• No results found

De N-VA blijft koppig inbeuken op verkeerde tegenstander

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De N-VA blijft koppig inbeuken op verkeerde tegenstander"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

€ 2,20

72ste jaargang • nummer 45 • donderdag 10 november 2016 Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

Hendrik Vuye, die zichzelf uit de N-VA manoeuvreerde, heeft geen spijt van wat er is gebeurd. Integendeel, hij vond zijn intellectu- ele vrijheid terug, zei hij in De Morgen. Ontroe- rend toch, hoe Joël De Ceulaer zich in die krant over Vuye ontfermt. Al wie meevecht tegen de N-VA is er welkom. Zou Vuye dat niet inzien?

De professor speelde – op het terrein van de tegenstander – eerder voorbije zomer iets te roekeloos met lucifers. Kritiek op de colle- ga’s, die “slaafs achter het politieke genie van De Wever aanlopen”, dat werkt voorspelbaar averechts. Bij collega’s en bij de chef. Nog geen week later lagen Vuye en Wouters buiten. Maar Vuye ziet nog altijd niet wat er toen fout was aan dat zinnetje, en vindt De Wever “een klein beetje kleinzerig”.

Fiches

Vuye lijkt niet helemaal te snappen hoe de pers politici “vangt”. Dus gaat hij door. Partij- leden zitten in een carcan, de partijtop eist onderwerping aan de debatfiches. Dat De Ceu- laer en volgelingen hitsig reageren op dit soort steekkaartjes, viel te verwachten.

Dat Vuye en Wouters hun communicatie over staatshervorming moesten voorleggen aan ondervoorzitter Sander Loones, behoort tot het normale overleg, toch? En laat ons wel wezen, elke partij gebruikt dit soort fiches als partituurtjes voor het eigen orkest. “Stel u voor, wij bereiden ons voor op een interview. Misda- dig. En wij zijn het vaak eens binnen de N-VA”, twitterde kamerlid Valerie Van Peel, recht in de roos.

Vuye wilde - eens fractievoorzitter af - geen pion zijn op de tweede rij. Hij vindt dat zijn kritiek op zomerse kwakkels van zijn collega’s Peter De Roover (“een beroepsverbod invoe- ren”), Nadia Sminate (algemeen boerkiniver- bod) of Jan Jambon (politierazzia’s bij illegalen,

“een enorme kemel”) moet kunnen. Inder-

daad, maar hoe en waar?

Alle begrip voor Vuye, die zoals wel meer academici botst met de realiteit van het poli- tieke spel, met zijn conventies, partijtucht en particratie. Maar die horen er nu eenmaal bij.

Het verwijt van Vuye dat de N-VA het confe- deralisme pas nu weer ter sprake brengt, nu hij weg is, stelt ook weinig voor. Ook hij en Wou- ters hielden zich lang aan de strategie van stilte.

Zijn kritiek op de allergie van De Wever voor de PS is ook vreemd. Sociaal-economisch valt er met die partij niet te besturen. De sociaal- economische tegenstellingen tussen noord en zuid zijn gigantisch groot en spinnen door zowel elk dossier. Dan moet je op je strepen staan.

Misschien is de sociale kritiek dan terecht?

Vuye - een taalgrensbewoner met een Vujo- verleden - behoorde tot de sociaal-progres- sieve kant van de N-VA en noemt zichzelf ook

“ethisch progressief”.

Op sommige punten heeft Vuye natuurlijk gloeiend gelijk. “Het centrale probleem van de Belgische staat is de complexiteit ervan”.

Aan zijn studenten krijgt hij het niet meer uit- gelegd. Rationeel lijkt ons ook zijn optie om in latere afspraken de staatsschuld confederaal te houden om paniek op de financiële mark- ten te voorkomen. Maar denkt de N-VA-top daar anders over?

Alternatief

Wat is het alternatief van Vuye en Wouters dan? “We moeten ons op een rationele manier afvragen wat we best samen kunnen doen.

De rest moeten we splitsen”, zegt Vuye. Zelfde vraag. Moet Vlaanderen eenzijdig de onafhan- kelijkheid uitroepen, zoals Vlaams Belang dat zou willen?

Zoals Schiltz al zei: het Vlaams Parlement zou zoiets kunnen… als haar sterke arm het wil.

In de beste omstandigheden, dus. Die zijn er vandaag niet. Een Vlaamse meerderheid hier-

voor is er vandaag in geen geval. Samenwer- ken met het VB zal Vuye niet doen, ook al is hij tegen het cordon. Op communautaire pun- ten misschien wel, maar inzake mensenrech- ten is de kloof te diep. Maar ook hij heeft zijn debatfiches: “Wij willen niet achter een cordon terechtkomen… wij willen op een inhoudelijke manier aan politiek doen.”

Bon, weg van de treuzelende N-VA, weg van Vlaams Belang lanceert Vuye deze doorden- ker: “een onafhankelijk Vlaanderen binnen een confederatie”. Kunt u nog volgen?

Klem

Neen, we zijn niet meteen laaiend enthou- siast over de duo-slim van Vuye en Wouters.

Maar evenmin over de klem die de N-VA zet op haar eigen communautair en sociaal profiel.

Dat communautaire zal nog meevallen, omdat de tegenstellingen tussen Vlaanderen en de andere gewesten gewoon niet invries- baar zijn. Wat Magnette rond CETA deed was ook voor Vlaanderen een stap vooruit. Europa praatte met de president van een deelstaat en ook in het zuiden is er nu een grote partij die een vuist maakt naar het Belgische systeem waarin ze buitenspel is gezet. Goed zo.

Is de N-VA - zoals Vuye nu zegt - een “liberale partij” geworden? Welnu, de manier waarop ze zelden of nooit haar liberale partners viseert, maar des te meer haar natuurlijke bondgenoot CD&V, doet ons denken van wel. En dat is dom.

Volgens Gazet van Antwerpen (5 nov.) staat het huwelijk tussen beide vroegere kartelpart- ners op springen. Carl Devos heeft het in De Morgen over “De gewapende vrede” (7 nov.).

De Wever gunt CD&V niet de meerwaardebe- lasting die Beke en Peeters als trofee hopen binnen te halen (N-VA mikt op een lagere ven- nootschapsbelasting, Open Vld op het mobil- seren van spaargeld als economische brand- stof).

Wie de dichtste politieke bondgenoot per- manent schoffeert voldoet misschien aan de wetten van de electorale dynamica (vang kie- zers aan de grenzen, op aanpalend grondge- bied), maar zaagt aan de poten onder de eigen macht. Punt aan de lijn.

Over de vraag van CD&V moet er toch een

compromis mogelijk zijn, dat beide partijen tegemoetkomt? Zou het Kapitaal voor een beetje meerwaardebelasting op de vlucht slaan, zoals N-VA zegt te vrezen? “Zwans naa nie”…

Een beetje meer respect voor wie onderaan de ladder bengelt, is dat fout? Grotere bedrij- ven kunnen tegen zo’n stootje, wat de immer onderkoelde minister van Financiën Johan Van Overtveldt daar in zijn beleidsnota ook over mag zeggen.

Moeilijk

De N-VA lijkt er genoegen in te scheppen solo slim te kunnen spelen. Zo maakt de partij fou- ten in haar financieel-economische, sociale en communautaire strategie.

Voorop het financieel-economische. Op het economische verhaal van de N-VA zit ruis. Ze mist de moed om consequent te wijzen op de belangrijkste oorzaken van de budgettaire problemen: onze deuren staan te wijd open voor nieuwkomers (goedkope arbeidskrach- ten, handig voor sommige ondernemers) en jaarlijks blijven we structureel miljarden versas- sen van een niet-socialistisch naar een socialis- tisch landsdeel. Ondertussen speelt het orkest van de francofonie ‘De wonderbaarlijke gene- zing van Wallonië’.

Dan het sociale. Op het grote N-VA-verkie- zingscongres was voor de geoefende luisteraar al duidelijk dat de koers door veel leden te libe- raal werd bevonden. “We zijn géén liberale par- tij… We zijn een gemeenschapspartij”, zei Vuye.

“We zijn niet de partij van de rijken”, zei Bart De Wever toen. En wat zegt de partij vandaag?

En tot slot het communautaire. De christen- democraten zullen in 2018 én 2019 mee de knikkers verdelen. Samen met CD&V ging De Wever de strijd aan tegen Het land van Paars en Waal. Nadien trok N-VA de communautaire sluier aan. En nu?

“De N-VA heeft in 2014 wel voldoende gewonnen, maar de anderen niet genoeg ver- loren”, was geen domme analyse van De Wever.

Zal het in 2018 en 2019 anders zijn?

Naar aanleiding van de moeilijkheden met zijn Kamerleden Hendrik Vuye en Veerle Wouters zei Bart de Wever onlangs dat hij de kritiek vanuit de Vlaamse Beweging “ten dele aanvaardt”. Dat incident, dat leidde tot de exodus van de twee kamerleden, ging over communautaire strategie, maar ook over partijdiscipline en andere politieke menings- verschillen. Dat geheel wordt veel voor een man alleen.

De N-VA blijft koppig inbeuken op verkeerde tegenstander

Politie lanceert ‘Most Wanted’-webstek

maar de echte boefjes blijven buiten schot

(2)

Actueel 10 november 2016

2

Economische problemen in de VS hebben één schuldige

Europa niet klaar voor terroristisch doemscenario

Volgens Cyrille Fijnaut, professor emeritus criminologie en strafrecht aan de KUL, is Europa niet echt klaar om het islamitisch terrorisme afdoende te bestrijden indien geradicaliseerde cellen zich in de toekomst organiseren om nieuwe aanslagen te ple- gen. Over dit doemscenario had hij het vorige week tijdens een eerste lezing in de reeks

‘Fijnaut Lectures’ voor een bomvolle aula in de Faculteit Rechtsgeleerdheid te Leuven.

