• No results found

EUROPEES PARLEMENT ***I VERSLAG. Zittingsdocument DEFINITIEVE VERSIE A6-0157/

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "EUROPEES PARLEMENT ***I VERSLAG. Zittingsdocument DEFINITIEVE VERSIE A6-0157/"

Copied!
42
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RR\664665NL.doc PE 384.485v02-00

NL NL

EUROPEES PARLEMENT

2004



2009

Zittingsdocument

DEFINITIEVE VERSIE A6-0157/2007 24.4.2007

***I

VERSLAG

over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende een verbod op het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten

(COM(2006)0684 – C6-0428/2006 –2006/0236(COD))

Commissie interne markt en consumentenbescherming

Rapporteur: Eva-Britt Svensson

(2)

PE 384.485v02-00 2/42 RR\664665NL.doc

NL

PR_COD_1am

Verklaring van de gebruikte tekens

* Raadplegingsprocedure

Meerderheid van de uitgebrachte stemmen

**I Samenwerkingsprocedure (eerste lezing) Meerderheid van de uitgebrachte stemmen

**II Samenwerkingsprocedure (tweede lezing)

Meerderheid van de uitgebrachte stemmen voor de goedkeuring van het gemeenschappelijk standpunt

Meerderheid van de leden van het Parlement voor de verwerping of amendering van het gemeenschappelijk standpunt

*** Instemming

Meerderheid van de leden van het Parlement, behalve in de in de artikelen 105, 107, 161 en 300 van het EG-Verdrag en in artikel 7 van het EU-Verdrag bedoelde gevallen

***I Medebeslissingsprocedure (eerste lezing) Meerderheid van de uitgebrachte stemmen

***II Medebeslissingsprocedure (tweede lezing)

Meerderheid van de uitgebrachte stemmen voor de goedkeuring van het gemeenschappelijk standpunt

Meerderheid van de leden van het Parlement voor de verwerping of amendering van het gemeenschappelijk standpunt

***III Medebeslissingsprocedure (derde lezing)

Meerderheid van de uitgebrachte stemmen voor de goedkeuring van de gemeenschappelijke ontwerptekst

(De aangeduide procedure is gebaseerd op de door de Commissie voorgestelde rechtsgrondslag.)

Amendementen op wetsteksten

Door het Parlement aangebrachte wijzigingen worden in vet cursief aangegeven. De markering in mager cursief is een aanwijzing voor de technische diensten en betreft passages in de wetstekst waarvoor een correctie wordt voorgesteld (bijvoorbeeld aperte fouten of weglatingen in een taalversie). Dergelijke correcties moeten worden goedgekeurd door de betrokken technische diensten.

(3)

RR\664665NL.doc 3/42 PE 384.485v02-00

NL

INHOUD

Blz.

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT...5 TOELICHTING...16 ADVIES VAN DE COMMISSIE LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING..17 ADVIES VAN DE COMMISSIE INTERNATIONALE HANDEL ...28 PROCEDURE...42

(4)

PE 384.485v02-00 4/42 RR\664665NL.doc

NL

(5)

RR\664665NL.doc 5/42 PE 384.485v02-00

NL

ONTWERPWETGEVINGSRESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende een verbod op het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten (COM (2006)0684 – C6-0428/2006 –2006/0236(COD))

(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing) Het Europees Parlement,

– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2006)0684)1,

– gelet op artikel 251, lid 2 en de artikelen 95 en 133 van het EG-Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C6-0428/2006), – gelet op artikel 51 van zijn Reglement,

– gezien het verslag van de Commissie interne markt en consumentenbescherming en de adviezen van de Commissie internationale handel en de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling (A6-0157/2007),

1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen;

3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendementen van het Parlement

Amendement 1 Overweging 4 (4) Als gevolg hiervan worden

bonthandelaren, vooral de handelaren die handel drijven in bont waarbij de soort waarvan het afkomstig is, niet is aangegeven en ook niet gemakkelijk herkenbaar is, of die producten kopen die dergelijk bont bevatten, geconfronteerd met het risico dat zij de desbetreffende

(4) Als gevolg hiervan hebben de bonthandelaren in de EU een vrijwillige gedragscode ingevoerd waarbij de in- en uitvoer van en de handel in katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten wordt verboden. Deze maatregel is echter ontoereikend gebleken om de invoer en verkoop van katten- en

1 Nog niet in het PB gepubliceerd.

(6)

PE 384.485v02-00 6/42 RR\664665NL.doc

NL

producten niet op legale wijze in een of meer lidstaten kunnen verhandelen of dat op de handel in een of meer lidstaten aanvullende voorschriften van toepassing zijn om het gebruik van katten- en

hondenbont te voorkomen.

hondenbont te voorkomen, met name waar het bonthandelaren betreft die handel drijven in bont waarbij de soort waarvan het afkomstig is, niet is aangegeven en ook niet gemakkelijk herkenbaar is, of die producten kopen die dergelijk bont bevatten en geconfronteerd worden met het risico dat zij de

desbetreffende producten niet op legale wijze in een of meer lidstaten kunnen verhandelen of dat op de handel in een of meer lidstaten aanvullende voorschriften van toepassing zijn om het gebruik van katten- en hondenbont te voorkomen.

Motivering

Zelfs een door de Europese bontsector geïntroduceerde vrijwillige gedragscode heeft niet kunnen voorkomen dat handelaren zonder scrupules blijven proberen katten- en hondenbont te laten doorgaan voor "op legale wijze" via pelsdierbedrijven verkregen bont, onder

gebruikmaking van fictieve benamingen zoals Sobaki, Gae Wolf en Asian Jackal.

Amendement 2 Overweging 5 (5) De verschillen tussen de nationale

maatregelen inzake katten- en hondenbont vormen belemmeringen voor de

bonthandel in het algemeen. Deze maatregelen verhinderen de goede werking van de interne markt, aangezien uiteenlopende wettelijke voorschriften de bontproductie in het algemeen

belemmeren en het vrije verkeer in de Gemeenschap van op legale wijze in de Gemeenschap ingevoerd en vervaardigd bont moeilijker maken. De uiteenlopende wettelijke voorschriften in de diverse lidstaten leiden tot een extra belasting en extra kosten voor bonthandelaren.

(5) De verschillen tussen de nationale maatregelen inzake katten- en hondenbont vormen belemmeringen voor de goede werking van de interne markt.

Motivering

De goede werking van de interne markt is op zich een voldoende reden om de communautaire wetgeving via het onderhavige voorstel voor een verordening te harmoniseren. Het is niet nodig daaraan nog een uitvoerige uitleg over de bonthandel in het algemeen aan toe te

(7)

RR\664665NL.doc 7/42 PE 384.485v02-00

NL

voegen.

Amendement 3 Overweging 6 (6) Bovendien schrikken gewone

consumenten van bontproducten ervoor terug om in andere lidstaten bont te kopen, omdat zij niet zeker zijn van de aldaar geldende wetgeving.

(6) Bovendien wordt het publiek in verwarring gebracht door de

verscheidenheid aan wettelijke

voorschriften in de lidstaten, waardoor een handelsbelemmering wordt gecreëerd.

Motivering

Het is niet de bedoeling dat de verordening het publiek in de EU ertoe aanzet bontproducten te kopen. Zij beoogt uitsluitend een verbod in te stellen op de handel in katten- en

hondenbont.

Amendement 4 Overweging 7 (7) De maatregelen van deze

verordening dienen derhalve het in de handel brengen van bont- en

bontproducten van andere soorten dan katten en honden te vergemakkelijken en verstoring van de interne markt voor bont en bontproducten in het algemeen te voorkomen.

(7) De maatregelen van deze verordening zijn derhalve bedoeld ter nadere verduidelijking van de in de lidstaten geldende wettelijke

verbodsbepalingen ten aanzien van de verkoop, de productie, het te koop

aanbieden en de distributie van katten- en hondenbont en van producten die

dergelijk bont bevatten, teneinde aldus een verstoring van de interne markt voor alle soortgelijke producten te voorkomen.

