vorderingen te beperken, neemt de RVA steeds meer zijn toevlucht tot de aprioricontrole in de data
banken, en dat in nauwe samenwerking met de uitbetalingsinstellingen. De aldus vermeden onverschuldigde betalingen zijn echter veel moeilijker te becijferen. Men moet ook weten dat de nodige inlichtingen niet altijd beschikbaar zijn in de externe databanken vóór de normale vervaldag van de betaling van de uitkeringen, wat aposteriori
controles noodzakelijk maakt.
In 2017 waren er 27 soorten systematische kruisingen van gegevensbanken die betrekking hebben op:
• de initiële controle vóór de opening van het recht;
• de controle vóór de maandelijkse betaling door de uitbetalingsinstellingen;
• de controle na betaling van de uitkeringen;
• de controle door matching met de gegevens
banken die ter beschikking staan van de RVA.
Het gaat onder andere om een controle van de gegevens in externe databanken met periodes van tewerkstelling als loontrekkende, de inschrijving als zelfstandige, de periodes van arbeidsongeschikt
heid, pensioenen, nationaliteit, adres, gezins
samenstelling (rijksregister) enz. De kwaliteit van de inlichtingen opgenomen in de externe databanken is soms betrekkelijk, wat bijkomende verificaties vereist. Tot slot kunnen heel wat onregelmatigheden niet worden gedetecteerd door vergelijking van databanken.
Er moet ook nog aan toegevoegd worden dat de beslissingen tot terugvordering meestal gepaard gaan met administratieve sancties die eveneens een budgettaire impact hebben aangezien ze een daling van de uitgaven met zich meebrengen.