• No results found

Bornems dialect

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Bornems dialect"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bornems dialect

Dit woordenboek Bornems bevat 39 gezegden, 628 woorden en 5 opmerkingen.

39 gezegden

∙ 'Fint en / of Elft verdwenen riviervis - Ein = Hein zie Opm. Fint

∙ aardappelen weg kappen - patatten weg peiren

∙ Bijt hij als ik hem streel - Bettemakemaai

∙ blond haar hebben - witzwing

∙ dat is marginaal volk - dat is trappekes volk

∙ Doornat - Zo nat as mes

∙ een karspoor - en kaarlees

∙ Een tik op je mond geven - Een mot oep a bakkes geve

∙ er in vliegen - schörp geven

∙ erg schrikken - ne floeren aup verschieten

∙ geen geld hebben om te betalen - betoale me peeschaave

∙ heb jij? - edde gaei

∙ heel snel - oep nen ik en ne gij

∙ Het is het een of het ander - Eiren of joenk

∙ het is kwart voor 1 - t is kout van den iëne

∙ hij heeft geen geld - deen ei gene naugel veu on zen gat te krabbe

∙ hoogst waarschijnlijk - van tien negen

∙ iemand die niet erg snugger is - a eighet werm water uitgevonne

∙ Ik sta hier voor niets te wachten - ik ston ie veu pietsnot

∙ in het vuil zitten bij werkzaamheden - in 't slameur zitten

∙ in mekaar knutselen - tèffere

∙ in verwachtin zijn - ze s zo

∙ Je bent lelijk - Gij het ne kop oem stront oep te sorteren

∙ laat maar - veu de rest zjatten en talloren

∙ lelijkaard - mottigen doefas

∙ Mie had kou waar had Mi kou op de markt had Mie kou - mieaakaawouaaMiekaaoepdemetaaMiekaa

∙ t zal wel gaan hij zal wel staan - tzal wel gon e zal wel ston

∙ tot straks - tot fleus

∙ Uw broek is te kort - Goa et woater in a kelder zeker

∙ van gedacht veranderen - zènne kak intrekke

∙ vrouw met humor - scha kat

∙ wanneer de zon schijnt terwijl het regent - tis kerremus in dhel

∙ wanneer je een vrouw haar slip kan zien - cinema verniet

∙ wat heb je me daar! - kust na mijne frak!

∙ wat ruik ik hier nu, ruik ik hier nu kak of kak ik hier nu? - wa ri ke ki kie? ri ke kik na kak oef kak ke kik ie na?

∙ we zijn er nog lang niet - we zen nog ni oan de nuuf patatte

∙ zich ergeren - bone frette

∙ zich ergeren - zen kas oepfrette

∙ zonder nadenken - oep de wilden boef af

628 woorden

∙ 'Elft en / of Fint verdwenen riviervis - Ein = Hein zie Opm. Fint

(2)