Het mag gezegd dat Fijnaut vanuit zijn des- kundigheid en ervaring een boeiend spreker is.

In onze contreien is hij misschien ook de man die het meest over het onderwerp terrorisme kan en mag zeggen. Hij windt er geen doekjes om door te stellen dat hij reeds in 2003 waar- schuwde dat het probleem van het terrorisme in Europa zwaar werd onderschat. Maar demo- cratieën lijken het moeilijk te hebben om voor- uitziend te regeren.

De ‘Fijnaut Lectures’ worden voor een tweede keer georganiseerd. Vorig academie- jaar gingen de lezingen over de Nederlandse accenten in het veiligheidsbeleid van de Euro- pese Unie, dit naar aanleiding van het toen- malig EU-voorzitterschap van Nederland, en ook een beetje ter ere van de 70ste verjaardag van de professor. Bovendien was (is) Fijnaut als Nederlander ook in eigen land een veelge- vraagd expert inzake veiligheid en bestrijding van de criminaliteit. Wegens groot succes van de lezingen, werd een tweede reeks georga- niseerd. Deze keer over het islamitisch terro- risme. Professor Fijnaut en prof. dr. Jan Wouters startten de nieuwe reeks met een uiteenzet- ting over de ontwikkelingen en uitdagingen in het binnenlands en buitenlands veiligheidsbe- leid van de Europese Unie.

Omvangrijke groepen

Europa staat actueel voor vele uitdagingen.

De bestrijding van het terrorisme is er slechts één van. Professor Fijnaut vergelijkt het terro- risme van het einde van vorige eeuw met het

hedendaagse islamitisch terrorisme. Staatsge- bonden groepen zoals de vroegere Rode Bri- gades in Italië, Rote Armee Fraktion in Duits- land, het IRA in het Verenigd Koninkrijk, de ETA in Spanje en de CCC in België, waren eer- der beperkt in omvang. Hooguit enkele tiental- len personen maakten deel uit van deze orga- nisaties. Ze richtten hun acties op symbolische doelen zoals gebouwen en personen die bij uitstek vereenzelvigd konden worden met het establishment. Om het aantal slachtoffers te beperken, werden aanslagen meestal vooraf aangekondigd, zodat men zich tijdig in veilig- heid kon brengen.

De leden van die organisaties beantwoord- den voor het grootste gedeelte ook aan het profiel van een student of intellectueel. Daar- entegen, Europa wordt thans geconfronteerd met zeer omvangrijke groepen die bereid lij- ken om de wapens op te nemen. Volgens pro- fessor Fijnaut gaat het nu niet alleen meer om studenten, maar ook om (jonge) criminelen.

Het volledige maatschappelijk spectrum is ver- tegenwoordigd en vele terroristen groeiden op onder ons.

In plaats van enkele tientallen personen gaat het nu om duizenden personen die overal in Europa of het Westen zijn verspreid. Alleen al in het Verenigd Koninkrijk zouden minstens 3.000 personen bereid zijn om te vechten voor een kalifaat, want de creatie van een (wereld- wijd) kalifaat is het uiteindelijke doel. Naar de regels uit het strijdershandboek van Al-Qaida

gelooft men daarbij enkel in de diplomatie komende uit de loop van een geweer om dit doel te bereiken.

Terugkeerders

Volgens professor Fijnaut richt IS-leider Abu Bakr al-Baghdadi zijn rekruteringsmechanisme onder andere op Europa. Nu Islamitische Staat stilaan het onderspit moet delven en het ter- ritorium van het kalifaat krimpt, stelt zich de vraag naar de terugkeerders. Zullen de geradi- caliseerde jongeren braafjes de wapens neer- leggen en hun straf ondergaan? Of zal Europa te maken krijgen met een nieuwe onder- grondse beweging die op gecoördineerde manier aanslagen zal plegen? Het is duide- lijk dat IS geen symbolische doelen aanvalt en niet vooraf verwittigt wanneer een aanslag zal plaatsvinden. Zoveel mogelijk slachtoffers maken is het voornaamste doel. Zal Europa in staat zijn om radicalisering te voorkomen en een eventuele nieuwe golf van terrorisme aankunnen?

Uitgaande van dit doemscenario ziet Fijnaut de toekomst eerder pessimistisch in en ziet hij onvoldoende verweermogelijkheden met hui- dige maatregelen. Grote oorzaak is volgens hem de ongenadige bezuinigingspolitiek in de meeste EU-lidstaten en de nog steeds hape- rende gegevensuitwisseling tussen de ver- schillende politie- en inlichtingendiensten.

Daarmee bevestigt de professor wat wij in ’t Pallieterke van 29 oktober vorig jaar schreven:

“Er is een grote nood aan coördinatie en aan materiële en juridische middelen om de inter- nationale uitdagingen aan te gaan.” Mensen op het terrein signaleren dat trouwens al jaren.

Geen politiek draagvlak

Als mogelijke oplossing pleit Fijnaut voor de creatie van een juridisch en politiek kader in Europa om grensoverschrijdende inzet van spe- ciale eenheden mogelijk te maken. Hij voegt er wijselijk aan toe dat dit volgens hem nu poli- tiek niet echt haalbaar is – ‘democratieën heb- ben het moeilijk om vooruit te regeren’. Die

‘Joint Terror Task Forces’ zouden moeten kun- nen steunen op een omvangrijk netwerk van Europese inlichtingendiensten die verplicht(!) zijn om hun inlichtingen te delen. Professor Fijnaut ziet hier een belangrijke rol voor Euro- pol weggelegd. Wij kunnen ons daarbij aan- sluiten, maar daarbij toch twee bedenkingen:

- volgens onze bronnen zijn er nu al regel- matig spanningen tussen de Belgische inlich- tingdiensten over het delen en het gebruik van elkaars informatie. Vooral de Staatsveilig- heid zou op dat vlak lange tenen hebben. Hoe moeilijk moet het dan niet zijn op internatio- naal vlak?;

- Europol worstelt dan weer met een pro- bleem van efficiëntie en voelt de hete adem van Interpol in de nek. Beide internationale politieorganisaties willen zich profileren, met als gevolg dat er meer en meer databanken bijkomen, wat dan weer weinig bevorderlijk is

Vorig jaar groeide de Amerikaanse economie bijna met 3 procent, dit jaar zal het licht onder de 2 procent vallen, en vol- gend jaar wordt opnieuw meer dan 2 procent verwacht. Niet indrukwekkend, maar ook niet barslecht. Hier bij ons mogen we al blij zijn als de groei 1,5 procent bedraagt. Dat er in de VS de voorbije maanden sprake was van politieke instabili- teit en de zeer hoge populariteit van atypische figuren als een Donald Trump of een Bernie Sanders, wil dus niet zeggen dat de Amerikanen ontevreden zijn omdat ze onder een econo- mische recessie lijden. Het probleem zit dieper.

De Amerikanen hebben decennialang aanvaard dat er een relatief grote ongelijkheid was in hun land. In het land van vrij- heid, liberalisme en kapitalisme is dat geen probleem. Ongelijk- heid wordt aanvaard als er voldoende sociale promotie is. Als mensen van gewone komaf ‘het kunnen maken’ en dus zeer welvarend kunnen worden. Maar dat is niet meer het geval. De ongelijkheid is doorgeslagen en de deur naar opwaartse soci- ale en economische mobiliteit is dicht.

Een aantal ontluisterende cijfers. De voorbije 30 jaar is de stijging van de inkomens in een land als Denemarken voor 90 procent terechtgekomen bij 90 procent van de bevolking. In

die zeepbel uiteenspatte, was algemene verarming het gevolg.

Het leidde zelfs tot de grootste economische crisis sinds 1929.

Een belangrijke rol voor het uittekenen van dat beleid was weggelegd voor Alan Greenspan, hoofd van de Fed van 1987 tot begin 2006. Daarna hebben zijn opvolgers zoals Ben Ber- nanke en Janet Yellen dat beleid voortgezet. In een biografie van Alan Greenspan die net verschenen is (Sebastian Mallaby,

“The man who Knew. The Life and Times of Alan Greenspan”, Bloomsbury, 800 blz., 35 euro) wordt uitgelegd dat Greenspan nooit geprobeerd heeft om die ontsporingen van zijn mone- tair beleid te stoppen. De inflatie was in de jaren negentig van vorige eeuw onder controle en dus kon de rente gerust dalen om de economie aan te zwengelen. Toen dat leidde tot een eerste knappende zeepbel, met de crash van de internetaan- delen in 2000-2002, ging Greenspan op het elan verder. Het feestje op de financiële markten mocht niet verpest worden door zaken als een renteverhogingen. Greenspan geloofde iets te veel in de vrije markt en dacht dat alles zich vanzelf zou cor- rigeren. Ook de financiële instellingen zouden zich wel aan- passen. Het draaide anders uit. De financiële crisis barstte los in 2007-2008, toen Greenspan al weg was, maar hij lag wel aan de basis van die ramp. De gevolgen zijn nu nog merkbaar, met een gebrek aan vertrouwen in de financiële instellingen en een absurde economische situatie waarbij lenen bijna geld opbrengt.

Angélique VAnderstrAeten de Verenigde Staten is 80 procent van de inkomensstijging

binnengerijfd door de 10 procent rijksten. Voor de laagste inkomens en zelfs de middeninkomens in de VS is het reële inkomen (dat is bovenop inflatie) de voorbije jaren amper toe- genomen. Ook de vermogens zijn meer en meer bij een kleine toplaag geconcentreerd.

