Vraag nr. 58 van 20 januari 1998
van mevrouw GERDA RASKIN
Belasting spelen en weddenschappen – Inningskos-ten en opbrengst
Uit de statistieken blijkt dat het Vlaams Gewest een opbrengst haalt van ± 1 miljard frank per jaar uit weddenschappen.
De opbrengst van sommige van deze spelen en weddenschappen is erg beperkt : v o g e l z a n g w e d-strijden (851.000 fr. ) , duivenschietingen (37.000 fr. ) , niet-vrijgestelde volksvermakelijkheden (2,4 mil-joen fr.).
1. Op welke wijze worden deze belastingen geïnd ? 2. Worden hierbij personeelsleden van de Vlaamse
Gemeenschap ingezet en zo ja, kan er een op-splitsing worden gemaakt ?
Om hoeveel personeelsleden gaat het hier per soort van weddenschap ?
3. Zijn de opbrengsten van bepaalde wedden-schappen niet lager dan de kosten die moeten worden gedaan om ze te innen ?
Antwoord
1. De inning van de belasting op de spelen en de weddenschappen wordt geregeld door artikel 60 WGB (Wetboek van de met de inkomstenbelas-tingen Gelijkgestelde Belasinkomstenbelas-tingen), w a a r i n onder meer wordt gesteld dat de belasting betaalbaar is op aangifte (artikel 53 WGB) op de eerste en vijftiende van elke maand op het ontvangkantoor der Directe Belastingen van het gebied waar de belastbare verrichtingen plaatsvinden.
2. Hierbij worden er geen ambtenaren van de Vlaamse Gemeenschap ingezet.
3. De Administratie der Directe Belastingen beschikt over geen enkele kosten-batenanalyse met betrekking tot de inning van de belasting op bepaalde weddenschappen.
Er wordt wel opgemerkt dat de inning van de belasting op de spelen en de weddenschappen gebeurt door dezelfde ontvangkantoren die instaan voor de inning van onder meer de per-sonenbelasting of de vennootschapsbelasting en
dat deze tak van de belastbare materie slechts een klein onderdeel is van het in te vorderen geheel.
Voor al wat nuttig is, merk ik op dat ik samen met vertegenwoordigers van alle partijen een decreets-aanpassing voorbereid die moet toelaten de "echte" volksvermakelijkheden te onderscheiden van de veeleer verslavende spelen, en deze eerste categorie te defiscaliseren.