∙ 's morgends - smerges

∙ <!--0001-->1 - iën

∙ <!--0002-->2 - twië

∙ <!--0003-->3 - drae

∙ <!--0005-->5 - vaef

∙ aan - on

∙ aangezicht - toot

∙ aap - aup

∙ aardbei - jeirebees

∙ achter iemand aanlopen om verkering te krijgen - stajere

∙ achterhouden - smazen

∙ adem - aussem

∙ ademen - aussemen

∙ afdak - luzze

∙ afvoerpijp - mozegat

∙ alles geven - buzze geive

∙ alstublieft - astemblieft

∙ anjer - jenoffel

∙ appart - appaut

∙ appelmoes - appeltrut of appelspijs

∙ armband - brangelet

∙ armoede - eirremoei

∙ asbak - assepot

∙ asse - schramulle

∙ asse van kolenstoof - schramulle

∙ auto - ottoo

∙ avond - auvet

∙ azijn - azaain

∙ baard - baut

∙ Baasrode - Bostroo

∙ badpak - badkostum

∙ banaan - banan

∙ bang - benaat

∙ bang zijn - schrik emme

∙ batterijen - pillen

∙ bedelaar - Schooer

∙ bedrieger - foefelaer

∙ bedrieger - haurzak

∙ beha - tettejeir

∙ beige - kaffee me melk

∙ benzinestation - naftpoemp

∙ beroerte - gerokthait

∙ beschadigen, kneuzen - schalotteren

∙ besmeurd - bekeuzeld

∙ bestek - alaam

∙ bewaren - goairslaoge

∙ bezem - beustel

∙ biggen - viggen

∙ bij - baa

∙ bij (insekt) - bie

∙ bijkeuken - poempkot

∙ bijna - bekan

∙ bijna - bekanst

(3)

∙ blaffen - basse

∙ blauw - blaat

∙ blauwsel - blaasel

∙ bliksemen - emellichte

∙ blind(luik) - blaffetuur

∙ blond haar hebben - een wittepen

∙ bloot - pernot

∙ boekentas - kanaschière

∙ boom - boëm

∙ bord - talloor

∙ bornem - beurrem

∙ borsten - tetten

∙ borstengek - tettezot

∙ boterham - botteram

∙ bramen - brembezen

∙ Brandnetel - Tingel

∙ Branst - De Kolonie

∙ breinaalden - priemen

∙ breiwol - soie

∙ briefje - brifke

∙ broodpudding - bodding

∙ bruin bier - nen broane

∙ buikpijn - beukpaen

∙ butaangas - buttagaaz

∙ cacao - kakajo

∙ cadeautje - pakske

∙ centrifuge - droogzwierderke

∙ charcuterie - bijval

∙ chicorei - bitter pee

∙ chicorei - pardaf

∙ chicorei - pardaf, bittere

∙ Colbertjas - Hemtrok

∙ daarstraks - tofleus of tottefleus

∙ daarstraks - tottefleus

∙ dadelijk - mediène

∙ dadelijk - sebiet

∙ dakgoot - kornis

∙ dameshemd (ondergoed) - emmeke

∙ damesvestje - golfke

∙ das - plastron

∙ dat - da

∙ dat is goedkoop - da is bekanst verniet

∙ dat is heel vuil (zwart) - da zie zo zwet as mollekeskloten (of zo zwet as schuppe zot)

∙ deken (tje) - seuzze

∙ dekzeil - basch

∙ denken - pààze

∙ diarree - den afgank

∙ dijk - doak

∙ diner - werm ete

∙ dinsdag - destag

∙ direct - sebiet

∙ dobbelsteen - teirling

∙ dokter - doktoor

(4)

∙ dorst - deust

∙ driewielige bakfiets - triporteur

∙ duimspijker - pineis

∙ dweil - oepnemer

∙ éclair - sjoeke

∙ een - ne

∙ een klaploper - ne apsjaar

∙ een ruitjeshemd - e karoëm

∙ een snoepje - een bees

∙ een televisie - nen televies

∙ een trap tussen zijn benen - ne stamp in zen buzze

∙ eigenaar - ageneir

∙ elastiekje - rekske

∙ elf - eullef

∙ emmer - iëmer

∙ enkels - knoessels

∙ ergens - ieverans

∙ erwten - eite

∙ eventjes - rezzekes

∙ fiets - vlo

∙ fietsstuur - gedong

∙ flauw - flaa

∙ flessenopener - aftrekker

∙ fluisteren - fezelen

∙ fluitje - fleutje

∙ fluweel - floer

∙ fopspeen - tutter

∙ fotograaf - portrettentrekker

∙ fototoestel - kodak

∙ frieten - frut

∙ frituur - frutkot

∙ gaan - gaun

∙ Gaan - Gon

∙ gaar - meurreg

∙ garnaal - gernoot

∙ gebakje - pateke

∙ gebouw - gedoen of doening

∙ Gedaan - Gedon

∙ geduld - posjense

∙ geen haast - gijen lijege

∙ gehakt - gekapt

∙ gehaktbrood - fricandon

∙ geldbeugel - pottemanee

∙ geluk - sjans

∙ geluksvogel - sjansaar

∙ gemaakt - gemokt

∙ gemakkelijk - sumpel

∙ geneteld - getingeld

∙ geperst vlees - kipkap

∙ gevonden - gevonne

∙ gezichten trekken - totetrekke

∙ gips - pleuster

∙ glas (drank) - pint

(5)