Hoe komt dit? Een belangrijke oorzaak is het monetaire beleid dat de Amerikaanse Centrale Bank, de Federale Reserve of Fed, de voorbije decennia heeft gevoerd. Om de economie op cruciale momenten aan te jagen werd de rente verlaagd.

Bedoeling was om huishoudens aan te zetten meer te consu- meren en bedrijven te laten investeren. Maar dat beleid had ook averechtse effecten. De lage rente maakte dat bepaalde mensen die het spaarboekje gebruikten als appeltje voor de dorst die buffer zagen wegsmelten. Tegelijk gaat het geld in de economie op zoek naar hoge rendementen. En die vind je nog altijd in eerste instantie in aandelen. Welnu, die aandelen zijn sterk in waarde gestegen. En laat nu 50 procent van de aande- len in handen zijn van 1 procent van de bevolking.

Bovendien heeft dat beleid een aantal financiële zeepbellen geblazen, onder andere op de Amerikaanse huizenmarkt. Toen De politieke instabiliteit in de Verenigde Staten is een gevolg van een economische instabiliteit die één hoofdver- antwoordelijk heeft: Alan Greenspan, tussen 1987 en 2006 de gouverneur was van de Federale Reserve, de Ameri- kaanse Centrale Bank. Door zijn beleid heeft hij economische zeepbellen geblazen die geleid hebben tot een onge- lijkheid die zelfs voor Amerikanen niet meer te aanvaarden is.

voor de coördinatie.

Het politieke draagvlak voor het nemen van ingrijpende internationale maatregelen blijkt hoe dan ook vrij gering. Professor Jan Wou- ters bevestigde in zijn lezing deze stelling en bracht eerder een somber beeld over het Euro- pees beleid tegen het terrorisme. Europa heeft geen nood aan nog meer documenten en aan nog meer lippendienst. In deze tijden van ‘per- manente dreiging’ is vooral actie op het terrein noodzakelijk.

In de reeks ‘Fijnaut Lectures’ over islamitisch terrorisme worden in de toekomst nog verschil- lende lezingen gepland aan de Faculteit Rechts- geleerdheid met politici, deskundigen en ver- antwoordelijken van de veiligheidsdiensten.

Altijd leerzaam en interessant. Wij verwijzen naar de webstek van de Faculteit Rechtsge- leerdheid voor meer inlichtingen.

rirO

Buiten proportie

Volgens de mensenrechtenorgani- satie Human Rights Watch gaat Bel- gië véél te ver in zijn strijd tegen het terrorisme. Daardoor komen de men- senrechten in het gedrang. Echt waar?

Er zijn honderden doden gevallen bij aanslagen die in België werden gepleegd of voorbereid, en in het rapport van Human Rights Watch wordt één geval gemeld dat misschien beschouwd zou kunnen wor- den als echte mishandeling in de gevange- nis. Ze beweren dat Fayçal Cheffou, geen actieve terrorist, maar wel een rekruteer- der voor IS, na de aanslagen in Zaventem en Maalbeek in de gevangenis een afros- sing kreeg. Honderden doden en vermink- ten aan onze kant, één fanatieke moslim die een paar klappen zou hebben gekre- gen aan de andere kant. Ja, de reactie van de autoriteiten was buiten proportie.

Ze was véél te braaf en véél te beperkt.

Er werd niets eens één radicale moskee gesloten. De grenzen gingen niet eens dicht. De ontsporing van het mensenrech- tenconcept blijkt ook uit het feit dat Human Rights Watch eenzame opsluiting van ter- roristen beschouwt als “slechte behande- ling of zelfs foltering.” En wij dachten dat foltering minstens met brandijzers moest gebeuren, of met tangetjes om nagels uit te trekken. Human Rights Watch is hier afge- daald tot hetzelfde niveau als de Belgische Liga voor de Mensenrechten die tijdens de zaak-Dutroux protesteerde tegen het feit dat kinderverkrachters nu iets langer in de gevangenis zouden moeten blijven, omdat de voorwaarden voor vervroegde vrijlating tijdelijk verstrengd waren.

(3)

Actueel

10 november 2016 3

Onbeschaamd

Mijnheer de flapuit,

Vlaanderen heeft u in de loop der jaren al ‘langs alle kanten’ leren kennen. Als Miss België werdt gij een ‘Bekende Vla- ming’. Later liet gij u opmerken als model, zangeres, blote madam in Playboy, tv-pre- sentatrice, lingeriemodel, paaldanseres, winnares van “Expeditie Robinson” en als basejumper/waaghals. Recent nog moch- ten de Lage Landen zelfs alles te weten komen over uw seksleven na de breuk met uw partner. Over veelzijdigheid gespro- ken… Gij zijt ook een flapuit en gij hebt de gewoonte te zeggen wat u op het hart of op het puntje van uw tong ligt, vaak zonder nadenken. En de blaadjes en zelfs de seri- euze gazetten zetten u graag in de etalage, want gij doet de oplage zeker niet dalen.

Gij zijt een prototype van een BV die denkt alles te mogen doen en zeggen, zeker nu gij onmiskenbaar die status hebt bereikt.

Een status, dat is het. Een aparte kaste zelfs, die onaantastbaar is. Vele BV’s menen dan ook dat zij zich altijd alles mogen permitte- ren, alles mogen zeggen over iedereen en dingen mogen doen waarvan een gewone mens zoal niet huivert dan toch terughou- dend tegenover is, gewoon uit goed fat- soen. Ik denk dan aan de Brusselmansen van deze wereld, tekenaar Jeroom en nog tal van anderen, die menen de vuilste praat te mogen uitslaan of mensen te mogen schofferen of zelfs gore racistische mop- pen te mogen komen vertellen. Onaantast- baar, want… BV…

Zo zijt gij zelf op Allerheiligen lelijk uit de bocht gegaan, door op het kerkhof van Lebbeke u met uw dochtertje en een neefje openlijk vrolijk te maken over de achterna- men die gij op de grafzerken van overlede- nen kondt lezen. Gij gingt zelfs zover een grafkelder open te maken en aan uw doch- tertje te suggereren dat dat een ‘goede ver- stopplaats’ is.

Om de lol nog groter te maken, hebt gij dat op film gezet en deze op Instagram, een sociaal medium, geplaatst. En dat alle- maal terwijl normale, fatsoenlijke mensen piëteitsvol en vaak ook erg bedroefd hun

overleden geliefden kwamen groeten of gedenken. Ja, uitgerekend dán hangt gij het onnozel wicht uit en schoffeert gij de goe- gemeente. In uw BV-verwaandheid meent gij immers dat alles altijd en overal geoor- loofd is.

Gelukkig werden uw grauwe fratsen niet gesmaakt en waren vele mensen verbol- gen. Een tikkeltje geschrokken haalde gij het filmpje rap van Instagram, en gij dacht dat daarmee de kous af was. Verontschul- digingen werden nergens gehoord of opge- tekend. Ineens werd alles stil, ook uw groot blad. Gij dacht wellicht in uw onbegrensde naïviteit dat er buiten de heilige BV’s voor de rest alleen maar zuurpruimen en azijn- pissers op de aarde rondlopen.

Het gemeentebestuur van Lebbe kon er helemaal niet mee lachen en sprak zelfs over het verstoren van de eerbied voor de doden en legde u een GAS-boete op. En omdat men een heel duidelijk signaal wil geven dat er grenzen zijn aan onfatsoenlijk gedrag en BV-kuren, lapt het gemeentebe- stuur en de betrokken familie u heel terecht ook nog een klacht aan uw been voor graf- schennis. Alstublieft. Met risico op een jaar cel en 1.200 euro boete. Misschien gaat gij voortaan wel eens twee keer nadenken voordat gij nog eens aan het schofferen of bespotten gaat.

Gij hebt de reputatie van de spreekwoor- delijke domme blondjes met brio alle eer aangedaan. Maar de medaille heeft hope- lijk ook een positieve kant en dat is dat met dit dwaze incident de ogen van een aan- tal omhooggevallen egotrippers misschien zullen opengaan om te beseffen dat er aan alles grenzen zijn, in de eerste plaats aan boertigheden en gemis aan fatsoen.

Een beetje respect mogen wij – gewone stervelingen – toch wel verwachten van de zelfgenoegzame ‘Bekende Vlamingen’. Gij hebt uw schone billen dus flink verbrand. Ik hoop dat ge geniet van een tijdje op de bla- ren zitten. En, Tanja, voortaan ook een keer- tje meer ‘uw koppeke’ gebruiken!

Briefje aan Tanja Dexters

Wie wordt voorzitter van de VVB?

De Vlaamse Volksbeweging heeft er al enkele bewogen maanden opzitten. Eerst waren er wat interne strubbelingen tussen leden van de raad van bestuur, waarbij uiteinde- lijk twee bestuursleden uit hun functie ontheven werden. Los daarvan verdwenen er enkele bestuursleden van de VVB-jongerenafdeling (Jong en Vlaams). De jongerenaf- deling ligt sindsdien op apegapen. Denk nu niet dat we ons daarin verheugen, we stel- len alleen maar vast.

Volgens de statuten liep het mandaat van de huidige bestuursploeg, onder leiding van nationaal voorzitter Bart de Valck, in oktober ten einde. Het nieuwe bestuur wordt verkozen op 15 novem- ber. Bart de Valck is opnieuw kandidaat als nationaal voorzitter, maar zijn positie is onder druk komen te staan sinds het legendarische debat tussen hem en Peter de Roover, op de Zevende Dag. Niet iedereen binnen de VVB was even gelukkig met het televisieoptreden van de voorzit- ter. Bart de Valck is kandidaat om zichzelf op te volgen als voorzitter, maar kreeg op 1 november een tegenkandidaat: Yves Pernet, voorzitter van de Antwerpse VVB-afdeling.