Motivering

Het is niet de bedoeling dat de verordening het publiek in de EU ertoe aanzet bontproducten te kopen. Zij beoogt uitsluitend een verbod in te stellen op de handel in katten- en hondenbont en de in de lidstaten geldende wettelijke vereisten nader te verduidelijken.

Amendement 5 Overweging 8 (8) Om een einde te maken aan de

huidige verbrokkeling van de interne markt voor bont en bontproducten bestaat er

(8) Om een einde te maken aan de huidige verbrokkeling van de interne markt bestaat er behoefte aan harmonisatie; het

(8)

PE 384.485v02-00 8/42 RR\664665NL.doc

NL

behoefte aan harmonisatie; het meest doeltreffende en evenredige instrument om aan de uit de uiteenlopende nationale voorschriften voortvloeiende

belemmeringen een einde te maken zou een verbod zijn op het in de handel brengen in de Gemeenschap en op de invoer en uitvoer van katten- en

hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten.

meest doeltreffende en evenredige

instrument om aan de uit de uiteenlopende nationale voorschriften voortvloeiende belemmeringen een einde te maken zou een verbod zijn op het in de handel brengen in de Gemeenschap en op de invoer en uitvoer van katten- en

hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten.

Motivering

Het is niet de bedoeling dat de verordening het publiek in de EU ertoe aanzet bontproducten te kopen. Zij beoogt uitsluitend een verbod in te stellen op de handel in katten- en

hondenbont.

Amendement 6 Overweging 9 (9) Een etiketteringsvoorschrift zou

niet geschikt zijn om hetzelfde resultaat te bereiken, aangezien dit een onevenredige belasting voor alle bonthandelaren zou zijn, ongeacht of zij bij de handel in katten- en hondenbont betrokken zijn of niet. Het zou ook onevenredig duur zijn in gevallen waarin bont slechts een zeer gering deel van het product uitmaakt.

(9) Een etiketteringsvoorschrift zou niet geschikt zijn om hetzelfde resultaat te bereiken, aangezien dit een onevenredige belasting voor de gehele kledingsector zou betekenen, inclusief handelaren die zich specialiseren in namaakbont, en

bovendien onevenredig duur zou zijn.

Bovendien zouden de kosten daarmee komen te liggen bij de lidstaten, die zouden worden gedwongen door hen als frauduleus geëtiketteerde producten beschouwde artikelen te testen alsof het een ander product betrof.

Motivering

In sommige derde landen is het goedkoper om katten- of hondenbont te gebruiken dan om synthetisch of namaakbont te vervaardigen. Dergelijke pelzen, die er uitzien als namaakbont, zijn ook aangetroffen in textielproducten die te koop worden aangeboden in winkels en warenhuizen in de EU. Een etiketteringsvoorschrift zou dan ook stelselmatig worden overtreden, genegeerd of gemanipuleerd door onscrupuleuze handelaren en zou de gehele kledingindustrie uit kostenoogpunt onevenredig zwaar belasten. Tevens zouden de lidstaten de kosten moeten dragen voor het testen van door hen als frauduleus geëtiketteerde producten beschouwde artikelen.

(9)

RR\664665NL.doc 9/42 PE 384.485v02-00

NL

Amendement 7 Overweging 9 bis (nieuw)

(9 bis) Het instellen van een verbod op de verkoop, de vervaardiging, het te koop aanbieden of distribueren van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten, ongeacht de herkomst daarvan, is in overeenstemming met de internationale verplichtingen van de EU, aangezien het in gelijke mate van

toepassing is op binnenlandse en buitenlandse producenten en elke vorm van discriminatie tussen uit het

buitenland afkomstige, elkaar

beconcurrerende producten voorkomt.

Een dergelijk verbod is eveneens in overeenstemming met de bepalingen van internationale overeenkomsten waarbij de EU partij is en die nadrukkelijk ruimte laten voor maatregelen welke bedoeld zijn ter bescherming van de gezondheid en het welzijn van dieren en ter voorkoming van het gebruik van misleidende

handelspraktijken in de internationale of binnenlandse handel.

Motivering

De toepassing van een dergelijke verordening op zowel binnenlandse als buitenlandse producten en handelaren zou de garantie bieden dat zij in overeenstemming is met de WTO- voorschriften.

Amendement 8 Overweging 10 (10) In de Gemeenschap bestaat geen

traditie van het houden van katten en honden voor productiedoeleinden en evenmin van de vervaardiging van bont van ingevoerd katten- en hondenbont. In feite blijkt het merendeel van de producten van katten- en hondenbont in de

Gemeenschap uit derde landen afkomstig te zijn. Om het verbod op

intracommunautaire handel doeltreffender te maken dient tegelijkertijd een verbod op

(10) In de Gemeenschap bestaat geen traditie van het houden van katten en honden voor productiedoeleinden, hoewel er zich gevallen hebben voorgedaan waarbij bont van ingevoerd katten- en hondenbont bleek te zijn vervaardigd. In feite blijkt het merendeel van de producten van katten- en hondenbont in de

Gemeenschap uit derde landen afkomstig te zijn. Om het verbod op

intracommunautaire handel doeltreffender

(10)

PE 384.485v02-00 10/42 RR\664665NL.doc

NL

de invoer van deze producten in de Gemeenschap te worden uitgevaardigd.

Een dergelijk invoerverbod zou eveneens tegemoetkomen aan de door de burgers tot uitdrukking gebrachte ethische bezwaren tegen de mogelijke invoer in de

Gemeenschap van katten- en hondenbont, in het bijzonder omdat er aanwijzingen bestaan dat die dieren op onmenselijke wijze worden gehouden en geslacht.

te maken dient tegelijkertijd een verbod op de invoer van deze producten in de

Gemeenschap te worden uitgevaardigd.

Een dergelijk invoerverbod zou eveneens tegemoetkomen aan de door de burgers tot uitdrukking gebrachte ethische bezwaren tegen de mogelijke invoer in de

Gemeenschap van katten- en hondenbont, in het bijzonder omdat er aanwijzingen bestaan dat die dieren op onmenselijke wijze worden gehouden en geslacht.

Motivering

Binnen de EU zijn er complete, van ingevoerde hondenvellen vervaardigde bontjassen verkocht, alsook tapijten en dekens van zowel honden- als kattenvellen.

Amendement 9 Overweging 12 (12) Het is evenwel wenselijk dat van

het algemene verbod op het in de handel brengen, de invoer naar en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en

hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten kan worden afgeweken, wanneer kan worden gegarandeerd dat het afkomstig is van katten en honden die niet gefokt of gedood zijn voor de

productie van bont en wanneer het bont als zodanig is geëtiketteerd en daarom geen negatief effect op het vertrouwen van de consument in bont en

bontproducten heeft. Voorts is het

wenselijk dat van het verbod kan worden afgeweken indien de in- en uitvoer in respectievelijk uit de Gemeenschap uitsluitend voor persoonlijk gebruik plaatsvindt en daarom niet kan worden geacht de goede werking van de interne markt te verhinderen.

schrappen

Motivering

Hoewel het niet aan de EU is om een oordeel uit te spreken over de culturele tradities van derde landen, is het toestaan van afwijkingen op een algemeen verbod onnodig en ongewenst.

(11)

RR\664665NL.doc 11/42 PE 384.485v02-00

NL

Het staat derde landen die katten en honden fokken voor de vleesproductie vrij om de huiden daarvan op hun eigen markten te laten verkopen, maar de EU hoeft niet bereid te zijn om als afzetmarkt voor dergelijke importen te fungeren door speciale uitzonderingen op het algeheel verbod toe te staan. Daarmee zou immers een enorme maas in het net worden gecreëerd die gewetenloos zou worden uitgebuit voor de import van alle partijen honden- en kattenbont die handelaren in de toekomst op de EU-markt willen afzetten, waardoor de hele verordening zinloos zou worden.