∙ glijbaan - afrijzer

∙ golven (op water) - baren

∙ gootsteen - poembak

∙ gordijn - gordaën

∙ goud - gaat

∙ goudvis - gaatvis

∙ graag - gère

∙ gras - gès

∙ graszode - rues

∙ gratis - verniet

∙ groen - gruun

∙ groenten - legume

∙ grond (zand) - jeir

∙ grootgebracht - oepgebrocht

∙ gymnastiek - zjemenas

∙ haakpen - crochet

∙ halsketting - krans

∙ halsoverkop - boeverabaver

∙ handen - anne

∙ handen - polle

∙ handtas - zakosh

∙ hard - aed

∙ hard - neig

∙ hare - eure

∙ hart - et

∙ Heb je het door? - heddet in de mot?

∙ hebben - emme

∙ heeft - hei

∙ heel - vandeeg

∙ heks - toeverheks

∙ helemaal - gelegans

∙ Helemaal verrot - Zo rot as voenk

∙ hemd - em

∙ Hemiksem - Eimusse

∙ herberg - stamenee

∙ herfst - baumus

∙ hesp - eps

∙ Hij heeft het in de gaten - eneigeteur

∙ hond - taike

∙ honig - euning

∙ hoofdkussen - euppeling

∙ hoogstwaarschijnlijk - van tien negen

∙ hoor - zenne

∙ horloge - arleuzze

∙ horzel - euzzel

∙ hout - aat

∙ houten klomp - blok

∙ huis - ois

∙ hun - teirent

∙ hunne - eule

∙ huwelijk - traa

∙ identiteitskaart - pas

∙ ijsje - kreimgelas

(6)

∙ ijsschaatsen - schofferdeine

∙ ik heb - kem

∙ immers - oemmes

∙ inpakmateriaal - ambalöze

∙ Italië - Iteulle

∙ jaloers - schaloes

∙ jas - frak

∙ jas - hemdrok

∙ jeuk - jeuksel

∙ juf - schooljufra

∙ jullie - ale

∙ jullie - eulder

∙ jullie - jeulder / eule

∙ kaars - kjeis

∙ kaart - kaut

∙ kaartje - keutje

∙ kaas - keis

∙ kabaal - peretten

∙ kalender - almenak

∙ kalf - mutte

∙ kans - akkeuzze

∙ kast - kas

∙ kauwen - sjikken

∙ kauwgom automaat - sjiekelettenbak

∙ kauwgum - sjiek - tuttefrut

∙ kelderkast - schaprui

∙ kerkdienst - mis

∙ kermis - kerremus

∙ kersen - kezze

∙ Kerstmis - Kesmus

∙ kiezeltjes - keikes

∙ kikker - kikves

∙ kikker - poit

∙ Kikkervisje - poempeloereke

∙ kinderbuggy - charet

∙ kinderstoel - kakkestoel

∙ kinderwagen - voituur

∙ kip - kieke

∙ klauteren - klèffere

∙ kledingcentrifuge - droogzwierderke

∙ klimmen - klèffere

∙ knikker - eirrebol

∙ knoop - knop

∙ koe - koei

∙ koelkast - frigo

∙ koffer - valies

∙ kofferbak - koeffer

∙ koffie - kaffee

∙ komposthoop - messing

∙ koning - keuning

∙ koningin - keunegin

∙ kookpot - koem

∙ koperen ketel - merremut

(7)