Dat is een nieuw gegeven, want in de voorbije jaren moest het nooit tot een stemming komen (enerzijds bij gebrek aan kandidaten, anderzijds omdat in consensus kon beslist worden wie de voorzittershamer mocht hanteren). Dat Bart de Valck plots te maken krijgt met een tegenkandi- daat, is een teken aan de wand. Volgende week weten we wie het gehaald heeft. Karlvan Camp

We zouden meteen alarm kunnen slaan over zoveel politieke correctheid, maar we doen dat niet. Laat het debat zijn wat het moet zijn: een opstap naar een rationeel compromis, dat niet zelden een synthese is van these en antithese.

De kritiek van de Nederlandse onderzoe- kers op de bruikbaarheid van het begrip, is niet per definitie onterecht. In de top tien van herkomstlanden van immigranten in Neder- land staan Polen, Syrië en Duitsland boven- aan. “Die hebben onderling weinig gemeen- schappelijks”, klinkt het.

Het rapport van de WRR is formeel nog geen advies aan het kabinet, maar bepaalt wel de lijn in het woordgebruik van de Neder- landse overheid.

Wat moeten we – bij voorbeeld in statis- tieken, maar ook in overheidscommunicatie over allochtonen en hun kinderen - dan wel zeggen? “Inwoners met een migratieachter- grond”, zo horen we. Is dat dan zoveel duide- lijker? Allochtoon was op zich begin de jaren 1970 al een alternatief voor het woord immi- grant. We zijn er nog niet uit...

In Vlaanderen is al vaker geprobeerd het woord allochtoon te schrappen. Gent pro- beerde, Mechelen ook, De Morgen idem…

Allemaal omdat de term – zo schrijft Ludo Permentier in De Standaard - “wormstekig”

zou zijn: aan de buitenkant kurkdroog, bin- nenin aangevreten door bijgedachten en vooroordelen.” Heeft hij in deze ongelijk? Ten dele. Containerbegrippen zijn lastig te hante- ren. Een gepensioneerde is wat hij is, omdat hij een grens heeft overschreden, een uitke- ringsgerechtigde werkloze ook, een arbeider of zelfstandige idem, een Nederlandstalige idem. Ook een Vlaming is perfect definieer- baar.

Complex

Met het woord allochtoon is die grens veel minder duidelijk. Is een Nederlander in de Kempen een allochtoon? Een Belg geboren in het buitenland? Een Bulgaarse trucker die hier na zijn job blijft hangen? Is de zoon van een Gentse Turk een allochtoon? En de kinderen van Fabiola dan? Of Depardieu in Wallonië, Tom Boonen in Monaco, Maxima in Neder- land, Obama in de VS? En hun kinderen dan?

Wat trouwens men kinderen in gemengde huwelijken?

Blank?

Volgens Van Dale is een allochtoon zelfs

“een niet-blanke”, die zelf (of van wie de ouders) in het buitenland geboren is. De huidskleur dus? Maar wat dan met kinde- ren van gemengde huwelijken? Om statis- tisch relevant te zijn is dus een goede defini- tie nodig, en…die is er niet.

Volgens Permentier heeft het woordge- bruik ook te maken met de sociale rang of stand, de geloofsovertuiging, de taal. “Het woord allochtoon suggereert dus dat je apart bent, om niet te zeggen kansarm… Het is stig-

matiserend”. Dat klinkt lekker politiek correct.

Permentier is een verstandig man, maar ook zo iemand kan zich vergissen. Het zou dom zijn in deze inderdaad moeilijke discus- sie het kind met het bedwater weg te gooien.

Grenzen zijn belangrijk, weten en meten ook.

Heeft een familie het recht om grenzen te trekken tussen wie er in huis hoort of niet?

Heeft een gemeenschap het recht te bepa- len wie erbij kan, mag of hoort of niet? Heeft een land het recht te becijferen waar nieuw- komers vandaan komen, met hoeveel ze zijn, wat de financiële impact is van omvangrijke migratiebewegingen? Mogen we taaleisen stellen, reserves inbouwen in het beleid?

Hier botst het politiek correcte denken met de werkelijkheid, waartoe ook verschil, iden- titeit, grenzen, rationalisme behoren.

Cijfers, gelukkig

Trouwens, de jongste tijd zijn het almaar meer de progressieven die naar een (soms onbetrouwbaar) telraam grijpen. In Den Haag noemen politici het ‘schandalig’ dat maar 12 procent van de ambtenaren allochtoon is, terwijl de helft van de inwoners van de stad wortels in het buitenland heeft. Ook bij ons hoor je her en der al roepen om positieve discriminatie. Excuus-allochtonen moeten de zaak rechttrekken. Ah zo, niet kwaliteit, maar afkomst telt?

Het woord ‘allochtoon’ is inderdaad moei- lijk te definiëren. In het migratiedebat spre- ken we dus beter met een telraam in de hand over politieke vluchtelingen, economische migranten, nieuwkomers, en hebben we best oog voor gedetailleerde cijfers. Wie zijn ze, van waar komen ze, wat willen ze.

In tegenstelling tot wat Permentier zegt, vallen sommige zaken wel te becijferen en kunnen en moeten ze wel degelijk een ele- ment zijn in het debat.

Demografen kunnen perfect de migratie tellen, tot in de diepe details. Overheidsdien- sten weten dat gevangenisstatistieken leerrijk kunnen zijn over het verband tussen crimina- liteit en nationaliteit. Economische statistie- ken kunnen heel performant aanduiden wat nieuwkomers aan de samenleving en de bur- ger kosten (kinderbijslag, onderwijs, taalles- sen, gezondheidszorg, huisvesting, werkloos- heid en sociale voorzieningen, pensioen,…).

Het is dan aan verkozen politici – ook hun macht berust op cijfertjes – om het beleid te voeren dat ze het voorstaan. Maken ze het te bont, dan sneuvelen ze in het spel van de democratie.

Meten is weten, en dat heeft niets met racisme te maken. Migratie op zich is voor veruit de meeste Vlamingen geen enkel pro- bleem. ‘De allochtoon’ ook niet, net zo min als ‘de migrant’, ‘de kleurling’, ‘de arme’, ‘de vluchteling’ of ‘de islamiet’. Maar hypermi- gratie is dat wel. Een samenleving mag best warm zijn, maar het potje kookt maar beter niet over.

anja pieters

Allochtoon vaarwel, maar tellen zullen we blijven doen

De begrippen allochtoon en autochtoon (uit een samenstelling van de Griekse woorden voor ‘elders’(alloch) en ‘klank/taal’ (tónos) moeten na zowat een halve eeuw gebruik uit onze woordenschat worden geschrapt. Dat vinden in Nederland toch de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De begrippen zouden “stigmatiserend en niet meer nauw- keurig genoeg” zijn want die allochtonen (oei, sorry) zijn héél divers en beweeglijk.

(4)

Elke zaal een naam

Door de uitbreiding van het federaal par- lement naar het Forumgebouw aan de over- kant van de Leuvenseweg, wilde men de oude klassieke nummering van de vergaderzalen afschaffen en dus de zes nieuwe vergader- zalen en de resterende drie zalen in het oude Paleis der Natie vernoemen naar ‘grrrroooote’

Belze politici. Elke partij die vertegenwoordigd is in het Bureau van de Kamer mocht daarbij zijn ‘kandidaat’ voordragen. Maar daar liep het voorspelbaar al van meet af aan mis tus- sen de Vlaamse en de Franstalige partijen. Zo willen de Franstalige partijen – met de PS op kop – niet vergaderen in een zaal die genoemd zou worden naar een flamingant, zelfs niet van de meest gematigde soort.

Zo schoof N-VA de naam van het Vlaamsge- zinde Kamerlid Jan de Laet (1815-1891) naar voor. Het was een flamingant uit de Roman- tiek en was geen separatist. Hij was een over- tuigde democraat en pleitte voor een voorzich- tige decentralisatie. Vandaag zeggen we over zo iemand: hij kleurt netjes binnen de Belgi- sche lijntjes. Hoewel hij de eerste praatbarak- ker was die de eed in het Nederlands aflegde, sprak hij in de Kamer altijd Frans.

Niettemin werkte hij mee aan de eerste taal- wetten van 1878. Daarin stond bijvoorbeeld dat staatsambtenaren in Brussel op zijn minst tweetalig moesten zijn. Het was voor PS-furie Laurette Onkelinx niettemin voldoende om er een felle rel over te maken en met theatraal gedoe zich te verzetten tegen dit voorstel. Het voorstel werd dus van tafel geveegd.

Rel twee met de PS

Ook een voorstel van Open Vld moest eraan geloven. Zij stelden immers voor een zaal te noemen naar Lucienne Herman-Michielsen, een voortrekster van de abortuswet. Ook hier lag de PS dwars, want zij wilden daar de Frans- talige pendant uit hun rangen aan toevoegen:

Roger Lallemand.

De zaal moest dus heten: de ‘Lucienne Herman-Michielsen – Roger Lallemand’- zaal. Daarmee zou deze zaal de bedenkelijke eer krijgen van de langste en meest onuit- spreekbare naam ooit te krijgen. Uiteindelijk geraakte men het erover eens dat dit soort

‘compromissen’ tot niks leidt en alleen maar op de lachspieren zou werken. Niet dus.

Titanenstrijd

Het gepalaver zou nog wekenlang duren.