Amendement 10 Overweging 15 (15) De lidstaten dienen regels voor

sancties in het geval van overtredingen van de bepalingen van deze verordening vast te stellen en erop toe te zien dat deze worden uitgevoerd. Deze sancties moeten

doelmatig zijn, in verhouding staan tot de geconstateerde overtreding en ontradend werken.

(15) De lidstaten dienen regels voor

sancties in het geval van overtredingen van de bepalingen van deze verordening vast te stellen en erop toe te zien dat deze worden uitgevoerd. Met name moeten lidstaten die na de tenuitvoerlegging van het verbod partijen katten- en hondenbont in beslag nemen, overeenkomstig hun nationale recht de mogelijkheid hebben om bij een eerste overtreding van deze verordening dergelijke partijen te confisqueren en te vernietigen, en bij volgende overtredingen de import/exportvergunning van de betrokken handelaren voor handel in alle soorten bont volledig in te trekken.

Motivering

Hoewel het Europees Parlement en de Raad wat de uitvoering van deze verordening betreft niet willen treden in het wetgevingsproces van de lidstaten, zou een praktijk waarbij onder andere partijen katten- en hondenbont die men in strijd met de verordening op de markt in de Gemeenschap probeert te brengen, worden geconfisqueerd en vernietigd, en

import/exportvergunningen voor alle soorten bont worden ingetrokken, een heilzame

uitwerking hebben op het gedrag van eventuele handelaren die proberen de wet te overtreden.

Amendement 11 Artikel 1 Het in de handel brengen, de invoer in en

de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten, is verboden.

Het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten, is verboden, evenals de verkoop, de productie, het te koop aanbieden en de distributie van

(12)

PE 384.485v02-00 12/42 RR\664665NL.doc

NL

katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten.

Motivering

Door de verkoop, de productie, het te koop aanbieden, het vervoer en de distributie van katten- en hondenbont expliciet in de verordening op te nemen, wordt verdere twijfel dienaangaande weggenomen, hetgeen de duidelijkheid van de verordening ten goede komt.

Amendement 12 Artikel 2, streepje 1 – ‘kat’: een dier van de soort felis

catus;‘kat’: een dier van de soort felis

silvestris;

Amendement 13 Artikel 2, streepje 2 – ‘hond’: een dier van de soort canis

familiaris;

– ‘hond’: een dier van de soort canis lupus familiaris

Amendement 14

Artikel 2, streepje 2 bis (nieuw)

- "bont" omvat ook het vel, de huid of elk ander deel van de in dit artikel genoemde dieren waarvan bont kan worden

verkregen;

Motivering

Deze definitie sluit aan bij de op dit gebied bestaande Amerikaanse en Australische

wetgeving. Het doel is te vermijden dat enigerlei andere producten dan gewoon bont op de markt kunnen worden gebracht, aangezien er aanwijzingen zijn dat er ook van katten- en/of hondenvellen of andere huiden vervaardigde producten zijn verhandeld.

Amendement 15 Artikel 4, punt 2 2. bepalingen die afwijken van de in

artikel 1 bedoelde verboden voor dergelijk bont en voor producten die dergelijk bont

schrappen

(13)

RR\664665NL.doc 13/42 PE 384.485v02-00

NL

bevatten, voor zover

dat bont voorzien is van een etiket waarop wordt vermeld dat het afkomstig is van katten of honden die niet zijn gefokt of gedood voor de bontproductie of dat bont en die producten

persoonlijke bezittingen of huisraad zijn die de Gemeenschap worden ingevoerd of daaruit worden uitgevoerd.

Motivering

De te introduceren wetgeving mag geen mogelijkheden bieden om verboden goederen als foutief geëtiketteerde producten in de EU op de markt te brengen. Aangezien de etikettering van bont nog niet bij EU-wetgeving is gereguleerd, kan deze bepaling geen garanties bieden ten aanzien van de correcte etikettering van geïmporteerd bont, met alle risico's van dien op het punt van foutieve etikettering en verkeerde voorlichting van consumenten. Bij wijze van referentie zij vermeld dat noch de Amerikaanse, noch de Australische wetgeving op dit gebied in soortgelijke uitzonderingen voorzien.

Amendement 16 Artikel 5 bis (nieuw)

Artikel 5 bis Verslaglegging

Een jaar nadat de lidstaten hun tweede jaarrapport hebben ingediend, brengt de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad verslag uit over de

tenuitvoerlegging van deze verordening.

Dit verslag wordt geactualiseerd nadat de lidstaten hun vierde jaarrapport hebben ingediend. De verslagen van de

Commissie worden voor het publiek toegankelijk gesteld.

Amendement 17 Artikel 6 De lidstaten stellen de regels vast voor de

sancties die van toepassing zijn op overtredingen van deze verordening, en nemen alle nodige maatregelen om te

De lidstaten stellen de regels vast voor de administratieve en waar mogelijk

strafrechtelijke sancties die van toepassing zijn op overtredingen van deze

(14)

PE 384.485v02-00 14/42 RR\664665NL.doc

NL

bereiken dat zij worden toegepast. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op [dd/mm/jj] van deze bepalingen in kennis en delen haar onverwijld alle latere wijzigingen van die bepalingen mee.

verordening, en nemen alle nodige

maatregelen om te bereiken dat zij worden toegepast. De lidstaten die partijen katten- of hondenbont in beslag nemen bij de tenuitvoerlegging van deze verordening moeten in het bijzonder ook wetten goedkeuren die hen in staat stellen om deze partijen te vernietigen en de import/exportvergunningen die aan de betrokken handelaars zijn verleend op te schorten of in te trekken. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op [dd/mm/jj] van deze bepalingen in kennis en delen haar onverwijld alle latere wijzigingen van die bepalingen mee.

Motivering

Vijf lidstaten hebben inmiddels een wettelijk verbod op katten- en hondenbont ingesteld en tien andere lidstaten hebben maatregelen geïntroduceerd met het oog op de instelling van een verbod of van beperkingen op de handel in deze producten. Ook leggen diverse lidstaten strafrechtelijke sancties op voor dierenmishandeling, vooral wanneer het honden of katten betreft. Het is belangrijk dat dergelijke delicten waar mogelijk volgens het nationale recht strafrechtelijk worden vervolgd.

Amendement 18 Artikel 6, lid 1 bis (nieuw)

De lidstaten overwegen voorts de mogelijkheid van collectief optreden in rechte, waar zulks dienstig is.

Motivering

Voor zover dienstig, gelet op de nationale juridische benadering van dit soort kwesties, moet overwogen worden de mogelijkheid van collectief optreden in rechte te scheppen zodat belangengroepen kunnen bijdragen tot de handhaving.

Amendement 19 Artikel 6, lid 1 ter (nieuw)

De lidstaten brengen jaarlijks aan de Commissie verslag uit over de toepassing

(15)

RR\664665NL.doc 15/42 PE 384.485v02-00

NL

van de in lid 1 genoemde strafrechtelijke sancties.

Motivering

Het is zaak dat de lidstaten hun verantwoordelijkheid voor het invoeren van doeltreffende, evenredige en afschrikwekkende sancties nakomen. Dat kan alleen als er op gezette tijden verslag moet worden uitgebracht over het aantal vervolgingen, de opgelegde straffen en andere relevante gegevens.

Amendement 20 Artikel 6 bis (nieuw)

Artikel 6 bis Handhaving

De lidstaten brengen jaarlijks aan de Commissie verslag uit over hun beleid ter handhaving van de verordening en de toereikendheid van de daarvoor ingezette middelen. In deze verslagen wordt

informatie opgenomen over de voorschriften inzake opleiding van douanebeambten en de procedures waarmee deze beambten op wijze doeltreffende honden- en

kattenbontproducten kunnen opsporen en de nodige maatregelen nemen ter

handhaving van deze verordening.

