Vraag nr. 275 van 25 april 2000
van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Verbreding Albertkanaal – Stand van zaken Tijdens het debat in het Vlaams Parlement over het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen in no-vember 1997 engageerde de toenmalige minister bevoegd voor Openbare Werken zich om de ver-breding van het Albertkanaal in de regio Genk te b e w e r k s t e l l i g e n . Dit kanaal is immers een hoofd-waterweg en belangrijk voor de ontsluiting van de containerhaven van Genk, die zo een multimodaal logistiek park kan worden.
In zijn antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 5 4 7 van 24 september 1998 gaf de toen bevoegde mi-nister reeds opdracht om een onderzoek in te stel-len naar de behoefte voor de uitbouw van deze optie (Bulletin van Vragen en A n t w o o rden nr. 3 van 20 november 1998, blz. 498 – red.).
Omdat de verbreding van het Albertkanaal past in de mobiliteitsvisie van het regeerakkoord en de be-leidsnota (Stuk 164 (1999-2000) – Nr. 1 – red.), had ik de minister vice-president graag volgende vragen gesteld.
1. Zijn de resultaten van het onderzoek reeds be-kend ? Wat is het resultaat ?
2. Wat plant de minister vice-president in 2000 en de volgende vier jaar om de voor Limburg noodzakelijke verbreding van het A l b e r t k a n a a l uit te werken ? Welke budgetten worden daar-toe uitgetrokken en welke timing wordt voorop-gesteld ?
Antwoord
Het laatste grote project om het Albertkanaal over zijn totale lengte bevaarbaar te maken voor duw-vaartkonvooien is de aanpassing van dit kanaal tus-sen Oelegem en A n t w e r p e n , en dit als alternatief voor het vroeger geplande duwvaartkanaal Zand-vliet-Oelegem.
Concreet kan ik het volgende antwoorden op de vragen van de Vlaamse volksvertegenwoordiger.
1. Voor het project "verbreding Albertkanaal tus-sen Antwerpen en Oelegem" is er een startnota opgesteld in samenwerking met al de betrokken instanties om na te gaan of er een gemeen-schappelijk draagvlak voor dit project kan wor-den gevonwor-den.
Onlangs werd deze startnota ter goedkeuring voorgelegd aan de afdeling Ruimtelijke Plan-ning (Arohm) en aan de Dienst voor de Scheep-v a a r t . Beide instanties konden hun principiële goedkeuring aan deze startnota hechten maar benadrukken tevens dat er voor de opmaak van de eigenlijke projectplannen nog veel zal moe-ten worden gestudeerd en overlegd.
2. Op de begroting van het Vlaams Infrastructuur-fonds (VIF) voor het jaar 2000 is 160 miljoen frank uitgetrokken voor studies en onteigenin-gen die passen in de verwezenlijking van het project Oelegem-Antwerpen. Aan het A a n-koopcomité werd ondertussen opdracht gege-ven om over te gaan tot de aankoop "in der minne" van een drietal percelen, en dit voor een geraamde aankoopprijs van ± 150 miljoen frank.
Eind 1999 heeft de aanbesteding plaatsgehad voor de verbetering van de oevers in Oelegem. Deze werken werden vastgelegd voor een be-drag van 523.518.600 frank.
Verder heb ik onlangs beslist om de spoorbrug in Gellik niet af te breken en het A l b e r t k a n a a l maximaal te verbreden ter hoogte van deze b r u g. Hierdoor kan nu verder worden gewerkt aan de laatste grote verbreding van het A l b e r t-kanaal op Limburgs grondgebied (verbreding Gellik-Eigenbilzen).
Ook werd de studie aangevat voor het herbou-wen van de bruggen in Kanne (gemeente Riemst) en Briegden (gemeente Lanaken), zodat deze bruggen volgend jaar kunnen wor-den aanbesteed.
2001
Studies en onteigeningen
(Oelegem-Antwerpen) 145
Brug Briegden 220
Brug Deurne-Bal 250
Brug Kanne 200
2002
Studies en onteigeningen