Uiteindelijk werd dan maar van koers gewij- zigd en besloot men om de zalen niet langer naar Belgische politici, maar naar ‘grote Bel- gen’ te noemen. Die zouden neutraler zijn en gemakkelijker aanvaardbaar. Maar er moest dan wel rekening mee gehouden worden dat er ook een quotum vrouwen bij zou zijn en dat Vlamingen en Franstaligen evenwichtig aan bod zouden komen.

Roddels uit de Wetstraat

Dossier 10 november 2016

4

Ook zouden katholieken en humanisten/

vrijzinnigen niet in een onevenwicht mogen zitten en moesten kunsten en wetenschappen ook vertegenwoordigd zijn. Een titanenstrijd werd het, waarbij de recente rellen met betrek- king tot de begroting maar klein bier waren.

Verbinding

Zoals al gezegd, ligt het Forumgebouw aan de overkant van de straat. Dat brengt met zich mee dat parlementsleden, mede- werkers en anderen zich vaak zullen moe- ten verplaatsen van het ene gebouw naar het andere door fysiek de straat over te steken. En om veiligheidsredenen eerst iedereen in het ene gebouw controleren met detectors om daarna datzelfde te doen aan de overkant van de straat, is veel te omslachtig. Daarom wordt bekeken of er een loopbrug of een tunnel kan komen om de verschillende gebouwen met elkaar te verbinden.

Tussen het Vlaams Parlement en het huis van de Vlaamse Parlementsleden werd des- tijds een tunnel aangelegd, maar dat is een peperdure aangelegenheid. Naar verluidt wordt er daarom nu gedacht aan een brug, een soort ‘passerelle’, zoals er nu al één is tussen het oudste deel van het parlement en de kantoren van de parlementsleden en hun medewerkers.

Volgens ingewijden zou er in de uitgeschre- ven aanbesteding sprake zijn van een bedrag van 600 000 euro. Ook niet niks! Misschien kan men daarna dan wekenlang in conclaaf gaan om een naam voor die brug te vinden!

Enkele voorstellen van ’t Pallieterke: ‘De Wan- kele Oversteek’ of de ‘Brug der Belgische zuch- ten’. Maar ook de Ezelsbrug zou wel eens in de prijzen kunnen vallen!

Kineskoop

Ik dacht dat die dingen 35 jaar geleden verdwenen waren, toen Sony de slag op de markt van de videorecorders definitief had verloren. Niet dus. Tv-programma’s opnemen was een droom die begon toen het medium doorbrak.

In de VS gebeurde dat al begin jaren vijf- tig met reusachtige gruwelijk dure dingen die alleen professionelen gebruikten. Bij de VRT werd lange tijd het kineskoopprocédé gebruikt: studioprogramma’s werden ruw gezegd gefilmd en opgeslagen. De kwaliteit was niet denderend, met een vrij witgewas- sen beeld, en klank en beeld spoorden gere- geld niet zoals ik ontdekte toen ik wat ope- raconcerten uit het VRT-archief opduikelde.

Maar een piepklein deel van de in de studio opgenomen programma’s werd geregistreerd en Vlaanderen bleef nostalgisch verlangen naar “Schipper naast Mathilde”.

Er zijn er maar een paar bewaard zodat de reeks legendarisch werd, want anders had de realiteit van die zoutloze gechargeerde humor de roep naar heruitzendingen vlug geliquideerd. Programma’s (of onderdelen van) die werden gefilmd bleven natuurlijk wel bewaard. We hadden in Vlaanderen wel een serieuze handicap, want bij de VRT moesten we verplicht met Agfa-Gevaert werken, ter- wijl alle producers en regisseurs wisten dat Kodakpellicule veel beter was.

Wissen maar

Geleidelijk schakelde de omroep over naar professionele beeldbanden in plaats van film waarbij ook studioprogramma’s (of een mix van studio- en buitenopnames) geregistreerd werden. In de jaren zeventig en tachtig volg- den 2 duims, 1 duims, Betacam elkaar zeer vlug op want iedere keer verbeterde de regi- stratie.

En iedere keer werden de peperdure tech- nologische verbeteringen met dank aan de belastingbetaler aangekocht. Bedrijfjes die op zeker ogenblik wat faciliteiten (camera- werk, montage, mixage) leverden, werden er wanhopig bij, want zij moesten alles zelf investeren als ze nog verder aan de VRT wil- den leveren. Lang waren onze uitzendtapes niet goedkoop, want iedere maand kregen we een stel steekkaarten met de dringende bede akkoord te gaan om ze te wissen zodat her- gebruik mogelijk werd. Dus tekenden we en geregeld gebeurden ongelukken (de laatste aflevering van een Nederlandse dramareeks verdween op die manier) of vonden we opna- mes onbelangrijk die dat later wel werden.

Toen men een herdenkingsprogramma rond Ann Christy wou produceren, ontdekte men dat haar grootste hit niet meer in het archief was: ook gewist.

De redding kwam van Emiel Goelen, want hij volgde trouw ieder nieuw snufje en had als één van de eersten een gewone videore- corder gekocht. Hij zag graag zijn eigen pro- gramma’s terug bij hem thuis. Hij bezat dus nog opnames van Christy tijdens zijn Steek- er-wat-van-op Show. De kwaliteit was niet perfect, maar de omroep stond niet met het schaamrood op de wangen.

Van VCR naar VHS

Die commerciële videorecorders werden bij ons werk vlug een nuttig hulpmiddel. We konden eindelijk de programma’s in ons visie- kamertje bekijken. In de jaren zestig hadden RCA, Sony enz. al recorders voor thuisgebruik ontwikkeld maar de tapes namen alleen in zwart-wit op en hadden een speelduur van 20 minuten.

Philips kwam echter in 1972 op de markt met een echte maar natuurlijk nog altijd dure recorder: de VCR. Speelduur: 30 minuten, later 45 en 60 minuten maar dan was het systeem onbetrouwbaar. Met een VCR-cas- sette (twee dikke spoelen boven elkaar) kon je iemand de kop ingooien. Ik herinner me dat ik voortdurend de vinger op de tracking toets had want het beeld rolde veel. Lang duurde het ongemak niet, want uit Japan arriveerde de oplossing met sneltreinvaart.

Daar was begin de jaren zeventig een echte race bezig die gewonnen werd door Sony. In

1975 lanceerde het merk de Betamaxrecor- der: kleine cassettes, speelduur van 1 uur en uitstekende kleuren. Sony probeerde de Japanse regering zover te krijgen dat het merk een monopoliepositie kreeg ten nadele van concurrent JVC maar het manoeuvre mislukte en een jaar later bracht JVC een eigen toestel uit met het VHS-systeem.

Philips hield nog een tijdje vast aan zijn verouderde VCR, maar werkte in stilte ver- der en kwam in 1979 op het slagveld met de V2000-technologie. Daarmee begon wat men vandaag “on demand” kijken noemt, want kijkers konden voortaan hun favoriete programma’s uitgesteld bekijken.

De nederlaag van Sony

De VRT-technici waren unaniem. Betamax won op alle fronten (al zei men me veel later dat het nieuwe Philips-systeem nog net ietsje beter was). Dus kocht ik zo’n ding (met kor- ting uiteraard, want je was televisieprodu- cer of je was het niet). Zelfs dan kostte het ongeveer 40.000 frank in 1979; ongeveer mijn maandsalaris. In totaal verkocht Sony 20 miljoen recorders en op het hoogtepunt, in 1984, gingen er zo’n 50 miljoen Betamax- cassettes de deur uit.

Maar op dat moment had Sony de video- oorlog al verloren. Die nederlaag had drie oorzaken. Sony en ook Philips waren zo over- tuigd van hun product dat ze het vertikten licenties te delen of te verkopen aan andere bedrijven. JVC deelde wel gratis zijn techno- logie en Hitachi, Mitsubishi, Sharp, enz. stort- ten zich ook op de markt zodat op korte tijd massaal recorders geproduceerd werden en aanzienlijk daalden in prijs. JVC had minder beeldkwaliteit maar dat Sony-voordeel werd bijna direct tenietgedaan omdat de concur- rent cassettes van 2 uur verkocht: eindelijk kon men ook speelfilms opnemen, en Sony volgde met een fatale vertraging.

En dan was er nog een derde en belang- rijke oorzaak. VHS was niet gekoppeld aan één merk zoals de systemen van Sony en Philips die hun reputatie wilden hooghou- den. VHS was dus bij uitstek geschikt voor de productie van de cassette met vooraf opge- nomen beeld en geluid; in het bijzonder de pornocassette. Jarenlang heb ik een gehandi- capte vriend geholpen in zijn tweedehands- boekhandel met indrukwekkende collecties literatuur, geschiedenis en wetenschappen, maar de schouw rookte dankzij de verkoop van gewone en erotische strips (slecht gete- kende zwart-witprentjes van naakte rond- borstige wellustige dametjes). Op een paar jaar tijd stortte die pijler in want, nu waren er beelden en bronstige geluiden. De porno- cassette hielp Vlaanderen over zijn pudeur heen en in de jaren negentig begonnen de eroticabeurzen, waar een groot deel van de omzet uit cassettes bestond voor alle leeftij- den en smaken. Eenmaal heb ik met regis- seur Mark zo’n beurs bezocht voor ons pro- gramma: “Geschiedenis van de goede zeden”.

Een trieste bedoening, waarbij me vooral de woedende ouders aan de ingang bijbleven omdat de organisatoren alleen meerderjari- gen toelieten en kleine kinderen de toegang weigerden.