∙ kopje - zjat

∙ koprol - doikelen

∙ kostschool - pensionout

∙ kou - kaa

∙ koud - kaat

∙ koude schotel - ka schotel

∙ koude schotel - kaa pla

∙ kousen - kase

∙ kraag - kol

∙ krant - gazet

∙ kruisbes - stekelbees

∙ kruiwagen - krowaugen (ne)

∙ krulspelden - krolle

∙ kus - verke

∙ kwastje - floschke

∙ laarzen - botten

∙ ladder - leer

∙ lade - schoaf

∙ lang - lank

∙ langs - langst

∙ lawaai - lawaat

∙ leger (het) - den troep

∙ lende - lee

∙ lepel - leiper

∙ leraar - schoolmiester

∙ liberalen - de blaa

∙ lies - eekenis

∙ liesstreek - iekenisse

∙ ligzetel - sjeislon

∙ lijm - col

∙ lijnwaad =linnen - lijvaat

∙ lippenbalsem - lippekeszalf

∙ lopen - loeipe

∙ luier - pisdoek

∙ luik - blaffetuur

∙ lummelen - sjaawele

∙ lunchpakket - Schoover

∙ maaien (gras) - afrein (gès)

∙ maan - maun

∙ maandag - meundag

∙ mager - mauger

∙ maïs - Speuns' tèrf (Spaanse tarwe)

∙ mannelijke duif - koebber

∙ markt - met

∙ masker - moembakkes

∙ mees - keizemus

∙ meid - maasse

∙ meikever - meulder

∙ meisje - maske

∙ meisjesgek - maskeszot

∙ middendoor - tallevendeu

∙ mier - murezieker

∙ misselijk - mottig

(8)

∙ Misselijk - schots te pas

∙ moe - muug

∙ moedervlek (jes) - peperkoren

∙ molen - meule

∙ Mond - Bakkes

∙ morgen - merrege

∙ morgend - méreged

∙ morsen - steutte

∙ mortel - meuttel

∙ mosterd - mostaut

∙ motorfiets - motchikelet

∙ motorkap - kapoot

∙ muis - mois

∙ muts - pots

∙ mutsaard - spins

∙ muziekinstrument - extrement

∙ muziekvereniging - sosjetait

∙ naald - neulle

∙ naam - noam

∙ naar - nor

∙ naar bed gaan - in aan tram kruipen

∙ naast - neffes

∙ naast - nevest

∙ nachtkleed - robe

∙ navel - naugelboak

∙ neef - kozein

∙ nergens - niveranstnie

∙ nestels - nestlinge

∙ netel - tingel

∙ netels - tingele

∙ niet - ni

∙ nieuw - nuuf

∙ nipt - rèzzekes

∙ nochtans - pertang

∙ nootjes - neutsjes

∙ nu - naa

∙ nummerplaat - plak

∙ olie - ole

∙ omelet - eirekoek

∙ onderhemd - slapeleif

∙ onderlegger - bèrreke

∙ onderzoek - onderzuuk

∙ ongeval - aksident

∙ onmin - gruun aat

∙ ons - onzent

∙ onvriendelijk persoon - dië zie zen aege ni geire

∙ onvriendelijk persoon - nen fretterhijt

∙ oog - oeg

∙ ooit - vanzelève

∙ oom - noenkel

∙ oom - nonkel

∙ oorringen - oerebelle

∙ op - oep

(9)