Motivering

Wil de met deze verordening beoogde opheffing van de belemmeringen voor het functioneren van de interne markt gerealiseerd worden, dan is daadwerkelijke handhaving in de gehele Gemeenschap noodzakelijk. Met het oog daarop moeten de lidstaten op gezette tijden verslag uitbrengen over hun handhavingsbeleid en daarbij voldoende informatie verschaffen voor een beoordeling van de effectiviteit daarvan.

(16)

PE 384.485v02-00 16/42 RR\664665NL.doc

NL

TOELICHTING

Nadat hierover van de zijde van consumenten en burgers uit de gehele Unie een groot aantal verzoekschriften en andere uitingen van bezorgdheid zijn ontvangen, komt deze verordening eindelijk met een voorstel tot invoering van een verbod op het op de markt brengen en de import in en uitvoer uit de Gemeenschap van katten en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten (b.v. als voering of versiering op kledingstukken of speelgoed). Het is de bedoeling dat het verbod in de plaats komt van de uiteenlopende maatregelen die reeds door diverse lidstaten worden toegepast om de productie van en/of handel in katten- en hondenbont te verbieden. Tevens is het voorstel bedoeld om de Commissie van informatie te voorzien over nieuwe methoden om katten- en hondenbont van andere bontsoorten te onderscheiden en te zorgen dat deze informatie tussen de lidstaten wordt uitgewisseld.

Over het algemeen gesproken kan worden gesteld dat er tussen de lidstaten een zeer grote mate van overeenstemming bestaat over het feit dat de handel en invoer in de Gemeenschap van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten onaanvaardbaar is.

Bovendien brengt de rechtsgrondslag van het voorstel met zich mee dat het zich erop richt belemmeringen voor de werking van de interne markt te voorkomen en het vrije verkeer van langs legale weg verhandelde bont en bontproducten te waarborgen.

Uw rapporteur steunt dit voorstel dan ook van harte, maar wil er wel op wijzen dat alle eventuele mazen in de wetgeving, die de invoer en handel als zodanig zouden ondermijnen, moeten worden geëlimineerd, en dat de douanecontroles en administratieve - en waar mogelijk ook strafrechtelijke - sancties door de lidstaten moeten worden aangescherpt ten einde een effectief preventiesysteem te ontwikkelen waardoor metterdaad paal en perk kan worden gesteld aan deze schandalige en illegale vorm van commercie.

(17)

RR\664665NL.doc 17/42 PE 384.485v02-00

NL

21.3.2007

ADVIES VAN DE COMMISSIE LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

aan de Commissie interne markt en consumentenbescherming

inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende een verbod op het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten

(COM(2006)0684 – C6-0428/2006 – 2006/0236(COD))

Rapporteur voor advies: Struan Stevenson

BEKNOPTE MOTIVERING

De Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling is ingenomen met het voorstel voor een verordening houdende een verbod op het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten.

Nietsvermoedende consumenten in Europa zijn veel te lang in het ongewisse gelaten over het feit dat veel van de door hen gekochte bontproducten feitelijk worden gemaakt van de huid van katten en honden. Parkajassen, vrouwenmantels, sweaters, handschoenen en hoeden hebben vaak een bontafzetting. Het komt vaak voor dat lieve kleine pelsdieren in gevlochten mandjes worden verkocht in toeristenwinkels in de gehele Europese Unie. Er zijn zelfs helemaal van bont vervaardigde mantels ontdekt, geïmporteerd uit China en in de Europese Unie gekocht, die volgens DNA-tests zijn gemaakt van de vellen van meer dan 40 puppies van herdershonden. Op de etiketten van deze producten wordt zelden vermeld wat de herkomst van het bont is. Wanneer de artikelen al geëtiketteerd zijn, gaat het vaak om

misleidende namen als Sobaki, Gae Wolf, Asian Jackal enz., met als doel indruk te maken op de cliënt en de werkelijke herkomst van het bont te verhullen. In ieder geval wordt nooit de afschrikwekkende waarheid onthuld, namelijk dat deze producten vaak zijn gemaakt van de huid van katten en honden.

Volgens schattingen van in deze sector werkzame NGO's sterven alleen al in China jaarlijks ongeveer 2 miljoen honden en katten in deze handelssector, alleen om de Europese markt te voorzien. De manier waarop deze dieren worden gedood is vreselijk; katten worden buiten hun kooien gewurgd terwijl andere katten toekijken, en honden worden gestrikt met metalen draden en vervolgens tegen de buik geschopt totdat zij doodbloeden doordat de strikdraad hun keel afklemt. Deze verordening heeft tot doel de lucratieve EU-markt, die deze wrede handel in China en andere delen van Azië bevordert, te sluiten.

(18)

PE 384.485v02-00 18/42 RR\664665NL.doc

NL

De Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling heeft echter een aantal belangrijke opmerkingen over de door de Commissie voorgestelde ontwerpverordening:

(1) We zouden erop willen wijzen dat een vrijwillige gedragscode die door de bontsector en de Europese Unie is gesloten, ontoereikend is gebleken om de import en de verkoop van deze producten te voorkomen.

(2) Hoewel de commissie instemt met maatregelen die zorgen voor een goede werking van de interne markt, achten wij het niet noodzakelijk dat het voorstel voor een verordening meer in het algemeen leidt tot bevordering van de EU-bonthandel op zich. Dat is niet de bedoeling van deze verordening; zij heeft niet tot doel om de burgers van de Europese Unie aan te moedigen om bontproducten aan te kopen, maar veeleer om producten gemaakt van bont van katten en honden te verbieden.

(3) In de wettelijke vereisten moet worden verduidelijkt dat het verbod van toepassing is op de verkoop, de productie, het te koop aanbieden, het vervoer en de distributie van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten.

(4) Een etiketteringsvereiste zou niet leiden tot het gewenste resultaat van beëindiging van deze wrede handel. Bovendien zou daarmee een onterechte kostenpost ontstaan voor de kledinghandel in het algemeen en de lidstaten in het bijzonder.

(5) Omdat een dergelijk verbod zowel op binnenlandse als op buitenlandse producenten van toepassing zou zijn, en in overeenstemming is met bepalingen in internationale

overeenkomsten waarbij de Europese Unie partij is en in het kader waarvan uitdrukkelijk wordt voorzien in maatregelen ter bescherming van de gezondheid en het welzijn van dieren en ter voorkoming van het gebruik van misleidende handelspraktijken in de internationale of binnenlandse handel, zou het WTO-bestendig zijn.

(6) Een afwijking van het algemene verbod voor geïmporteerd bont dat afkomstig is van dieren die voor het vlees zijn gefokt en niet zozeer voor het bont, is onnodig en niet toe te juichen, en moet derhalve volledig uit het voorstel voor een verordening worden geschrapt.

Derde landen die ervoor hebben gekozen om katten en honden voor het vlees te fokken staat het vrij om de vellen van die dieren op hun eigen binnenlandse markten af te zetten. De Europese Unie moet de levering van dergelijke vellen niet mogelijk maken door een bijzondere afwijking op het algemene verbod toe te staan. In elk geval zou een dergelijke afwijking ervoor zorgen dat er een enorme maas in de wetgeving zit waardoor vellen van katten en honden de markt van de Europese Unie blijven overspoelen onder het mom van afkomstig te zijn van dieren die voor hun vlees zijn gefokt.

(7) Lidstaten die na de tenuitvoerlegging van het verbod zendingen katten- en hondenbont in beslag nemen, moeten de mogelijkheid hebben om bij een eerste overtreding dergelijke zendingen te confisqueren en te vernietigen, en bij volgende overtredingen de

import/exportvergunning voor handel in alle soorten bont volledig in te trekken.