Sony kreeg nog een bitter toemaatje. Het bedrijf werd in 1984 door de filmproducen- ten voor de Amerikaanse rechtbank gedaagd, maar won de zaak, omdat de rechter oor- deelde dat niet bewezen was dat de video- recorder alleen gebruikt werd om films op te nemen.

Sony en Philips waren verslagen maar zonnen op weerwraak. Philips veroorzaakte midden de jaren tachtig een revolutie op de audiomarkt met de cd die de lp verving. Dat formaat werd vervolgens gebruikt voor de dvd; een uitvinding van Sony, Philips, Toshiba en Panasonic. De dvd verscheen in 1997 en joeg de VHS uit de markt. Inmiddels is dat met de komst van pc’s, tablets en smartpho- nes ook een aflopend verhaal. Om de tien, vijftien jaar is er een nieuwe technologische revolutie tot wanhoop van ouder wordende consumenten die al die vernieuwingen soms beu worden.

Jan neckers

Betamax en co

Was dat even opkijken! In juni werd de laatste VHS-videorecorder geproduceerd, maar ik wist niet dat Sony nog tot maart Betamaxcassettes fabriceerde.

(5)

Actueel

10 november 2016 5

Burgers moeten meer voor eigen veiligheid zorgen

Het was toch wel verrassende lectuur, de algemene beleidsnota van minister Jan Jam- bon in De Kamer. De nota werd eind oktober gepubliceerd en is integraal te lezen op de site van De Kamer onder de rubriek ‘recent gepubliceerde documenten’.

Actieve participatie van iedereen

De eerste slagzin die opvalt in de tekst is dat er ‘een actieve participatie van iedereen aan zijn eigen veiligheid’ verwacht wordt. Concreet zal de Algemene Directie Veiligheid en Preven- tie (ADVP) de burgerparticipatie en de samen- werking van de (beroeps-)verenigingen aan- moedigen, onder meer door de ondersteuning van de lokale initiatieven met betrokkenheid van burgers en ondernemingen, de bevorde- ring van buurtinformatienetwerken (BIN’s) en de organisatie van de campagne “1 dag niet”

(hoogtepunt van een voortdurende sensibi- lisering).

ADVP

De Algemene Directie Veiligheid en Preven- tie is één van de vijf algemene directies van de Federale Overheidsdienst (FOD) Binnen- landse Zaken.

De hoofdtaak van de ADVP is het bijdra- gen tot het bevorderen van de veiligheid van de burgers. Dat doen ze hoofdzakelijk op drie manieren:

- door intens samen te werken met tal van partners;

- door toezicht te houden op de correcte nale- ving van een aantal specifieke wetten en in geval van inbreuken sancties op te leggen;

- door maximaal in te zetten op preventie en door burgers aan te sporen ook zelf initiatie- ven te nemen voor meer veiligheid.

Burgerparticipatie centraal

Er wordt duidelijk ingezet op deze derde as.

En dat is goed. Interessant is dat de beleids- nota duidelijk stelt dat ‘de burgerparticipatie en de beroepsverenigingen centraal staan’ in de genomen initiatieven. Een voorbeeld vinden we bij de bestrijding van diefstal.

Minister Jambon: ‘Hoewel de laatste crimi-

naliteitscijfers lijken te wijzen op een daling van de diefstallen, dient men de inspanning voort te zetten om de individuele en maatschappe- lijke impact van diefstal in woningen en gebou- wen (ondernemingen, winkels) te beperken.

Om dit te doen, zullen er meerdere krachtlij- nen uitgevoerd worden.’

ANPR

Eén van de speerpunten hierbij zijn de ANPR-camera’s. ANPR staat voor Automatic Number Plate Recognition of Automatische kentekenplaatherkenning. Bedoeling is de aan- trekkingskracht van ons land ten aanzien van rondtrekkende daderbendes te verminderen via een multidisciplinaire aanpak op lokaal en supra-lokaal niveau.

BIN

Maar wie het beleidsdocument goed leest, merkt dat de minister vooral inzet op de alert- heid en participatie van de burger. Dat is niet alleen een goede zaak maar ook bijna onver- mijdelijk als we de strijd tegen ongure elemen- ten willen winnen. Eén van de aanvalslijnen hierbij is het buurtinformatienetwerk (BIN).

Het aantal diefstallen mag dan volgens de minister afnemen, uit onderzoek blijkt dat win- keldiefstallen een grote plaag blijven. Bijna één op de vijf kleinere winkeliers stelt een stijging van winkeldiefstallen vast.

De grote meerderheid spreekt van een sta- tus quo. Slechts 4 procent van de winkeliers merkt een daling.

ZIN en BIN-Z

Bepaalde commerciële zones beschikken vandaag al over een zelfstandigen informatie- netwerk (ZIN) of buurtinformatienetwerk voor zelfstandigen (BIN-Z).

Elke aangesloten handelaar kan abnormaal gedrag of een onveilige situatie melden aan de politie. Dit kan een middel zijn om winkeldief- stallen te vermijden.

Opvallend is dat dergelijke informatienet- werken vooral in Vlaanderen te vinden zijn. Op 31 december 2014 telde men al 717 buurtin- formatienetwerken (BIN’s) in België. In Vlaan-

deren waren er 656 BIN’s, maar in Wallonië slechts 59. In Brussel amper 2! Vooral bij onze Franstalige ‘vrienden’ is er dus nog veel werk aan de winkel.

Burgers alert

Een buurtinformatienetwerk (BIN) is een samenwerkingsverband tussen burgers en de lokale politie binnen een bepaalde buurt. De actoren van het project zijn de burgers (mee- werken), een coördinator (leiding geven) en de lokale politie (overleggen).

Wie een BIN wil oprichten, moet een speci- fieke procedure volgen. Op de webstek besafe.

be staat de praktische kant van de zaak.

Boechout

Een BIN oprichten is niet alles. Je moet genoeg ‘ogen’ hebben in dat netwerk. En de vaste regel is: hoe meer, hoe beter. Begin okto- ber waren er op de jaarmarkt van Boechout zelfs drie lokale buurtinformatienetwerken aanwezig. ‘We willen bekender worden bij de mensen’, klonk het bij hen. ‘De meesten den- ken aan burgerpatrouilles, maar daar gaat het niet om.’ De BIN’s waren aanwezig om extra burgers te ronselen. ‘Met deze actie willen we de mensen opnieuw enthousiast maken. Er zijn hier de laatste jaren zo goed als geen inbraken meer gebeurd. En van zodra alles goed gaat, is het moeilijker om mensen te mobiliseren’, klonk het in de lokale media.

Besluit

Buurtinformatienetwerken zijn een mooie illustratie van de samenwerking tussen burgers en politie. Die samenwerking zal niet enkel nodig zijn bij de strijd tegen dievenbendes.

Ook bij de verdediging tegen terrorisme is het zinvol dat burgers alert blijven. De bood- schap van de minister was dan ook erg duide- lijk: een ‘actieve participatie van iedereen aan zijn eigen veiligheid’. Hiermee gaat de minister in tegen twee onzinnige houdingen: de posi- tie dat de politie de vijand is en de houding dat de politie wel alles zal oplossen. Samenwer- king zal hét codewoord van de toekomst zijn.

thierrydebels

De US Secret Service

Op zaterdag 5 november gaf presidentskandidaat Donald Trump een toespraak in Nevada. Hij werd onderbroken door een plots onrustig geworden publiek en toen riep er iemand: “Pistool!” Uit het niets kwamen twee heren in zwart maatpak tevoorschijn, grepen Trump bij de armen en haalden hem van het podium. Tegelijkertijd storm- den gelijkaardige mannen naar de plaats van het incident. De man die werd gearres- teerd bleek uiteindelijk ongewapend te zijn. Over de kandidaten is al zoveel geschre- ven, maar over de US Secret Service, die een zeer belangrijke rol vervult, wordt nooit iets vermeld.

Het is amper geweten, maar de Secret Ser- vice heeft, naast bescherming, ook andere taken. Zo is die bevoegd voor het onderzoe- ken van allerlei soorten financiële fraude, zoals daar zijn het gebruik van kredietkaar- ten, cheques, witwassen, valsmunterij. Dit soort onderzoek neemt het meeste tijd in beslag. Agenten die een carrière beginnen bij de Secret Service werken aanvankelijk op deze dienst. Naarmate hun carrière vordert, stromen zij door naar de bescherming van VIP’S. Anderen vinden dat criminele onder- zoeken meer iets voor hen zijn. Zij blijven dan bij de financiële misdrijven, of maken door- gaans de overstap naar andere onderzoeks- diensten zoals de FBI.

Bescherming

De president, de vicepresident, kandida- ten, hun familieleden, buitenlandse VIP’S en ambassadegebouwen in de VS genieten bescherming van de geheime dienst. Voor- malige presidenten ook. Aanvankelijk was dit levenslang, daarna enkel tot tien jaar na het einde van hun mandaat. Normaal zou George W. Bush onder deze laatste regeling vallen, maar men heeft geoordeeld dat het toch te risicovol is om zijn beveiliging op te heffen.

Wanneer een president zich verplaatst, is dit vaak het eindspel van maandenlange plan- ning. Een agent wordt enige tijd van tevoren naar een plaats gestuurd die door de presi- dent bezocht zal worden. Deze agent maakt dan een risicoanalyse van de mogelijke geva- ren, vluchtwegen en alternatieve routes. Het

wegtransport wordt ook door de Secret Ser- vice uitgevoerd. De karavaan wordt meestal ingevlogen door zware transportvliegtuigen van de luchtmacht. Wat altijd standaard is, zijn de presidentswagen, enkele zware SUV’s, een speciaal uitgerust busje tegen chemische en biologische aanvallen en een ziekenwagen.

