• No results found

Vraag nr. 250 van 17 juli 2003 van mevrouw MARIJKE DILLEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 250 van 17 juli 2003 van mevrouw MARIJKE DILLEN"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 250 van 17 juli 2003

van mevrouw MARIJKE DILLEN Heupfracturen en osteoporose – Preventie

Uit studies van het Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid (WIV) is gebleken dat het aantal bejaarden dat zijn/haar heup breekt, door de ver-grijzing zal verdubbelen of zelfs verdriedubbelen. Het instituut heeft de overheid aangeraden een programma op te zetten om heupfracturen en oste-oporose te voorkomen.

1. In 1999 werd met alle loco-regionale gezond-heidsoverlegorganen (LOGO's) van V l a a m s-B r a b a n t , het Rode Kruis, de huisartsen van Vlaams-Brabant en het Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie (VIG) een werkgroep Valpreventie opgericht, met als doel de bevol-king te sensibiliseren en vorming uit te werken. Er werd een sensibiliseringsbrochure opgesteld en er was in de organisatie van een follow-u p voorzien in het kader van ongevallenpreventie. Wat is hier de stand van zaken ?

Welke resultaten werden er behaald ?

Heeft er inmiddels een evaluatie plaatsgehad ? 2. Welke beleidsinitiatieven zijn er sinds 2001

ge-nomen om een programma uit te werken ter preventie van heupfracturen en osteoporose na de aanbevelingen van het WIV ? Wat zijn hier de concrete maatregelen ?

3. Uit aanbevelingen bleek dat er reeds vanaf jeugdige leeftijd de nodige aandacht dient te worden besteed aan deze problematiek.

Welke beleidsinitiatieven zijn er sinds 2001 ge-nomen voor de uitwerking van een volledig pre-ventieprogramma specifiek gericht naar jongere mensen ?

Antwoord

Uit de cijfers van de gezondheidsindicatoren blijkt dat valincidentie en verkeersongevallen het hoog-ste ongevallengerelateerde hoog-sterftecijfer hebben in V l a a n d e r e n . Uit verschillende studies blijkt dat ou-deren de belangrijkste risicopopulatie voor valinci-denten zijn. Voor deze groep wordt vallen tevens geassocieerd met een verhoogd risico op ziekte en

s t e r f t e. Het is de zesde doodsoorzaak bij ouderen vanaf 65 jaar en de belangrijkste doodsoorzaak door verwonding in deze leeftijdscategorie. In de meeste gevallen constateert men een breuk, k n e u-zing of een open wonde als gevolg.

Ook op economisch vlak betekenen deze ongeval-len vaak meerkosten voor de gezondheidszorg. Deze incidenten veroorzaken een grotere bedbe-zetting en een verhoging van middelenbesteding. Valletsels behoren tot de duurste categorieën van trauma's bij ouderen. 71% van de kosten voor kwetsuren bij ouderen, zijn valgerelateerd.

Schattingen voorspellen dat dit bedrag alleen nog maar zal stijgen. Zoals de Vlaamse volksvertegen-woordiger zelf meldde, zal met de vergrijzing van de bevolking het aantal valgerelateerde letsels en sterfgevallen blijven toenemen.

Een valpartij kan verschillende oorzaken hebben. Het onderschatten van het risico op vallen, w a a r-door 60-plussers niet geneigd zijn hun gedrag of hun woning aan te passen, een tekort aan kennis of informatie en weerstand tegen verandering en ver-nieuwing, zijn er enkele van.

Om vallen bij de senioren te kunnen verminderen, zullen wij op lange termijn aan al deze oorzaken moeten werken. Kennis en gebruik van effectieve preventiestrategieën door alle gezondheidswerkers en het informeren van de doelgroep is een absolute m u s t , wil men de emotionele, f y s i e k e, p e r s o o n l i j k e gevolgen en gezondheidskosten geassocieerd met vallen onder controle houden.

In het Vlaamse preventielandschap verschijnen er dan ook steeds meer instanties die zich met valpre-ventie bezighouden. Deze initiatieven komen op Vlaams niveau voor, maar kunnen ook erg lokaal z i j n . In een aantal LO G O's werden reeds inspan-ningen geleverd rond deze problematiek.

