• No results found

Achtergrond informatie: De architectenbranche

In februari 2007 zijn er 12.124 architecten in Nederland ingeschreven bij het architectenregister. Hiervan zijn er 9.142 architecten werkzaam als architect, de andere 2982 zijn werkzaam als ste-denbouwkundige, interieurarchitect of tuinarchitect.

De 12.124 architecten werken in een organisatie: het architectenbureau. Bij de Kamer van Koop-handel zijn er 2916 architectenbureaus ingeschreven in het Handelsregister. De volgende verde-ling ontstaat als de architectenbureaus in de vier ontwerpende klassen worden ingedeeld:

 Architectenbureaus - ongeveer 2.500 stuks

 Tuin- en landschapsarchitectenbureaus - ongeveer 160 stuks

 Stedenbouwkundige adviesbureaus - ongeveer 100 stuks

 Interieurarchitectenbureaus - ongeveer 320 stuks.

De Bond voor Nederlandse Architecten (BNA) geeft een schatting naar de omzetverdeling van de architectenbranche. De volgende verdeling is door de BNA opgesteld:

 Woningen 34,0%  Landbouw/industrie 5,2%  Kantoren 17,5%  Winkels 3,7%  Onderwijs 10,2%  Gezondheidszorg 14,6%  Overig 14,8%

De verdeling over soorten opdrachtgevers is:

 Particulier 20,9%

 Professioneel 66,5%

 Overig 12,6%

De soorten werkzaamheden zijn ook onderzocht door de BNA. De BNA maakt een onderverde-ling in volledige opdrachten en onvolledige opdrachten. Een volledige opdracht is een opdracht van ontwerp tot aan directievoering en toezicht.

 Volledige opdracht 43,6%

 Onvolledige opdracht 43,7%

 Overig 12,7%

Er is een trend waar te nemen in afname van volledige opdrachten. De onvolledige opdrachten nemen toe ten koste van de volledige opdrachten. Rond 1990 kreeg de architect nog in 58% van de gevallen een volledige opdracht.

De laatste statistiek is de bedrijfsgrootte. In 2005 zag de verdeling van bureaus er als volgt uit:

 Eenmansbureaus 42%

 Bureaus 2-9 personen 42%

 Bureaus 10-24 personen 11%

 Bureaus 25-50 personen 4%

 Bureaus boven 50 personen 1%

Alle statistieken zijn afkomstig van de BNA.49

49

Organisatiemodellen

KPMG-BEA (1999) onderscheidt in haar onderzoek architectuuropdrachten 1994-1998 drie ver-schillende organisatiemodellen: 1. Klassiek 2. Scandinavisch 3. Atelier Klassiek 55% Scandinavisch 33% Atelier 12% Klassiek Scandinavisch Atelier

Figuur 15: Organisatiemodellen van architectenbureaus

Het klassieke model

Het klassieke model is gebaseerd op interne arbeidsdeling. Per architect werken circa drie teke-naars. Hierdoor bestaat minder behoefte aan een allround architect. Wel is er behoefte aan specia-listische tekenaars. Verder moeten er integrators zijn die de verschillende activiteiten coördine-ren. In de meeste gevallen zullen dit de architecten zijn.

Het Scandinavische model

In het Scandinavische model voeren de architecten zelf veel tekenwerk uit en heeft het bureau minder tekenaars in dienst.

Het ateliermodel

In het ateliermodel heeft vooral het ontwerpen de belangstelling van de bureaus. Gespecialiseerd tekenwerk wordt uitbesteed aan facilitaire bureaus. Volgens het rapport van KPMG-BEA zouden bureaus die veel uitbesteden betere projectresultaten hebben dan anderen, wel is er een verlies aan eigen omzet.50

Bedrijfsvoering

Uit onderzoek van Masurel voor de ESI-VU (2002) kwam naar voren dat veel bureaus het be-drijfkundig slecht doen. De architect is vooral bezig met ontwerpen. Bedrijfsvoering is zelden de primaire interesse van de architect. De wijze van organiseren is sterk afhankelijk van de omvang van het bedrijf. Kleine kantoren hebben veel informeel management, gedeelde verantwoordelijk-heden, weinig bureaucratie en losse taakomschrijvingen. Bij grotere kantoren is er meer speciali-satie, relatief hoge salarissen, geformaliseerd management en professionele ondersteuning. In de grotere kantoren is ook vaak een zakelijke directeur te vinden. De zakelijke directeur is verant-woordelijk voor de dagelijkse leiding en het contact met klanten. Hij ontwerpt zelf niet meer. Een architect bij een klein kantoor heeft meer zelfstandigheid en vrijheid. Een voordeel hiervan is dat hij zich ook mag richten op ontwerp. Een nadeel van een klein kantoor is de grote verschei-denheid aan werkzaamheden. Naast ontwerpen moet een architect ook kunnen managen, tekenen en de administratie doen om een gezond bedrijf te leiden. Door de vele werkzaamheden is het moeilijk om te specialiseren. Een mogelijkheid is om werkzaamheden uit te besteden.

