Vraag nr. 80
van 22 oktober 1996
van mevrouw NELLY MAES
Milieuvergunning dancings – Stilzwijgende ver-gunning
Het uitreiken van milieuvergunningen voor dan-cings is een gevoelige materie. Het gebeurt dan ook geregeld dat dergelijke vergunningen door het gemeentebestuur worden geweigerd wegens de hinder voor de omwonenden.
In zulke gevallen kan de zaakvoerder bezwaar aan-tekenen bij het provinciebestuur, meer bepaald bij de bestendige deputatie.
Is het juist dat het beroep automatisch ingewilligd is indien de bestendige deputatie er niet over beraadslaagt ?
Zo ja, dan kan dit toch aanleiding geven tot mani-pulatie van het dossier ? Waarom is er dan geen sluitende regeling terzake uitgewerkt ? Is een decretale regeling niet aangewezen om alle eventu-ele willekeur uit te sluiten ?
Is het overigens juist dat zulke vergunning zelfs tot twintig jaar kan worden ingeroepen ?
Antwoord
De artikelen 50, 5° en 52, 5° van titel I van het V l a-rem bepalen dat wanneer de bevoegde overheden niet binnen de vastgestelde termijnen een uit-spraak hebben gedaan over beroepen tegen beslis-singen inzake milieuvergunningsaanvragen, de aan-vrager van de milieuvergunning over een stilzwij-gende vergunning beschikt.
Deze stilzwijgende vergunning wordt verkregen voor een termijn van twintig jaar.
Het doel van deze bepalingen is de aanvrager van de milieuvergunning de nodige rechtszekerheid te geven tegen een eventueel "stilzitten" van de bevoegde overheid.
In de praktijk blijkt echter dat stilzwijgende ver-gunningen zeer weinig voorkomen. Er zijn dan ook geen aanwijzingen om te spreken van een eventu-ele willekeur.