(2)

opgesteld en er was in een follow-up voorzien in het kader van ongevallenpreventie.

1. De werkgroep Valpreventie resulteerde niet al-leen in een sensibiliseringsfolder, maar ook in een projectvoorstel om een actieplan uit te wer-ken voor gemeentebesturen. Deze werkgroep Valpreventie bevatte overigens niet alle LO-G O's van V l a a m s-B r a b a n t , enkel LO LO-G O L e u-ven en LOGO Hageland werkten mee.

Het projectvoorstel omvat drie stappen en werd in overleg met de initiatiefnemers in de tijd af-gebakend en verder uitgewerkt, rekening hou-dende met de beschikbare tijd en middelen. Tu s-sen het LOGO en de gemeente en/of het OCMW en eventueel andere betrokkenen wer-den taak- en andere afspraken gemaakt. B e d o e-ling was dat het voorstel in een eerste fase werd uitgevoerd en geëvalueerd in een aantal ge-m e e n t e n . Na correctie en aanvullingen kon het project naar andere gemeenten uitgebreid wor-den.

Stap 1 : sensibilisatie en informatie

De doelgroep bestond uit 50/60+ers en hun di-recte sociale omgeving. Als interventies trachtte men via socio-culturele organisaties infoavon-den te organiseren voor de actieve senioren of de mantelzorg. Ook het algemeen verspreiden van folders en affiches op strategische plaatsen en het aanmaken van een folder met een situ-ering van de valproblematiek, de risico's en de zinvolheid van preventie, was een deel van deze sensibilisering.

Op het veld moest deze informatie specifieker gemaakt worden doordat vanuit de gemeente en/of het OCMW een luik toegevoegd werd omtrent het concrete aanbod (bv. t e l e f o o n n u m-mer) waar het doelpubliek terechtkon voor meer info of voor kleine woningaanpassingen, waar men terechtkon voor gewestelijke en pro-vinciale premies, . . . Ten slotte had men behoefte aan een affiche die de doelgroep uitnodigt uit voor een infoavond over valpreventie bij 6 0 + e r s. De gemeenten konden via een persoon-lijke mailing aan de doelgroep, de folder over-handigen en hen uitnodigen voor een info-avond.

Ter evaluatie werd hier gelet op het bereik en op de respons van doelpubliek.

Stap 2 : vorming voor intermediairen

Met stap 2 trachtte de werkgroep Va l p r e v e n t i e de alertheid voor valrisico's te verhogen en ken-nis en vaardigheden bij te brengen bij eerste-lijnswerkers rond de valproblematiek.

Als interventie wilde men de intermediairen van een aanbod en actieve promotie van be-staande vormingsprogramma's voorzien. H i e r werden verschillende vormingsprogramma's uig e w e r k t , afhankelijk van de doeluigroep : h u i s a r t-s e n , Wi t-Geel Kruit-s-verplegert-s, t h u i t-s v e r p l e g i n g, ...

Stap 3 : aankaarten van een structurele aanpak Als doelgroep benaderde men hier voorname-lijk geïnteresseerde gemeentebesturen. Als mo-gelijke interventie kon een convenant met Seni-orama "wonen van ouderen", worden afgeslo-t e n . Waarbij deze organisaafgeslo-tie o. a . aanvragen van bejaarden rond woningaanpassingen overeen-k o m s t i g hun zelfstandigheid beantwoordt. Ve r-der kon men technische diensten inschakelen, klusjes of andere diensten van gemeenten en/of OCMW's vorderen om kleine aanpassingen te doen of woningen te inspecteren op veiligheid. Deze aanpak werd in een aantal gemeenten van L O G O Leuven en L O G O Hageland toegepast. Voor meer informatie over de specifieke imple-mentatie in deze gemeenten kan men terecht bij deze LOGO's. LOGO Leuven Ravenstraat 98 3000 Leuven 016-89 06 05 info@logoleuven.be LOGO Hageland Lostraat 10 / 1 3212 Pellenberg 016-46 49 71 wuyts.maryse@pi.be

Dit actieplan liep gedurende twee jaar. Na eva-luatie en een grondige studie van wetenschap-pelijk onderzoek bleek echter dat de medische f a c t o r e n , zoals een te grote hoeveelheid slaap-middelen of een slechte leesbril, meer invloed hadden op vallen dan de omgevingsfactoren. Vandaar dat men in de L O G O Leuven met een nieuw project begon.