∙ op donderdag - tonderdaas

∙ opgeborgen - oepgeborrege

∙ opgemaakt - oepgetalloord

∙ opnieuw - van eir

∙ oppuurs - oppuus

∙ overgeven - spaan

∙ overschoenen - galosse

∙ paard - pjait

∙ paard - pjeid

∙ paard - pjeit

∙ paardenbloem - pisbloem

∙ paardensalami - wit en zwet

∙ paardenstoofvlees - schep

∙ paardenvlees - pjaire gereukt

∙ Paardestaart - pjeirestjeit

∙ pakje - pakske

∙ pantoffels - sloeffen

∙ parel - peirel

∙ parel - pijrel

∙ Pasen - Posse

∙ Pasen - Pouse

∙ peer - peir

∙ peper - pijper

∙ perenboom - pairelair

∙ perzik - pez

∙ pet - klak

∙ picles - pikkele

∙ piloot - vliegenier

∙ plaat - plaut

∙ plaats - pleuts

∙ plastic - plastieke

∙ platdrukken (petatjes) - desteren

∙ pleister - plekker

∙ poeder - poeier

∙ poken - koteren

∙ pomp - poemp

∙ pop - poep

∙ portie - spoose

∙ postbode - factuir

∙ potten en pannen - pottekarré

∙ praten - klappen

∙ prei - paraa

∙ prentje - beleke

∙ pruik - paruk

∙ pruim - praum

∙ pruim - proim

∙ pudding - podding

∙ Puurs - Puus

∙ raaskallen - zwetse

∙ radijzen - radeskes

∙ rasp - raps

∙ regen - raigen

∙ regenjas - empermijabel

(10)

∙ regenworm - pier

∙ rij - root

∙ rijden - roan

∙ rits - tiret

∙ roken - smoere

∙ rolkraag - hoge nek

∙ ruiker - bloemekee

∙ ruiten - karokes

∙ ruzie - ambras

∙ salami - saucisse

∙ salami - seiresis

∙ saus - saas

∙ schaap - lèmme

∙ Schaatsen - Schètse

∙ schaduw - loemerte

∙ scheerapparaat - scheirmachien

∙ scheiding - schee

∙ scherpe snede - vlim

∙ schimmel - schummel

∙ schoenen zonder hak - slokkers

∙ schommel - bies

∙ schommelen - biezen

∙ schop (schep) - troeffel

∙ schop (scheppen) - troeffel

∙ schoteldoek - vod

∙ schouw - schaa

∙ schouwblad - ank

∙ schroevendraaier - toernavies

∙ short - veusschoot

∙ sjaal - sjal

∙ sjalot - sjarlot

∙ sla - saloat

∙ slaapwel - sloppel

∙ slab - bavet

∙ slag - mot

∙ slag - petat

∙ slagboom - bariel

∙ slager - beenaver

∙ slee - eisstoel

∙ sleutel - sleuter

∙ sloop - fluweijn

∙ sluw - leap

∙ snars - knijt

∙ snel zijn - beuze geve

∙ snoepen - sneustere

∙ snoepje - bees

∙ sokken - kase

∙ soms - soemijle

∙ soms - soemijle

∙ sosialisten - de roo

∙ spaak - rayon

∙ speculoos - spekkelaus

∙ spiegelei - pjairenoeg

(11)

∙ spiegelei - pjeirenoeg

∙ spijkerbroek - djaiversbroek

∙ spin - mieke langepoat

∙ spinazie - spineuzze

∙ spoorweg - de roet

∙ Staan - Ston

∙ staart - stjeit / kodde

∙ staat - staut

∙ station - stause

∙ stekker - pries

∙ stelen - langen

∙ stijfsel - stessel

∙ stoefen - oevejarrig

∙ STOEP - BIJGANG

∙ STOEP - PLANCIER

∙ stoep - plasier

∙ stoeprand - borduur

∙ stop - stopsel

∙ stotteraar - akkelaer

∙ stout - staat

∙ straks - botskes

∙ straks - fleus

∙ struikelen - sjoempelen

∙ stukadoor - plekker

∙ Stuur - Gedon

∙ taart - toert

∙ tabak - toebak

∙ tafel - taufel

∙ tafelkleed - ammelauken

∙ tafellamp - lampedair

∙ tak - tèk

∙ tandarts - tantist

∙ tanden - tanne

∙ tas - kabas

∙ te oud - taat

∙ tegelijkertijd - swenst

∙ tegenwoordig - serrewoordeg

∙ teiltje - koem

∙ telefoon - telefon

∙ Temse - Temst

∙ terwijl - swenst

∙ thuis - toas

∙ timmeren - tèffere

∙ tintelen - zingelen

∙ toen - ten

∙ toen - tun

∙ tomaat - tomat

∙ tong - toeng

∙ trappen - schippen

∙ trein - traain

∙ treuzelaar - semmeleir

∙ treuzelen - semmelen

∙ trompet - troempet

(12)