Eén van deze SUV’s lijkt altijd op het dak een soort bagage mee te dragen, dat is in feite een stoorzender voor radio- en gsm-signalen. Het moet voorkomen dat men bommen van op een afstand kan laten ontploffen. Het hele konvooi wordt permanent gefilmd om alles nauwkeurig te onderzoeken mocht er toch een aanslag plaatsvinden.

Dankbare Paul Magnette

De standaardbewapening van elke agent is een pistool. Vroeger hadden sommige agen- ten ook een Uzi, zoals de Belgische politie in 2016 nog heeft, maar deze is in het midden van de jaren 1990 vervangen door een MP5.

Men kwam tot het besluit dat dit wapen toch niet geschikt is voor het gebruik in menig- ten, omdat de kogels te snel het getroffen lichaam verlaten en omstaanders kunnen tref- fen. Daarom werd gekozen voor het Waalse P90 machinepistool (FN Herstal), zodat de kogels in het lichaam blijven, de getroffen persoon sneller sterft en onschuldigen niet geraakt worden. Mocht deze bewapening niet volstaan, dan zijn er nog de leden van het

‘Counter Assault Team’ (CAT). Het zijn elite- agenten bewapend met oorlogswapens en gasmaskers, die handelen wanneer de nor-

male agenten een aanval niet kunnen afwe- ren. Ook zij zijn altijd in de nabijheid van een president, al zie je hen nauwelijks op came- rabeelden.

Dames van lichte zeden en sms’jes

De leden van de dienst zijn zeer goed getraind. Toch kreeg de Secret Service de voorbije jaren bergen kritiek te verwerken na enkele blunders. Eerst was er het incident tij- dens een top in Latijns-Amerika. Enkele agen- ten wilden zich na hun diensturen amuseren met een privéfeestje op hun hotelkamer in het gezelschap van enkele lokale ‘danseres- sen’. Toen de dames de kamer verlieten, ont- stond er een dispuut over de afgesproken prijs en werd de politie erbij gehaald.

Een rel brak uit en uiteindelijk hadden poli- tieke verslaggevers het enkel over het gedrag van de agenten en niet over de aanwezigheid van president Obama tijdens de top. Daarna was er een incident met een gewapende pri-

vébewaker met een dubieus verleden die de president begon te filmen. In een ander inci- dent liet een agent een drone landen op het gazon van het Witte Huis, wat een bomalarm veroorzaakte.

Ook ramden enkele agenten de toegangs- poort met hun wagen. Als klap op de vuurpijl was er het binnendringen in het Witte Huis door een gewapende veteraan. Een agent met een herdershond die had moeten ingrijpen, stond te sms’en en reageerde daarom te laat, en een agente die wel reageerde, was niet sterk genoeg en greep naar haar zaklamp in plaats van naar haar pistool.

De opeenstapeling van dergelijke inciden- ten dwong de eerste vrouwelijke directeur van de Secret Service tot ontslag. Daarom komen deze verkiezingen eigenlijk als een zegen voor de dienst. Agenten die de kandidaten bewa- ken, kunnen het beste van zichzelf geven voor de media, en de dienst kan het nega- tieve imago van zich af trachten te schudden.

Jens Martens

(6)

Waar is de tijd van de Frut?

Le zizi

Gelukkig is dit de hoofdstad van het surrealisme, een status die een uitlaat- klep verschaft om de grootste onzin weg te lachen. En fundamentele debat- ten te ontwijken. Sinds enkele maan- den figureren expliciete tekeningen op verschillende muren van de hoofdstad.

Weinig stichtend, maar ach, ‘de gusti- bus et coloribus...’ Als dan precies rond deze onzin discussies over grote princi- pes gevoerd worden, laat men de échte thema’s mooi buiten schot.

De discussie rond de ‘penismuur’ in Jette voedde bij ondergetekende een gevoel van nostalgie. Op de banken van een Brus- selse rechtenfaculteit - o jerum - kregen we onder de noemer ‘rechten en vrijhe- den’ tientallen arresten voorgeschoteld. In heel wat onderzochte gevallen draaide het rond de spanning tussen artistieke vrijheid en het vrijwaren van de ‘goede zeden’, ‘fat- soen’ en meer hiervan.

Vaak was het een eenvoudige even- wichtsoefening, in vele gevallen ook niet, toch niet bij heel wat medestudenten, om nog maar van een getormenteerde profes- sor te spreken. Maar ‘passons’. Gedreven door gezond verstand kregen we vaak de indruk dat zonder meer belangrijke prin- cipes als vrije meningsuiting en artistieke vrijheid behoorlijk misbruikt werden door een bende omhooggevallen circusarties- ten. Net als vandaag.

Censuur!

De kern van het verhaal is duidelijk: op een muur in Jette dook een grote tekening van een mannelijk lid op. Hoe de creatie er uiteindelijk kwam, is minder duidelijk. Die muur heeft natuurlijk een eigenaar, maar die gebaart van krommenhaas. Best moge- lijk. De artiest is dan weer onbekend, ook al bestaat een stevig vermoeden. Ondertus- sen prijkt dat ding er al weken en zorgde het in die periode voor heel wat commotie.

Er stond een Facebookpagina voor het behoud van de tekening, “le zizi” dus (op zich vrij ludiek, daar niet van), en zelfs cul- tuurminister en inwoner van de gemeente Sven Gatz sprak zich erover uit. En daar krijg je het weer. “We zijn zogezegd alle- maal ‘Charlie’, maar als een muurschilde- ring ons niet aanstaat moet die toch maar weg”, verklaarde hij. Uiteraard mocht het obligate c-woord niet ontbreken. De schil- dering verwijderen zou “een vorm van cen- suur” zijn.

Hoe dan ook, de gemeente weet niet goed wat ze ermee aan moet. Er ontstaat ook een discussie over wie voor de kost- prijs van de eventuele verwijdering moet instaan.

Schijndiscussie

Feit is dat het ding er ondertussen nog in vol ornaat prijkt. En er zijn andere voor- beelden. “Brussel, hoofdstad van de vuile tekeningskes”, titelde Het Laatste Nieuws ruim één maand geleden. Want er is die penis, maar elders ook een anus en een penetratie. Net zoals er ergens een foto prijkt van een naakte man die, liggend op zijn rug, parabolisch in zijn eigen mond plast. Klasse!

Uw dienaar is niet wereldvreemd, heus wel tegen een stootje bestand, zonder twij- fel ook een product van zijn tijd en iemand voor wie de eigen Vlaamse en Nederlandse identiteit niet tegenstrijdig is met een open blik op de wereld. En toch geeft die artis- tieke onzin, maar vooral de schijndiscussie errond, ons een onprettig gevoel.

Deze stad worstelt met reusachtige sociale problemen, is een internationale hoofdstad van jihadisme en niet onterecht gepercipieerd als een toonbeeld van slecht bestuur. Discussies over de grote principes kristalliseren zich dan rond dergelijke flau- wekul (vooral veelzeggend over de psyche van de kunstenaar), terwijl échte debatten

uitblijven. KNIN.

De Geuzenberg

Dwars door Vlaanderen 10 november 2016

6

Toen wij destijds op Het Handelsblad met de journalistieke stiel begonnen, bestond de Frut nog. Wij waren pas verhuisd naar de Lombaardvest. Wij “zaten” er in het gebouw van de Nieuwe Antwerpse Volharding (onveranderlijk de Nouvelles Impri- meries Anversoises genoemd, naar de Franstalige naam van de drukkerij). In onze begintijd waren daar gevestigd: Het Handelsblad, La Metropole, ‘t Pallieterke en nog een stuk of wat middenstandsbladen. De Gazet van Antwerpen, alias de Frut, werd toen gedrukt in de Pompstraat, een steeg die uitkwam op de Nationalestraat, waar de redactie huisde.

Later werd de stadsredactie overgebracht naar de Grote Markt. Inspiratie werd niet alleen opgedaan in het stadhuis, maar ook in wereldberoemde tapperijen als ‘Den Engel’, ‘De Napoleon’ (waar Craeybeckx vaak toefde), de ‘Spaande Brabander’ en ‘Tafel- tje Rond’. Door de aanwezigheid van de Frut- redactie op de Grote Markt, haalden haar pennenridders veel stadhuisprimeurs bin- nen. Dat heeft mee de ondergang van con- current Het Handelsblad bewerkt. Wat niet oirbaar was voor het Frutje verscheen in ‘t Pallieterke. Want de meeste redacteurs van de Frut werkten mee aan ons blad. Het Han- delsblad, waar ‘t Pallieterke geboren was,

verhuisde stelselmatig van het ene adres in de stad naar het andere. Het verloor steeds meer lezers, tot het de strijd opgaf en samen- gevoegd werd met de toenmalige Standaard- groep. Het drama voltrok zich compleet bij de teloorgang van de groep, toen de redactie gevestigd was op de Frankrijklei, waar slechts een kopblad van Het Nieuwsblad overge- schoten was. Enkele regiopagina’s werden nog gemaakt door de redactie, zelfs toen het hoofdkwartier gevestigd was in het luxu- euze Century Center, onder Luc van Gastel en later onder Luc van Loon. Merkwaardig was dat in die constellatie de oplage stelselmatig omhoog ging en dat het wekelijkse magazine

’t Stad, als bijlage, een enorm succes kende.