(3)

Leuven begin 2002 contact met het Centrum voor Ziekenhuis- en Ve r p l e g i n g s w e t e n s c h a p p e n van de KU Leuven met de vraag naar vernieu-wende preventiemethodieken. In samenwerking met de dienst Geriatrie van het UZ Leuven en L O G O Zuiderkempen organiseerde dit cen-trum al een tijdje wetenschappelijk onderzoek rond de valproblematiek bij ouderen. P r o f e s s o r Milisen bood aan om de derde fase van het on-derzoek deels in de regio L O G O Leuven te or-g a n i s e r e n . Titel van dit project is : " Va l p r e v e n t i e bij thuiswonende oudere risicopersonen : e e n transmuraal multifactorieel zorgprogramma op maat."

Dit project beoogt het ontwikkelen en uittesten (haalbaarheid/procesevaluatie) van een inter-disciplinair transmuraal multifactorieel preven-tieprogramma voor valproblematiek bij oude-ren in de thuissituatie. Tot de doelgroep beho-ren oudebeho-ren in de thuissituatie met een valpro-b l e e m . De uitvoering van het project gaat ge-beuren in twee verschillende regio's (LOGO Zuiderkempen en Leuven), met ieder hun eigen setting en kenmerken. De onderzoeksregio bij L O G O Leuven bestrijkt de gemeenten Bier-beek, Oud-Heverlee en Bertem.

Concreet omvat het programma volgende vier pijlers.

1) Thuisverpleegkundigen screenen het valrisi-co bij ouderen in de thuissituatie.

2) Bij risicopersonen wordt door de thuisver-pleegkundige aan een speciaal opgeleide re-ferentieverpleegkundige "valproblematiek" gevraagd om, naar aanleiding van een posi-tieve screening, een eerste eenvoudige evalu-atie van zes risicofactoren uit te voeren. Deze zes risicofactoren zijn ten eerste een gestoorde mobiliteit, vervolgens orthostati-sche hypotensie, als derde polyfarmacie of het gebruik van sedativa, a n t i d e p r e s s i v a , n e u r o l e p t i c a , a n t i-e p i l e p t i c a , d i u r e t i c a , a n t i-aritmica of digoxine, ten vierde gezichts-p r o b l e m e n , ten vijfde drangincontinentie en als laatste een onveilig huis, onveilige omge-ving of onveilig gedrag.

3) Deze referentieverpleegkundige verwijst voor behandeling naar de huisarts. Deze be-spreekt het probleem met de oudere en pro-beert een oplossing te zoeken. Zo nodig ver-wijst de huisarts naar een kinesist, e r g o t h e r a-p e u t , . . . of bij internistisch coma-plexe a- proble-matiek naar een valkliniek en/of dienst Ge-riatrie (ambulant).

4) Onder andere voor therapietrouw wordt ge-zorgd voor een goede follow-up van de ou-dere in de thuissituatie door de referentie-v e r p l e e g k u n d i g e, en dit in oreferentie-verleg met de h u i s a r t s, t h u i s v e r p l e e g k u n d i g e, m a n t e l v e r-zorger, ...

Het onderzoeksproject startte in het voorjaar van 2003.

Voor verdere uitleg over de implementatie van dit project kan de Vlaamse volksvertegenwoor-diger terecht bij LOGO Leuven.

Het V I G zal eind 2003 een handleiding uitbren-gen ter ondersteuning van de L O G O' s, die een bundeling is van de meest effectieve strategieën om aan valpreventie te doen. Volgend jaar wordt de implementatie van deze handleiding geconcretiseerd in een vorming voor interme-diairen en senioren. Voor meer informatie kan de Vlaamse volksvertegenwoordiger terecht bij het VIG.

