Vraag nr. 65
van 14 december 1999
van de heer JOHAN MALCORPS Bedrijfsafvalwater – Lozingsmethode
Het verplicht stellen van het stroomopwaarts lozen van productiewater zou een aanzienlijke impact hebben op de zuiveringsinspanningen van bedrij-ven.
Is dit ooit onderzocht, of wordt dit principe reeds toegepast ? Zo neen, wordt toepassing overwogen ?
Antwoord
Ik neem aan dat met "het stroomopwaarts lozen van productiewater" wordt bedoeld dat een bedrijf zijn afvalwaters in een oppervlaktewater loost, stroomopwaarts van het punt waar door datzelfde bedrijf water uit het oppervlaktewater wordt ge-capteerd voor zijn proceswater.
Volgens de beschikbare informatie bij de afdeling Milieuvergunningen van de administratie Milieu-, N a t u u r- , Land- en Waterbeheer (Aminal) is geen specifiek onderzoek uitgevoerd naar de impact van deze techniek en wordt het principe evenmin in de praktijk gehanteerd (bv. in milieuvergunningsvoor-w a a r d e n ) . Een mogelijk voordeel van deze benade-ring zou kunnen liggen in een extra voorzichtigheid vanwege de bedrijven die zowel lozen als capteren. Daartegenover staat de mogelijkheid dat bedrijven minder geneigd zullen zijn om oppervlaktewater te gebruiken en veiligheidshalve hoogwaardig en be-perkt beschikbaar grondwater gebruiken.
Voorlopig wordt onderzoek naar deze benadering dan ook als niet prioritair beschouwd en niet ge-pland.
Ik meen dat het in de eerste plaats meer opportuun is de zuiveringsinspanningen van bedrijven verder te stimuleren :
– enerzijds op dwingende wijze via het immissie-gerichte milieuvergunningenbeleid zoals vervat in de Vlarem-reglementering en de verplichting, opgelegd in artikel 5.3.2.3, § 1 van titel II van V l a r e m , om gezuiverd afvalwater indien moge-lijk te hergebruiken ;
– anderzijds op vrijwillige wijze door de heffing op de via het afvalwater geloosde vuilvrachten.