(19)

RR\664665NL.doc 19/42 PE 384.485v02-00

NL

AMENDEMENTEN

De Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling verzoekt de ten principale bevoegde Commissie interne markt en consumentenbescherming onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:

Door de Commissie voorgestelde tekst1 Amendementen van het Parlement

Amendement 21 Overweging 4 (4) Als gevolg hiervan worden

bonthandelaren, vooral de handelaren die handel drijven in bont waarbij de soort waarvan het afkomstig is, niet is aangegeven en ook niet gemakkelijk herkenbaar is, of die producten kopen die dergelijk bont bevatten, geconfronteerd met het risico dat zij de desbetreffende producten niet op legale wijze in een of meer lidstaten kunnen verhandelen of dat op de handel in een of meer lidstaten aanvullende voorschriften van toepassing zijn om het gebruik van katten- en hondenbont te voorkomen.

(4) Als gevolg hiervan hebben de bonthandelaren in de EU een vrijwillige gedragscode ingevoerd waarbij de in- en uitvoer van en de handel in katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten worden verboden. Deze maatregel is echter ontoereikend gebleken om de invoer en verkoop van katten- en

hondenbont te voorkomen, met name waar het bonthandelaren betreft die handel drijven in bont waarbij de soort waarvan het afkomstig is, niet is aangegeven en ook niet gemakkelijk herkenbaar is, of die producten kopen die dergelijk bont bevatten en

geconfronteerd worden met het risico dat zij de desbetreffende producten niet op legale wijze in een of meer lidstaten kunnen verhandelen of dat op de handel in een of meer lidstaten aanvullende voorschriften van toepassing zijn om het gebruik van katten- en hondenbont te voorkomen.

Motivering

Zelfs een door de Europese bontsector geïntroduceerde vrijwillige gedragscode heeft niet kunnen voorkomen dat handelaren zonder scrupules blijven proberen katten- en hondenbont te laten doorgaan voor "op legale wijze" via officiële pelsdierbedrijven verkregen bont, onder gebruikmaking van fictieve benamingen zoals Sobaki, Gae Wolf en Asian Jackal.

Amendement 22 Overweging 5

1 Nog niet in het PB gepubliceerd.

(20)

PE 384.485v02-00 20/42 RR\664665NL.doc

NL

(5) De verschillen tussen de nationale maatregelen inzake katten- en hondenbont vormen belemmeringen voor de bonthandel in het algemeen. Deze maatregelen

verhinderen de goede werking van de interne markt, aangezien uiteenlopende wettelijke voorschriften de bontproductie in het algemeen belemmeren en het vrije verkeer in de Gemeenschap van op legale wijze in de Gemeenschap ingevoerd en vervaardigd bont moeilijker maken. De uiteenlopende wettelijke voorschriften in de diverse lidstaten leiden tot een extra belasting en extra kosten voor bonthandelaren.

(5) De verschillen tussen de nationale maatregelen inzake katten- en hondenbont verhinderen de goede werking van de interne markt.

Motivering

De goede werking van de interne markt is op zich een voldoende reden om de communautaire wetgeving via het onderhavige voorstel voor een verordening te harmoniseren. Het is niet nodig daaraan nog een uitvoerige uitleg over de bonthandel in het algemeen aan toe te voegen.

Amendement 23 Overweging 6 (6) Bovendien schrikken gewone

consumenten van bontproducten ervoor terug om in andere lidstaten bont te kopen, omdat zij niet zeker zijn van de aldaar geldende wetgeving.

(6) Bovendien wordt het publiek in verwarring gebracht door de verscheidenheid aan wettelijke

voorschriften in de respectieve lidstaten, waardoor een handelsbelemmering wordt gecreëerd.

Motivering

Het is niet de bedoeling dat de verordening het publiek in de EU ertoe aanzet bontproducten te kopen. Zij beoogt veeleer een verbod in te stellen op de handel in katten- en hondenbont.

Amendement 24 Overweging 7 (7) De maatregelen van deze verordening

dienen derhalve het in de handel brengen van bont- en bontproducten van andere soorten dan katten en honden te

vergemakkelijken en verstoring van de

(7) De maatregelen van deze verordening zijn derhalve bedoeld ter nadere

verduidelijking van de in de lidstaten geldende wettelijke verbodsbepalingen ten aanzien van de verkoop, de productie, het te

(21)

RR\664665NL.doc 21/42 PE 384.485v02-00

NL

interne markt voor bont en bontproducten

in het algemeen te voorkomen. koop aanbieden, het vervoer en de distributie van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten, teneinde aldus een verstoring van de interne markt voor alle andere soortgelijke

producten te voorkomen.

Motivering

Het is niet de bedoeling dat de verordening het publiek in de EU ertoe aanzet bontproducten te kopen. Zij beoogt veeleer een verbod in te stellen op de handel in katten- en hondenbont en de in de lidstaten geldende wettelijke vereisten nader te verduidelijken.

Amendement 25 Overweging 8 (8) Om een einde te maken aan de huidige

verbrokkeling van de interne markt voor bont en bontproducten bestaat er behoefte aan harmonisatie; het meest doeltreffende en evenredige instrument om aan de uit de uiteenlopende nationale voorschriften voortvloeiende belemmeringen een einde te maken zou een verbod zijn op het in de handel brengen in de Gemeenschap en op de invoer en uitvoer van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten.

(8) Om een einde te maken aan de huidige verbrokkeling van de interne markt bestaat er behoefte aan harmonisatie; het meest doeltreffende en evenredige instrument om aan de uit de uiteenlopende nationale

voorschriften voortvloeiende belemmeringen een einde te maken zou een verbod zijn op het in de handel brengen in de Gemeenschap en op de invoer en uitvoer van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten.

Motivering

Het is niet de bedoeling dat de verordening het publiek in de EU ertoe aanzet bontproducten te kopen. Zij beoogt veeleer een verbod in te stellen op de handel in katten- en hondenbont.

Amendement 26 Overweging 9 (9) Een etiketteringsvoorschrift zou niet

geschikt zijn om hetzelfde resultaat te bereiken, aangezien dit een onevenredige belasting voor alle bonthandelaren zou zijn, ongeacht of zij bij de handel in katten- en hondenbont betrokken zijn of niet. Het zou ook onevenredig duur zijn in gevallen waarin bont slechts een zeer gering deel van het product uitmaakt.

(9) Een etiketteringsvoorschrift zou niet geschikt zijn om hetzelfde resultaat te bereiken, aangezien dit een onevenredige belasting voor de gehele kledingsector zou betekenen, inclusief handelaren die zich specialiseren in namaakbont, en bovendien onevenredig duur zou zijn. Bovendien zouden de kosten daarmee komen te liggen bij de lidstaten, die zouden worden

(22)

PE 384.485v02-00 22/42 RR\664665NL.doc

NL

gedwongen artikelen te testen die volgens hen frauduleus zijn geëtiketteerd als iets anders, terwijl ze in feite zijn vervaardigd van katten- of hondenbont.

Motivering

In sommige derde landen is het goedkoper om katten- of hondenbont te gebruiken dan om synthetisch of namaakbont te vervaardigen. Dergelijke pelzen, geverfd om eruit te zien als namaakbont, zijn ook aangetroffen in textielproducten die te koop worden aangeboden in winkels en warenhuizen in de EU. Een etiketteringsvoorschrift zou dan ook stelselmatig door onscrupuleuze handelaren worden overtreden, genegeerd of gemanipuleerd om een dergelijke vereiste te omzeilen en zou de gehele kledingindustrie in ieder geval uit kostenoogpunt

onevenredig zwaar belasten, inclusief degenen die op zijn hoogst namaakbont gebruiken.

Tevens zouden de lidstaten de kosten moeten dragen voor het testen van artikelen die volgens hen frauduleus zijn geëtiketteerd als namaakbont of andere soorten bont, terwijl ze in feite zijn vervaardigd van katten- of hondenbont.