VIG

Mia Van Laeken G. Schildknechtstraat 9 1020 Brussel

02-422 49 49

mia.vanlaeken@vig.be

2. Uit onderzoek blijkt dat een goede preventie van heupfracturen niet alleen bestaat uit het wegnemen van gevaarlijke omgevingsfactoren en het verbeteren van medische risicofactoren, maar dat voeding en beweging twee andere vaste elementen zijn in het bestrijden van val-l e n . Deze twee eval-lementen dragen ook bij tot de vermindering van osteoporose.

(4)

wan-d e l i n g, recreatief sporten, z w e m m e n ,a a n g e p a s t e f i t n e s s, . . . . De grote variëteit zorgt ervoor dat er voor elk wat wils is en een groot aantal vereni-gingen richt zich specifiek naar de oudere be-volking met aangepaste beweegactiviteiten. Als laatste element wil ik de nadruk leggen op gezonde voeding. Voldoende calcium opnemen zorgt voor sterkere botten. Vitamines zijn be-langrijk om heel wat processen in het menselijk lichaam goed te laten lopen. Vitamine D is es-sentieel voor de goede opname van calcium. Deze vitamine vindt men in boter, m a r g a r i n e, e i g e e l , s a r d i n e s, . . . Maar ook het zonlicht zorgt voor een betere aanmaak van deze vitamine D. Het V I G ondersteunt al jaren de bevordering van een gezonde en evenwichtige voeding. D i t doen zij door te werken met de voedingsdrie-h o e k . Deze drievoedingsdrie-hoek is de vervanger van voedingsdrie-het vroegere klavertje vier en beschrijft een goed uitgebalanceerde voeding voor alle leeftijden. Aan de intermediairen die in contact komen met 65+ers, benadrukken zij deze boodschap. Voor meer informatie over de voedingsdrie-hoek kan men terecht bij Erika Vanhauwaert op het V I G of op de website van het V I G : www.vig.be.

3. De eerste preventieve opdracht in de strijd tegen osteoporose is het streven naar een zo hoog mogelijke piekbotmassa tijdens de groei-periode en de vroege volwassenheid. O p b o u w van een goede piekbotmassa tijdens de groei is enkel mogelijk bij een voldoende calciumtoe-voer en onmogelijk zonder beweging. Hoe meer beweging jonge mensen hebben, des te groter hun botdensiteit is. Indien kinderen voldoende melkproducten gebruiken, is hun calciumtoe-voer groot genoeg.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een jaar geleden heeft de minister in samenwer- king met het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap (VFSIPH) het ini- tiatief genomen om bedrijven

Tussen Gelijke Kansen in Vlaanderen en de VVSG werd een overeenkomst afgesloten voor het promoten van gelijke kansen en de LEER (lokale emancipatie-effectrapportering) bij

De brochures werden samengesteld door een team van deskundigen van de VZW To e g a n k e- lijkheidsbureau (een architect, industrieel vorm- g e v e r, ergotherapeut en coördinator)

Er worden geen inspanningen gedaan om de doelgroep kinderen en jongeren te bereiken met deze publicaties, omdat het VIG zich niet richt naar het algemene publiek, maar

In een rondzendbrief van mei 2002 van de toenma- lige federale minister van Verkeer en Infrastruc- tuur aan de wegbeheerders, de steden en gemeen- t e n , de provincies en de

Ze is in feite ook het aan- spreekpunt in Vlaanderen voor alles wat met deze materie te maken heeft, ook voor de indi- viduele gebruikers, actoren en mediatoren... Het ligt voor

Daarnaast liepen er meerdere projecten rond spel en jeugdwerk en enkele projecten waarbij kunst als middel gebruikt werd voor in- tercultureel contact ; zo was er bijvoorbeeld

Voorstellen van decreet – Regeringsadviezen Naar aanleiding van ieder voorstel van decreet in- gediend door een Vlaams volksvertegenwoordiger bepaalt de Vlaamse regering