50

Bij de grotere kantoren draait het eerder om de signature architect. Deze architect is het parade-paardje van het kantoor en alle andere medewerkers ondersteunen hem in het ontwerp. De mede-werkers hebben minder vrijheid en moeten doen wat de signature architect van hun verwacht. Er is hier een grotere hiërarchie dan bij de kleinere kantoren.51

De architectenbranche onderscheidt zich van andere bedrijfstakken, doordat winst maken niet altijd de primaire bestaansreden van een architectenbureau is. Het nastreven van goede architec-tuur lijkt om allerlei artistieke, intellectuele of sociale drijfveren belangrijker te zijn dan financi-eel succes. Echter een goede bedrijfsvoering sluit goede architectuur niet uit. Vfinanci-eel bureaus weten beide te combineren. 52

De bekende vooruitstrevende kantoren zijn goed in ontwerp, maar doen het bedrijfskundig ook voortreffelijk. Ze zijn gewild in de markt en kunnen hun beroemdheid in de markt verkopen. De-ze kantoren hebben een positie weten te veroveren, waar De-ze zich meer op esthetica kunnen richten en te werken met grote budgetten en marges.53

Kantoren met minder bekendheid dienen op te letten met het nastreven van vooruitstrevende ar-chitectuur. Ze hebben nog niet de bekendheid verworven van de bekende kantoren en dienen hierdoor beter naar de klant te luisteren. De klant is uiteindelijk de persoon, die de rekeningen betaalt. Een middelmatig kantoor kan zich niet veroorloven om zonder marge te werken. Een zekere mate van winst is nodig om de meer hoogstaande doelstellingen te kunnen verwezenlij-ken. Een echt winstvolle business zal de architectuur niet worden, aangezien het ‘grote’ geld wordt verdiend door partijen in het bouwproces die risico nemen en aansprakelijk zijn. Juist om-dat de marges klein zijn moeten ze goed gemanaged worden. Een goede bedrijfsvoering komt de architectuur ten goede, omdat de architecten dan meer tijd kunnen besteden aan het eigenlijke ontwerpen.54

Digitalisering in de architectenbranche

De manier van werken van de architect is in de laatste tien jaar drastisch veranderd. De digitalise-ring is ook in de architectenbranche van grote invloed. De tekentafels zijn vervangen door CAD (computer aided design) systemen en de architecten verleiden opdrachtgevers met 3-d plaatjes. Daarnaast is e-mail een van het belangrijkste communicatiemiddel geworden.

Het ontwerpen met CAD systemen heeft een aantal voordelen: Er wordt minder papier verspild, de papierloze kantoren zien er beter uit en de opdrachtgever krijgt eerder een beeld van het uit-eindelijke resultaat. Voor een opdrachtgever is het moeilijk om 2-d plattegronden te lezen, met de CAD systemen is het mogelijk om 3-d weergaven te geven.

Een ander voordeel van computersystemen is de mogelijkheid om allerlei data (sterkteberekenin-gen, kostencalculaties en klimaatbeheersing) te integreren in het ontwerpproces. Met het gebruik van computersystemen neemt de efficiëntie van het ontwerpproces toe. Het produceren van teke-ningen en bereketeke-ningen wordt makkelijker en flexibeler.55

De interactie met bouwpartijen en leveranciers is verbeterd met de invoering van ICT. Vroeger gingen kilo’s tekeningen van architect naar aannemers, nu kan het door middel van email. Het internet, email en het gebruik van extranets zijn nieuwe impulsen voor samenwerking in de bouw. Ze kunnen fungeren als ontmoetingsplaats, waar architecten, aannemers, installateurs en adviseurs online met elkaar kunnen overleggen en discussiëren, als aanvulling op normale bouw-vergaderingen.56

51 Meel, van, J., e.a., 2002, pp. 27 ev

52

Meel, van, J., e.a., 2002, pp. 35

53 Meel, van, J., e.a., 2002, pp. 35

54 Meel, van, J., e.a., 2002, pp. 35

55 Meel, van, J., e.a., 2002, pp. 2 e.v.

56