Amendement 27 Overweging 9 bis (nieuw)

(9 bis) Het instellen van een verbod op de verkoop, de vervaardiging, het te koop aanbieden, het vervoer en de distributie van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten, ongeacht de herkomst daarvan, is in overeenstemming met de internationale verplichtingen van de EU, aangezien het in gelijke mate van toepassing is op binnenlandse en

buitenlandse producenten en elke vorm van discriminatie tussen uit het buitenland afkomstige, elkaar beconcurrerende producten voorkomt. Een dergelijk verbod is eveneens in overeenstemming met de bepalingen van internationale

overeenkomsten waarbij de EU partij is en die nadrukkelijk ruimte laten voor

maatregelen welke bedoeld zijn ter bescherming van de gezondheid en het welzijn van dieren en ter voorkoming van het gebruik van misleidende

handelspraktijken in de internationale of binnenlandse handel.

(23)

RR\664665NL.doc 23/42 PE 384.485v02-00

NL

Motivering

De toepassing van een dergelijke verordening op zowel binnenlandse als buitenlandse producten en handelaren zou de garantie bieden dat zij in overeenstemming is met de WTO- voorschriften.

Amendement 28 Overweging 10 (10) In de Gemeenschap bestaat geen traditie

van het houden van katten en honden voor productiedoeleinden en evenmin van de vervaardiging van bont van ingevoerd katten- en hondenbont. In feite blijkt het merendeel van de producten van katten- en hondenbont in de Gemeenschap uit derde landen afkomstig te zijn. Om het verbod op intracommunautaire handel doeltreffender te maken dient tegelijkertijd een verbod op de invoer van deze producten in de

Gemeenschap te worden uitgevaardigd. Een dergelijk invoerverbod zou eveneens

tegemoetkomen aan de door de burgers tot uitdrukking gebrachte ethische bezwaren tegen de mogelijke invoer in de

Gemeenschap van katten- en hondenbont, in het bijzonder omdat er aanwijzingen bestaan dat die dieren op onmenselijke wijze worden gehouden en geslacht.

(10) In de Gemeenschap bestaat geen traditie van het houden van katten en honden voor productiedoeleinden, hoewel er zich gevallen hebben voorgedaan waarbij bont van ingevoerd katten- en hondenbont bleek te zijn vervaardigd. In feite blijkt het merendeel van de producten van katten- en hondenbont in de Gemeenschap uit derde landen afkomstig te zijn. Om het verbod op intracommunautaire handel doeltreffender te maken dient tegelijkertijd een verbod op de invoer van deze producten in de

Gemeenschap te worden uitgevaardigd. Een dergelijk invoerverbod zou eveneens

tegemoetkomen aan de door de burgers tot uitdrukking gebrachte ethische bezwaren tegen de mogelijke invoer in de

Gemeenschap van katten- en hondenbont, in het bijzonder omdat er aanwijzingen bestaan dat die dieren op onmenselijke wijze worden gehouden en geslacht.

Motivering

Binnen de EU zijn er complete, van ingevoerde hondenvellen vervaardigde bontjassen gekocht, alsook tapijten en dekens van zowel honden- als kattenvellen.

Amendement 29 Overweging 12 (12) Het is evenwel wenselijk dat van het

algemene verbod op het in de handel

brengen, de invoer naar en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten kan worden afgeweken, wanneer kan

schrappen

(24)

PE 384.485v02-00 24/42 RR\664665NL.doc

NL

worden gegarandeerd dat het afkomstig is van katten en honden die niet gefokt of gedood zijn voor de productie van bont en wanneer het bont als zodanig is

geëtiketteerd en daarom geen negatief effect op het vertrouwen van de consument in bont en bontproducten heeft. Voorts is het wenselijk dat van het verbod kan worden afgeweken indien de in- en uitvoer in respectievelijk uit de Gemeenschap uitsluitend voor persoonlijk gebruik plaatsvindt en daarom niet kan worden geacht de goede werking van de interne markt te verhinderen.

Motivering

Hoewel het niet aan de EU is om een oordeel uit te spreken over de culturele tradities van derde landen, is het niet nodig en onwenselijk een afwijking op het algemene verbod toe te staan voor bont van honden en katten die voor het vlees zijn gefokt en niet zozeer voor het bont. Het staat derde landen die katten en honden fokken voor de vleesproductie vrij om de huiden daarvan op hun eigen markten te laten verkopen, maar de EU hoeft niet bereid te zijn om als afzetmarkt voor dergelijke importen te fungeren door speciale uitzonderingen op het algemene verbod toe te staan. In elk geval zou daarmee zou een enorme maas in het net worden gecreëerd die gewetenloos zou worden uitgebuit voor de import van alle partijen honden- en kattenbont die handelaren in de toekomst op de EU-mark afzetten, waardoor de hele verordening zinloos zou worden.

Amendement 30 Overweging 15 (15) De lidstaten dienen regels voor sancties

in het geval van overtredingen van de bepalingen van deze verordening vast te stellen en erop toe te zien dat deze worden uitgevoerd. Deze sancties moeten doelmatig zijn, in verhouding staan tot de

geconstateerde overtreding en ontradend werken.

(15) De lidstaten dienen regels voor sancties in het geval van overtredingen van de bepalingen van deze verordening vast te stellen en erop toe te zien dat deze worden uitgevoerd. Met name moeten lidstaten die na de tenuitvoerlegging van het verbod partijen katten- en hondenbont in beslag nemen, overeenkomstig hun nationale recht de mogelijkheid hebben om bij een eerste overtreding van deze verordening dergelijke partijen te confisqueren en te vernietigen, en bij volgende overtredingen de import/exportvergunning van de betrokken handelaren voor handel in alle soorten bont volledig in te trekken.

(25)

RR\664665NL.doc 25/42 PE 384.485v02-00

NL

Motivering

Hoewel het Europees Parlement en de Raad wat de uitvoering van deze verordening betreft niet willen treden in het wetgevingsproces van de lidstaten, zou een praktijk waarbij onder andere partijen katten- en hondenbont die men in strijd met de verordening op de markt in de Gemeenschap probeert te brengen, worden geconfisqueerd en vernietigd, en

import/exportvergunningen voor alle soorten bont worden ingetrokken, een heilzame

uitwerking hebben op het gedrag van eventuele handelaren die proberen de wet te overtreden.

Amendement 31 Artikel 1 Het in de handel brengen, de invoer in en de

uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten, is verboden.

Het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten, is verboden, evenals de verkoop, de productie, het te koop

aanbieden, het vervoer en de distributie van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten.

Motivering

Door de verkoop, de productie, het te koop aanbieden, het vervoer en de distributie van katten- en hondenbont expliciet in de verordening op te nemen, wordt verdere twijfel dienaangaande weggenomen, hetgeen de duidelijkheid van de verordening ten goede komt.

Amendement 32 Artikel 4 Volgens de in artikel 5, lid 2, bedoelde

procedure kan het volgende worden vastgesteld:

schrappen

1. bepalingen inzake het gebruik van de analysemethoden tot vaststelling van de soorten waarvan het bont afkomstig is;

2. bepalingen die afwijken van de in artikel 1 bedoelde verboden voor dergelijk bont en voor producten die dergelijk bont bevatten, voor zover

– dat bont voorzien is van een etiket waarop wordt vermeld dat het afkomstig is van katten of honden die niet zijn gefokt of gedood voor de bontproductie of

(26)

PE 384.485v02-00 26/42 RR\664665NL.doc

NL

– dat bont en die producten persoonlijke bezittingen of huisraad zijn die de

Gemeenschap worden ingevoerd of daaruit worden uitgevoerd.

