• No results found

Vraag nr. 215 van 20 maart 1998 van mevrouw GERDA RASKIN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 215 van 20 maart 1998 van mevrouw GERDA RASKIN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 215 van 20 maart 1998

van mevrouw GERDA RASKIN

Dioxine – Huisvuilverbranding en industrie

Bij de sluiting van de verbrandingsovens eind 1997 werd verwezen naar een ontoelaatbare uitstoot van dioxines.

In dezelfde periode werd door de afdeling Milieu-inspectie tijdens twee vergaderingen aan het staal-bedrijf Sidmar en het non-ferrostaal-bedrijf Union Minière duidelijk gemaakt dat zij zo snel mogelijk o m s c h a k e l i n g s p r o g r a m m a ’s moeten opstarten om de uitstoot van dioxines omlaag te krijgen, n a a r aanleiding van de verontrustende dioxine-uitstoot. Deze strenge houding van het kabinet van de minister is van toepassing voor alle metaalbedrij-ven en sectoren waar tijdens het productieproces dioxine vrijkomt.

1. Is het correct dat de gemeten dioxine-uitstoot van Sidmar in piekperioden 17 tot 18 nanogram dioxine per m3lucht bedraagt, wat in het slecht-ste geval bij een constante piekwaarde neer-komt op 120 gram dioxine ?

2. Wat waren de meetresultaten bij het non-ferro-bedrijf Union Minière ?

3. Wat waren eind 1997 de meetresultaten bij de verbrandingsovens in Vlaanderen en bij andere bedrijven waar metingen werden verricht ? 4. Werden alle bedrijven waar er kans bestaat op

dioxine-uitstoot reeds gecontroleerd en zo n e e n , om hoeveel bedrijven gaat het en wat is de timing voor controles ?

Antwoord

1. In opdracht van de afdeling Milieu-inspectie van de administratie Milieu, N a t u u r- , Land- en Waterbeheer (Aminal) werden door laboratoria erkend voor het uitvoeren van emissiemetingen in het Vlaamse gewest,metingen uitgevoerd van de samenstelling van de afgassen bij de twee sinterfabrieken van Sidmar NV in Gent. D i t gebeurde in juli 1995 voor de schouw aan de bakzijde van de sinterfabriek 2 en in juni 1997 voor de schouw aan de bakzijde van de sinterfa-briek 1.

Tijdens deze metingen bedroeg de gemiddelde concentratie aan dioxinen en furanen over een periode van zes uur bij de sinterfabriek 2 op de drie opeenvolgende meetdagen 0,158 ng, 3 , 6 8 8 ng en 0,066 ng T E Q / N m3. Het rookgasdebiet was 580.000 Nm3/ h . Voor sinterfabriek 1 waren de resultaten op de drie opeenvolgende meet-dagen 8,4 ng, 9,6 ng en 19 ng TEQ/Nm3bij een debiet tussen 428.000 en 515.000 Nm3 (ng = nanogram ; TEQ = tox i s ch equivalent ; N m3 = normaal kubieke meter – red.).

2. In het kader van de meetcampagnes in opdracht van de afdeling Milieu-inspectie van A m i n a l werden in de loop van 1995 en 1997 bij verschil-lende vestigingen van Union Minière emissiebe-palingen van dioxinen uitgevoerd. Er werden, behalve bij installaties in de vestigingen in Olen en Heusden-Zolder, geen meetwaarden voor dioxinen en furanen gevonden die hoger lagen dan 0,1 ng T E Q / N m3 (bij actueel

zuurstofper-c e n t a g e ) . In Olen werden in de szuurstofper-chouwemissie van de koperanodegieterij tijdens drie opeen-volgende dagen in 1995 de opeen-volgende concentra-ties gemeten : 0,26 ng , 0,61 ng en 0,87 ng T E Q / N m3. Op de verticale gieterij bedroegen

de meetwaarden in 1995 respectievelijk 0,089 ng, 0,163 ng en 0,173 ng TEQ/Nm3. Op de

calci-neeroven van Union Minière Oxyde in Heus-den-Zolder werden in 1995 de volgende concen-traties gemeten : 3,5 ng, 2 , 5 ng en 1,7 ng TEQ/Nm3.

3. Voor dioxinen zijn volgende recente meetresul-taten in het kader van de verplichte zelfcontrole volgens titel II van het Vlarem of in het kader van bijkomend opgelegde meetverplichtingen beschikbaar (alle in ng TEQ/Nm3) :

– Oostende : meetcampagne in maart 1977 : 0,44

– Brugge : 2 meetcampagnes in oktober en december 1997 met in totaal 9 meetresulta-ten variërend tussen 0,004 en 0,07

– Knokke-Heist : op 16 december 1997 : 0,04 – Roeselare : op 20 november 1997 : 0,28 – Menen : op 5 en 6 december 1997 : lijn 1 :

0,46 / lijn 2 : 0,17

(2)

– Gent : 2 meetresultaten in augustus en sep-tember 1997, 0,04 en 0,07

– Lokeren : op 8 januari 1998 : 0,01 à 0,03 – Sint-Niklaas : 3 meetresultaten in augustus

en december 1997 nl. : 0,064, 0,12 en 0,16 – Beveren : 3 meetresultaten in juni en juli

1997 variërend tussen 0,02 en 0,04

– Wilrijk : stilgelegd, laatste meting was hoger dan 2

– Houthalen : wekelijkse meetresultaten sinds de heropstart : 9 meetresultaten waarvan 6 onder de norm , 2 van 0,16 en 1 van 0,18. 4. De afdeling Milieu-inspectie van Aminal voert

sinds 1992 jaarlijkse meetcampagnes uit bij installaties met een potentieel significante dioxi-ne-emissie. Steunend op het "Stofdossier Dioxi-nen" van de V I TO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek) ging de aandacht hierbij in eerste instantie naar de afvalverbran-dingsinstallatie (huishoudelijke afvalstoffen, industrieel afval, medisch afval, houtafval, afge-werkte olie). Sinds 1995 komen ook de indus-triële procesinstallaties, die potentieel signifi-cante dioxinebronnen zijn, aan bod. Ti j d e n s twee campagnes werden er tot nu toe metingen uitgevoerd bij bijna vijftig installaties.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Plastic kerstbomen die tot 2.500 ppm aan cadmium en andere zware metalen bevatten, worden in het Vlaamse gewest niet beschouwd als gevaarlijke afvalstof omdat het hier gaat om

Op welke wijze worden er in de omgeving van verbrandingsovens of verwerkingsbedrijven die dioxines uitstoten, systematische controles uit- g e v o e r d , niet alleen naar

Bij de inherzieningstelling van het Leuvense g e w e s t p l a n , waarvan het openbaar onderzoek werd afgesloten eind december 1997, werd deze zone evenwel voorbestemd

Reeds jaren is dit "wonder van Leuven" wegens zijn bouwfysische toestand buiten gebruik voor de eredienst en treedt er steeds verder verval op.. Zoals de middeleeuwse

Kan de minister bondig aangeven welke bijko- mende taken sedert het begin van deze zittings- periode aan de gemeenten werden toegewezen2. Welke middelen werden hiervoor door

Houdt zulke overeenkomst geen versterking in van de bijna-monopoliepositie van Microsoft, waardoor deze overeenkomst niet louter in een ondersteuning van het onderwijs past, maar

Deze inventarissen werden – voorzover bekend bij Arohm – niet meer geactualiseerd door de meeste gemeenten sedert 1981 en lig- gen dus waarschijnlijk niet meer

[r]