Om dit te belonen, stuurde “Groot-Bijgaar- den” zowat iedere maand één of meer fles- sen champagne naar Antwerpen, waar dit geschenk onmiddellijk en zonder mededo- gen gekraakt werd. Intussen is het met de Frut heel anders gegaan, zeker na de verhuis naar de woestijn van Linkeroever. De rollen zijn zowat omgekeerd. De echte Frut bestaat niet meer. De publicatie die in de plaats kwam, verschijnt alleen nog in de provincie Antwerpen met regionieuws. De rest wordt via de koepel van het Mediahuis gesprok- keld bij De Standaard, Het Nieuwsblad en Het Belang van Limburg. Desondanks werd deze week het 125-jarige bestaan van Gazet van Antwerpen gevierd. Proficiat. Al blijft de vraag hoelang de titel als aparte krant nog zal blijven bestaan. Een samensmelting met Het Nieuwsblad is het uiteindelijke doel, wat in praktijk mogelijk is vanaf 2020. De kans dat er een 130ste verjaardag gevierd zal wor- den van Gazet van Antwerpen is dan ook bij-

zonder klein. Pagadder

Nieuw onderwijsplan in Limburg

Limburg Sterk Merk reserveert 5 miljoen euro voor acties om de problemen in het Lim- burgs Onderwijs op te lossen. Dit heeft het LSM-directiecomité op haar laatste vergade- ring beslist. Deze financiële middelen waren eigenlijk bestemd voor het ‘Spartacusplan’, maar dat kan nog jaren aanslepen. Wat is nu het probleem van het Limburgs onderwijs?

De taalachterstand bij kleuters, weinig inte- resse in technische vakken, veel schoolverla- ters zonder diploma en weinig doorstroming naar het hoger onderwijs, enz. Eerder had Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) en de Limburgse provincie elk 3 mil- joen euro voor SALK-acties vrijgemaakt, dit om de afstemming tussen onderwijs en arbeids- markt, en rond taalprojecten te realiseren. Bij-

komend groot probleem is echter de perti- nente weigering van organisaties en politici om de echte problemen te duiden en bij de bron aan te pakken. Als steeds meer gezinnen hun voor ons vreemde taal, blijven vooropstellen, hun eigen cultuur en religieuze gebruiken blij- ven vasthouden, wetmatigheden en aanbeve- lingen van hun afkomstland als enig voorbeeld blijven hanteren, komen hun kinderen in onze samenleving steeds op achterstand, en kost het dubbel zoveel geld en ondankbaarheid omdat onze politici in gebreke bleven.

Angstgolf onder Turken na nieuwe wraakacties

In Houthalen-Helchteren werden een schoolbus van het Lucernacollege en een auto van een Gülenaanhanger in brand gesto- ken. Tot dan bleven de aanvallen van Turken

tegen de Gülenaanhangers in Beringen gecon- centreerd. Turken die Turken aanvallen in lan- den buiten Turkije. Alleen maar omdat presi- dent Erdogan de Gülenbeweging buiten de wet gesteld heeft. En zoals gebruikelijk, “hadden we dit zeker niet zien aankomen”, zegt Mus- tafa Aytar, sp.a-schepen in Houthalen-Helch- teren. Yilmaz Ozkan van de koepelorganisatie Fedactio denkt dat de brandstichting het gevolg is van nieuwe ontwikkelingen in Turkije. “De Turkse politie heeft een lijst vrijgegeven van de meest gezochte terroristen.”

Lees, ‘Gülenaanhangers”. Wie hen helpt vat- ten, kan 300.000 euro verdienen. Duizenden Turkse informanten in Europa werken voor de Turkse overheid. Zij zoeken naar elke weer- stand tegen president Erdogan. Zit het nieuwe Ottomaanse Rijk er dan toch aan te komen?

Wie wint?

Ruim 700 jaar geleden boekten de Brugge- lingen in Kortrijk een roemrijke zege. Heden ten dage is het heel wat minder... De hoofdstad van West-Vlaanderen haalde weliswaar het Europacollege binnen, maar wat betreft univer- sitaire studies kwamen afdelingen van Leuven wel in Kortrijk terecht. Omdat de radiohuizen van Hasselt, Antwerpen maar ook van Kortrijk sluiten om vervangen te worden door goedko- per locaties lanceerde Radio 2 een oproep tot alle West-Vlaamse burgemeesters. Tien ervan antwoordden en de twee interessantste voor- stellen waren het Provinciaal Hof in Brugge en het Muziekcentrum in Kortrijk. Wat blijkt nu?

Vincent van Quickenborne won het van Renaat Landuyt, het wordt eens te meer Kortrijk!

Kan het nog erger? Jawel. Reisagentschap- pen die hun klanten niet zelf ophalen maar bepaalde opstapplaatsen aanduiden, laten de laatste tijd de Breydelstede links liggen en kie- zen voor de Guldensporenstad. Een paar voor- beelden? Brugse Ceravennoten die de daguit- stap naar Binche willen meemaken kunnen niet meer terecht op de parking van Steen- brugge maar moeten proberen tijdig in Kortrijk te geraken. Zelfs de Vlaamse Volksbeweging, vertrekkend vanuit Berchem/Antwerpen over Gentbrugge naar Alveringem, voor de Wereld- oorlog I-herdenking “Zij trokken het spoor”, stopte op zondag 6 november niet meer in Brugge maar wel in.... Is dat geen discrimina- tie of gebrek aan solidariteit?

Huisartsenwachtpost

Het is algemeen geweten, maar al te vaak vergeten, dat patiënten eerst de huisdokter moeten raadplegen voor ze naar de dienst spoedgevallen trekken. Er bestaan natuurlijk uitzonderingen. Omdat de huisarts tegenwoor- dig ‘s nachts en in het weekend niet meer te bereiken is, bestaan er wachtposten waar men bij hoogdringendheid terechtkan. Is het niet eenvoudiger om die wachtpost in de spoed- gevallenafdeling van het ziekenhuis zelf onder te brengen?

Die vindingrijke gedachte uitvoeren bete- kent meteen een primeur voor ons onland. In het Brugse AZ Sint-Jan zijn voortaan twee huis- artsenwachtposten actief die je kunt berei- ken op nummer 1733 vanaf vrijdag 19 uur tot maandag 8 uur. Een voorbeeld dat navolging verdient!

Verademing

Dit blad maakt er geen gewoonte van om plaatselijke herdenkingen in de kijker te zetten, maar die Vlaamse Dodenherdenking in de Sint-Jan de Doperkerk van Sint- Niklaas vonden wij zó Vlaams-radicaal en zó origineel dat wij daar toch een paar lijn- tjes kopij aan willen besteden.

Jaarlijks slaan VOS, Davidsfonds, VNJ, Gebroeders Van Raemdonckkring, VL@S en Marnix- ring de handen in mekaar om de Wase Vlamingen te herdenken die overleden in het voor- bije jaar, maar het is de toon van die herdenking die ons dit jaar heel erg opviel. Die toon was vorige zondag geïnspireerd door Berten Rodenbach en Anton van Wilderode. Vlaanderens volksrecht en Vlaanderens geloof moet zin blijven geven aan ons dagelijks streven, lezen wij, en als het erop aankomt “houwe trouwe, u, Vlaanderen tot ter dood”. Met verwijzing naar

“zolang de Leeuw kan klauwen”, wordt in het misboekje de stoute vraag gesteld of het van ons wel passend is “hem zo vaak over te leveren aan soms dubieuze verzorgers? Maken wij hem het klauwen nog mogelijk?” Merkwaardig ook dat kordate uittreksel uit de toespraak van dr.

Frans Daels op de IJzerbedevaart van 1938: “Wij hebben van niemand lessen te ontvangen, tenzij van u, Vlaamse doden – Wij kennen geen partijpolitiek, alleen de politiek van trouw aan de les die gij ons gaaft.” Onverbloemd werd voor die goed gevulde kerk aan het Sint-Niklase Sint-Jansplein ook de uitspraak van Daels herhaald met de eis dat “aan de Vlaams-nationale gemeenschap het volle leven als natie geschonken dient te worden”.

En zo liep die Vlaams-nationale “rode” draad door heel die inspirerende “vredes-eucharis- tie”. In deze dolgedraaide aanbidding van de onaantastbare multikul vonden wij die krach- tige herdenking in het zoete Waasland, dat blijkbaar ook wel eens zout (en stout) kan zijn,

een deugddoende verademing. hvo

Pagaddertoren

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Er wordt rond deze tijd van het jaar op de Vlaamse wegen fameus van katoen gege- ven. Na Dwars door Vlaanderen volgde twee dagen later de E3 Prijs-Harelbeke. Fabian Cancellara

Die zijn namelijk de schuld van de ande- ren.” (blz. 48) Opvallend toch, dat “nationa- listen” voor alles en nog wat altijd het ver- keerde antwoord hebben, dat alle andere

waar overigens niks van klopte, want het was niet de ambitie van de minister-president zelf mee aan de federale tafel te gaan zitten, maar overleg moest er zeker zijn omdat wat

Ze doen zich daar op de redactie van De Morgen graag voor als heldhaftige dissidente journalisten die moeten zwoegen onder het juk van een vreselijk onderdrukkend regime, en

De minister-president droomde ten slotte van algemene vrede, toch kan niet aan wapenpro- ductie voor de eigen veiligheid worden ontko- men, maar voor het overige doet Vlaanderen

Welnu, de vraag die dan moet gesteld worden is: Vlaming, ben je bereid te aanvaarden, dat je zoon of dochter die ’s morgens met de trein naar het kot in Leuven vertrekt, of je

De thema’s die hij aansneed (11 juli betaalde feestdag, eigen Vlaamse Grond- wet, geen federale inmenging in Vlaams buitenlands beleid,...), tja, men kan daar moeilijk tegen

De hoofdvraag van het hoger beroep in de bodemprocedure was of Markland onrechtmatig heeft gehandeld jegens appellante, door de heraanbieding van appellante te beoordelen als