Motivering

Hoewel het niet aan de EU is om een oordeel uit te spreken over de culturele tradities van derde landen, is het niet nodig en onwenselijk een afwijking op het algemene verbod toe te staan voor bont van honden en katten die voor het vlees zijn gefokt en niet zozeer voor het bont. Het staat derde landen die katten en honden fokken voor de vleesproductie vrij om de huiden daarvan op hun eigen markten te laten verkopen, maar de EU hoeft niet bereid te zijn om als afzetmarkt voor dergelijke importen te fungeren door speciale uitzonderingen op het algemene verbod toe te staan. In elk geval zou daarmee zou een enorme maas in het net worden gecreëerd die gewetenloos zou worden uitgebuit voor de import van alle partijen honden- en kattenbont die handelaren in de toekomst op de EU-mark afzetten, waardoor de hele verordening zinloos zou worden.

Amendement 33 Artikel 6 De lidstaten stellen de regels vast voor de

sancties die van toepassing zijn op overtredingen van deze verordening, en nemen alle nodige maatregelen om te bereiken dat zij worden toegepast. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op [dd/mm/jj] van deze bepalingen in kennis en delen haar

onverwijld alle latere wijzigingen van die bepalingen mee.

De lidstaten stellen de regels vast voor de sancties die van toepassing zijn op

overtredingen van deze verordening, en nemen alle nodige maatregelen om te bereiken dat zij worden toegepast. Met name nemen lidstaten die na de

tenuitvoerlegging van het verbod partijen katten- en hondenbont in beslag nemen, wetgeving aan op grond waarvan zij

dergelijke partijen kunnen confisqueren en vernietigen, en de aan de betrokken

handelaren verleende

import/exportvergunningen kunnen opschorten of intrekken. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op [dd/mm/jj] van deze bepalingen in kennis en delen haar

onverwijld alle latere wijzigingen van die bepalingen mee.

(27)

RR\664665NL.doc 27/42 PE 384.485v02-00

NL

Motivering

Hoewel het Europees Parlement en de Raad wat de uitvoering van deze verordening betreft niet willen treden in het wetgevingsproces van de lidstaten, zou een praktijk waarbij onder andere zendingen katten- en hondenbont die men in strijd met de verordening op de markt in de Gemeenschap probeert te brengen, worden geconfisqueerd en vernietigd, en

import/exportvergunningen voor alle soorten bont worden opgeschort of ingetrokken, een heilzame uitwerking hebben op het gedrag van eventuele handelaren die proberen de wet te overtreden.

PROCEDURE

Titel Katten- en hondenbont

Document- en procedurenummers COM(2006)0684 - C6-0428/2006 - 2006/0236(COD)

Commissie ten principale IMCO

Advies uitgebracht door

Datum bekendmaking AGRI

29.11.2006 Rapporteur voor advies

Datum benoeming Struan Stevenson 19.12.2006

Behandeling in de commissie 27.2.2007 20.3.2007

Datum goedkeuring 21.3.2007

Uitslag eindstemming +:

–:

0:

30 0 0

Bij de eindstemming aanwezige leden Peter Baco, Sergio Berlato, Niels Busk, Luis Manuel Capoulas Santos, Giuseppe Castiglione, Dumitru Gheorghe Mircea Coşea, Albert Deß, Michl Ebner, Carmen Fraga Estévez, Jean-Claude Fruteau, Ioannis Gklavakis, Bogdan Golik, Friedrich-Wilhelm Graefe zu Baringdorf, Atilla Béla Ladislau Kelemen, Heinz Kindermann, Diamanto

Manolakou, Véronique Mathieu, Neil Parish, Radu Podgorean, María Isabel Salinas García, Agnes Schierhuber, Alyn Smith, Marc Tarabella, Donato Tommaso Veraldi, Andrzej Tomasz Zapałowski

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervanger(s)

Christa Klaß, Albert Jan Maat, Zdzisław Zbigniew Podkański, Brian Simpson, Struan Stevenson

(28)

PE 384.485v02-00 28/42 RR\664665NL.doc

NL

23.2007

ADVIES VAN DE COMMISSIE INTERNATIONALE HANDEL

aan de Commissie interne markt en consumentenbescherming

inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende een verbod op het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en van producten die dergelijk bont bevatten

(COM(2006)0684 – C6-0428/2006 – 2006/0236(COD))

Rapporteur voor advies: Caroline Lucas

BEKNOPTE MOTIVERING

In heel Europa zijn veel mensen lid van organisaties ter bevordering van het dierenwelzijn. In juni 2005 deelde Commissaris Kyprianou aan de Interfractiewerkgroep "Dierenbescherming"

mede dat hij

over dit gevoelige onderwerp [bont van honden en katten] een enorm aantal brieven van politici en burgers had ontvangen, waarin diepe verontwaardiging en afschuw ten aanzien van deze handel werd uitgesproken. Deze gevoelens waren gewekt door afschuwelijke beelden van de manier waarop voor de bontproductie gebruikte katten en honden in Azië worden behandeld.

Op het niveau van de Europese Unie is het belang van meer bescherming en respect voor het welzijn van dieren als percipiërende wezens erkend sinds de sluiting van het Verdrag van Amsterdam en de aanneming van een protocol waarin erop wordt aangedrongen het

dierenwelzijn volledig in overweging te nemen bij formulering en tenuitvoerlegging van o.m.

het interne marktbeleid van de Europese Unie. Door tastbare maatregelen op Europees niveau ter verbetering van het dierenwelzijn zou een bijdrage worden geleverd aan de overbrugging van de kloof tussen de instellingen van Europa en de burger.

Zoals de Commissie erkent, maakt de Europese burger zich alom en in toenemende mate ongerust over de mogelijkheid dat hij zonder het te weten bont of bontproducten koopt die van honden of katten afkomstig zijn. Deze verontrusting klinkt door in de schriftelijke

verklaring die het Parlement op 18 december 2003 met algemene steun heeft goedgekeurd, in het advies van de Commissie internationale handel inzake bescherming en welzijn van dieren voor de periode 2006-2010 en in de door de plenaire vergadering op 12 oktober 2006

aangenomen resolutie, waarin steeds werd aangedrongen op een verbod op de handel in het bont van katten en honden. Onderhavig voorstel voor een verordening is dan een ook een te waarderen stap waarvoor de Commissie en met name de heer Kyprianou lof verdient.

(29)

RR\664665NL.doc 29/42 PE 384.485v02-00

NL

Dit neemt niet weg dat het helaas lang heeft geduurd voordat dit wetgevingsvoorstel werd ingediend. De rapporteur voor dit advies heeft toenmalig Commissaris Byrne op 12 april 2002 schriftelijk om een dergelijk verbod verzocht, maar kreeg te horen dat de Commissie nadacht over wat zij een ingewikkeld probleem noemde. We moeten uit deze ervaring lering trekken en ervoor zorgen dat de Commissie bereid is sneller en doortastender te reageren op

soortgelijke problemen, zoals de handel in zeehondenproducten. Daarom worden in dit ontwerpadvies twee soorten amendementen voorgesteld. Het eerste is bedoeld om mazen in de Commissievoorstellen te sluiten met name door:

 Duidelijk te maken dat de term "bont" de vacht, huid en beharing van het dier omvat;

 Ervoor te zorgen dat de verordening niet alleen geldt voor de huiskat, maar eveneens voor dieren die voortkomen uit kruising van huiskatten en wilde katten;

 De mogelijkheid weg te nemen via comitologie afwijkingen mogelijk te maken waardoor het eventueel mogelijk wordt bont van voor enig ander doel gefokte katten en honden op de markt te brengen en in te voeren.

Via andere amendementen in deze reeks wordt gestreefd naar uitbreiding van het stelsel van uitwisseling van gegevens tussen lidstaten en de Commissie, ter bevordering van de

verspreiding van optimale werkmethoden. Voorgesteld wordt dat er bij het Parlement en de Raad regelmatig verslagen worden ingediend ter bevordering van doelmatige beoordeling van de gevolgen van de wetgeving, in aansluiting op de doelen van "de kwaliteit van de

regelgeving".

