BESLUIT
Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit van niet-toepasselijkheid van artikel 34 van de Mededingingswet.
Nummer 2965/ 8
Betreft zaak: 2965/ Volker Stevin Offshore/ Kema Nederland
Openbare Versie
Nederlandse Mededingingsautoriteit
1
Openbare Versie
I. MELDING
1. Op 10 april 2002 heeft de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Volker Stevin Offshore B.V. en Kema Nederland B.V. voornemens zijn een gemeenschappelijke onderneming tot stand te brengen, in de zin van artikel 27, onder c, van de Mededingingswet. Van de melding is mededeling gedaan in
Staatscourant 72 van 15 april 2002. Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht.
II. PARTIJEN
2. Volker Stevin Offshore B.V. (hierna: Volker Stevin Offshore) is een besloten vennootschap naar Nederlands recht. Volker Stevin Offshore is een onderdeel van Koninklijke Volker Wessels Stevin N.V. (hierna: KVWS). De aandelen van KVWS staan genoteerd aan de Amsterdamse effectenbeurs Euronext.
3. KVWS is actief op het gebied van de bouwnijverheid. Deze activiteiten betreffen woning- en utiliteitsbouw, vastgoedontwikkeling, infrastructuur (wegen, spoorwegbouw, beton- en waterbouw, industriebouw), technische installaties en aan deze werkzaamheden gerelateerde onderhoudsdiensten. Volker Stevin Offshore is actief als aannemer op het gebied van offshore constructies.
Openbare Versie
2
Openbare Versie
5. De nieuw op te richten gemeenschappelijke onderneming Smart Tower B.V. (hierna: Smart Tower) zal een besloten vennootschap naar Nederlands recht zijn. Zij zal actief zijn op het gebied van het ontwerp en de verkoop van ondersteuningsconstructies voor windturbines en het voeren van het bouwmanagement daarvan.III. DE GEMELDE OPERATIE
6. De gemelde operatie betreft de oprichting van een besloten vennootschap door Volker Stevin Offshore en Kema onder de voorwaarden van de door partijen overgelegde
‘samenwerkingsovereenkomst’ welke door partijen is getekend op 20 juni 2001 (hierna: de overeenkomst).
IV. TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT
7. Uit de overeenkomst, het “ Business Plan Smart Tower B.V.” d.d. 18 april 2001 en verdere informatie door partijen bij brief van 15 mei 2002 blijkt dat Smart Tower niet als een zelfstandige onderneming op de markt zal opereren. Het is de bedoeling dat Smart Tower zich voornamelijk met de verkoop van de producten van de moederondernemingen (ondersteuningsconstructies voor windturbines) zal bezighouden en dus zuiver als een verkoopkantoor van de
moederondernemingen zal fungeren. Voorts zal Smart Tower bij de oprichting nauwelijks eigen middelen hebben. Smart Tower zal afhankelijk van de moederondernemingen zijn ten aanzien van het personeel, activa en intellectuele eigendomsrechten. De werkzaamheden van Smart Tower worden voornamelijk projectmatig opgezet in teams, waarbij de teamleden worden ingehuurd van de moederondernemingen. De directie van Smart Tower is in dienst van de
moederondernemingen. De algemeen ondersteunende zaken zoals financiële administratie, personeelszaken en juridische zaken worden ook uitbesteed aan de moederondernemingen. Daarnaast is Smart Tower gehuisvest in een pand van KVWS en zal geen productiefaciliteiten voor hardware of materieel gaan verwerven. Tenslotte behoudt Kema de patenten op basis waarvan Smart Tower is opgericht.
Openbare Versie
3
Openbare Versie
V. CONCLUSIE
9. Na onderzoek van deze melding is de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot de conclusie gekomen dat de gemelde operatie niet binnen de
werkingssfeer valt van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht.
Datum: 30 mei 2002
De directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, voor deze:
W.g.Mr. J. Schönau
Directeur Concentratiecontrole