∙ trompet - troepmet

∙ trottoir / koer - plansier

∙ Trouwen - Traan

∙ twaalf - tweilf

∙ twijfelaar - semmeleir

∙ twijfelen - semmelen

∙ urineren - ziëke

∙ uurwerk - arleuze

∙ vaas - vaus

∙ vagina - è floere moizeke

∙ vals spelen - oarzak

∙ valsspeler - aussakker

∙ van zijn leven - vazeleive

∙ vegen - veige

∙ veilig - vaalig

∙ veiligheidsspeld - toespel

∙ vensterbank - nen ank

∙ Vensterbank - Ank

∙ vensterluiken - blaffeture

∙ ventiel - chepap

∙ VERGIET - STRAMEIN

∙ vergiet - stroemain

∙ verkoudheid - valling

∙ verkruimelen - mözzele

∙ verlegen - bechompt

∙ verzekerd - verassereerd

∙ Verzekering - asgrance

∙ vest van kostuum - emdrok

∙ veter - nesteling

∙ vetzak - vettigen dest

∙ vilt - fuiter

∙ vinger - vinder

∙ vleermuis - floremois

∙ vliegtuig - vlieger

∙ voetballen - sjotten

∙ volgens - volleges

∙ voor niets - verniet

∙ vooruitgaan - affeseren

∙ vooruitgaan - avesere

∙ vork - verket

∙ vrank - aschrant

∙ vroedvrouw - achterwaores

∙ vrouw - woaf / vraa

∙ vuil - voil

∙ vuurpook - koteroak

∙ waarlijk - permentelijk

∙ warm - werm

∙ washandje - smotske

∙ water - wouter

∙ waterhoen - Krodde

∙ WC - gemak

∙ weduwe - weef

∙ weduwnaar - weveneir

(13)

∙ weegschaal - baskul

∙ weekbak - wiëbak

∙ weekblad - boekske

∙ Weert - de wijt

∙ wemelaar - wiezeweus

∙ wenen - bleite

∙ Wesp - weps

∙ wij - welle / woa

∙ Windhoos - Borlavraa

∙ woensdag - gunstag

∙ woensdagavond - gunstdagauvet

∙ woonkamer - pleuts

∙ woordenboek - diksjonair

∙ wortelen - pekes

∙ wreed slecht weer - baumus (boumus)

∙ X-benen - muttekeskniën

∙ zaad - zoud

∙ zadel - zoil

∙ zaklamp - pillicht

∙ zavel - zauvel

∙ zeemvel - zjemmelap

∙ zeemvel - zjummelap

∙ zetel - zeitel

∙ zie eens - kek es

∙ zier - knijt

∙ zij - zeille

∙ zijde - swanturel

∙ zijkant - vantsein

∙ zinken bad - basseng

∙ zo - a zoe

∙ zoek - zuuk

∙ zoeken - zuuken

∙ zoet - zuut

∙ zorg voor dragen - gouerslauge

∙ zot - betoeterd

∙ zout - zaat

∙ zout - zaat

∙ zuur snoepje - smoeletrekker

∙ zwaluw - zwolm

∙ zwart - zwet

∙ zweer - zweir

∙ zwembad - zwemkoem

∙ zweren - zweire

∙ zwijg! - aaft aven bebbel

5 opmerkingen

∙ Bekende Opmerking is hier weggepoetst

∙ Boerenkrijg

∙ nog 2 bekende Bornemse personen: - Mie citroen

∙ pellekoun

∙ wètje vannelle

(14)

Dit woordenboek 'Bornems' is samengesteld door bezoekers van www.mijnwoordenboek.nl. Heeft u zelf ook woorden of ziet u fouten? U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een handige kennis.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een

U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een

U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een

U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een

U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een

U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een

U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een

U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een