Doel van een tweede reeks amendementen is te erkennen dat de Europese burgers eveneens verontrust zijn over de mogelijkheid dat van zeehonden vervaardigde producten in de Europese Unie op de markt worden gebracht. 500.000 Italianen hebben in 2005 een

verzoekschrift ondertekend waarin werd verzocht om een nationaal verbod op zeehondenbont.

In de resolutie over bescherming en welzijn van dieren 2006-2010 en in de op 26 september 2006 aangenomen schriftelijke verklaring over het verbod op zeehondenproducten in de Europese Unie is aangedrongen op een volledig verbod op de invoer van

zeehondenproducten. De resoluties van het Parlement over de handel in zeehondenproducten gaan in ieder geval zelfs terug tot 11 maart 1982.

In 2005 is in Italië een tijdelijk verbod ingevoerd op producten op basis van zeehonden en in januari 2007 heeft het Belgische parlement aan permanent verbod aangenomen.

Waarschijnlijk wordt in Nederland binnen afzienbare tijd wetgeving aangenomen die dit soort producten verbiedt, en andere landen overwegen dit soort wetgeving. Andere lidstaten

beschikken over vergunningenstelsels waardoor de invoer daadwerkelijk wordt beperkt. Deze wetgeving is verenigbaar met de WTO-voorschriften, daar zij valt onder de

uitzonderingsregeling overeenkomstig artikel XX van de GATT en omdat er geen verschil wordt gemaakt tussen goederen uit binnen- en buitenland. Niet alleen de EU, ook Australië, Mexico, Nieuw-Zeeland en de Verenigde Staten verbieden de handel in producten bij de vervaardiging waarvan gebruik is gemaakt van in zee levende zoogdieren. Geen enkel van deze verboden is aangevochten via de procedure voor het bijleggen van geschillen.

Gezien deze bestaande en nog aan te nemen wetgeving is het duidelijk dat de Europese burgers en hun gekozen vertegenwoordigers de handel in zeehondenproducten niet

(30)

PE 384.485v02-00 30/42 RR\664665NL.doc

NL

aanvaardbaarder vinden dan de handel in katten- en hondenbont. Ook moeten handelaars rekening houden met verschillende wettelijke eisen in de diverse lidstaten waar zij zaken willen doen. Daar deze situatie juist de grondslag is die de Commissie heeft gekozen voor het verbod dat zij voorstelt op het op de markt brengen van katten- en hondenbont, is het niet duidelijk waarom zij niet tevens een verbod op het op de markt brengen van

zeehondenproducten heeft voorgesteld. Doel van de voorgestelde amendementen is de Commissie de noodzakelijke gegevens te verschaffen over de wetgevingssituatie in de lidstaten, zodat zij nogmaals kan bezien of er moet worden opgetreden tegen

zeehondenproducten. We mogen hopen dat dit niet zo lang wordt opgerekt als het gewaardeerde maar ernstig vertraagde voorstel de handel in katten- en hondenbont te verbieden.

AMENDEMENTEN

De Commissie internationale handel verzoekt de ten principale bevoegde Commissie interne markt en consumentenbescherming onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen:

Door de Commissie voorgestelde tekst Amendementen van het Parlement

Amendement 34 Overweging 2 bis (nieuw)

(2 bis) De lidstaten nemen eveneens in toenemende mate wetgeving aan die

bedoeld is om de vervaardiging en het op de markt brengen van producten die van zeehonden gemaakt zijn te verbieden.

Motivering

In 2005 is in Italië een tijdelijk verbod ingevoerd op producten op basis van zeehonden en in januari 2007 heeft het Belgische parlement aan permanent verbod aangenomen. Naar verwachting wordt in Nederland volgende maand ter zake wetgeving aangenomen, terwijl andere lidstaten vergunningenstelsels toepassen of overwegen. De verschillen in wetgeving die de Commissie heeft vastgesteld met betrekking tot katten- en hondenbont bestaan dus ook ten aanzien van zeehondenvellen en producten op basis van zeehonden.

Amendement 35 Overweging 2 ter (nieuw)

(2 ter) Waarschijnlijk zullen in de naaste toekomst meer landen de productie en afzet van zeehondenvellen en van zeehonden gemaakte producten verbieden ondanks het feit dat lidstaten erkennen dat wetgeving op Europees niveau doelmatiger is. De

Commissie dient derhalve "onmiddellijk

(31)

RR\664665NL.doc 31/42 PE 384.485v02-00

NL

een verordening op te stellen om de invoer, uitvoer en verkoop van alle producten van zadelrobben en klapmutsen te verbieden”1, met gebruikmaking van artikel 95 van het EG-Verdrag als rechtsgrondslag.

________

1Aangenomen tekst van 26.9.2006, P6_TA(2006)0369.

Motivering

In februari 2007 verzocht de Britse minister van Handel de Europese Commissie om voor de gehele EU een verbod op de invoer van zeehondenproducten voor te stellen, terwijl de Duitse minister voor Voedsel, Landbouw en Consumentenbescherming aankondigde dat, aangezien de Commissie geen gehoor had gegeven aan de vele verzoeken om maatregelen, de nationale wetgeving inzake de dierenbescherming zodanig zou worden gewijzigd dat ook producten gemaakt van zeehonden zouden werden verboden.

Amendement 36 Overweging 6 (6) Bovendien schrikken gewone

consumenten van bontproducten ervoor terug om in andere lidstaten bont te kopen, omdat zij niet zeker zijn van de aldaar geldende wetgeving.

(6) Bovendien worden Europese consumenten niet aangemoedigd om in andere lidstaten te kopen en wellicht

begrijpen zij niet ten volle de verschillen in de toepasselijke juridische situatie in elk van de lidstaten.

Motivering

De verordening moet gericht zijn op het voorgestelde verbod op de handel in katten- en hondenbont.

Amendement 37 Overweging 6 bis (nieuw)

(6 bis) Voor het vertrouwen van de consument is het niet alleen nodig dat de afzet van katten- en hondenbont wordt verboden maar ook dat burgers ervan verzekerd kunnen zijn dat

douaneambtenaren dergelijk bont zonder al te veel moeite kunnen identificeren.

Daarom dient het verbod ook te gelden voor soorten waarvan het bont kan worden verward met dat van huiskatten en honden, zoals wilde katten of wasbeerhonden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

overwegende dat er ten opzichte van de vorige rapportage wel vooruitgang is geboekt met betrekking tot het opstellen van plannen voor het beheer van afvalstoffen, maar deze plannen

Hoewel het Europees Parlement voorgesteld heeft dit aantal te beperken tot een derde van de lidstaten, is de rapporteur van mening dat het huidige systeem de voorkeur verdient

De Commissie stelt voor de vergoedingen en kosten voor veiligheidscertificaten en voertuigvergunningen bij gedelegeerde handeling te bepalen; de Raad verkiest in zijn standpunt

Voor de zorgverlener heeft het door het bevoegde orgaan afgegeven document dat recht geeft op verstrekkingen in natura die krachtens artikel 22, lid 1, onder a), i) van

(11) Om het spoorvervoer te promoten overeenkomstig de in de mededeling van de Commissie over de Europese Green Deal uiteengezette doelstellingen, onder meer wat duurzame en

verzoekt de Commissie een diepgaande analyse van de oorzaken, de gevolgen en de weerslag van de branden van deze zomer te verrichten, met name op de Europese bosbouwsector,

alcoholmisbruik en de schadelijke gevolgen daarvan voor de gezondheid; doet echter een oproep aan de Commissie om, met inachtneming van het subsidiariteitsbeginsel, ambitieuze

Als in de Gemeenschap gevestigde instantie zouden de importeurs wettelijk verplicht moeten zijn, te waarborgen dat de producten die zij in de handel brengen, aan de toepasselijke