Vraag nr. 11 van 22 januari 1996
van mevrouw NELLY MAES
Vrouwenquota – Uitvoering aanbevelingen
Het Europees Hof van Justitie heeft een vernietigend arrest geveld over het systeem van de zogenaamde vrouwenquota.
Zowel de Nederlandstalige Nationale Vrouwenbond als de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen blijven, ondanks het negatieve arrest, de noodzaak van quota verdedigen.
Aan de Vlaamse regering werd door de vrouwen een lijst met aanbevelingen overgemaakt naar aanleiding van de Wereldvrouwenconferentie in Peking.
Aan welke aanbevelingen werd door de Vlaamse rege-ring reeds een begin van uitvoerege-ring gegeven ? Welke procedure werd voor de realisatie opgezet ?
Antwoord
Het arrest van het Europees Hof van Justitie was hele-maal niet vernietigend over de hele lijn, maar bracht een duidelijk genuanceerde stellingname. Met het arrest werd wel in één concreet geval een aanstelling op grond van positieve discriminatie vernietigd.
De aanbevelingen naar aanleiding van de Wereldvrou-wenconferentie in Peking, werden geformuleerd door de Nederlandstalige Nationale Vrouwenraad aan de Belgische en de Vlaamse regering. De Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen heeft geen aanbevelingen geformuleerd.
Voor de quota hebben deze aanbevelingen betrekking op het optrekken van de vertegenwoordiging van vrou-wen in alle beleidsniveaus. Meer bepaald wordt gesteld dat in alle Vlaamse adviesorganen ten hoogste twee derden van de leden van hetzelfde geslacht mag zijn. De Vlaamse regering heeft op 7 februari 1996 de posi-tieve-actieplannen 1995-1996 goedgekeurd, waarbij onder meer speciale aandacht zal gaan naar het bevor-deren van de evenredige vertegenwoordiging van vrou-wen in alle sectoren en op alle niveaus in de administra-ties. Bovendien worden de Vlaamse overheid en de Vlaamse openbare instellingen geregeld gewezen op de noodzaak van de vrouwelijke vertegenwoordiging in de diverse organen.
Enkel voor de samenstelling van de Mediaraad zijn er quota, in die zin dat slechts twee derden van de leden van hetzelfde geslacht mogen zijn.
Aangezien de praktijk momenteel echter nog steeds een ondervertegenwoordiging van vrouwen uitwijst, kan de twee derden-regel niet steeds worden toegepast. In zulk geval dring ik echter systematisch aan op het toepassen van een billijke vertegenwoordiging man/vrouw.